Algemene plaatselijke verordening 2007

De raad van de gemeente Hoogeveen;

 

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d.;

 

Gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;

 

Besluit vast te stellen de volgende wijziging van de:

 

Algemene plaatselijke verordening 2007;

Artikel I Wijziging verordening

De Algemene Plaatselijke Verordening 2007 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In te voegen in artikel 1 Begripsomschrijvingen onder n de begripsomschrijving coffeeshop:

    Coffeeshop: een alcoholvrij horecabedrijf waarin bedrijfsmatig, in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was of anders dan om niet, verstrekking van softdrugs kan plaatsvinden. De coffeeshop kan ook de functie van ontmoetings- en ontspanningsruimte en gebruiksruimte voor het gebruik van softdrugs hebben.

  • 2.

    In artikel 4a het artikelnummer 26d toe te voegen.

  • 3.

    In te voegen een nieuwe Afdeling 2B Bijzondere bepalingen voor een coffeeshop:

    AFDELING 2B. Coffeeshop

    Artikel 26d Vergunningplicht

    Het is verboden zonder vergunning van de burgemeester een coffeeshop te exploiteren.

    Artikel 26e Indieningsvereisten

    • 1.

      Voor het verkrijgen van een vergunning moet een aanvraag bij de burgemeester worden ingediend.

    • 2.

      De aanvraag dient in ieder geval te bevatten:

      • a.

        Ondernemingsplan met daarin;

        • i.

          omschrijving van de bedrijfsformule/ type bedrijf;

        • ii.

          financiële gegevens van het bedrijf, waarbij wordt ingegaan op de wijze van financiering, de beginbalans en een prognose voor de komende drie jaar;

        • iii.

          een beschrijving van de kennis en ervaring van de aanvrager en leidinggevenden met de coffeeshopbranche;

        • iv.

          een beschrijving van de te hanteren huisregels;

        • v.

          een beschrijving van de te hanteren preventiemaatregelen ter voorkoming van overmatig drugsgebruik en drugsverslaving;

        • vi.

          een beschrijving van de maatregelen die worden genomen om te voorzien in de naleving van de AHOJG-I-criteria als bedoeld in de Aanwijzing Opiumwet.

      • b.

        Vragenformulier Bibob, inclusief bijlagenvel en bijlagen, volledig ingevuld en ondertekend.

      • c.

        Actueel uittreksel uit het Handelsregister van de Kamer van Koophandel.

      • d.

        Plattegrond/tekening op schaal van de inrichting (met aanduiding functie van de ruimten, zoals keuken, bar, toiletten, etc. met de oppervlakten in m²).

      • e.

        Voorlopige/voorwaardelijke huur-, pacht- of koopovereenkomst van het voor de coffeeshop te gebruiken pand. Hierin dient expliciet te worden verklaard dat de pandeigenaar akkoord gaat met de vestiging van een coffeeshop in het pand.

      • f.

        Een bewijsstuk waaruit blijkt dat de vestiging van de coffeeshop op de opgegeven locatie in overeenstemming is met het vigerende bestemmingsplan (bestemming horecabedrijven categorie 2).

      • g.

        In geval van overname: overeenkomst voor overname, goodwill en inventaris.

      • h.

        Arbeidsovereenkomst van iedere leidinggevende.

      • i.

        Kopie van een geldig legitimatiebewijs van de eigenaar en iedere leidinggevende.

      • j.

        Verklaring omtrent het gedrag (niet ouder dan drie maanden) van de eigenaar en alle leidinggevenden.

    Artikel 26f Nadere regels

    De burgemeester kan nadere regels vaststellen betreffende het maximumaantal coffeeshops, de aanvraag- en selectieprocedure, het exploiteren van de coffeeshop en het preventie- en handhavingsbeleid.

    Artikel 26g Weigeringsgronden

    • 1.

      De burgemeester weigert de vergunning als de exploitatie van de coffeeshop in strijd is met een geldend omgevingsplan, exploitatieplan of voorbereidingsbesluit. 

    • 2.

      Onverminderde het bepaalde in artikel 4b kan de burgemeester de vergunning weigeren als naar zijn oordeel moet worden aangenomen dat:

      • a.

        de woon- of leefsituatie in de omgeving van de openbare inrichting of de openbare orde op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed;

      • b.

        de exploitant of de leidinggevende in enig opzicht van slecht levensgedrag is.

    • 3.

      Bij de toepassing van de in het voorgaande lid genoemde weigeringsgrond houdt de burgemeester rekening met:

      • a.

        het karakter van de straat en de wijk, waarin de inrichting is gelegen of zal zijn gelegen;

      • b.

        de aard van de inrichting;

      • c.

        de spanning waaraan het woonmilieu ter plaatse reeds blootstaat of bloot zal komen te staan door de exploitatie, en

      • d.

        de wijze van bedrijfsvoering van de exploitant en/of leidinggevenden in deze of in andere inrichtingen,

      • e.

        alsmede hun antecedenten.

    Artikel 26h Aanwezigheid leidinggevende

    Het is verboden een coffeeshop voor het publiek geopend te houden indien in de inrichting geen leidinggevende of beheerder(s) aanwezig is die vermeld staat op een vergunning met betrekking tot die inrichting.

    Artikel 26i Intrekkingsgronden

    • 1.

      Onverminderd het bepaalde in artikel 4 kan de burgemeester de vergunning intrekken, indien:

      • a.

        aannemelijk is dat een leidinggevende van de inrichting betrokken is, of hem ernstige nalatigheid kan worden verweten bij activiteiten in of vanuit de inrichting, die een gevaar opleveren voor de openbare orde en/of een bedreiging vormen voor het woon- of leefklimaat in de omgeving van de inrichting;

      • b.

        een leidinggevende van de inrichting toestaat dan wel gedoogt, dat in zijn inrichting strafbare feiten worden gepleegd;

      • c.

        een leidinggevende van de inrichting zich schuldig maakt aan discriminatie naar ras, geslacht of seksuele geaardheid;

      • d.

        zich in of vanuit de inrichting anderszins feiten hebben voorgedaan, die de vrees wettigen, dat het geopend blijven van de inrichting gevaar oplevert voor de openbare orde en/of een bedreiging vormt voor het woon- of leefklimaat in de omgeving van de inrichting;

      • e.

        een niet daarin vermelde persoon leidinggevende is geworden met betrekking tot de inrichting, waarop de vergunning betrekking heeft;

      • f.

        indien de bedrijfsuitoefening van de inrichting voor een periode van langer dan 3 maanden is of wordt onderbroken;

      • g.

        indien niet langer wordt voldaan aan het bepaalde in of krachtens deze afdeling.

    Artikel 26j Vervallen vergunning

    De vergunning vervalt indien een vergunning, strekkende ter vervanging van een eerdere vergunning voor dezelfde inrichting, is verleend.

    Artikel 26k Sluiting van de coffeeshop

    • 1.

      De burgemeester kan de coffeeshop - al dan niet voor een bepaalde duur - gesloten verklaren:

      • a.

        indien die inrichting wordt geëxploiteerd zonder geldige vergunning;

      • b.

        indien die inrichting wordt geëxploiteerd in strijd met het bepaalde in deze verordening of met de aan de vergunning verbonden voorschriften.

    • 2.

      De sluiting wordt geacht in het openbaar bekend te zijn gemaakt zodra een besluit tot sluiting op, in of nabij de toegang of toegangen van de inrichting is aangebracht.

    • 3.

      Een sluiting kan op aanvraag van belanghebbende(n) door de burgemeester worden opgeheven, wanneer later bekend geworden feiten en omstandigheden hiertoe aanleiding geven en naar zijn oordeel voldoende garanties aanwezig zijn, dat geen herhaling van de gronden die tot de sluiting hebben geleid, zal plaatsvinden.

    • 4.

      Het is verboden, na het van kracht worden van de sluiting als bedoeld in het eerste lid, bezoekers tot de inrichting toe te laten of daarin te laten verblijven.

    • 5.

      Het is eenieder verboden in een bij besluit van de burgemeester gesloten inrichting als bezoeker te verblijven.

    Artikel 26l Toegang opsporingsambtenaren

    De leidinggevende en beheerder(s) van de coffeeshop zijn verplicht ervoor te zorgen dat opsporingsambtenaren, als bedoeld in artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering alsmede de ambtenaren die door burgemeester en wethouders of de burgemeester met de zorg voor de naleving van deze verordening zijn belast, vanaf de weg onmiddellijk en onbelemmerd toegang hebben tot de coffeeshop:

    • a.

      gedurende de tijd dat de inrichting voor bezoekers geopend is; dan wel

    • b.

      gedurende de tijd dat de inrichting gesloten dient te zijn en indien die opsporingsambtenaren hun vermoeden uiten dat daarin of aldaar bezoekers aanwezig zijn.

Artikel II Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op de eerste dag na bekendmaking.

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Hoogeveen,

gehouden op 18 april 2024.

De griffier, De voorzitter,

C. ELKEN-VAN MIERLO K.B. LOOHUIS

Naar boven