Gemeenteblad van Amsterdam
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Amsterdam | Gemeenteblad 2024, 25568 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Amsterdam | Gemeenteblad 2024, 25568 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Rectificatie Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Amsterdam houdende regels over binnenhavengeld pleziervaart (Binnenhavengeldverordening Pleziervaart 2024)
[Deze publicatie betreft een rectificatie van artikel 5, onderdeel (B), vanwege een ontbrekende wijziging volgend uit een amendement. De oorspronkelijke publicatie is op 28 december 2023 bekendgemaakt, beschikbaar via Gemeenteblad 2023, 564315.]
De raad van de gemeente Amsterdam,
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 november 2023,
gelet op artikelen 216 en 229 van de Gemeentewet,
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
“schip”: elk vaartuig, met inbegrip van een vaartuig zonder waterverplaatsing en een watervliegtuig, dat feitelijk wordt gebruikt of geschikt is om te worden gebruikt als middel van vervoer te water; onder schip wordt mede verstaan drijvende werktuigen, zoals kranen, werkeilanden, een drijvende kraan, baggermolens, pontons of materieel van soortgelijke aard;
Artikel 2. Aard van de heffing; belastbaar feit
Onder de naam ‘Binnenhavengeld Pleziervaart’ wordt een recht geheven voor het gebruik overeenkomstig de bestemming met een pleziervaartuig van openbaar water, met uitzondering van het Noordhollandsch Kanaal en het Markermeer, of van voor de openbare dienst bestemde werken of inrichtingen die in beheer of onderhoud zijn bij de gemeente dan wel voor het genot van door of vanwege de gemeente verstrekte diensten, een en ander voor zover dit gebruik of genot niet plaatsvindt in de haven.
Belastingplichtig is de eigenaar, de schipper, degene aan wie het pleziervaartuig in gebruik is gegeven of degene die als vertegenwoordiger voor een van dezen optreedt.
Artikel 4. Maatstaf en toepassing van het tarief
De maatstaf voor de berekening van de in artikel 5 genoemde tarieven Binnenhavengeld pleziervaart is de oppervlakte van het pleziervaartuig, uitgedrukt in vierkante meters. Deze oppervlakte wordt berekend door het vermenigvuldigen van de grootste lengte en de grootste breedte over het dek gemeten van het pleziervaartuig, ongeacht de vorm van het pleziervaartuig.
Binnenhavengeld Pleziervaart wordt geheven naar de volgende tarieven per belastingjaar of per dag of per aantal uren.
Het milieutarief is uitsluitend van toepassing op pleziervaartuigen die in geen geval anders worden voortbewogen dan door een elektromotor, door spierkracht, door windkracht of door een andere, hiermee vergelijkbare, uitstootvrije wijze. Vaartuigen waarop al of niet incidenteel een motor aanwezig is, anders dan een elektromotor, vallen niet onder het milieutarief. De korting op het reguliere tarief bedraagt 70%.
Het hybride tarief is uitsluitend van toepassing op pleziervaartuigen die op het openbaar water van Amsterdam worden voortbewogen door een elektromotor, door spierkracht, door windkracht of door een andere, hiermee vergelijkbare, uitstootvrije wijze. De elektromotor mag tijdens het varen of afmeren niet worden opgeladen of aangedreven door een brandstofgenerator of een brandstofmotor. De korting op het reguliere tarief bedraagt 70%.
Het abonnementstarief is alleen geldig voor pleziervaartuigen die aantoonbaar een ligplaats hebben buiten de gemeentegrenzen, in een jachthaven of in erfpacht uitgegeven water en die niet voor langere tijd worden afgemeerd in het openbaar water van Amsterdam. Alleen doorvaren en afmeren gedurende een korte periode is mogelijk. Het laten liggen van het vaartuig tussen 23.00 uur 's avonds en 06.00 uur ’s morgens is niet toegestaan.
Het recht op de vrijstelling, genoemd in het eerste lid, onderdeel d, vervalt, wanneer een pleziervaartuig waarop een doorvaartvignet is aangebracht gedurende het jaar meer dan 2 keer wordt afgemeerd zonder dat het daarvoor geldende tarief is voldaan. In dat geval kan alsnog Binnenhavengeld Pleziervaart worden geheven voor het gebruik van openbaar water of van andere voor de openbare dienst bestemde werken of inrichtingen die in beheer of onderhoud zijn bij de gemeente dan wel voor het genot van door of vanwege de gemeente verstrekte diensten.
Artikel 13. Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels stellen omtrent de heffing en de invordering van Binnenhavengeld Pleziervaart.
Artikel 14. Inwerkingtreding, overgangsbepaling en citeertitel
De Binnenhavengeldverordening Pleziervaart 2023, vastgesteld bij raadsbesluit van 30 november 2023 (Gemeenteblad, 2022, nr. 544081), wordt ingetrokken met ingang van de datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat deze verordening van toepassing blijft op belastbare feiten die zich vóór die datum hebben voorgedaan.
Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 21 december 2023
De plaatsvervangend voorzitter
Kune Burgers
De raadsgriffier
Jolien Houtman
De Binnenhavengeldverordening Pleziervaart 2023 wordt ingetrokken om een aantal wijzigingen door te voeren en de Binnenhavengeldverordening Pleziervaart 2024 wordt vastgesteld. Meerdere artikelen zijn gewijzigd, enkele definities zijn aangepast en er is sprake van een indexering van de jaartarieven. De wijzigingen hebben betrekking op de reikwijdte en toepassing van de verordening.
Aan de definities is de “jachthaven” toegevoegd, waarbij aansluiting is gezocht bij het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening.
Als iemand met een geactiveerd doorvaartvignet wenst af te meren op het openbaar water van Amsterdam, dan kan worden gekozen voor het “bezoekerstarief” (16 euro) of het “dagtarief” (32 euro). Het bezoekerstarief is geldig voor 6 uur. Het dagtarief is geldig voor 24 uur. De looptijd van beide tarieven vangt aan zodra iemand heeft betaald.
Op grond van artikel 9, vijfde lid, geldt de verschuldigdheid vanaf het moment dat het pleziervaartuig wordt afgemeerd. Daarbij fungeert het doorvaartvignet als bewijs van betaling. Aan de hand van het doorvaartvignet wordt vastgesteld of het verschuldigde tarief is betaald voor pleziervaartuigen die zijn afgemeerd op het openbaar water van Amsterdam.
De indexering van de jaartarieven voor loon- en prijsstijgingen bedraagt 5,2 %. Ten behoeve van de duidelijkheid is bij het vaststellen van de jaartarieven gekozen voor afgeronde bedragen.
In 2024 worden vier verschillende jaartarieven gehanteerd. De basiskorting op het milieutarief en het hybride tarief bedraagt 70%. De kortingsmaatregel heeft tot doel investeringen in verduurzaming te stimuleren. De verschillende tarieven corresponderen met de kleur van de vignetten. Vaartuigen die het reguliere tarief betalen krijgen een rood vignet, vaartuigen die in aanmerking komen voor het milieutarief krijgen een groen vignet, vaartuigen die in aanmerking komen voor het hybride tarief krijgen een geel vignet en vaartuigen die in aanmerking komen voor het abonnementstarief krijgen een wit vignet. Het doorvaartvignet is ook een wit vignet.
Voor alle vignetten geldt dat het vignet moet worden geactiveerd na ontvangst. Alleen vignetten die zijn geactiveerd, zijn geldig. Iemand die zonder (geactiveerd) vignet met een pleziervaartuig over het Amsterdamse binnenwater vaart of ligplaats inneemt, handelt in strijd met artikel 2.1.4 van de VOB. Als een overtreding wordt geconstateerd, kan een bestuurlijke boete worden opgelegd.
Het bezoekerstarief bedraagt 16 euro per pleziervaartuig en is bedoeld voor mensen die met hun pleziervaartuig door Amsterdam varen en besluiten dat ze gedurende een paar uur de stad willen bezoeken, bijvoorbeeld om iets te eten of een bezoek te brengen aan een van de musea. In dat geval kunnen zij hun pleziervaartuig afmeren voor een periode van maximaal 6 uur. Na het verstrijken van deze periode kan deze periode eventueel verlengd worden door het bezoekerstarief opnieuw te betalen. In dat geval mag het vaartuig wederom 6 uur worden afgemeerd.
De kosten voor het aanvragen van het doorvaartvignet bedragen voor 2024 € 42.
Als wordt geconstateerd dat eigenaars van pleziervaartuigen het jaarvignet vervangen door een doorvaartvignet en hun pleziervaartuig in Amsterdam afmeren zonder het daarvoor geldende tarief te betalen, kon tot 2023 niet worden ingegrepen, anders dan dat deze inwoners van Amsterdam alsnog het dagtarief moeten betalen, nadat een overtreding is vastgesteld.
Om dit soort misbruik tegen te gaan, is in 2023 een derde lid toegevoegd aan artikel 7, op grond waarvan het recht op de vrijstelling, genoemd in het eerste lid, onderdeel d, komt te vervallen, als blijkt dat een pleziervaartuig waarop een doorvaartvignet is aangebracht gedurende het kalenderjaar meer dan twee keer wordt afgemeerd zonder dat het daarvoor geldende tarief is betaald. In dergelijke gevallen wordt het doorvaartvignet op non-actief gezet en kan alsnog Binnenhavengeld Pleziervaart worden geheven voor het gebruik van openbaar water of van andere voor de openbare dienst bestemde werken of inrichtingen die in beheer of onderhoud zijn bij de gemeente, dan wel voor het genot van door of vanwege de gemeente verstrekte diensten.
Vanaf 2024 geldt bovendien dat een doorvaartvignet komt te vervallen op het moment dat aangifte wordt gedaan voor Binnenhavengeld. Anders zou het mogelijk zijn om bij varen een doorvaartvignet te voeren, en bij afmeren een milieuvignet, terwijl gevaren wordt met een benzinemotor.
Met deze maatregel wil de gemeente vooral voorkomen dat mensen voor langere tijd of meerdere malen hun pleziervaartuig afmeren op het Amsterdamse binnenwater zonder het daarvoor verschuldigde jaartarief te betalen.
Verschuldigdheid en heffing naar tijdsgelang
In 2022 is een regeling geïntroduceerd voor die gevallen waarin de belastingplicht in de loop van het belastingjaar ontstaat of eindigt. Bij aanvang van de belastingplicht vanwege de aanschaf van een vaartuig in de loop van het belastingjaar vindt een heffing naar tijdsgelang plaats voor dat lopende kalenderjaar. Bij beëindiging van de belastingplicht vanwege de verkoop van een vaartuig in de loop van het tijdvak vindt een ontheffing naar tijdsgelang plaats. Daarbij wordt uitgegaan van het aantal maanden als er in een kalenderjaar, na aanvang of einde van de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven. De maand december wordt daarbij altijd gerekend als één volle maand. Niet het moment van aangifte is bepalend, maar het moment waarop het gebruik of genot (en daarmee de belastingplicht) aanvangt of eindigt. Als iemand gedurende het jaar een pleziervaartuig koopt, waarmee hij gedurende het resterende gedeelte van het kalenderjaar voor langere tijd of meerdere malen wenst af te meren in Amsterdam, of gedurende het jaar een pleziervaartuig verkoopt, dan betaalt hij een (evenredig) gedeelte van het jaartarief of kan hij op verzoek een (evenredig) gedeelte van het door hem betaalde jaartarief terugkrijgen.
Als iemand bijvoorbeeld een pleziervaartuig koopt in april, dan ontstaat de belastingplicht per 1 mei van dat kalenderjaar en wordt de nieuwe eigenaar geacht 8/12e deel te betalen van het jaartarief. Als iemand bijvoorbeeld een pleziervaartuig verkoopt in november, dan vervalt de belastingplicht per 1 december van dat kalenderjaar en heeft de verkoper recht op restitutie van 1/12e deel van het (reeds betaalde) jaartarief.
De bepaling dat deze regeling niet van toepassing is indien het vaartuig binnen twaalf maanden wordt verkocht aan de oorspronkelijke belastingplichtige en dat in dat geval geen sprake is van een heffing naar periodiciteit van het gebruik of genot, is in 2023 komen te vervallen. Dit bleek in de praktijk niet uitvoerbaar.
Vanaf 2023 vraagt de gemeente alleen nog om een schriftelijke (ver)koopovereenkomst met daarop de datum van aanschaf of verkoop van het pleziervaartuig. Aan de hand van deze gegevens kan eenvoudig worden bepaald hoeveel Binnenhavengeld Pleziervaart iemand nog verschuldigd is voor het resterende belastingjaar of hoeveel recht op restitutie van het (reeds betaalde) jaartarief iemand heeft. Om misbruik tegen te gaan geldt vanaf 2024 de eis dat de aankoop van een pleziervaartuig niet eerder dan drie maanden vóór aangifte mag hebben plaatsgevonden. De termijn van drie maanden biedt de nieuwe eigenaar voldoende tijd om een aangekocht vaartuig eerst nog op de wal op te knappen.
Net als bij de aanschaf van een pleziervaartuig, vindt sinds 2023 ook heffing naar tijdsgelang plaats als aangifte wordt gedaan voor een pleziervaartuig, waarvoor nog niet eerder Binnenhavengeld Pleziervaart is geheven, of bij een aanpassing van de wijze waarop het pleziervaartuig wordt aangedreven. Zodoende betaalt bijvoorbeeld iemand die naar de gemeente Amsterdam verhuist en zijn pleziervaartuig in het Amsterdamse binnenwater wil afmeren een (evenredig) gedeelte van het jaartarief. Om misbruik tegen te gaan dient vanaf 2024 te worden aangetoond dat het pleziervaartuig waarvoor aangifte wordt gedaan niet eerder in het binnenwater van Amsterdam heeft gelegen. Dit kan door middel van een bewijs van betaling van haven- of Binnenhavengeld elders, dan wel door een bewijs van betaling voor een (tijdelijke) opslag. Heffing naar tijdsgelang geldt niet voor pleziervaartuigen waarvoor in het verleden Binnenhavengeld Pleziervaart is geheven, tenzij sprake is van de aanschaf van een pleziervaartuig.
Net als bij de verkoop van een pleziervaartuig, vindt ook ontheffing naar tijdsgelang plaats bij verhuizing van de belastingplichtige naar een andere gemeente of bij een aanpassing van de wijze waarop het pleziervaartuig wordt aangedreven. Bij verhuizing naar een andere gemeente vraagt de gemeente om een recent bewijs van inschrijving. Bij aanpassing van de wijze waarop het pleziervaartuig wordt aangedreven vraagt de gemeente om foto’s (met datum) van de nieuwe motor. Aan de hand van deze gegevens kan eenvoudig worden bepaald hoeveel recht op restitutie van het (reeds betaalde) jaartarief iemand heeft.
Ook een aanpassing gedurende het kalenderjaar van de wijze waarop een pleziervaartuig wordt aangedreven, kan gevolgen hebben voor het tarief dat iemand op grond van artikel 5 moet betalen. Als iemand bijvoorbeeld de brandstofmotor van het pleziervaartuig vervangt door een elektromotor, heeft hij recht op restitutie van een deel van het reeds betaalde reguliere tarief. In dat geval betaalt hij gedurende de rest van het jaar het milieutarief. Het rode vignet wordt dan vervangen door een nieuw vignet met een kleur die past bij het nieuwe tarief. Hiermee wil de gemeente uitstootvrij varen bevorderen.
De betaling van binnenhavengeld, zoals geregeld in artikel 10, vindt vanaf 2024 uitsluitend nog plaats door middel van doorlopende machtiging. Betaling via iDEAL is niet meer mogelijk. Het verschuldigde binnenhavengeld dient voor het einde van het kalenderjaar waarover aangifte wordt gedaan te zijn voldaan.
Op grond van artikel 11, tweede lid, moet een jaarvignet of doorvaartvignet aan de bakboordzijde op de achterzijde van het pleziervaartuig worden aangebracht. Hiermee wordt bedoeld dat een jaarvignet of doorvaartvignet onlosmakelijk op het pleziervaartuig moet zijn bevestigd aan de bakboordzijde op de achterzijde van het pleziervaartuig. Het is bijvoorbeeld niet toegestaan om een jaarvignet of een doorvaartvignet in een mapje aan de mast van een pleziervaartuig te hangen of op de voorzijde of binnenzijde van een pleziervaartuig aan te brengen.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2024-25568.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.