Gemeenteblad van Katwijk
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Katwijk | Gemeenteblad 2024, 234936 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Katwijk | Gemeenteblad 2024, 234936 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Financiële verordening gemeente Katwijk
Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
Overheidsbedrijf: onderneming met privaatrechtelijke rechtspersoonlijkheid, niet zijnde een personenvennootschap met rechtspersoonlijkheid, waarin de gemeente, al dan niet tezamen met een of meer andere publiekrechtelijke rechtspersonen, in staat is het beleid te bepalen of een onderneming in de vorm van een personenvennootschap, waarin een publiekrechtelijke rechtspersoon deelneemt;
Hoofdstuk 2. Begroting en verantwoording
Het college legt de raad ter autorisatie een begrotingswijziging voor als het binnen een (deel)programma een budgetneutrale begrotingswijziging wil maken waarbij de baten of de lasten met meer dan € 100.000 op taakveldniveau verschuiven. Dit doet het college in de eerst volgende bestuursrapportage. Het college is gemandateerd om binnen een deelprogramma begrotingswijzigingen vast te stellen waarbij de baten of de lasten met meer dan € 100.000 op taakveldniveau verschuiven. Het college informeert de gemeenteraad bij de eerst volgende bestuursrapportage over deze wijzigingen, voor zover de omvang van de wijziging groter dan € 50.000 is.
Het college is bevoegd over de gehele post onvoorzien te beschikken als de uitgave onvermijdbaar, onuitstelbaar en niet te voorzien was bij de begrotingssamenstelling, er geen andere dekkingsalternatieven mogelijk zijn, en de uitgaaf een eenmalig karakter heeft of de uitgaaf een structureel karakter heeft waarvoor in het begrotingsjaar geen dekking voorhanden is, terwijl in de jaren daarna wel dekking kan worden gevonden. De raad wordt hierover achteraf geïnformeerd in de bestuursrapportages.
Het college is bevoegd om, zonder voorafgaande toestemming van de raad, de centraal gealloceerde budgetten voor bedrijfsvoeringskosten en de stelpost prijsstijgingen te heralloceren naar andere (deel)programma's en taakvelden, zolang de totaalbudgetten voor respectievelijk bedrijfsvoeringskosten en stelpost prijsstijgingen niet worden overschreden. Voor het heralloceren van budget voor de stelpost prijsstijgingen geldt verder dat het college alleen wordt gemandateerd voor begrotingswijzigingen die binnen de door de raad vastgestelde indexeringspercetages vallen.
Artikel 4. Autorisatie investeringskredieten
Bij de begrotingsbehandeling worden de investeringen van het betreffende begrotingsjaar en in de meerjarenraming gepresenteerd waarbij de (lopende en nieuwe) investeringen als volgt worden ingedeeld:
categorie C: investeringen waarvan de raad heeft aangegeven dat hij op een later tijdstip een apart voorstel met een inhoudelijk plan van het investeringskrediet wil ontvangen. Bij categorie C is het college gemandateerd om voorbereidingslasten op het krediet te activeren tot maximaal 15% van het totale krediet en nooit meer dan € 100.000. Dit om tot een inhoudelijk investeringsvoorstel te komen. Voordat ze start met de uitvoering legt het college een inhoudelijk investeringsvoorstel met een voorstel voor het autoriseren van een investeringskrediet aan de raad voor.
Het college besluit niet over het verstrekken van leningen, waarborgen en garanties, over het verstrekken van kapitaal aan instellingen en ondernemingen en over omvangrijke meerjarige verplichtingen met aanmerkelijke risico’s dan nadat de raad is hierover is geïnformeerd en in de gelegenheid is gesteld zijn wensen en bedenkingen ter kennis van het college te brengen.
Wanneer het Rijk de gemeente bericht dat alle gemeenten samen het collectieve aandeel van gemeenten in het EMU-tekort, bedoeld in artikel 3, zesde lid, van de Wet houdbare overheidsfinanciën, hebben overschreden, informeert het college de raad of een aanpassing van de begroting nodig is. Als het college een aanpassing nodig acht, doet het college een voorstel voor het wijzigen van de begroting.
Hoofdstuk 3. Rechtmatigheidsverantwoording
Artikel 12. Voorwaardencriterium
Het voorwaardencriterium is het criterium van rechtmatigheid, dat betrekking heeft op de eisen die worden gesteld bij de uitvoering van de financiële beheershandelingen. De eisen/voorwaarden zijn afkomstig uit diverse wet- en regelgeving en hebben betrekking op aspecten als doelgroep, termijn, grondslag, administratieve bepalingen, normbedragen, bevoegdheden, bewijsstukken, recht, hoogte en duur.
Artikel 13. Begrotingscriterium
Het begrotingscriterium is een criterium van rechtmatigheid dat betrekking heeft op de grenzen van de baten en lasten in de door de raad geautoriseerde begroting van exploitatie en investeringskredieten en de hiermee samenhangende (deel)programma’s, waarbinnen de financiële beheershandelingen tot stand moeten zijn gekomen;
De overschrijdingen die als acceptabel zijn aangemerkt, zoals vermeld in lid 4, worden opgenomen in de rechtmatigheidsverantwoording onder een categorie 'acceptabele onrechtmatigheden' (voor zover de verantwoordingsgrens voor afzonderlijk fouten of onduidelijkheden is overschreden). Deze overschrijdingen worden niet nader toegelicht in de rechtmatigheidsverantwoording en in de paragraaf bedrijfsvoering, omdat deze al elders in de jaarrekening staan toegelicht.
Overschrijdingen van baten en/of onderschrijdingen van lasten, investeringskredieten en baten zijn op zichzelf niet onrechtmatig en kunnen alleen onrechtmatig zijn als die niet tijdig aan de raad zijn gemeld. Deze zijn tijdig gemeld als deze zijn opgenomen in een tussentijdse rapportage of begrotingswijziging gedurende het boekjaar danwel toereikend zijn toegelicht in de jaarrekening over het betreffende boekjaar.
Hoofdstuk 4. Financieel beleid
Artikel 15. Waardering, activeren, afschrijving en rente vaste activa
Op vaste activa wordt lineair afgeschreven (vast percentage van de aanschafwaarde gedurende de termijn van afschrijving) - tenzij in bijzondere gevallen in een voorstel aan de raad hiervan wordt afgeweken - met ingang van 1 januari van het boekjaar volgend op het jaar waarop de investering is gerealiseerd.
Artikel 18. Kostprijsberekening
Voor het bepalen van de geraamde kostprijs van rechten en heffingen waarmee kosten in rekening worden gebracht, en van goederen, werken en diensten die worden geleverd aan overheidsbedrijven en derden, wordt een extracomptabel stelsel van kostentoerekening gehanteerd. Bij deze kostentoerekening worden naast de directe kosten, de overheadkosten en de rentekosten van de in gebruik zijnde activa betrokken.
Bij de directe kosten worden de voorzieningen betrokken voor de noodzakelijke vervanging van de betreffende activa en de afschrijvingskosten van de in gebruik zijnde activa. Voor de afvalstoffenheffing en rioolheffing, waarmee kosten in rekening worden gebracht voor verrichte prestaties, wordt ook de compensabele BTW en de gederfde inkomsten van het wijtscheldingsbeleid betrokken. Bovendien wordt per heffing 40% van de kosten van het schoonhouden van straten toegerekend.
Voor de toerekening van de overheadkosten worden de overheadkosten die:
kunnen worden toegerekend aan activiteiten die geheel of deels worden bekostigd met een specifieke uitkering of subsidie, binnen het taakveld overhead apart geadministreerd en in de desbetreffende verantwoordingen over de besteding toegerekend aan die activiteiten, volgens een methodiek op basis van personeelsformatie (uren) per activiteit;
aan de kostprijs van rechten en heffingen worden toegerekend en aan goederen, werken, diensten die worden geleverd aan overheidsbedrijven en derden, voor zover dat niet activiteiten als bedoeld in lid a en lid b betreffen, berekend op een consistente wijze van toerekening van een aandeel in de totale overheadkosten op basis van de geraamde directe kosten;
kunnen worden toegerekend aan grondexploitaties, zelfrealisatieprojecten met kostenverhaal op grond van de Wro en Omgevingswet en investeringen bedrijfsgebouwen, GWW-werken, gronden en terreinen binnen het taakveld overhead apart geadministreerd en in de desbetreffende verantwoordingen over de besteding toegerekend aan die activiteiten, volgens een methodiek op basis van personeelsformatie (uren) per activiteit.
Voor de toerekening van de overheadkosten over urenbesteding van in en externe medewerkers op grondexploitaties, zelfrealisatieprojecten met kostenverhaal op grond van de Wro en Omgevingswet en investeringen bedrijfsgebouwen, GWW-werken, gronden en terreinen wordt jaarlijks in de begroting een opslagpercentage bepaald.
De percentages van de omslagrente voor de toerekening van rentekosten aan de in gebruik zijnde materiële vaste activa en grondexploitaties worden jaarlijks met de kaderbrief of kadernota vastgesteld.
Het percentage van de omslagrente voor materiële vaste activa wordt bepaald uit het saldo van de externe rentelasten en baten dat aan de taakvelden wordt toegerekend uitgedrukt in een percentage van de totale vaste activa. De gehanteerde omslagrente mag maximaal een half procent afwijken van de berekende omslagrente;
Het percentage van de omslagrente voor grondexploitaties wordt bepaald op basis van het gewogen gemiddelde rentepercentage van de bestaande leningenportefeuille van de gemeente, naar verhouding vreemd vermogen/totaal vermogen. De gehanteerde omslagrente mag maximaal een half procent afwijken van de berekende omslagrente.
Artikel 19. Prijzen economische activiteiten
Voor de levering van goederen, diensten of werken door de gemeente aan overheidsbedrijven en derden waarbij de gemeente in concurrentie met marktpartijen treedt, wordt ten minste de geraamde integrale kostprijs in rekening gebracht. Bij afwijking vanwege een publiek belang doet het college vooraf voor elk van deze activiteiten afzonderlijk een voorstel voor een raadsbesluit, waarin het publiek belang van de levering van de desbetreffende goederen, diensten of werken wordt gemotiveerd.
Bij het verstrekken van kapitaal, leningen of garanties door de gemeente aan overheidsbedrijven en derden gaat het college uit van een vergoeding van ten minste de geraamde integrale kosten van de verstrekte middelen. Bij afwijking vanwege een publiek belang doet het college vooraf een voorstel voor een raadsbesluit, waarin het publiek belang van de kapitaalverstrekking wordt gemotiveerd.
Artikel 20. Vaststelling hoogte belastingen, rechten en heffingen
Het college doet de raad jaarlijks een voorstel voor de hoogte van de gemeentelijke tarieven voor de belastingen, heffingen en rechten.
Artikel 21 Forfaitaire verdeelsleutel – Onderverdeling belasting over toegevoegde waarde op overheadkosten
Voor de onderverdeling van de belasting over toegevoegde waarde (BTW) op overheadkosten in 1. BTW fiscaal, 2. BTW Compensatiefonds, 3. Kostprijsverhogende BTW gebruikt de gemeente Katwijk de economische categorieën 1.1 Salarissen en sociale lasten en 3.5.1 Ingeleend personeel als verdeelsleutel. In eerste instantie op basis van de begroting, na de jaarafsluiting op basis van nacalculatie met de gerealiseerde bedragen.
Hoofdstuk 6. Financiële organisatie en financieel beheer
De administratie is zodanig van opzet en werking, dat zij in ieder geval dienstbaar is voor:
Het college zorgt voor de jaarlijkse interne toetsing van de getrouwheid van de informatieverstrekking en de rechtmatigheid van de beheershandelingen. Het college stelt een intern controleplan vast en informeert de raad daarover. De interne toetsing stelt vast dat gestelde kaders en interne regelgeving worden nageleefd in de gemeentelijke organisatie. Bij afwijkingen rapporteert het college daarover in de rechtmatigheidsverantwoording en over de genomen maatregelen tot herstel.
Het college zorgt voor de systematische controle van de registratie en de ontwikkeling van de bezittingen en het financieel vermogen van de gemeente met dien verstande dat de waardepapieren, de voorraden, de uitstaande leningen, de debiteurenvorderingen, de liquiditeiten, de opgenomen leningen, de kortlopende schulden en de vorderingen van crediteuren jaarlijks worden gecontroleerd en registergoederen en bedrijfsmiddelen ten minste eenmaal in de 4 jaar. Bij afwijkingen in de registratie neemt het college maatregelen voor herstel van de tekortkomingen.
Artikel 30. Aanbesteding en inkoop
Het college draagt zorg voor en legt in hun besluit “Inkoop en aanbestedingsbeleid” de interne regels voor de inkoop en aanbesteding van leveringen, werken en diensten vast. De regels waarborgen, dat wordt gehandeld in overeenstemming met de Europese en nationale (aanbestedings) wet- en regelgeving.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2024-234936.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.