Verordening tot wijziging van diverse verordeningen gemeente Dronten 2022 in verband met de Verordening fysieke leefomgeving

De raad van de gemeente Dronten,

 

overwegende dat:

  • Op 1 juli 2022 de Omgevingswet in werking treed;

  • de Verordening Fysieke leefomgeving de meeste verordeningen op het gebied van de fysieke leefomgeving bundelt;

  • Deze verordening ervoor zorgt dat de bepalingen in de overblijvende verordeningen komen te vervallen of de oorspronkelijke verordening wordt ingetrokken,

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Dronten d.d. 30 november 2021

 

gelet op de artikelen 125, 147, 149 en 160, eerste lid aanhef en onder h en 229 van de Gemeentewet, paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht, de artikelen 5 en 20a van de Wegenverkeerswet 1994, artikel 1, eerste lid, onder b en e van de Wegenverkeerswet 1994, artikel 1 van de Wet openbare manifestaties, de artikelen 1, eerste lid, 2, 8, vierde lid, 92, tweede lid van de Woningwet, artikel 1.1 van de Wet milieubeheer, artikel 429, aanhef en onder 1 en 3, van het Wetboek van Strafrecht, artikel 141, onder b van het Wetboek van Strafvordering, artikel 1a van de Wet op de economische delicten, artikel 5:42 van het Burgerlijk Wetboek, de artikelen 1.1, 5.2, eerste lid en 5.4, vierde lid van de Telecommunicatiewet, artikel 1 van de Winkeltijdenwet, artikel 1 van de Belemmeringenwet privaatrecht, artikel 39 van de Wet bodembescherming goedgekeurde saneringsplan, de Waterstaatswet 1900, de Onteigeningswet, de Wet beheer Rijkswaterstaatswerken, Wet geluidhinder, de Zondagswet, de artikelen 2.17, 2.17a, 2.18, eerste lid onder f, 2.18 vijfde lid, 2.19, 2.19a, 2.20, 3.148, eerste lid en 4:2 tot en met 4:5 van het Activiteitenbesluit milieubeheer, artikel 1.1, onder d van het Besluit geluidhinder, de artikelen 1 en 29, eerste lid van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990, het Vuurwerkbesluit, het Bouwbesluit 2012, Besluit geluidproduktie sportmotoren, de Waterschapskeur, de Omgevingsverordening Flevoland, de artikelen 1:3, 2:2 tot en met 2:64, 2:66 en 9:1 tot en met 9:4 van de Verordening fysieke leefomgeving en artikel 4 van het Marktreglement Dronten.

 

B E S L U I T:

 

De “Verordening tot wijziging van diverse verordeningen gemeente Dronten 2022” vast te stellen:

 

ARTIKEL I

 

De Algemene plaatselijke verordening Dronten wordt als volgt gewijzigd:

 

A

Artikel 1:1 komt te luiden:

 

Artikel 1:1 Begripsbepalingen

 

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    bebouwde kom: het gebied binnen de grenzen die zijn vastgesteld op grond van artikel 20a van de Wegenverkeerswet 1994;

  • b.

    college: het college van burgemeester en wethouders;

  • c.

    gebouw: bouwwerk, of een gedeelte daarvan, dat een voor mensen toegankelijke overdekte geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;

  • d.

    motorvoertuig: hetgeen daaronder wordt verstaan in artikel 1 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990;

  • e.

    openbaar water: wateren die voor het publiek bevaarbaar of op andere wijze toegankelijk zijn;

  • f.

    openbare plaats: hetgeen daaronder wordt verstaan in artikel 1 van de Wet openbare manifestaties;

  • g.

    rechthebbende: degene die over een zaak zeggenschap heeft krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht;

  • h.

    voertuig: hetgeen daaronder wordt verstaan in artikel 1 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990, met uitzondering van kleine wagens zoals kruiwagens, kinderwagens en rolstoelen;

  • i.

    weg: hetgeen daaronder wordt verstaan in artikel 1, eerste lid, onder b, van de Wegenverkeerswet 1994.

B

Artikel 1:2 wordt als volgt gewijzigd:

 

1. Het tweede lid komt te luiden:

    • 2.

      Het bevoegde bestuursorgaan kan de termijn voor ten hoogste acht weken verdagen.

     

 

2. Het derde lid komt te luiden:

    • 3.

      In afwijking van het eerste lid is de beslistermijnen voor een evenementenvergunning, zoals bedoeld in artikel 2:25, 16 weken.

     

 

3. Het vierde lid komt te vervallen.

C

Artikel 2:10 vervalt.

D

Artikel 2:11 vervalt.

E

 

Artikel 2:12 vervalt.

F

Artikel 2:14, vierde lid, komt te luiden:

 

  • 4.

    Het eerste lid, aanhef en onder b, is niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien door de Omgevingswet.

G

Artikel 2:15 vervalt.

H

Artikel 2:21 vervalt.

I

Artikel 2:24 wordt als volgt gewijzigd:

 

1. In het eerste lid komt onderdeel b te luiden:

    • b.

      markten als bedoeld in artikel 160, eerste lid, onder h, van de Gemeentewet en artikel 1:2, onder v, van de Verordening fysieke leefomgeving;

     

J

Artikel 2:29, derde lid, komt te luiden:

 

  • 3.

    Het in het eerste en tweede lid bepaalde geldt niet voorzover in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien door op de Omgevingswet gebaseerde voorschriften.

K

Artikel 2:42 vervalt.

L

Artikel 2:43 vervalt.

M

Artikel 2:45 vervalt.

N

Artikel 2:46 vervalt.

O

Artikel 2:51 vervalt.

P

Artikel 2:52 vervalt.

Q

Artikel 2:57 vervalt.

R

Artikel 2:58 vervalt.

S

In artikel 2:59, vierde lid, wordt “2:57, eerste lid, aanhef en onder d,” vervangen door: 2:18, eerste lid, aanhef en onder d van de Verordening fysieke leefomgeving.

T

Artikel 2:60, eerste lid komt te luiden:

 

  • 1.

    Het college kan buiten een inrichting in de zin van de Omgevingswet plaatsen aanwijzen waar het ter voorkoming of opheffing van overlast of schade aan de openbare gezondheid verboden is daarbij aangeduide dieren:

    • a.

      aanwezig te hebben;

    • b.

      aanwezig te hebben anders dan met inachtneming van de door het college in het aanwijzingsbesluit gestelde regels;

    • c.

      aanwezig te hebben in een groter aantal dan in die aanwijzing is aangegeven; of

    • d.

      te voeren.

U

Artikel 3:6, vierde lid komt te luiden:

 

  • 4.

    Het in het eerste tot en met derde lid bepaalde geldt niet voorzover in de daarin geregelde onderwerpen wordt voorzien door de op de Omgevingswet gebaseerde voorschriften.

V

Artikel 4:1 vervalt.

W

Artikel 4:2 vervalt.

X

Artikel 4:3 vervalt.

Y

Artikel 4:5 vervalt.

Z

Artikel 4:6 vervalt.

AA

Artikel 4:6a vervalt.

BB

Artikel 4:6b vervalt.

CC

Artikel 4:6c vervalt.

DD

Artikel 4:7 vervalt.

EE

Artikel 4:9 vervalt.

FF

Artikel 4:9a vervalt.

GG

Artikel 4:10 vervalt.

HH

Artikel 4:11 vervalt.

II

Artikel 4:12a vervalt.

JJ

Artikel 4:13 vervalt.

KK

Artikel 4:15 vervalt.

LL

Artikel 4:16 vervalt.

MM

Artikel 4:17 vervalt.

NN

Artikel 4:18 vervalt.

OO

Artikel 4:19 vervalt.

PP

Artikel 5:2 vervalt.

QQ

Artikel 5:3 vervalt.

RR

Artikel 5:4 vervalt.

SS

Artikel 5:5 vervalt.

TT

Artikel 5:6 vervalt.

UU

Artikel 5:7 vervalt.

VV

Artikel 5:8 vervalt.

WW

Artikel 5:9 vervalt.

XX

Artikel 5:10 vervalt.

YY

 

Artikel 5:11 vervalt.

ZZ

Artikel 5:12 vervalt.

AAA

Artikel 5:13 vervalt.

BBB

Artikel 5:14 vervalt.

CCC

Artikel 5:15 vervalt.

DDD

Artikel 5:16 vervalt.

EEE

Artikel 5:17 vervalt.

FFF

Artikel 5:18 vervalt.

GGG

Artikel 5:19 vervalt.

HHH

Artikel 5:20 vervalt.

III

Artikel 5:22 vervalt.

JJJ

Artikel 5:23a vervalt.

KKK

Artikel 5:24 vervalt.

LLL

Artikel 5:25 vervalt.

MMM

Artikel 5:27 vervalt.

NNN

Artikel 5:27a vervalt.

OOO

Artikel 5:28 vervalt.

PPP

Artikel 5:29 vervalt.

QQQ

Artikel 5:30 vervalt.

RRR

Artikel 5:31 vervalt.

SSS

Artikel 5:32 vervalt.

TTT

Artikel 5:33 vervalt.

UUU

Artikel 5:34 vervalt.

VVV

Artikel 5:35 vervalt.

WWW

Artikel 5:36 vervalt.

XXX

Artikel 5:37 vervalt.

YYY

Artikel 6:1 komt te luiden:

 

Artikel 6:1 Strafbepaling

 

Overtreding van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 2:1, 2:6, 2:14, 2:16 tot en met 2:18, 2:23, 2:25, 2:26, 2:28 tot en met 2:33, 2:36, 2:38, 2:39, 2:41, 2:44, 2:47 tot en met 2:50, 2:59, 2:60, 2:62, 2:73 tot en met 2:74a, 3:4, 3:6 tot en met 3:11, 3:14, 3:15, 4:8, alsmede de op grond van artikel 1:4 daarbij gegeven voorschriften en beperkingen wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste drie maanden of geldboete van de tweede categorie.

ZZZ

Bijlage 1 komt te vervallen.

AAAA

De tabel van Bijlage 2 wordt als volgt:

 

Bijlage 2: Overzicht Lex Silencio Positivo (LSP: van rechtswege verleende vergunningen)

Art.

Titel

Dronten

2:1

Samenscholing en ongeregeldheden

X

2:6

Beperking aanbieden e.d. van geschreven of gedrukte stukken of afbeeldingen

V

2:9

Straatartiest e.d.

V

2:22

Objecten onder hoogspanningslijn (gereserveerd)

n.v.t.

2:25

Evenement

X

2:28

Exploitatie openbare inrichting

X

2:29

Sluitingstijd

X

2:39

Speelgelegenheden

X

2:60

Houden of voeren van hinderlijke of schadelijke dieren

X

2:63

Duiven (gereserveerd)

n.v.t.

2:64

Bijen (gereserveerd)

n.v.t.

2:67

Verplichtingen met betrekking tot het verkoopregister

V

2:72

Ter beschikking stellen van consumentenvuurwerk tijdens de verkoopdagen

X

3:4

Seksinrichtingen

X

4:12

Vergunning van rechtswege (gereserveerd)

n.v.t.

 

 

 

Legenda

V

LSP van toepassing

 

X

LSP niet van toepassing

 

 

ARTIKEL II

 

De Beheersverordening gemeentelijke begraafplaats Dronten 2019 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 komt te luiden:

 

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

 

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    begraafplaats: begraafplaats De Wissel;

  • b.

    graf: een zandgraf of keldergraf;

  • c.

    grafkelder: een betonnen constructie waarin een of meerdere lijken worden begraven of asbussen worden bijgezet;

  • d.

    asbus: een bus ter berging van as van een overledene;

  • e.

    urn: een voorwerp ter berging van een asbus;

  • f.

    particulier graf: een graf waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

    • 1.

      het doen begraven en begraven houden van lijken;

    • 2.

      het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

  • g.

    algemeen graf: een graf bij de gemeente in beheer waarin gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van lijken;

  • h.

    particuliere urnennis: een nis waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

  • i.

    foetus: een menselijke vrucht die na een zwangerschapsduur van minder dan 24 weken levenloos ter wereld is gekomen;

  • j.

    foetusveld: het deel van de begraafplaats waar de gelegenheid wordt geboden tot het (doen) begraven van foetussen;

  • k.

    grafbedekking: gedenkteken en grafbeplanting op een graf;

  • l.

    beheerder: de ambtenaar die belast is met de dagelijkse leiding van de begraafplaats of degene die hem vervangt;

  • m.

    rechthebbende: natuurlijk persoon of rechtspersoon aan wie een uitsluitend recht is verleend op een particulier graf, dan wel degene die redelijkerwijze geacht kan worden in diens plaats te zijn getreden;

  • n.

    gebruiker: natuurlijk persoon of rechtspersoon aan wie een recht tot gebruik van een ruimte in een particulier graf, dan wel degene die redelijkerwijze geacht kan worden in diens plaats te zijn getreden.

B

Artikel 3 vervalt.

C

Artikel 9 vervalt.

D

Artikel 21 vervalt.

E

Artikel 22 vervalt.

F

Artikel 28 komt te luiden:

 

Artikel 28. Strafbepaling

 

Hij die handelt in strijd met de artikelen 4 en 5 wordt gestraft met een geldboete van de eerste categorie.

ARTIKEL III

 

De Algemene verordening ondergrondse infrastructuren Dronten 2018 wordt als volgt gewijzigd:

 

A

 

Artikel 1 komt te luiden:

 

Artikel 1 Begripsbepalingen

 

In deze verordening wordt verstaan onder:

 

  • a.

    belanghebbenden: de omwonenden en bedrijfsmatige gebruikers van alle percelen, grenzend aan het tracé van kabels en/of leidingen;

  • b.

    college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Dronten;

  • c.

    gedoogplichtige: degene op wie een gedoogplicht rust als bedoeld in artikel 5.2, eerste lid, van de Telecommunicatiewet, een publiekrechtelijke vergunning of een privaatrechtelijke overeenkomst;

  • d.

    Instemmingsbesluit: besluit van het college op een aanvraag tot instemming van de voorgenomen werkzaamheden;

  • e.

    kabels en/of leidingen: een of meer kabels en/of leidingen die onderdeel zijn van een openbaar (elektronisch communicatie)netwerk, daaronder mede begrepen de daarmee verbonden transformator-, schakel-, verdeel- en onderstations, distributie- en/of mutatiepunten, en tevens omvattende lege buizen, ondergrondse ondersteunings-werken en beschermingswerken, bestemd voor het transport van vaste, vloeibare of gasvormige stoffen, van energie of van informatie;

  • f.

    melding: mededeling van een netbeheerder of grondroerder in het digitale registratiesysteem voor werkzaamheden van niet ingrijpende aard of voor spoedeisende werkzaamheden, waarop goedkeuring van het college vereist is;

  • g.

    netbeheerder: degene die als natuurlijk persoon handelend in de uitoefening van een beroep of bedrijf dan wel als rechtspersoon acteert als beheerder van een al dan niet openbaar netwerk;

  • h.

    netwerk: samenstel van kabels of leidingen;

  • i.

    openbare gronden: openbare gronden, als genoemd in artikel 1.1 van de Telecommunicatiewet;

  • j.

    registratiesysteem: digitaal systeem dat het college van dit artikel hanteert om meldingen en instemmingen van werkzaamheden en alles wat daarmee samenhangt te verwerken;

  • k.

    spoedeisende werkzaamheden: werkzaamheden van dit artikel, voor reparatie of onderhoud waarvan uitstel niet mogelijk is als een ernstige belemmering of storing van de dienstverlening in het betreffende netwerk is opgetreden;

  • l.

    werkzaamheden: handmatige en/of mechanische (graaf)werkzaamheden, waaronder ook begrepen het opbreken en herstellen van de sleufbedekking en sleufloze technieken, in of op openbare grond in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en/of leidingen;

  • m.

    werkzaamheden van niet ingrijpende aard: werkzaamheden met een gezamenlijke tracélengte tot 25 meter en waarbij geen wegen, watergangen of groenvoorzieningen volledig worden gekruist en/of bovengrondse voorzieningen worden geplaatst; het aanbrengen of verwijderen van kabels en/of leidingen in reeds aangebrachte voorzieningen; het maken van maximaal twee montagegat(en) c.q. lasgat(en), waarbij de afmeting van de opbreking(en) in totaal maximaal 5 m² bedraagt.

B

Artikel 4 vervalt.

C

Artikel 5 vervalt.

D

Artikel 6 komt te luiden:

 

Artikel 6 Gegevensverstrekking

 

  • 1.

    Voor het aanvragen van een instemmingsbesluit, als bedoeld in artikel 7:1, eerste lid van de Verordening fysieke leefomgeving, dient gebruik te worden gemaakt van het door het college gehanteerde registratiesysteem.

  • 2.

    Bij een aanvraag voor een instemmingsbesluit, als bedoeld in artikel 7:1, eerste lid van de Verordening fysieke leefomgeving, dienen in ieder geval de volgende gegevens te worden verstrekt:

    • a.

      naam-, adres- en woonplaatsgegevens van de netbeheerder;

    • b.

      als het een aanvraag betreft voor het verrichten van werkzaamheden voor of namens een netbeheerder de naam-, adres- en woonplaatsgegevens van de gemachtigde en een schriftelijke machtiging bij de eerste aanvraag van enig kalenderjaar;

    • c.

      een opgave van het aantal, de soort, de aard en het beoogde gebruik van de kabels en/of leidingen;

    • d.

      vereiste vergunning(en), ontheffing(en) of toestemming(en) op grond van overige wetgeving, alsmede informatie over de afstemming met andere gedoogplichtigen, grondeigenaren en/of beheerders van openbare gronden;

    • e.

      een digitale BGT tekening (PDF) met legenda en eenduidige en volledige maatvoering (RD-coördinaten) met daarop aangegeven:

      • 1.

        een opgave van het gewenste tracé; en

      • 2.

        een opgave van de tijdelijke en permanente voorzieningen.

    • f.

      overtuigende gegevens en inzicht omtrent de uitvoerbaarheid van de voorgenomen werkzaamheden binnen de beschikbare ruimte, waaruit ook blijkt dat de bereikbaarheid van de overige kabels en/of leidingen blijft gewaarborgd;

    • g.

      de tracélengte en de lengte en breedte van de te graven sleuf, alsmede de aard van de sleufbedekking die wordt opengebroken;

    • h.

      de voorgenomen datum van aanvang en beëindiging van de werkzaamheden; en

    • i.

      een opgave van het aantal kabels en/of leidingen dat direct in gebruik wordt genomen en het aantal kabels en/of leidingen dat niet direct in gebruik wordt genomen.

  • 3.

    Voor een melding, als bedoeld in artikel 7:1, tweede lid van de Verordening fysieke leefomgeving, dient gebruik te worden gemaakt van het door het college gehanteerde registratiesysteem. De volgende gegevens dienen daarbij in ieder geval te worden verstrekt:

    • a.

      naam-, adres- en woonplaatsgegevens van de netbeheerder;

    • b.

      als het een aanvraag betreft voor het verrichten van werkzaamheden voor of namens een netbeheerder de naam-, adres- en woonplaatsgegevens van de gemachtigde en een schriftelijke machtiging bij de eerste aanvraag van enig kalenderjaar;

    • c.

      de uitvoerende partij, het adres van de graaflocatie(s), inclusief een situatieschets;

    • d.

      de lengte en breedte van de sleuf of montagegat(en), alsmede de aard van de sleufbedekking die wordt opengebroken; en

    • e.

      de datum van aanvang en beëindiging van de werkzaamheden;

In geval van spoedeisende werkzaamheden dienen tevens te worden verstrekt:

    • f.

      de aanduiding van de spoedeisende aard van de werkzaamheden; en

    • g.

      de omschrijving van de werkzaamheden die zijn uitgevoerd.

E

Artikel 7 vervalt.

F

Artikel 8 vervalt.

G

Artikel 12 vervalt.

ARTIKEL IV

 

De Marktverordening Dronten 2013 wordt ingetrokken.

ARTIKEL V

 

De Erfgoedverordening 2016 wordt ingetrokken.

ARTIKEL VI

 

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening tot wijziging van diverse verordeningen gemeente Dronten 2022.

ARTIKEL VII

 

Deze verordening treed in werking op de dag na die van de bekendmaking.

 

 

 

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Dronten, gehouden op 3 februari 2022.

 

 

 

De griffier,

W.M. Geldorp

De burgemeester,

drs. J.P Gebben

 

 

 

 

 

TOELICHTING

 

ARTIKEL I

 

A

Door de overheveling van bepalingen van de Algemene plaatselijke verordening Dronten naar de Verordening fysieke leefomgeving en/of schrapping van bepalingen in de Algemene plaatselijke verordening Dronten, wegens invoering van de Verordening fysieke leefomgeving, zijn diverse begripsbepalingen overbodig geworden, omdat deze niet meer voorkomen in de tekst van de Algemene plaatselijke verordening Dronten. Deze begripsbepalingen zijn daarom verwijderd, om de tekst van de verordening wel overzichtelijk te houden. Het gaat om de begrippen: bevoegd gezag (onder het huidige onderdeel b), bouwwerk (onder het huidige onderdeel c), bromfiets (onder het huidige onderdeel d), handelsreclame (onder het huidige onderdeel g), motorvoertuig (onder het huidige onderdeel h) en parkeren (onder het huidige onderdeel k).

 

B1

Deze wijziging betreft een technische wijziging. In het eerste lid staat “bevoegd bestuursorgaan” en in het tweede lid alleen “bestuursorgaan”, wat zou kunnen suggereren dat in het tweede lid niet het “bevoegd bestuursorgaan” wordt bedoeld. Dat is echter wel het geval. Deze wijziging herstelt dit.

 

B2

Met de Omgevingswet is de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht komen te vervallen. Zodoende zijn de afwijkende beslistermijnen die in dit artikellid zijn geregeld, en verwijzen naar de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, niet meer nodig. Met deze wijziging komt de bepaling dan ook te vervallen en wordt het huidige vierde lid het nieuwe derde lid. Omdat de Algemene plaatselijke verordening Dronten geen bepalingen heeft opgenomen die over omgevingsvergunning gaan op grond van de Omgevingswet, is een vervangende bepaling daarvoor ook niet nodig.

 

B3

Zie onder B1.

 

C

Het huidige artikel 2:10 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt de voorwerpen op, boven, in of aan een openbare plaats in strijd met de publieke functie ervan. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:7 van die verordening geregeld. Dit artikel is daarin één op één overgenomen, echter zijn de verwijzingen naar de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht gewijzigd naar de Omgevingswet. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

D

Het huidige artikel 2:11 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt de (Omgevings)vergunning voor het aanleggen, beschadigen en veranderen van een weg. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:8 van die verordening geregeld. Dit artikel is daarin één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

E

Het huidige artikel 2:12 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt het maken en veranderen van een uitweg. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:9van die verordening geregeld. Dit artikel is daarin één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

F

 

G

Het huidige artikel 2:15 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt hinderlijke beplanting of gevaarlijk voorwerpen dat het vrije uitzicht belemmert bij het wegverkeer. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:10van die verordening geregeld. Dit artikel is daarin één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

H

Het huidige artikel 2:21 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt de voorzieningen voor verkeer en verlichting. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:11van die verordening geregeld. Dit artikel is daarin één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

I

Het huidige artikel 2:24, eerste lid aanhef en onder b van de Algemene plaatselijke verordening Dronten verwijst naar artikel 5:22 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten. In dit artikel is de definitiebepaling van “snuffelmarkt” opgenomen. Met de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving is de definitiebepaling van “snuffelmarkt” opgenomen in artikel 1:2, onderdeel v van die verordening. Er is geen reden de definitiebepaling van “snuffelmarkt” in de Algemene plaatselijke verordening Dronten te laten staan. Met deze wijziging wordt daarom verwezen naar het juiste artikel.

 

J

 

K

Het huidige artikel 2:42 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt het bekrassen of te bekladden op een openbare plaats of dat gedeelte van een onroerende zaak dat vanaf die plaats zichtbaar is. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:12 van die verordening geregeld. Dit artikel is daarin één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

L

Het huidige artikel 2:43 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt het vervoeren of bij zich hebben van enig aanplakbiljet, aanplakdoek, kalk, teer, kleur of verfstof of verfgereedschap op de weg of openbaar water. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:13 van die verordening geregeld. Dit artikel is daarin één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

M

Het huidige artikel 2:45 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt het betreden van parken, wandelplaatsen, plantsoenen, groenstroken, grasperken of buiten de daarin gelegen wegen of paden. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:14 van die verordening geregeld. Dit artikel is daarin één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

N

Het huidige artikel 2:46 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt het rijden over de berm, de glooiing of de zijkant van een weg met voertuigen die niet voorzien zijn van rubberbanden. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:15 van die verordening geregeld. Dit artikel is daarin één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

O

Het huidige artikel 2:51 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt het plaatsen of te laten staan van een fiets of een bromfiets op een openbare plaats tegen een raam, een raamkozijn, een deur, de gevel van een gebouw dan wel in de ingang van een portiek. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:16 van die verordening geregeld. Dit artikel is daarin één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

P

Het huidige artikel 2:52 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt de voorkoming van overlast van fiets of bromfiets op diverse terreinen. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:17 van die verordening geregeld. Dit artikel is daarin één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

Q

Het huidige artikel 2:57 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt waar honden mogen loslopen. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:18 van die verordening geregeld. Dit artikel is daarin één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

R

Het huidige artikel 2:58 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt een opruimplicht van uitwerpselen van honden. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:19 van die verordening geregeld. Dit artikel is daarin één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

S

In het huidige artikel 2:59, vierde lid van de Algemene plaatselijke verordening Dronten wordt verwezen naar 2:57, eerste lid, aanhef en onder d van de Algemene plaatselijke verordening Dronten. Als de Verordening fysieke leefomgeving echter in werking treed, is naar hetgeen wordt verwezen echter geregeld in artikel 2:18, eerste lid, aanhef en onder d van de Verordening fysieke leefomgeving. Artikel N van deze verordening zorgt er ook voor dat artikel 2:57 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten komt te vervallen. Voor een juiste verwijzing is dan ook deze wijziging nodig.

 

T

 

U

 

V

Het huidige artikel 4:1 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten bevat definitiebepalingen voor hoofdstuk 4, afdeling 1 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten. Omdat hetgeen bepaald is in de artikelen 4:2 tot en met 4:7 en 4:9 tot en met 4:19, al dan niet met (lichte) wijzigingen, met de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in die verordening wordt geregeld, komen voornoemde artikelen te vervallen. Alleen artikel 4:8 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten blijft van kracht. Dit artikel bevat echter geen van de in artikel 4:1 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten opgenomen definities, zodat met inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving dit artikel niet meer nodig is. Het laten staan van dit artikel zou de Algemene plaatselijke verordening Dronten onnodig lang maken. Met deze wijziging vervalt dit artikel dan ook.

 

W

Het huidige artikel 4:2 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt de aanwijzing van collectieve festiviteiten. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:20 van die verordening geregeld. Dit artikel is op een technische wijziging na daarin één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

X

Het huidige artikel 4:3 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt de kennisgeving van incidentele festiviteiten. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:21 van die verordening geregeld. Dit artikel is op een aantal technische wijzigingen na daarin één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

Y

Het huidige artikel 4:5 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt bepalingen omtrent onversterkte muziek. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:22 van die verordening geregeld. Dit artikel is op een technische wijziging na daarin één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

Z

Het huidige artikel 4:6 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt bepalingen omtrent overige geluidshinder. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:23 van die verordening geregeld. Dit artikel is op een technische wijziging na daarin één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

AA

Het huidige artikel 4:6a van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt bepalingen omtrent (geluid)hinder in de open lucht. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:24 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

BB

Het huidige artikel 4:6b van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt bepalingen omtrent (geluid)hinder door dieren. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:25 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

CC

Het huidige artikel 4:6c van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt bepalingen omtrent (geluid)hinder door bromfietsen en dergelijken. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:26 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

DD

Het huidige artikel 4:7 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt bepalingen omtrent het straatvegen. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:27van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

EE

Het huidige artikel 4:9 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt bepalingen omtrent de toestand van sloten en andere wateren en niet openbare riolen en putten buiten gebouwen. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:28 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

FF

Het huidige artikel 4:9a van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt bepalingen omtrent het oplaten van ballonnen. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:29 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

GG

Het huidige artikel 4:10 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt begripsbepalingen omtrent afdeling 3 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten. Hetgeen in deze afdeling wordt geregeld, wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in die verordening geregeld. Dit begrippen zijn daarin overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

HH

Het huidige artikel 4:11 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt bepalingen omtrent de omgevingsvergunning voor het vellen van een houtopstand. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:30 van die verordening geregeld. Dit artikel is, met enkele technische wijzigingen, één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

II

Het huidige artikel 4:12a van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt bepalingen omtrent de afstand van beplanting. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:31 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

JJ

Het huidige artikel 4:13 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt bepalingen omtrent de opslag van voertuigen, vaartuigen, mest, afvalstoffen en andere voorwerpen of stoffen. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:32 van die verordening geregeld. Dit artikel is, met enkele technische wijzigingen, één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

KK

Het huidige artikel 4:15 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt verbodsbepalingen omtrent hinderlijke of gevaarlijke reclame. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:33 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

LL

Het huidige artikel 4:16 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt bepalingen omtrent de vergunningsplicht van (licht)reclame en verwijsborden. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:34 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

MM

Het huidige artikel 4:17 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt de begripsbepaling van “kampeermiddel”. Deze begripsbepaling wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 1:2 van die verordening geregeld. De begripsbepaling is met technische wijzigingen één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

NN

Het huidige artikel 4:18 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt bepaling omtrent recreatief nachtverblijf buiten kampeerterreinen. Deze bepaling wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:35 van die verordening geregeld. De begripsbepaling is, met technische wijzigingen, één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

OO

Het huidige artikel 4:19 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten regelt de aanwijzing van kampeerplaatsen. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:36 van die verordening geregeld. Dit artikel is op een technische wijziging na daarin één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

PP

Het huidige artikel 5:2 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten geeft bepalingen omtrent het parkeren van voertuigen van autobedrijf en soortgelijke bedrijven. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:37 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

QQ

Het huidige artikel 5:3 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten geeft bepalingen omtrent het te koop aanbieden van voertuigen. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:38 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

RR

Het huidige artikel 5:4 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten geeft bepalingen omtrent het parkeren van defecte voertuigen op de weg. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:39 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

SS

Het huidige artikel 5:5 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten geeft bepalingen omtrent het parkeren van autowrakken op de weg. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:40 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

TT

Het huidige artikel 5:6 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten geeft bepalingen omtrent het kampeermiddelen. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:41 van die verordening geregeld. Dit artikel is, op een technische wijziging na, één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

UU

Het huidige artikel 5:7 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten geeft bepalingen omtrent het parkeren van reclamevoertuigen. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:42 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

VV

Het huidige artikel 5:8 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten geeft bepalingen omtrent het parkeren van grote voertuigen. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:43 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

WW

Het huidige artikel 5:9 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten geeft bepalingen omtrent het parkeren van uitzicht belemmerende voertuigen. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:44 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

XX

Het huidige artikel 5:10 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten geeft bepalingen omtrent het parkeren of laten stilstaan van voertuigen anders dan op de rijbaan. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:45 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

YY

Het huidige artikel 5:11 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten geeft bepalingen omtrent de aantasting van groenvoorzieningen door voertuigen. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:46 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

ZZ

Het huidige artikel 5:12 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten geeft bepalingen omtrent overlast van voertuigen. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:47 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

AAA

Het huidige artikel 5:13 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten geeft bepalingen omtrent de inzameling van goederen of geld. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:48 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

BBB

Het huidige artikel 5:14 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten bevat de definitiebepaling van “venten” voor hoofdstuk 5, afdeling 3 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten. Omdat alle artikelen in voornoemde afdeling met de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving waarin dit begrip staat, al dan niet met (lichte) wijzigingen, in die verordening wordt geregeld, komen die artikelen in de Algemene plaatselijke verordening Dronten te vervallen. Met de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving is dit artikel dus niet meer nodig. Het laten staan van dit artikel zou de Algemene plaatselijke verordening Dronten onnodig lang maken. Met deze wijziging vervalt dit artikel dan ook.

 

CCC

Het huidige artikel 5:15 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten geeft bepalingen omtrent een ventverbod. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:49 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

DDD

Het huidige artikel 5:16 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten geeft bepalingen omtrent een ventverbod in combinatie met de vrijheid van meningsuiting. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:50 van die verordening geregeld. Dit artikel is, behoudens een technische wijziging, één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

EEE

Het huidige artikel 5:17 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten bevat de definitiebepaling van “standplaats” voor hoofdstuk 5, afdeling 4 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten. Omdat alle artikelen in voornoemde afdeling met de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving waarin dit begrip staat, al dan niet met (lichte) wijzigingen, in die verordening worden geregeld, komen die artikelen in de Algemene plaatselijke verordening Dronten te vervallen. Met de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving is dit artikel dus niet meer nodig. Het laten staan van dit artikel zou de Algemene plaatselijke verordening Dronten onnodig lang maken. Met deze wijziging vervalt dit artikel dan ook.

 

FFF

Het huidige artikel 5:18 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten geeft bepalingen omtrent standplaatsvergunningen en de weigeringsgronden daarvan. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:51 van die verordening geregeld. Dit artikel is, behoudens een technische wijziging, één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

GGG

Het huidige artikel 5:19 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten geeft bepalingen omtrent standplaatsvergunningen en de rechthebbende van het perceel. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:52 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

HHH

Het huidige artikel 5:20 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten betreft een afbakeningsbepaling over artikel 5:18 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:51 van die verordening geregeld. Dit artikel is, behoudens technische wijzigingen, één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

III

Het huidige artikel 5:22 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten bevat de definitiebepaling van “snuffelmarkt” voor hoofdstuk 5, afdeling 5 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten. Omdat alle artikelen in voornoemde afdeling met de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving waarin dit begrip staat, al dan niet met (lichte) wijzigingen, in die verordening worden geregeld, komen die artikelen in de Algemene plaatselijke verordening Dronten te vervallen. Met de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving is dit artikel dus niet meer nodig, ook omdat artikel 2:24, eerste lid, onder b van de Algemene plaatselijke verordening Dronten met deze verordening is gewijzigd. Met deze wijziging vervalt dit artikel dan ook.

 

JJJ

Het huidige artikel 5:23a van de Algemene plaatselijke verordening Dronten bevat de definitiebepalingen van “ligplaats” en “vaartuig” voor hoofdstuk 5, afdeling 6 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten. Omdat alle artikelen in voornoemde afdeling met de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving waarin deze begrippen staan, al dan niet met (lichte) wijzigingen, in die verordening worden geregeld, komen die artikelen in de Algemene plaatselijke verordening Dronten te vervallen. Met de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving is dit artikel dus niet meer nodig. Het laten staan van dit artikel zou de Algemene plaatselijke verordening Dronten onnodig lang maken. Met deze wijziging vervalt dit artikel dan ook.

 

KKK

Het huidige artikel 5:24 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten geeft bepalingen omtrent voorwerpen die zich op, in of boven openbaar water begeven. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:54 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

LLL

Het huidige artikel 5:25 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten geeft bepalingen omtrent de ligplaats van woonschepen en overige vaartuigen. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:55 van die verordening geregeld. Dit artikel is, behoudens een technische wijziging, één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

MMM

Het huidige artikel 5:27 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten geeft een verbodsbepaling omtrent het innemen van een ligplaats. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:56 van die verordening geregeld. Dit artikel is, behoudens een technische wijziging, één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

NNN

Het huidige artikel 5:27a van de Algemene plaatselijke verordening Dronten geeft bepalingen omtrent het afmeren anders dan bij een aangewezen ligplaats door middel van stilliggen, ankeren, meren, of op enigerlei andere wijze met de vaste grond verbinden van een vaartuig. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:57 van die verordening geregeld. Dit artikel is, behoudens een technische wijziging, één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

OOO

Het huidige artikel 5:28 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten geeft verbodsbepalingen omtrent het beschadigen van waterstaatswerken. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:58 van die verordening geregeld. Dit artikel is, behoudens een technische wijziging, één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

PPP

Het huidige artikel 5:29 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten geeft bepalingen omtrent reddingsmiddelen. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:59 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

QQQ

Het huidige artikel 5:30 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten geeft bepalingen omtrent de veiligheid op het water. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:60 van die verordening geregeld. Dit artikel is, behoudens een technische wijziging, één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

RRR

Het huidige artikel 5:31 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten geeft bepalingen omtrent overlast aan vaartuigen. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:61 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

SSS

Het huidige artikel 5:32 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten geeft bepalingen omtrent crossterreinen. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:62 van die verordening geregeld. Dit artikel is, behoudens een technische wijziging, één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

TTT

Het huidige artikel 5:33 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten geeft bepalingen omtrent beperking van verkeer in natuurgebieden. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:63 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

UUU

Het huidige artikel 5:34 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten geeft verbodsbepalingen om afvalstoffen te verbranden buiten inrichtingen of anderszins vuur te stoken. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:64 van die verordening geregeld. Dit artikel is, behoudens een technische wijziging, één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

VVV

Het huidige artikel 5:35 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten bevat de definitiebepaling van “incidentele asverstrooiing” voor hoofdstuk 5, afdeling 9 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten. Omdat alle artikelen in voornoemde afdeling met de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving waarin dit begrip staat, al dan niet met (lichte) wijzigingen, in die verordening worden geregeld, komen die artikelen in de Algemene plaatselijke verordening Dronten te vervallen. Met de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving is dit artikel dus niet meer nodig. Met deze wijziging vervalt dit artikel dan ook.

 

WWW

Het huidige artikel 5:36 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten geeft verbodsbepalingen voor incidentele asverstrooiing. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:65 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

XXX

Het huidige artikel 5:37 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten geeft een verbodsbepaling omtrent incidentele asverstrooiing. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 2:66 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

YYY

Door de overheveling van diverse artikelen van de Algemene plaatselijke verordening Dronten, al dan niet met (lichte) (technische) wijzigingen, naar de Verordening fysieke leefomgeving, zijn de strafbaarstellingen van die overgehevelde artikelen in de Algemene plaatselijke verordening Dronten overbodig geworden, omdat het huidige artikel 6:1 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten dan, bij inwerkingtreding van deze verordening, verwijst naar vervallen artikelen. In de Verordening fysieke leefomgeving zijn de betreffende overgehevelde artikelen ook strafbaar gesteld.

 

ZZZ

Bijlage 1 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten bevat de lijst waardevolle particuliere bomen 2016, waarnaar artikel 4:11, eerste lid, van de huidige Algemene plaatselijke verordening Dronten verwijst. Met artikel 1, onder DD van deze verordening komt dit artikel echter te vervallen, omdat de regels omtrent een omgevingsvergunning voor het vellen van een houtopstand, en de daarbij behorende bomenlijst, bij inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving zijn geregeld in artikel 2:30 van deze verordening. Bijlage 1 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten is dan overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt bijlage 1 dan ook van de Algemene plaatselijke verordening Dronten.

 

AAAA

Bijlage 2 van de Algemene plaatselijke verordening Dronten bevat een overzicht op welke artikelen de Lex Silencio Positivo van toepassing is en welke artikelen niet. Door de overheveling van diverse artikelen van de Algemene plaatselijke verordening Dronten, al dan niet met (lichte) (technische) wijzigingen, naar de Verordening fysieke leefomgeving, zijn diverse artikelen waarnaar de tabel verwijst bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving komen te vervallen. Met deze wijziging wordt daarom een overzicht gegeven van de artikelen die in de Algemene plaatselijke verordening Dronten blijven en die naar de Verordening fysieke leefomgeving zijn verplaatst zijn verwijderd.

 

ARTIKEL II

 

A

In het huidige artikel 1, onder 1 van de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaats 2019 staat de begripsbepaling van “verstrooiingsplaats”, terwijl dit begrip in de verordening verder niet terug komt. Met deze wijziging wordt dit begrip uit de begripsbepalingen verwijderd.

 

B

Het huidige artikel 3 van de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaats Dronten 2019 geeft bepalingen omtrent de openingsstelling van de begraafplaats. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 6:1 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaats Dronten 2019 overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaats Dronten 2019.

 

C

Het huidige artikel 9 van de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaats Dronten 2019 geeft bepalingen omtrent de tijden van begraven en de asbezorging. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 6:2 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaats Dronten 2019 overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaats Dronten 2019.

 

D

Het huidige artikel 21 van de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaats Dronten 2019 geeft bepalingen omtrent niet-blijvende grafbeplanting. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 6:3 van die verordening geregeld. Dit artikel is, behoudens een technische wijziging, één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaats Dronten 2019 overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaats Dronten 2019.

 

E

Het huidige artikel 22 van de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaats Dronten 2019 geeft bepalingen omtrent het verwijderen van grafbedekking na een bepaalde termijn. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 6:4 van die verordening geregeld. Dit artikel is, behoudens technische wijzigingen, één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaats Dronten 2019 overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaats Dronten 2019.

 

F

Met de overheveling van artikel 3 van de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaats Dronten 2019 naar de Verordening fysieke leefomgeving is het na de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving niet meer nodig dat artikel 3 van de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaats Dronten 2019 strafbaar is gesteld in de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaats Dronten 2019. Dit artikel is namelijk komen te vervallen. Deze wijziging verwijderd daarom artikel 3 van de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaats Dronten 2019 uit artikel 28 van de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaats Dronten 2019.

 

ARTIKEL III

 

A

Door de overheveling van bepalingen van de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren Dronten 2018 naar de Verordening fysieke leefomgeving zijn diverse begripsbepalingen overbodig geworden, omdat deze na de invoering van de Verordening fysieke leefomgeving niet meer voorkomen in de tekst van de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren Dronten 2018. Deze begripsbepalingen zijn daarom verwijderd, om de tekst van de verordening wel overzichtelijk te houden. Het gaat om de begrippen: breekverbod (onder het huidige onderdeel b) en marktconforme kosten (onder het huidige onderdeel g). Tevens zijn enkele technische wijzigingen doorgevoerd.

 

B

Het huidige artikel 4 van de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren Dronten 2018 geeft bepalingen omtrent het instemmingsvereiste voorafgaande aan werkzaamheden. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 7:1 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren Dronten 2018 overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren Dronten 2018.

 

C

Het huidige artikel 5 van de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren Dronten 2018 geeft bepalingen omtrent aanvragen en meldingen. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 7:2 van die verordening geregeld. Dit artikel is, behoudens een technische wijziging, één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren Dronten 2018 overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren Dronten 2018.

 

D

Het huidige artikel 6 van de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren Dronten 2018 verwijst diverse malen naar artikel 4 van de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren Dronten 2018. Met de invoering van de Verordening fysieke leefomgeving worden de bepalingen in artikel 4 van de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren Dronten 2018 echter geregeld in artikel 7:1 van de Verordening fysieke leefomgeving. Daarom regelt deze wijziging een juiste verwijzing naar artikel 7:1 van de Verordening fysieke leefomgeving. Tevens zijn enkele technische wijzigingen doorgevoerd.

 

E

Het huidige artikel 7 van de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren Dronten 2018 geeft bepalingen omtrent voorschriften die kunnen worden gegeven bij een instemmingsbesluit. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 7:3 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren Dronten 2018 overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren Dronten 2018.

 

F

Het huidige artikel 8 van de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren Dronten 2018 geeft bepalingen omtrent het (mede) gebruik van voorzieningen. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 7:4 van die verordening geregeld. Dit artikel is, behoudens een technische wijziging, één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren Dronten 2018 overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren Dronten 2018.

 

G

Het huidige artikel 12 van de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren Dronten 2018 geeft bepalingen omtrent niet-openbare kabels en leidingen. Dit onderwerp wordt bij de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving in artikel 7:5 van die verordening geregeld. Dit artikel is één op één overgenomen. Daarmee is, na inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving, dit artikel in de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren Dronten 2018 overbodig geworden. Met deze wijziging vervalt het artikel dan ook in de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren Dronten 2018.

 

ARTIKEL IV

 

Met de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving is de Marktverordening Dronten 2013 overbodig geworden. Alle artikelen zijn, met enkele technische wijzigingen, één op één overgenomen in deze verordening. Deze wijziging bewerkstelligt de intrekking van de Marktverordening Dronten 2013.

 

ARTIKEL V

 

Met de inwerkingtreding van de Verordening fysieke leefomgeving is de Erfgoedverordening 2016 overbodig geworden. Alle artikelen zijn, behoudens technische wijzigingen, één op één overgenomen in deze verordening. Deze wijziging bewerkstelligt de intrekking van de Erfgoedverordening 2016.

 

ARTIKEL VI

 

 

ARTIKEL VII

 

 

 

 

Naar boven