Raadsbesluit 1e wijziging Verordening rechtspositie Raads- en commissieleden 2019

 

 

De raad van de gemeente Papendrecht;

gelet op artikel 96, eerste en tweede lid, van de Gemeentewet, de artikelen 3.1.4, eerste lid en 3.4.2 van het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers en de de Regeling rechtspositie decentrale politieke ambtsdragers;

 

 

BESLUIT:

 

vast te stellen de 1e wijziging van de Verordening rechtspositie raads- en commissieleden 2019.

 

 

Artikel I

De Verordening rechtspositie raads- en commissieleden 2019 wordt als volgt gewijzigd:

 

A

Artikel 4 komt te luiden:

Artikel 4. Reis- en verblijfkosten raads- en commissieleden

  • 1.

    Voor reizen als bedoeld in artikel 3.1 van de Regeling rechtspositiedecentrale politieke ambtsdragersen artikel 3.1.7 van het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers worden aan een raads- of commissielid vergoed:

    • a.

      de kosten voor het gebruik van openbaar vervoer;

    • b.

      bij gebruik van een eigen vervoersmiddel het maximumbedrag dat door een werkgever aan een werknemer per afgelegde kilometer onbelast kan worden verstrekt alsmede de parkeer- of stallingskosten, veerkosten en tolkosten;

  • 2.

    Boetes en naheffingsaanslagen voor parkeren worden niet vergoed.

  • 3.

    Als een raadslid of commissielid een functionele beperking heeft, kan incidenteel een voor de beperking geschikte vervoersvoorziening worden vergoed of ter beschikking worden gesteld.

  • 4.

    De noodzakelijke en redelijkerwijs gemaakte werkelijke verblijfkosten die een raadslid of commissielid maakt in verband met reizen, gemaakt voor de uitoefening van de functie, worden ten laste van de gemeente vergoed.

B

Artikel 9 , tweede lid komt te luiden:

2. Het raads- of commissielid levert na beëindiging van zijn functie de ter beschikking gestelde informatie- en communicatievoorzieningen in bij de gemeente. Overname van de informatie- en communicatievoorzieningen na schoning is mogelijk tegen vergoeding van de resterende waarde van de voorzieningen in het economisch verkeer.

 

C

Artikel 12 , tweede lid komt te luiden:

2. Een aanvraag om een vergoeding van de onkosten als bedoeld in dit artikel gaat vergezeld van een declaratieformulier en bewijsstukken. Het vereiste om bewijsstukken te overleggen geldt niet wanneer de vergoeding een forfaitair bedrag betreft.

 

Artikel II

Artikel 14. Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na de datum van publicatie van het Gemeenteblad waarin deze verordening wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2024.

 

Artikel 15. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening rechtspositie raads- en commissieleden 2019, na 1e wijziging 2024.

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van de raad van de gemeente Papendrecht,

d.d. 23 april 2024

 

De griffier, De Voorzitter,

 

G.A. van Egmond, mw. M.J.M. van Driel

Naar boven