Beleidsregels Ambulante Handel: Standplaatsen Schagen 2023, eerste wijziging

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Schagen heeft;

 

Gehoord de raad d.d. 14 mei 2024,

 

overwegende dat het gezien:

  • -

    de gevoelens vanuit de raad in relatie tot de maatschappelijke aanvaardbaarheid van een termijn van 5 jaar voor vaste standplaatsvergunningen;

  • -

    het rapport schaarse vergunningen terugverdientijd in de ambulante handel uitgebracht door SEO Economisch Onderzoek d.d. 21 januari 2021;

  • -

    de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 21 juli 2021 (ECLI:NL:RVS:2021:1588);

  • -

    en andere relevante beleidskaders betreffende het opnemen van een maximale vergunningentermijn voor vaste standplaatsen, zoals bedoeld in de Algemene Plaatselijke Verordening, verankerd in de beleidsregels Ambulante Handel: Standplaatsen Schagen en/of daar bijbehorende bijlagen,

wenselijk is om de Beleidsregels Ambulante Handel: Standplaatsen Schagen 2023 zoals vastgesteld op 19 december 2023 te wijzigen,

 

gelet op het bepaalde in artikel 4:81 lid 1 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb);

 

het volgende besluit genomen:

 

BESLUIT

vast te stellen de volgende eerste wijziging van de Beleidsregels Standplaatsen Schagen 2023:

ARTIKEL I  

De Beleidsregels Standplaatsen (deeluitwerking stad Schagen) worden als volgt gewijzigd:

 

Pagina 5, onder 4. Gehanteerde uitgangspunten, de tekst:

“Beschikbaar voor (maximaal) 5 jaar”

Te wijzigen in:

Beschikbaar voor een- of tweemaal (maximaal) 5 jaar

 

Pagina 6, onder 5. Soorten standplaatsen, de teksten:

“Reguliere standplaatsen: maximaal 5 jaar, maximaal 2 dagen per aanbieder per week, voorzien van een afgebakende oppervlakte, maximaal een halve week beschikbaar” en

“Seizoensplaatsen: maximaal 3 jaar, 3 tot maximaal 6 maanden alle dagen”

Te wijzigen in: 

Reguliere standplaatsen: locaties die maximaal (1 of 2 x) 5 jaar, maximaal 2 dagen per aanbieder per week, voorzien van een afgebakende oppervlakte, maximaal een halve week beschikbaar te stellen zijn.

Seizoensplaatsen: locaties die maximaal (1 of 2 x) 3 jaar, 3 tot maximaal 6 maanden alle dagen beschikbaar te stellen zijn.

 

Pagina 6, onder 6.2 Schaarse vergunningen, de tekst:

“Vergunningen kunnen worden verleend tot maximaal 5 jaar.”

Te wijzigen in: 

Vergunningen kunnen worden verleend met looptijden tot maximaal 2x5 jaar. Deze looptijd is afhankelijk van het soort vergunningsaanvraag, beschikbaarheid van de locatie en plaatsingstermijn te beperken (zie hiervoor o.a. 5. Soorten standplaatsen en bijlage I, 1.5 soorten standplaatsen). 

 

Pagina 7, onder 6.2.1, de aanhef en teksten:

“Motivering vergunningen tot maximaal 5 jaar

“Aan de andere kant biedt een maximum van 5 jaar voldoende ruimte en gelegenheid voor nieuwe ondernemers die ontstane kansen in een veranderende markt zien om mee te dingen om een standplaats te bemachtigen.”

“Achtergrond voor een vergunningsduur van maximum 5 jaar is dat dit de meest voorkomende en minimale terugverdientermijn is die nodig is voor ondernemers om het aantrekkelijk te maken op deze markt actief te zijn (rapport Schaarse vergunningen en terugverdientijd in de Ambulante handel, Economisch onderzoek: SEO 2021).”

Te wijzigen in:

6.2.1 Motivering vergunningen tot maximaal 2x5 jaar

Aan de andere kant biedt een maximum van 2x5 jaar nog steeds voldoende ruimte en gelegenheid voor nieuwe ondernemers die ontstane kansen in een veranderende markt zien om mee te dingen om een standplaats te bemachtigen.

Achtergrond voor een vergunningsduur van maximum 2x5 jaar is dat dit de meest voorkomende afschrijvingstermijn is voor het gemiddeld aantal ondernemers enerzijds, en anderzijds ligt binnen de terugverdientermijn die nodig is om het aantrekkelijk te maken op deze markt actief te zijn (rapport Schaarse vergunningen en terugverdientijd in de Ambulante handel, Economisch onderzoek: SEO 2021).

 

Pagina 8, onder Artikel 7.2 Overgangsbepaling, de teksten:

“De overgangsregeling houdt het volgende in: Huidige vergunninghouders voor reguliere – en seizoensgebonden standplaatsen krijgen na vaststelling van dit beleid recht op een vergunning voor de eerste vergunningsperiode van vijf jaar, en voor vergunninghouders met een langer of onbepaalde vergunningstijd, als uitzondering bij voorrang plaatsing bij een of in uitzonderlijk te beoordelen gevallen tweemaal de aanbestedingscyclus voor de daaropvolgende periode van vijf jaar.”

“Een verleende vergunning of ontheffing is enkel van kracht gedurende de geldigheidstermijn van maximaal 5 jaar of een periode daarbinnen waarvan de standplaatshouder van de vergunning gebruik wenst te maken.”

Te wijzigen in:

De overgangsregeling geldt voor alle standplaatshouders die in het jaar voorafgaande voor vaststelling van dit beleid een (tijdelijke)standplaats hebben ingenomen.

De overgangsregeling houdt het volgende in: Huidige vergunninghouders voor reguliere- en seizoensgebonden standplaatsen krijgen na vaststelling van dit beleid recht op een vergunning met een looptijd die plaatsingstermijnen van 5 respectievelijk 3 jaar daarbinnen mogelijk maakt. Zij krijgen gedurende de looptijd bij voorrang plaatsing. Voor reguliere standplaatsvergunningen is de looptijd (2x5=) 10 jaar of voor seizoenstandplaatsen (2x3=) 6jaar. Voor vergunninghouders met daar voorafgaand een langer of onbepaalde vergunningstijd krijgen, als uitzondering, een looptijd van 15 jaar of respectievelijk 9 jaar voor seizoenstandplaatsen. In aantoonbaar uitzonderlijk te beoordelen gevallen is daaropvolgend een 5 jaar langere looptijd met plaatsingstermijn daarbinnen te overwegen.

Een reeds verleende vergunning of ontheffing voor beperkte tijd is enkel van kracht voor de plaatsingstermijnen gedurende de geldigheidstermijn van maximaal tweemaal 5 jaar of een periode daarbinnen waarvan de standplaatshouder van de vergunning gebruik wenst te maken.

 

In BIJLAGE I, onder I.5.1 Reguliere standplaatsen, de tekst:

“Vanuit het beoogd aanvullend karakter mag 5 jaar maximaal twee dagen per week een branche op een locatie in een centrum staan, op die manier wel op verschillende locaties daarbinnen.

Te wijzigen in:

Vanuit het beoogd aanvullend karakter mag binnen de plaatsingstermijn maximaal twee dagen per week een branche op een locatie in een centrum staan, op die manier wel op verschillende locaties daarbinnen.

 

In BIJLAGE I, onder I.5.2 Seizoensgebonden standplaatsen, de tekst:

“Op aan te wijzen seizoenslocaties kunnen vergunninghouders 3 jaar handel drijven voor bijvoorbeeld het verkoopseizoen van hun product (zoals een oliebollen, ijs of kerstbomen). “

“Deze vergunning is locatieafhankelijk voor maximaal 3 dan wel voor maximaal 6 maanden per jaar geldig gedurende een periode van 3 jaar.”

Te wijzigen in:

Op aan te wijzen seizoenslocaties kunnen vergunninghouders binnen de plaatsingstermijn handel drijven voor bijvoorbeeld het verkoopseizoen van hun product (zoals een oliebollen, ijs of kerstbomen).

Deze vergunning is locatieafhankelijk voor maximaal 3 dan wel voor maximaal 6 maanden per jaar geldig gedurende de plaatsingstermijn.

 

In BIJLAGE I, onder I.5.3 Incidentele standplaatsen, de tekst:

“Het maatschappelijk belang zal door aanvrager aangetoond moeten worden via statuten.”

Te wijzigen in:

Het maatschappelijk belang blijkt uit een ANBI-status of zal door aanvrager aangetoond moeten worden via statuten.

 

In BIJLAGE V, onder V.1 Richtlijnen voor standplaatsvergunningen, bij 4. De vergunning, de tekst:

  • B.

    Reikwijdte van de vergunning.

  • d.

    een periode van minimaal 1 kalenderjaar en maximaal 5 kalenderjaren omvat waarbij een vergunning altijd eindigt op 31 december.

  • D.

    Vergunning voor een termijn van ten hoogste vijfjaar.

  • 1.

    Een vergunning voor een gereguleerde voorkeurslocatie wordt verleend voor een termijn van ten hoogste vijf jaar en seizoensgebonden locaties voor ten hoogste 3 jaar. De verleende termijn wordt niet verlengd, de standplaatsvergunning vervalt en de locatie kan beschikbaar komen voor een nieuwe aanbesteding.

Te wijzigen in:

  • d.

    een periode van minimaal 1 kalenderjaar en looptijd van maximaal 2x5 kalenderjaren omvat waarbij een vergunning altijd eindigt op 31 december.

  • D.

    Vergunning met een looptijd van ten hoogste tweemaal vijf of tweemaal drie jaar.

  • 1.

    Een vergunning voor een gereguleerde voorkeurslocatie wordt verleend voor een looptijd van maximaal (2x5=) 10 jaar met een eerste plaatsingstermijn van ten hoogste 5 jaar en seizoensgebonden locaties voor een looptijd van maximaal (2x3=) 6 jaar met een eerste plaatsingstermijn van ten hoogste 3 jaar. De verleende looptijd wordt niet verlengd, de standplaatsvergunning vervalt en de locatie opnieuw getoetst of deze beschikbaar kan komen met toepassing van mededing.

ARTIKEL II  

  • 1.

    Dit besluit wordt aangehaald als “Beleidsregels Standplaatsen Schagen 2023, eerste wijziging”.

  • 2.

    Dit besluit treedt in werking op de dag na bekendmaking.

Aldus vastgesteld in de vergadering van 21 mei 2024,

het college van burgemeester en wethouders Schagen,

De secretaris,

Mevrouw E. van der Bruggen

De burgemeester,

Mevrouw M.J.P. van Kampen-Nouwen

Naar boven