Tweede wijziging van de Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen 2024

De Raad van de gemeente Rotterdam,

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 1 december 2023 (raadsvoorstel nr. 23bb008177/23bo008998);

 

gelet op de artikelen 149, 156 216, 225, 234 en 235 van de Gemeentewet en artikel 2a van de Wegenverkeerswet 1994;

 

overwegende, dat het wenselijk is om de Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen 2024 te wijzigen in verband met de invoering van een bedrijfsurenvergunning;

 

besluit:

Artikel I  

De Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen 2024 wordt als volgt gewijzigd:

 

A

In artikel 1 worden in de alfabetische volgorde de volgende begripsbepalingen ingevoegd, luidende:

 

  • -

    bedrijf: natuurlijke persoon of rechtspersoon, niet zijnde bewoner, die is ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel;

  • -

    bedrijfsurenvergunning: vergunning verleend aan een bedrijf voor het parkeren van voertuigen van bezoekers dan wel medewerkers zonder bedrijfsparkeervergunning voor een maximaal aantal uren per maand.

B

In artikel 10, vijfde lid, wordt ‘bezoekersvergunning of mantelzorgvergunning’ vervangen door ‘bezoekersvergunning, mantelzorgvergunning of een bedrijfsurenvergunning’.

 

C

De Bijlage Tarieventabel als bedoeld in artikel 13 van de Verordening parkeerregulering en parkeerbelasting komt te luiden:

 

Bijlage Tarieventabel als bedoeld in artikel 13 van de Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen 2024

 

Hoofdstuk 1 Parkeren door vergunninghouders

Bij het parkeren van een motorvoertuig op grond van een daartoe verleende vergunning, hetzij op een parkeerplaats voor belanghebbenden, hetzij op een parkeerplaats bij parkeerapparatuur, geldt voor de belasting, bedoeld in artikel 5, onderdeel a, van deze verordening, de volgende tarieven:

 

 

 Omschrijving 

Jaartarief

2024 in €

Maandtarief

2024 in €

1.1

voor het parkeren op een parkeerplaats bij parkeerapparatuur:

 

 

1.1.1

- eerste vergunning voor bewoners

106,80

8,90

1.1.2

- elke volgende vergunning voor bewoners

288,00

24,00

1.1.3

- vergunning voor bedrijven

567,60

47,30

1.1.4

- vergunning voor sportverenigingen

141,60

11,80

1.1.5

- vergunning voor religieuze instellingen

141,60

11,80

1.1.6

- maximaal 500 uur parkeren met een bezoekersvergunning

360,00

 

1.1.7

- maximaal 750 uur parkeren met een mantelzorgvergunning

270,00

 

1.1.8

- maximaal 132 uur parkeren met een bedrijfsurenvergunning

 

95,10

1.1.9

- maximaal 132 uur parkeren met een bedrijfsurenvergunning voor sportverenigingen

 

23,80

1.1.10

- maximaal 132 uur parkeren met een bedrijfsurenvergunning voor religieuze instellingen

 

23,80

1.2

voor het parkeren op een parkeerplaats voor belanghebbenden:

 

 

1.2.1

- eerste vergunning voor bewoners

200,40

16,70

1.2.2

- elke volgende vergunning voor bewoners

501,60

41,80

1.2.3

- vergunning voor bedrijven

1.155,60

96,30

1.2.4

- autodeelvergunning

106,80

8,90

 

Indien de vergunning in de loop van een jaar wordt verleend of beëindigd, is het tarief naar evenredigheid verschuldigd, gerekend van de eerste dag van de maand volgend op de datum van verlening, dan wel tot de eerste dag van de maand na beëindiging.

 

Een bezoekersvergunning, mantelzorgvergunning en bedrijfsurenvergunning wordt in parkeereenheden afgenomen die naar evenredigheid en gebruik worden afgerekend.

 

Hoofdstuk 2 Naheffingsaanslag

De kosten van de naheffingsaanslag, bedoeld in artikel 13 van de verordening, bedragen € 71,30 te verhogen met één uur op locatie geldend tarief gederfde belastinginkomsten.

 

Hoofdstuk 3 Wielklem

De kosten van het aanbrengen en verwijderen van de wielklem, bedoeld in artikel 12 van de verordening, bedragen € 280,90.

 

Hoofdstuk 4 Overige tarieven

De maatstaf van heffing, het belastingtarief, het belastingtijdvak en de opsomming van straten waarop deze van toepassing zijn voor de belasting genoemd in artikel 5, onderdeel b van deze verordening, worden vermeld in het door het college van burgemeester en wethouders op grond van artikel 156, eerste lid, juncto tweede lid, onderdeel h Gemeentewet vastgestelde, en bij deze verordening behorende tarievenoverzicht.

Artikel II  

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 april 2024.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 21 december 2023.

De griffier,

I.C.M. Broeders

De voorzitter,

A. Aboutaleb

Toelichting  

Met dit voorstel worden de parkeerproducten omtrent de bedrijfsurenvergunning toegevoegd aan de Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen 2024.

 

Dit gemeenteblad ligt ook ter inzage bij het Concern Informatiecentrum Rotterdam (CIC): 010-267 2514 of bir@rotterdam.nl

Naar boven