Regeling rechtspositie burgemeester en wethouders gemeente Olst-Wijhe 2024

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Olst-Wijhe, gelezen het voorstel van 29 april 2024 en zaaknummer 17997-2024;

 

gelet op de artikelen 44 en 66 van de Gemeentewet en de artikelen 3.2.10, 3.3.2, 3.3.3, tweede lid en 3.3.8 van het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers en artikel 3.8 van de Rechtspositieregeling decentrale politieke ambtsdragers;

 

besluit vast te stellen de volgende regeling: Regeling rechtspositie burgemeester en wethouders gemeente Olst-Wijhe 2024.

Artikel 1. Definitiebepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

 

college: college van burgemeester en wethouders.

 

burgemeester: voorzitter van het college van burgemeester en wethouders.

 

secretaris: de secretaris bedoeld in artikel 107 van de Gemeentewet.

 

wethouder: lid van het college van burgemeester en wethouders.

Artikel 2. Nadere regels niet-partijpolitiek georiënteerde scholing burgemeester en wethouders

  • 1.

    De burgemeester of de wethouder die willen deelnemen aan niet-partijpolitiek georiënteerde scholing bedoeld in artikel 3.3.3 Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers in verband met de vervulling van hun functie dienen daartoe vooraf een gemotiveerde aanvraag in bij de secretaris.

  • 2.

    Deze aanvraag gaat vergezeld van stukken met inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie.

  • 3.

    Het college beslist op de aanvraag op basis van de overlegde stukken.

Artikel 3. Informatie- en communicatievoorzieningen

  • 1.

    De burgemeester of de wethouder tekent een bruikleenovereenkomst wanneer hem ten laste van de gemeente voor de duur van de uitoefening van zijn functie informatie- en communicatievoorzieningen ter beschikking worden gesteld als bedoeld in artikel 3.3.2 Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers. Het college stelt het model van de bruikleenovereenkomst vast.

  • 2.

    De burgemeester of de wethouder levert na beëindiging van zijn functie de ter beschikking gestelde informatie- en communicatievoorzieningen in bij de gemeente. Overname van de informatie-en communicatievoorzieningen na schoning is mogelijk tegen vergoeding van de resterende waarde van de voorzieningen in het economisch verkeer.

Artikel 4. Beroepsvereniging

  • 1.

    Voor de burgemeester wordt het Nederlands Genootschap van Burgemeesters (NGB) aangewezen als beroepsvereniging waarvoor aanspraak kan worden gemaakt op een vergoeding voor de contributie dan wel dat de kosten van de contributie ten laste van de gemeente komen.

  • 2.

    Voor de wethouders wordt de Wethoudersvereniging aangewezen als beroepsvereniging waarvoor aanspraak kan worden gemaakt op een vergoeding voor de contributie dan wel dat de kosten van de contributie ten laste van de gemeente komen.

Artikel 5. Aanwijzing als eindheffingsbestanddeel

  • 1.

    Als eindheffingsbestanddeel als bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 worden aangewezen de vergoedingen, tegemoetkomingen en verstrekkingen, genoemd in artikel 3.3.8 van het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers.

  • 2.

    Als eindheffingsbestanddeel als bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 worden verder aangewezen de vergoedingen, tegemoetkomingen en verstrekkingen, genoemd in deze regeling, voor zover deze worden gerekend tot een vergoeding, tegemoetkoming of verstrekking als bedoeld in artikel 31a, tweede lid, onderdelen a tot en met h, van de Wet op de Loonbelasting 1964.

Artikel 6. Betaling en declaratie van onkosten

  • 1.

    Tenzij het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers of de Rechtspositieregeling decentrale politieke ambtsdragers anders bepalen, vindt de betaling van kosten die op grond van deze regeling voor vergoeding of tegemoetkoming in aanmerking komen plaats door:

    • a.

      betaling uit gemeentelijke middelen, op basis van een rechtstreeks aan de gemeente toegezonden factuur;

    • b.

      betaling vooruit uit eigen middelen of;

    • c.

      betaling ten laste van de gemeentelijke creditcard.

  • 2.

    Een aanvraag om een vergoeding van de onkosten als bedoeld in dit artikel gaat vergezeld van een declaratieformulier en bewijsstukken. Het vereiste om bewijsstukken te overleggen geldt niet wanneer de vergoeding een forfaitair bedrag betreft.

  • 3.

    Het declaratieformulier en de bewijsstukken worden binnen 3 maanden na factuurdatum of betaling door de burgemeester of wethouder ingediend bij de secretaris.

  • 4.

    Voor zover van toepassing draagt de gemeente er zorg voor dat de betaling aan burgemeester of wethouders binnen één kalendermaand na het indienen van de aanvraag wordt overgemaakt.

Artikel 7. Inwerkingtreding

  • 1.

    De Regeling rechtspositie burgemeester en wethouders gemeente Olst-Wijhe 2019 in te trekken per 1 januari 2024.

  • 2.

    Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van publicatie van het Gemeenteblad waarin deze regeling wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2024.

Artikel 8. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling rechtspositie burgemeester en wethouders gemeente Olst-Wijhe 2024.

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Olst-Wijhe, 7 mei 2024.

De burgemeester

Sietske Poepjes

De secretaris

Gerald Grashof

Naar boven