Aanwijzingsbesluit toezichthouders team Veiligheid en wijkgericht werken

Burgemeester en wethouders van Venlo, alsmede de burgemeester van Venlo, ieder voor zover het zijn bevoegdheden betreft;

gezien het voorstel van 6 mei 2024;

gelet op de Algemene wet bestuursrecht en het Besluit mandaat, volmacht, machtiging en aanwijzing Venlo 2021;

overwegende, dat het wenselijk is te voorzien in de aanwijzing van toezichthouders in de zin van artikel 5:11 van de Algemene wet bestuursrecht in samenhang met de onderscheidenlijke wettelijke voorschriften;

besluiten/besluit:

 

  • I.

    Allen werkzaam als Boa Domein I Openbare Ruimte, aan te wijzen als toezichthouder voor de volgende wetten/verordeningen:

    • a.

      Algemene plaatselijke verordening Venlo;

    • b.

      Alcoholwet juncto artikel 1 Wet op de economische delicten en de artikelen 45 en 45a Alcoholwet; overigens is voor de opsporingsbevoegdheid met betrekking tot uitsluitend de artikelen 45 en 45a Alcoholwet de opleiding bedoeld in artikel 3, onderdeel a, van de Regeling toezichthoudende ambtenaren niet vereist.

    • c.

      Huisvestingswet;

    • d.

      Visserijwet 1963 juncto artikel 1a Wet op de economische delicten en artikel 55 Visserijwet;

    • e.

      Artikel 2.3.6 Vuurwerkbesluit juncto artikel 9.2.2.1 Wet Milieubeheer juncto artikel 1a Wet op de economische delicten;

    • f.

      Alleen voor stilstaand verkeer: artikel 5 Wegenverkeerswet 1994 (WVW) en het Reglement Verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV);

Voor zover van toepassing ook voor rijdend verkeer: de artikelen 4, 5, 6, 8, 10, 28, 57, 60 en 82 RVV, en artikel 62 RVV juncto bijlage I, hoofdstukken C (geslotenverklaring) en D (rijrichting), RVV. Handhaving op het negeren van een C- of D-bord is toegestaan in relatie tot de leefbaarheid, waaronder het tegengaan van overlast door sluipverkeer en het verbeteren van de leefbaarheid door bepaalde gebieden af te sluiten voor (vracht)auto’s, zoals de zogeheten milieuzones.

Voor zover van toepassing op fietsers en voetgangers:

  • 1.

    artikelen 35 en 35a van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990;

  • 2.

    artikel 61a van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990, voor zover het gaat om niet-gemotoriseerd verkeer;

  • 3.

    artikelen 62 juncto 68 lid 1 en onder c en 62 juncto 69 lid 1 en onder b van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990, voor zover het gaat om niet-gemotoriseerd verkeer en voetgangers.

Handhaving is slechts mogelijk wanneer in een gezamenlijk handhavingsarrangement de (rand)voorwaarden zijn beschreven waaronder handhaving zal plaatsvinden.

Digitaal handhaven is slechts mogelijk bij overtreding van het RVV en na instemming van het Parket Centrale Verwerking Openbaar Ministerie;

  • g.

    Artikelen 30 en 34 van de Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen;

  • h.

    Titel VA van de Wet op de kansspelen;

  • i.

    Wet openbare manifestaties;

  • j.

    Artikelen 175, 184, 184a, 185, 188, 199, 225, 231 tweede lid, 239, 266 juncto 267 onder 2°, 350, 351, 351bis, 352, 416, 417bis, 424 t/m 429, 430a, 435 onder 4°, 437, 437bis, 437ter, 438, 443 ook voor zover het gaat om overtreding van een noodverordening die of een noodbevel dat verband houdt met het COVID-19-virus, 447b tot en met 447e, 453 en 458 tot en met 461 Wetboek van Strafrecht;

  • k.

    Artikelen 177, 179, 180, 181, 182, 284, 285, 300 juncto 304 onder 3° Wetboek van Strafrecht, voor zover het gaat om de eigen veiligheid van de buitengewoon opsporingsambtenaar; voor interpretatie van deze artikelen wordt verwezen naar de Beleidsregels buitengewoon opsporingsambtenaar paragraaf.

  • l.

    Winkeltijdenwet;

  • m.

    Wrakkenwet;

  • n.

    Zondagswet;

  • o.

    Andere strafbare feiten, indien hij daarmee in een concreet opsporingsonderzoek of voor een concreet project door een officier van Justitie wordt belast voor de duur van dat onderzoek of project;

  • p.

    De volgende artikelen van de Omgevingswet:

    • a.

      Artikel 2.38 en artikel 4.3 lid 1 aanhef en onder g juncto artikel 1a aanhef en onder 3° van de Wet op de economische delicten.

    • b.

      Artikel 4.3 lid 1 aanhef en onder a en artikel 5.1 lid 1 aanhef en onder a juncto artikel 1a aanhef en onder 2° van de Wet op de economische delicten, met uitzondering van de volgende situaties:

      • 1.

        het feit is begaan in samenhang met andere economische delicten, of;

      • 2.

        het feit heeft betrekking op het verrichten van een omgevingsplanactiviteit bestaande uit een milieubelastende activiteit.

    • c.

      Artikel 4.3 lid 1 aanhef en onder b en c en artikel 5.1 lid 1 aanhef en onder a, lid 2 aanhef en onder c en artikel 5.3 en artikel 10.1 lid 1 van de Wet milieubeheer juncto artikel 1a aanhef en onder 1° van de Wet op de economische delicten, voor zover:

      • 1.

        het gaat om feiten die een nadelige invloed hebben of kunnen hebben op de leefbaarheid in de publieke ruimte, of;

      • 2.

        het lozingsactiviteiten betreft op of in de bodem, of;

      • 3.

        het lozingsactiviteiten betreft op een oppervlaktewaterlichaam of op een zuiveringtechnisch werk.

    • d.

      Artikel 5.1 lid 1 aanhef en onder a en artikel 5.4 juncto artikel 1a aanhef en onder 2° en 3° van de Wet op de economische delicten, voor zover een vergunning is vereist voor het aanbrengen van handelsreclame.

  • q.

    Wet basisregistratie personen;

  • r.

    Verordening speelautomatenhallen Venlo;

  • s.

    Afvalstoffenverordening gemeente Venlo;

  • t.

    Parkeerverordening Venlo;

  • u.

    Wegsleepverordening gemeente Venlo;

  • v.

    Wet goed verhuurderschap;

  • w.

    Verordening winkeltijden Venlo 2014;

  • II.

    Allen werkzaam als medewerker camerabewaking, aan te wijzen als toezichthouder als bedoeld in artikel 6:2 lid 2 van de Algemene plaatselijke verordening Venlo.

  • III.

    Allen werkzaam als juridisch medewerker handhaving, aan te wijzen als toezichthouder als bedoeld in artikel 6:2 lid 2 van de Algemene plaatselijke verordening Venlo.

  • IV.

    Eerdere besluiten van het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester tot aanwijzing van toezichthouders voor het team Veiligheid en Wijkgericht werken worden hierbij ingetrokken.

  • V.

    Dit besluit wordt bekend gemaakt door toezending aan bovengenoemde toezichthouders en door (anonieme) plaatsing in het Gemeenteblad.

Tegen dit besluit kunt u op grond van de Algemene wet bestuursrecht binnen zes weken na bekendmaking daarvan (zie dagtekening) bezwaar maken bij burgemeester en wethouders van Venlo, Postbus 3434, 5902 RK Venlo.

Voor meer informatie zie http://www.venlo.nl/bezwaar-en-beroep.

Venlo, 6 mei 2024

Burgemeester van Venlo

Antoin Scholten

Namens burgemeester en wethouders van Venlo

Burgemeester van Venlo

Antoin Scholten

Naar boven