Wijzigingsverordening VloA 2019: Voorziening Jongerenwerk in scholen

De raad van de gemeente Amsterdam,

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 19 maart 2024,

gelet op :

  • Artikel 5.1, eerste lid en 5:23 van de Wet op het voortgezet onderwijs 2020

  • Artikel 149 van de Gemeentewet

 

besluit:

Artikel I  

Aan Bijlage 1 (Voorzieningen in natura) van de Verordening op het lokaal onderwijsbeleid

Amsterdam 2019 wordt een hoofdstuk toegevoegd, luidende:

 

Hoofdstuk 8 Voorziening Jongerenwerk in scholen

 

Artikel 8.1 Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    JiS: Jongerenwerk in Scholen, waarvan de inzet is gericht op het verbinden van de verschillende leefwerelden van leerlingen (thuis, school, straat en online) en het vroegtijdig signaleren van de ondersteuningsbehoeften van leerlingen op gebied van zorg en veiligheid;

  • b.

    OKT: Ouder- en Kindteam Amsterdam dat laagdrempelige jeugdhulp en jeugdgezondheidszorg biedt voor kinderen, jongeren en ouders. Elk team bestaat uit ouder- en kindadviseurs, jeugdartsen, jeugdpsychologen en jeugdverpleegkundigen;

  • c.

    school: school voor voortgezet onderwijs;

  • d.

    SWV VO: Samenwerkingsverband Voortgezet Onderwijs Amsterdam-Diemen.

Artikel 8.2 Doel van de voorziening

Het doel van deze voorziening is om door middel van de inzet van JiS de veerkracht van leerlingen die een steuntje in de rug nodig hebben, te versterken. Door het verbinden van de verschillende leefwerelden van jongeren (thuis, school, straat en online), signaleren jongerenwerkers de ondersteuningsbehoeften van jongeren op gebied van zorg en veiligheid vroegtijdig, en kunnen ze problemen klein houden.

 

Artikel 8.3 Voorziening in natura

  • 1.

    Het college kan aan een school voor voortgezet onderwijs een voorziening verlenen voor de inzet van JiS voor haar leerlingen voor de periode 1 januari 2025 tot 1 augustus 2027.

  • 2.

    Het aantal doelgroepleerlingen dat op een school is ingeschreven op 1 oktober van het schooljaar twee jaar voorafgaand aan het tijdvak zoals genoemd in het eerste lid is daarbij bepalend voor het aantal fte jongerenwerkers dat ingezet wordt op de school:

    Doelgroepleerlingen per school

    Maximaal aantal fte jongerenwerkers

    Kleiner of gelijk aan 400

    0,6 fte

    Meer dan 400

    1,2 fte

 

Artikel 8.4 Beschikbaar aantal fte jongerenwerkers en verdeelsystematiek

  • 1.

    Voor de periode 1 januari 2025 tot 1 augustus 2027 is in totaal 56 fte jongerenwerkers beschikbaar voor inzet op de scholen.

  • 2.

    Indien het aantal aanvragen dat niet geweigerd wordt op grond van artikel 8.7 het beschikbaar aantal fte jongerenwerkers overschrijdt, rangschikt het college de aanvragen op een prioriteitenlijst op basis van de volgende criteria en de bijbehorende punten:

    • a.

      percentage doelgroepleerlingen op een school (maximaal 150 punten), waarbij de volgende onderverdeling geldt:

      • i.

        0-20 % doelgroepleerlingen = 30 punten;

      • ii.

        21-40 % doelgroepleerlingen = 60 punten;

      • iii.

        41-60 % doelgroepleerlingen = 90 punten;

      • iv.

        61- 80 % doelgroepleerlingen = 120 punten;

      • v.

        81 -100 % doelgroepleerlingen = 150 punten;

    • b.

      de mate waarin er sprake is van aanwezigheid van veiligheidsrisico’s rond een school (maximaal 50 punten), waarbij de volgende verdeling geldt:

      • i.

        Score 0-20 = 10 punten;

      • ii.

        Score 20 -40 = 20 punten;

      • iii.

        Score 40-60 = 30 punten;

      • iv.

        Score 60 – 80 = 40 punten;

      • v.

        Score 80 -100 = 50 punten;

    • c

      de mate waarin er sprake is van aanwezigheid van kwetsbare jeugd tot 18 jaar in het stadsdeel waar een school gevestigd is (maximaal 50 punten, waarbij de volgende verdeling geldt:

      • i.

        0 - 4% kwetsbare jeugd = 10 punten;

      • ii.

        5 - 9 % kwetsbare jeugd = 20 punten;

      • iii.

        10 – 14 % kwetsbare jeugd = 30 punten;

      • iv.

        15 - 19% kwetsbare jeugd = 40 punten;

      • v.

        meer dan 20 % kwetsbare jeugd = 50 punten.

    • d

      de mate waarin er sprake is van aan de leerlingen gerelateerde opgaven op het gebied van zorg & welzijn, veiligheid in en om school, en de thuissituatie, waarmee de school wordt geconfronteerd (maximaal 100 punten);

    • e

      de wijze waarop de school JiS inzet en/of wil inzetten in de aanpak van deze opgaven (maximaal 100 punten).

  • 3.

    Het college laat zich over de rangorde adviseren door een commissie, bestaande uit vertegenwoordigers van het SWV VO, jongerenwerkorganisaties in de stad, het Operationeel Team Schoolveiligheid en een ambtenaar Jeugd & Veiligheid met specialisatie schoolveiligheid.

  • 4.

    De commissie betrekt bij de beoordeling van de aanvragen voor wat betreft het criterium als bedoeld in het tweede lid, aanhef en onder d. tevens de bij de stedelijke werkgroep JiS van Samen voor Jongeren Amsterdam, de teams Sociale Basis en de projectleiders Jeugd & Veiligheid van de stadsdelen, en de Ouder- en Kind Teams ingewonnen schriftelijke informatie hierover.

  • 5.

    De aanvragen worden gehonoreerd naar de volgorde op de prioriteitenlijst tot dat het maximaal aantal inzetbare fte jongerenwerkers is bereikt.

  • 6.

    Indien gedurende de looptijd van deze voorziening een school geen gebruik meer maakt van JiS, komt de hoogst op de prioriteitenlijst geplaatste niet gehonoreerde aanvraag alsnog voor de voorziening voor de dan resterende tijd in aanmerking. Het voorafgaande geldt alleen als naar het oordeel van het college met de inzet van JiS op dat moment nog aan het doel van de voorziening kan worden voldaan.

Artikel 8.5 Aanvrager en Aanvraagtermijn

  • 1.

    Deze voorziening kan uitsluitend worden aangevraagd door een schoolbestuur voor een vestiging van een school, waarvoor hij is aangesloten bij het SWV-VO Amsterdam-Diemen.

  • 2.

    Een aanvraag voor de voorziening moet in afwijking van artikel 6 van de VloA 2019 worden ingediend voor 12 april 2024.

Artikel 8.6 Bij de aanvraag in te dienen gegevens

  • 1.

    In aanvulling op artikel 5, tweede lid van de VloA 2019 wordt bij een aanvraag de volgende informatie verstrekt:

    • a.

      een beschrijving van aan leerlingen gerelateerde maatschappelijke opgaven op het gebied van zorg & welzijn, veiligheid in en om school en de thuissituatie waarmee de school wordt geconfronteerd en de zwaarte van deze problematiek;

    • b.

      een beschrijving van de wijze waarop de school deze uitdagingen wil aanpakken met de inzet van JiS, waarbij in gegaan wordt op:

      • i.

        hoe JiS aansluit bij pedagogische visie van de school;

      • ii.

        hoe de voor het succesvol inzetten van JiS vereiste samenwerking tussen het schoolteam en JiS vorm gegeven wordt;

    • c.

      welke functionaris het vaste aanspreekpunt voor JiS wordt binnen de school;

    • d.

      of de school een aparte ruimte beschikbaar heeft voor het JiS of dat een ruimte gedeeld moet worden met andere functionarissen.

  • 2.

    Bij een aanvraag voor een school die voorafgaand aan de aanvraag al gebruik maakt van JiS, wordt in plaats van de in het eerste lid, onderdelen a. en b. gevraagde informatie de volgende informatie verstrekt:

    • a.

      een beschrijving van de uitdagingen als bedoeld in het eerste lid onder a. waarvoor de school stond voordat JiS werd ingezet en de huidige stand van zaken;

    • b.

      een beschrijving van de wijze waarop de school het jongerenwerk heeft ingezet om deze opgaven aan te pakken, met welk resultaat en mogelijke verbeterpunten;

    • c.

      een beschrijving op welke wijze de school jongerenwerk wil inzetten voor de periode waarop de aanvraag ziet, waarbij ingaan wordt op:

      • i

        hoe JiS aansluit bij pedagogische visie van de school;

      • ii

        hoe de voor het succesvol inzetten van JiS vereiste samenwerking tussen het schoolteam en JiS vorm gegeven wordt.

Artikel 8.7 Weigeringsgronden

  • 1.

    Het college weigert een aanvraag als:

    • a.

      De aanvrager voor de vestiging van de school waarvoor hij de aanvraag indient niet is aangesloten bij het SWV VO Amsterdam-Diemen;

    • b.

      door het honoreren van de aanvraag het aantal beschikbare fte’s JiS wordt overschreden.

  • 2.

    Het college kan een aanvraag weigeren als:

    • a.

      de school geen vast aanspreekpunt aanwijst voor JiS;

    • b.

      een school nog in de oprichtingsfase verkeert en de voor hem geldende stichtingsnorm nog niet heeft behaald;

    • c.

      het leerlingenaantal van een school al meer dan twee jaar onder de voor hem geldende opheffingsnorm ligt.

Artikel 8.8 Verplichtingen

Aan de inzet van JIS zijn de volgende verplichtingen verbonden:

  • a.

    de school dient nadat de aanvraag voor de voorziening JiS door het college is gehonoreerd gezamenlijk met de jongerenwerkorganisatie die het reguliere jongerenwerk uitvoert in het stadsdeel waarin de school gevestigd is, een aanvraag voor subsidie voor de uitvoering van JIS in conform de daarvoor geldende regels;

  • b.

    de school stelt per 0,6 fte jongerenwerker een budget van minimaal € 1800 beschikbaar voor activiteiten die de jongerenwerker in het kader van JiS voor de leerlingen van de school uitvoert.

  • c.

    de school draagt gezamenlijk met de jongerenwerkorganisatie zorg voor de inhoudelijke (tussentijdse) verantwoording van de subsidie die door het college aan JIS is verstrekt.

Artikel II  

De toelichting op Bijlage 1: (Voorzieningen in natura) van de Verordening op het lokaal onderwijsbeleid Amsterdam 2019komt te luiden:

 

A

 

Toelichting Bijlage 1: Voorzieningen in natura

De voorzieningen in natura schoolzwemmen, schooltuinprogramma en natuur- & milieueducatie en verkeerseducatie worden al decennia door de gemeente aangeboden voor Amsterdamse kinderen in de basisschoolleeftijd. De andere voorzieningen cultuureducatie, taal en ouder betrokkenheid, training deskundigheidsbevordering schoolveiligheid, en Jongerenwerk in Scholen zijn hier later op verschillende momenten aan toegevoegd. Ze zijn allen van belang voor het opgroeien in de stad waar het gaat om een actief verkeersbewustzijn, zwemvaardigheid, praktijkkennis van wat groeit en bloeit, een stimulans voor een gezonde levensstijl, kennismaking met cultuur, veiligheid en kansengelijkheid.

 

Voor alle voorzieningen geldt een bijzondere aanvraagprocedure, zoals aangegeven in de voorzieningen zelf.

 

De voorziening cultuureducatie (Hoofdstuk 2), bestaat uit twee verstrekkingen. Op de eerste plaats de cultuurvouchers voor leerlingen van scholen voor het basisonderwijs, (v) so en de eerste twee leerjaren van zowel het VMBO als het praktijkonderwijs. De verstrekking vakdocent muziek richt zich op leerlingen vanaf groep 3 van het basisonderwijs en de leerlingen van de scholen voor (v)so, mits het schoolbestuur van de betrokken school het convenant Basispakket Cultuureducatie heeft ondertekend.

 

Met de inzet van de Voorziening schoolzwemmen (Hoofdstuk 3) wil de gemeente bereiken dat van alle kinderen in Amsterdam die de scholen voor het basisonderwijs verlaten tenminste 95% in het bezit is van een A-diploma. De voorziening staat tevens open voor leerlingen van bepaalde school voor speciaal onderwijs.

 

De Voorziening schooltuinprogramma en Natuur& Milieueducatie (Hoofdstuk 4) richt zich op leerlingen van scholen voor het basisonderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs.

 

Bij de Voorziening verkeerseducatie (Hoofdstuk 5) bestaat de doelgroep uit leerlingen van 4 tot 18 jaar van scholen voor basisonderwijs en voortgezet onderwijs. De website van de aanbieder voor verkeerseducatie is terug te vinden op de website van de gemeente Amsterdam.

 

De Voorziening Taal en Ouderbetrokkenheid (TOB) (Hoofdstuk 6) is met ingang van schooljaar 2021-2022 als voorziening in natura opgenomen in de VloA 2019. Onder regie van Werk, Participatie en Inkomen (WPI), afdeling volwasseneneducatie, werden de cursussen TOB al jaren uitgevoerd en draagt hier nog steeds zorg voor. TOB wordt op basisscholen aangeboden ten behoeve ouders die de Nederlandse taal onvoldoende spreken. In de voorziening is een drempel ingebouwd betreffende het minimale percentage doelgroepleerlingen op een school, waaronder de school niet in aanmerking komt voor TOB. Deze voorziening vormt een aanvulling op de Kansenaanpak PO (Bijlage 3 van de VloA 2019).

 

De Voorziening Training deskundigheidsbevordering schoolveiligheid 2024 (Hoofdstuk 7) richt zich op alle leden van het schoolteam (docenten, onderwijsondersteunend personeel en directie) van Amsterdamse scholen.

 

Het doel van deze voorziening is het versterken van de aanpak en preventie van schoolveiligheidsproblematiek, door leden van een schoolteam gezamenlijk te trainen in omgaan met en pedagogisch handelen bij ernstig grensoverschrijdend gedrag van jongeren in en om school. Door de deskundigheid van het schoolteam in omgaan met schoolveiligheidsproblematiek te vergroten, ondersteunt de Gemeente Amsterdam scholen bij het realiseren van een veilig schoolklimaat.

 

Het trainingsaanbod is onderverdeeld in drie thema’s: leefwereld van jongeren, duiden van individueel problematisch gedrag en groepsdynamica. De Gemeente Amsterdam selecteert het trainingsaanbod van externe aanbieders van trainingen, sluit raamovereenkomsten met hen af en publiceert dit in een catalogus op Externe link: https://www.amsterdam.nl/schoolveiligheid. Scholen kunnen hier zelf hun keuze maken voor de voor hen relevante schoolveiligheidsthema’s, de bij hen passende externe aanbieders en de (varianten van) trainingen.

 

In de door de gemeente met de externe aanbieder af te sluiten raamovereenkomst staat beschreven onder welke voorwaarden de externe aanbieder met de gemeente en de deelnemende school tot een opdrachtovereenkomst komen. Voor deze voorziening in natura is een maximaal budget per jaar vastgesteld, waaruit de gemeente de door externe aanbieders aan scholen verzorgde trainingsbijeenkomsten betaalt. Omdat de kosten van trainingsmodules per aanbieder en training(svariant) kunnen verschillen, is het niet op voorhand vast te stellen hoeveel trainingsmodules kunnen worden verstrekt. De Gemeente Amsterdam informeert de scholen en externe aanbieders wanneer het budget volledig besteed is in enig kalenderjaar gedurende de looptijd van deze regeling.

 

De Voorziening Jongerenwerk in Scholen (JiS) (Hoofdstuk 8)betreft uitsluitend de selectie van scholen voor voortgezet onderwijs om in aanmerking te komen voor de inzet van Jongerenwerk in de periode 1 januari 2025 tot 1 augustus 2027. Met een positieve beschikking kan een schoolbestuur voor de uitvoering van JiS een samenwerking aangaan met een jongerenwerkorganisatie die in het stadsdeel waar de school gevestigd is vanaf 1 januari 2025 het reguliere jongerenwerk uitvoert en hiervoor een subsidie ontvangt op grond van de Subsidieverordening Sociale Basis 2025. Voor de uitvoering van JiS kan de jongerenwerkorganisatie vervolgens een subsidieaanvraag indienen op basis van de Subsidieregeling Jongerenwerk in Scholen (JiS) die naar verwachting medio 2024 zal worden vastgesteld door het college. Het budget dat beschikbaar is voor de uitvoering van deze subsidieregeling bestaat uit een bijdrage van zowel de gemeente als van de SWV VO. Daarnaast dient de school zelf een budget beschikbaar te stellen voor het uitvoeren van activiteiten door JiS voor de leerlingen op de school. Het gaat hierbij om activiteiten die met name gericht zijn op talentontwikkeling, voorlichting en sport en spel. Met dit soort activiteiten kan het JiS onder meer leerlingen interesseren voor naschoolse activiteiten en toeleiden naar het reguliere jongerenwerk in de stadsdelen.

 

Het betreft een voortzetting van het sinds 2020 uitgevoerde project JiS. Tot nu verliep de selectie van de scholen via het SWV VO op basis van beoordelingscriteria die het SWV VO gezamenlijk met het college had vastgesteld. Onder de scholen is de animo groot voor JiS. Het budget is helaas onvoldoende om alle aanvragen te honoreren. Vanaf 1 januari 2025 willen de gemeente en het SWV VO dat JiS ingezet wordt op die scholen waar de bijdrage van het jongerenwerk voor leerlingen het hardst nodig is. Hierdoor wordt het aantal scholen dat in aanmerking komt kleiner en wijzigen de criteria op basis waarvan de scholen worden gerangschikt. Het SWV VO en de gemeente hebben daarom gezamenlijk besloten dat de selectie van de scholen voortaan via de VloA 2019 verloopt, omdat tegen de besluiten van het college hierover in tegenstelling tot de SWV VO, rechtsmiddelen open staan. Hiermee is de rechtsbescherming van de schoolbesturen gegarandeerd.

 

Het aantal scholen dat in aanmerking komt voor deze voorziening is afhankelijk van het aantal fte jongerenwerkers dat in totaal beschikbaar is gedurende de looptijd van de voorziening. De voorziening JiS is in nauwe samenwerking tussen SWV VO en de gemeente tot stand gekomen. De SWV VO neemt tevens deel aan de commissie die het college hierover adviseert (artikel 8.4, derde lid). Daarnaast hebben vertegenwoordigers van het jongerenwerk in de stad, het Operationeel Team Schoolveiligheid en een ambtenaar Jeugd & Veiligheid met specialisatie schoolveiligheid zitting in deze commissie.

 

In artikel 8.4 zijn in het tweede lid de beoordelingscriteria opgenomen. De eerste drie criteria worden bepaald op basis van objectieve informatie, waarover de commissie geen inhoudelijk advies hoeft uit te brengen, maar die wel meetellen in het bepalen van de rangorde. Bij het eerste criterium gaat het daarbij om het percentage doelgroepleerlingen op een school. Het tweede criterium betreft de aanwezigheid van veiligheidsrisico’s rond een school. Deze risico’s worden vastgesteld op basis van de meest actuele cijfers vanuit dashboard Veiligheid in beeld van Onderzoek & Statistiek Amsterdam (O&S) .Het derde criterium ziet op het percentage kwetsbare jongeren van 0-23 dat woonachtig is in het stadsdeel waar de school gevestigd is. Ook deze cijfers zijn afkomstig van O&S. Over de andere criteria dient de commissie een inhoudelijk advies te geven. Het gaat daarbij om de opgaven die leerling gerelateerd zijn en waarmee de school wordt geconfronteerd (zie hierna) en de wijze waarop de school JiS wil inzetten of inzet in de aanpak van deze opgaven. In artikel 8.6 over de bij de aanvraag te verstrekken informatie worden scholen gevraagd om nader op deze onderwerpen in te gaan. De school dient bij de gewenste inzet van JiS ook in te gaan op de wijze waarop deze inzet aansluit bij de pedagogische visie van de school. Een van de werkzame elementen om JiS effectief in te zetten is een stabiele samenwerking tussen jongerenwerkers en het schoolteam. Bij de aanvraag dient de school te beschrijven op welke wijze zij hiervoor zal zorgdragen. Scholen die voorafgaand aan de aanvraag al van JiS gebruik maakten, dienen aan te geven hoe deze samenwerking al ingebed is binnen de school. Daarbij dient de school ook in te gaan op eventuele verbeterpunten.

 

Bij de aanvraag dient een beschrijving te worden gegeven van de maatschappelijke opgaven die met de leerlingen de school binnen komen. Bij opgaven op het gebied van zorg & welzijn van leerlingen kan worden gedacht aan problemen met de mentale gezondheid, veel externaliserend (bijvoorbeeld vechtpartijen) of juist internaliserend gedrag (bijvoorbeeld eenzaamheid of gepest worden). Bij veiligheid in en om de school kan het bijvoorbeeld gaan om ernstig grensoverschrijdend gedrag en straatcultuur. Bij opgaven voorvloeiend uit de thuissituatie van leerlingen kan gedacht worden aan beperkte ouderbetrokkenheid, armoede en daaruit voortvloeiend financiële zorgen. Niet alleen de scholen worden hierover bevraagd. Ook aan de stedelijke werkgroep JiS van Samen voor Jongeren Amsterdam, de teams Sociale Basis en de projectleiders Jeugd & Veiligheid van de stadsdelen, en de Ouder- en Kind Teams worden dezelfde vragen gesteld over de Amsterdamse scholen. Daarbij wordt hen gevraagd om onderbouwd aan te geven welke scholen volgens hen te kampen hebben met de grootste leerling gerelateerde opgaven. De commissie gebruikt op grond van artikel 8.4, vierde lid deze informatie bij de beoordeling van de aanvragen van de scholen.

 

In artikel 8.5 is onder meer opgenomen dat de aanvraag voor deze voorziening uitsluitend kan worden ingediend door een schoolbestuur voor een vestiging van een school, waarvoor hij is aangesloten bij het SWV-VO Amsterdam-Diemen. Sinds maart 2022 is de gemeente Amsterdam gefuseerd met de gemeente Weesp. De scholen voor voortgezet onderwijs die in het stadsgebied Weesp zijn gevestigd zijn aangesloten bij QUINAS, het samenwerkingsverband passend onderwijs in de regio Gooi en Vechtstreek. Omdat JiS gezamenlijk gefinancierd wordt door de gemeente Amsterdam en de SWV VO Amsterdam-Diemen komen de scholen in Weesp niet in aanmerking voor deze voorziening. Dit is tevens opgenomen als weigeringsgrond artikel 8.7.

 

Verder gaat het bij de weigeringsgronden onder meer om het achterwege laten van een aanspreekpunt binnen de school. Uit onderzoek blijkt dat om JiS te laten slagen het noodzakelijk is dat er een vast aanspreekpunt voor de jongerenwerker(s) is binnen de school. Hierdoor kan JiS beter worden ingebed worden in de school.

Artikel III  

Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking in het Gemeenteblad.

Artikel III  

Deze verordening wordt aangehaald als Wijzigingsverordening VloA 2019: Voorziening Jongerenwerk in scholen.

Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 24 april 2024

De voorzitter

Femke Halsema

De raadsgriffier

Jolien Houtman

Toelichting bij de wijzigingsverordening

Jongerenwerk in scholen (JiS) wordt sinds 2020 uitgevoerd in Amsterdamse scholen voor voortgezet onderwijs. Het SWV VO en de gemeente bekostigen gezamenlijk JiS.

Onder de scholen is de animo groot voor JiS. Het budget is helaas onvoldoende om alle aanvragen te honoreren. Tot nu verliep de selectie van de scholen via SWV VO op basis van beoordelingscriteria die SWV VO gezamenlijk met het college had vastgesteld. Vanaf 1 januari 2025 willen de gemeente en het SWV VO dat JiS ingezet wordt op die scholen waar de bijdrage van het jongerenwerk voor leerlingen het hardst nodig is. Hierdoor wordt het aantal scholen dat in aanmerking komt kleiner en wijzigen de criteria op basis waarvan de scholen worden gerangschikt. Het SWV VO en de gemeente hebben daarom gezamenlijk besloten dat de selectie van de scholen voortaan via de VloA 2019 verloopt, omdat tegen de besluiten van het college hierover in tegenstelling tot het SWV VO, rechtsmiddelen open staan. Hiermee is de rechtsbescherming van de schoolbesturen gegarandeerd.

 

De voorziening JiS is in nauwe samenwerking tussen SWV VO en de gemeente tot stand gekomen. Het SWV VO neemt tevens deel aan de commissie die het college hierover adviseert. Daarnaast hebben vertegenwoordigers van het jongerenwerk in de stad, het Operationeel Team Schoolveiligheid en een ambtenaar Jeugd & Veiligheid met specialisatie schoolveiligheid zitting in de commissie.

De toelichting op Bijlage 1 is vervangen, omdat de opmaak aangepast is naar aanleiding van de toevoeging van het nieuwe hoofdstuk 8 Voorziening Jongerenwerk in scholen. De tekst van de toelichting voor zover het de overige 7 hoofdstukken betreft heeft inhoudelijk geen wijziging ondergaan.

 

De jongerenwerkorganisatie die JiS gaat uitvoeren op een school kan later dit jaar een subsidie aanvragen op basis van een nog door het college vast te stellen subsidieregeling. Het budget dat beschikbaar is voor de uitvoering van deze subsidieregeling bestaat uit een bijdrage van zowel de gemeente als van het SWV VO.

Naar boven