Heusdens Isolatie Plan

 

Het college van Heusden heeft in de vergadering van 19 december 2023

 

besloten:

 

  • het ‘Heusdens Isolatie Plan’ vast te stellen;

  • de ‘Subsidieregeling lokale aanpak isolatie gemeente Heusden 2024’ vast te stellen;

  • een bedrag van € 1.238.200 beschikbaar te stellen voor de subsidietoekenningen, het ontzorgingsprogramma en voor de administratieve verwerking van de subsidietoekenningen op grond van deze subsidieregeling

  • dit bedrag deels te dekken uit de verkregen specifieke uitkering Lokale Aanpak Isolatie (€ 1.038.200) en deels uit de middelen voor energiearmoede (€ 200.000).

 

Aanleiding

De afgelopen jaren zien we dat steeds meer Nederlandse huishoudens moeite hebben met het betalen van hun energierekening. Met de stijgende energieprijzen en een onstabiele markt zorgt dit voor steeds meer energiearmoede. Daarnaast hebben we als doelstelling om in 2050 volledig aardgrasvrij te zijn. Om dat doel te kunnen bereiken zullen 2,5 miljoen woningen in Nederland geïsoleerd moeten worden.

 

De meerderheid van die woningen hebben op dit moment een slechte isolatiewaarde en een laag energielabel. Om aardgrasvrij te kunnen zijn moeten de woningen een energielabel van minimaal C hebben en het liefst een A of B label. Dit kan bereikt worden door het toepassen van kwalitatief goede isolatie op verschillende bouwdelen van de woning, zodat de algehele isolatiegraad van de woning stijgt.

 

Van de 2,5 miljoen woningen die geïsoleerd moeten worden ligt de komende jaren de nadruk op woningen met een lagere WOZ-waarde dan gemiddeld en waar huishoudens wonen met een inkomen dat lager is dan gemiddeld. Voor deze huishoudens is de druk extra hoog om te isoleren. Deze doelgroep loopt risico op energiearmoede als zij geen actie onderneemt en heeft vaak ondersteuning nodig in dit proces. Dat kan zowel financiële ondersteuning als procesondersteuning zijn. Natuurlijk is er ook een groep die al energiearmoede ervaart en dus nog minder mogelijkheden heeft om zelf de isolatiemaatregelen toe te passen. Ook voor hen is ondersteuning van groot belang.

 

Om deze redenen heeft de Nederlands Rijksoverheid besloten het Nationaal Isolatie Programma op te stellen. Dit stelt gemeenten in staat om de slechts geïsoleerde woningen in de gemeente, met de laagste inkomens en minste mogelijkheden, te helpen met deze opgave. In dit plan van aanpak lees je hoe Heusden dit gaat organiseren, wat de doelgroep precies is, wat de kaders zijn van de regeling en welke acties uitgezet worden om de inwoners te ondersteunen in dit proces.

 

1. Kaders

1.1 Landelijk beleid

De Rijksoverheid heeft begin juni 2022 het ‘Beleidsprogramma Versnelling Verduurzaming Gebouwde Omgeving gepubliceerd. In dit programma zijn uiteenlopende maatregelen en geldstromen uitgewerkt. Het doel is om tot en met 2030 2,5 miljoen woningen te isoleren. Hierbij ligt de nadruk op 1,5 miljoen slecht geïsoleerde woningen. Het voert te ver om deze programma’s hier samen te vatten. Voor gemeenten is met name de lokale aanpak relevant. Bij de lokale aanpak moeten landelijk ruim 750.000 koopwoningen via gemeenten worden geïsoleerd.

 

Om uitvoering te geven aan de Lokale aanpak is het Nationaal Isolatie Programma (NIP) opgezet. Het NIP voorziet in een meerjarige aanpak voor isolatie van koopwoningen met D, E, F en G-labels. De aanvraag vanuit gemeente Heusden voor de NIP-gelden is in oktober 2023 verstuurd. Voor structurele uitkeringen vanaf 2023 uit het NIP moeten gemeenten een ‘meerjarig plan’ opstellen.

 

Per gemeente is er een vast bedrag beschikbaar, berekend via een verdeelsleutel. Er is dus geen concurrentie tussen gemeenten. Vanaf maart 2023 kunnen de middelen voor de aanpak bij het ministerie van BZK worden aangevraagd. De middelen worden in 3 tranches beschikbaar gesteld. De woningen waarvoor in de eerste tranche middelen worden aangevraagd moeten voor 31 december 2026 geïsoleerd zijn. De tweede tranche kan in 2024 worden aangevraagd. De woningen van deze tranche dienen eind 2027 geïsoleerd te zijn. Voor de derde tranche en vierde tranche zijn 2028 en 2029 de einddatum om de isolaties te realiseren. Er kan maximaal twee keer één jaar uitstel aangevraagd worden, bijvoorbeeld wanneer besluitvormingsprocessen in Vereniging van Eigenaars meer tijd vragen.

 

Per gemeente is gemiddeld € 1.460 per woning beschikbaar. Hiervan mag maximaal 10% gaan naar uitvoeringskosten, 20% naar voorlichting en 70% moet direct naar isolatiemaatregelen gaan. De gemeente heeft de vrijheid om de aanpak aan te vullen met eigen middelen, bijvoorbeeld met de uitvoeringsmiddelen voor het Klimaatakkoord. De middelen voor de lokale aanpak mogen gestapeld worden met andere nationale of lokale financiële regelingen, zoals de Investeringssubsidie duurzame energie en energiebesparing (ISDE), de Subsidieregeling verduurzaming verenigingen van eigenaars (SVVE) of energiearmoede-middelen.

 

De middelen mogen ingezet worden voor koopwoningen en voor gemengde Verenigingen van Eigenaren (VvE) waar tenminste 1 koopwoning in zit. 80% van de woningen moet een WOZ- waarde hebben onder het gemiddelde van de gemeente (in Heusden was dat € 395.000 in 2023) of een WOZ-waarde tot de NHG-grens (€429.300). De gemeente mag hierbij de hoogste grens aanhouden.

 

De gemeente heeft de beleidsvrijheid voor de inzet van de middelen per woningen en de manier waarop deze middelen worden ingezet. De gemeente mag ervoor kiezen om de middelen per woning te differentiëren en sommige eigenaar-bewoners meer financiële ondersteuning te geven en andere minder. Volgens de richtlijnen van het NIP kan dat tot een maximum van € 4.000 per woning.

 

Uit de NIP-regeling was voor Heusden in 2023 en 2024 in totaal oorspronkelijk € 845.340 gereserveerd voor het isoleren van 579 woningen. Per 13 december is een bedrag ambtshalve toegevoegd. Inmiddels is de specifieke uitkering uitgekomen op € 1.038200. Vanuit de energiearmoede-middelen wordt er nog eens € 200.000 beschikbaar gesteld om de meest kwetsbare doelgroep een extra ondersteuning te bieden.

 

1.2 Regionaal beleid

In 2023 is de Regionale Energie en Klimaat Strategie van regio Hart van Brabant gepubliceerd. Hierin staat dat bestaande gebouwen isoleren de meest logische manier om energie te besparen is. Dit blijkt uit onderzoek voor de Regionale Structuur Warmte. Volgens het onderzoek is minimaal 20 procent energiebesparing noodzakelijk in 2030, maar 50 procent energiebesparing richting 2050 is wenselijk. Daarbij moeten we energiearmoede niet vergeten; niet iedereen heeft de financiële middelen om te investeren in energiebesparende maatregelen.

 

We kunnen flink energie besparen door panden te verduurzamen, of het nou bedrijfspanden, kantoren of woonhuizen zijn. Verschillende gemeenten (waaronder Heusden) hebben een green deal voor bedrijventerreinen gesloten, waarin verduurzamingsafspraken staan. Met initiatieven als Heel Heusden Bespaart, Aan de slag met je huis in Tilburg en Duurzaam Dongen zijn ervaringen opgedaan met de verduurzaming van woningen. Ook bieden alle gemeenten advies en ondersteuning aan inwoners, vaak in samenwerking met lokale energiecoöperaties. Daarnaast leveren de woningcorporaties een belangrijke bijdrage door hun eigen woningbezit te verduurzamen.

 

Er is een inventarisatie gemaakt van activiteiten en regelingen die in de verschillende regiogemeenten beschikbaar zijn, zowel gericht op inkomensondersteuning als op energiebesparing. Hierbij kan gekeken worden naar de Energiefixers in Heusden, de Energieklussers in Hilvarenbeek en Oisterwijk, het VvE transitiecentrum in Tilburg en Waalwijk en de lening toekomstbestendig wonen in Loon op Zand.

 

De volgende stap is het maken van keuzes. Waar willen gemeenten samen optrekken en hoe gaan we dat organiseren? Op welke vlakken willen gemeenten juist zelf leiding hebben over de werkzaamheden? Ook werkt Regio Hart van Brabant aan een meerjarenaanpak op het gebied van energiebesparing.

 

1.3 Gemeentelijk beleid

Het beleid van de gemeente Heusden dat relevant is voor isolatie en energiebesparing is terug te vinden in de Transitie Visie Warmte (TVW). In het coalitieakkoord staan concrete acties om de verduurzaming in Heusden te intensiveren. Wijkgericht worden de verduurzamingsmogelijkheden onder de aandacht gebracht. Inwoners worden actief ondersteund bij het tegengaan van energiearmoede. Inwoners die niet in staat zijn om te investeren in isolatie worden daarbij geholpen.

 

1.3.1 Transitie Visie Warmte

In de TVW zijn zes onderdelen opgenomen in het actieprogramma, namelijk:

  • 1.

    Eén herkenbaar programma voor individuele verduurzaming woningen

  • 2.

    Doelgroepen-aanpak voor utiliteitsbouw

  • 3.

    Sterker netwerk uitbouwen in het kader van de warmteopgave en energietransitie

  • 4.

    Inzetten op de energie die er al in Heusden is

  • 5.

    Werk maken van warmtenetten

  • 6.

    Integrale aanpak door gemeentelijke organisatie

 

Prioriteit binnen de gemeentelijke aanpak ligt bij energiebesparing en isoleren. Isoleren is spijtvrij en voor elk warmtealternatief van belang. Spijtvrij isoleren houdt in dat ook op termijn de maatregel nuttig en toereikend is in de energiebesparing. Er is dus behoefte aan een Heusdens Isolatie Plan (HIP), deze geeft concrete invulling aan de aanpak. Er wordt beschreven hoe er gerichte maatregelen en acties uitgevoerd worden om Heusdenaren te informeren en te ontzorgen.

 

1.3.2 Heusdens Isolatie Plan

Om richting te geven aan het HIP zijn speerpunten opgesteld. Deze speerpunten vloeien voort uit de landelijke en regionale kaders hierboven beschreven. Het HIP zal bestaan uit twee onderdelen: een informerend/adviserend onderdeel en een ondersteunend/uitvoerend onderdeel. De uitgangspunten voor het HIP zijn:

  • 1.

    De inwoners worden zo veel mogelijk ontzorgd. Dit wordt bereikt door het aanbieden van goede adviestrajecten met onafhankelijke informatie. Het inwinnen van advies is toegankelijk en laagdrempelig. Er wordt persoonlijk contact en advies op maat aangeboden wat geheel kosteloos is voor de NIP-doelgroep.

  • 2.

    Een geringe administratieve last. Er wordt een portaal aangemaakt waarbij inwoners specifiek voor hun eigen woning kunnen inzien welke stappen zij kunnen ondernemen. De administratieve drempel wordt zo veel mogelijk uit handen genomen.

  • 3.

    Uitvoering zo veel mogelijk door lokale partijen. Binnen de aanpak wordt gestimuleerd om gebruik te maken van diensten van lokale partijen en uitvoerders.

 

2. De opgave

2.1 De doelgroep

In de gemeente Heusden zijn ongeveer 1.000 koopwoningen met een geregistreerd of voorlopig D/E/F/G-label en een WOZ-waarde onder de NHG-grens. Deze woningen staan verspreid over de gemeente, zowel in de dorpskernen als in het buitengebied. Verder zijn er nog eens 4.000 woningen zonder geregistreerd energielabel, met een WOZ-waarde onder de NHG-grens.

 

Aangezien niet voor alle woningen labels zijn vastgesteld, of na aanpassing van de woning opnieuw zijn afgemeld, wordt niet alleen naar labels gekeken. Praktisch wordt gekeken naar welke bouwdelen nog niet geïsoleerd zijn of de isolatie aan vervanging toe is. De vastgestelde en voorlopig vastgestelde energie labels worden gebruikt om in te schatten hoe groot de doelgroep is. Voor de verantwoording richting het Rijk leggen we per subsidie vast welke isolatiestappen gemaakt worden en wat het energielabel was voor start van de werkzaamheden.

 

Naast het energielabel stelt het NIP de voorwaarde dat 80% van het subsidiebedrag moet worden besteed aan woningen onder de gemiddelde WOZ-waarde van de gemeente of onder de NHG-grens. De gemiddelde WOZ-waarde in Heusden is € 395.000. De NHG-grens ligt op € 429.300 (prijspeil 2022). Er wordt daarom gekozen voor de NHG-grens.

 

Bewoners met risico op energiearmoede hebben moeite met het betalen van de energierekening en naar alle waarschijnlijkheid onvoldoende eigen middelen om isolatiemaatregelen te betalen. In het NIP worden deze huishoudens extra financieel ondersteund. Huishoudens met een HeusdenPas worden om die reden in het HIP extra ondersteund.

 

In het voorstel en de subsidieregeling voor subsidieverstrekking die voor 2024 aan het college ter besluitvorming wordt aangeboden wordt ingegaan op de monitoring en het stellen van verschillende plafonds.

 

2.2 Prioriteit wijken en buurten

In onderstaande afbeelding wordt visueel gemaakt waar de doelgroep zich bevindt binnen de gemeente. Er is een selectie gemaakt op basis van WOZ-waarde, energielabel en het bezitten van een HeusdenPas.

 

Zichtbaar wordt dat de wijken Braken-Oost, Braken-West, Oudheusden en Vliedberg een groot deel van de doelgroep bevat. In de eerste tranche zullen deze wijken dus ook proactief aangepakt worden. Dat wil niet zeggen dat inwoners uit andere wijken die binnen de doelgroep vallen geen aanspraak mogen maken op de regeling. Echter is dit dan op eigen initiatief. Als aanpak wordt gekozen om een pilot in een van deze wijken uit te rollen alvorens het over de gehele doelgroep wordt uitgerold. Dit om tussentijds nog te kunnen bijsturen wanneer er niet genoeg respons uit de aanpak komt.

 

2.3 Woningtypologieën

Om meer schaalbaarheid aan een oplossing en aanpak te kunnen geven, richt de aanpak zich op woningtypologieën. De volgende parameters gebruiken wij om tot enkele typologieën te komen: vooroorlogs/naoorlogse bouw, spouw/geen spouw. Hieruit volgen zeven woning typologieën:

 

  • 1.

    Vooroorlogse woning, zonder spouw, hellend dak;

  • 2.

    Naoorlogse rijtjeswoning (na 1945);

  • 3.

    Naoorlogse hoekwoning (na 1945);

  • 4.

    Naoorlogse vrijstaande woning (na 1945);

  • 5.

    Naoorlogse geschakelde woning (na 1945);

  • 6.

    Naoorlogse 2-onder-1-kap woning (na 1945);

  • 7.

    Naoorlogse andere woning (na 1945);

 

2.4 Aantal woningen per typologie in de aangewezen wijken/buurten

Het totale aantal woningen dat binnen de tranche 1 wijken ligt en een D, E, F, of G label heeft is 1.151 woningen. Van deze woningen moeten in de eerste tranche minimaal 579 woningen geïsoleerd worden. De woningen die binnen de doelgroep vallen zijn in onderstaande tabel verdeeld over de genoemde typologieën, om een grootschalige aanpak te vergemakkelijken.

Uit de data blijkt dat het grootste deel van de woningen een rijwoning of hoekwoning betreft. We zien ook dat in Oudheusden een groot deel van de doelgroep gevestigd is. Hierdoor is Oudheusden een mooie wijk om met de pilot te starten. De doelgroep is hier niet te gevarieerd en groot genoeg om te zien of we genoeg respons behalen of dat we de aanpak moeten aanpassen.

 

3 Realisatie opgave

3.1 Welk isolatieniveau willen we behalen?

Het einddoel is om in het jaar 2050 een aardgasvrije gebouwde omgeving te hebben. Isoleren is daarvoor rand-voorwaardelijk. De meeste aardgasvrije alternatieven leveren warmte op lagere temperaturen dan aardgas doet. Isoleren is daarom een noodzakelijke tussenstap. Daarnaast levert energiebesparing een CO2-besparing op, het leidt tot een lagere energierekening en zorgt vaak ook voor een comfortabelere en gezondere woning met minder tocht en vocht. Inmiddels is er een landelijke definitie van het gewenste isolatieniveau in de vorm van de landelijke standaard voor woningisolatie. De standaard voor woning isolatie komt overeen met isoleren tot label D bij vooroorlogse woningen en label A of B voor naoorlogse woningen. Ondanks dat label D bij vooroorlogse woningen voldoet aan de standaard, adviseren wij toch te isoleren naar label C, zodat zij een meer toekomstbestendige isolatiegraad hebben.

 

Daarnaast hanteert de Rijksoverheid ook streefwaarden. Streefwaarden zeggen iets over minimaal te halen isolatiewaarde per bouwdeel. Bijbehorende streefwaarden voor afzonderlijke bouwdelen ondersteunen het behalen van de standaard bij een stapsgewijze aanpak. Bouwdelen zijn onderdelen van de woning die de warmtevraag bepalen. De vier ‘grote’ bouwdelen zijn het dak, de vloer, de ramen en de gevel. Isolatie van deze bouwdelen is kostbaar en zal door de meeste mensen ervaren worden als een verbouwing. Daarnaast worden gevelpanelen, de voordeur, de mate van kierdichting en de ventilatie ook tot de bouwdelen gerekend. Het aanpassen van deze onderdelen is relatief eenvoudig en minder kostbaar, en kan vaak gecombineerd worden met een groter bouwdeel, bijvoorbeeld kierdichten als de kozijnen en het glas vervangen wordt.

 

De streefwaarden gaan verder dan de standaard. Dat betekent dat een woning op de standaard kan komen zonder alle bouwdelen te hoeven isoleren, mits gebouweigenaren zoveel mogelijk de streefwaarden hanteren voor de bouwdelen die wel geïsoleerd worden. Bijvoorbeeld, is het door de afwezigheid van een kruipruimte niet mogelijk om de vloer te isoleren, maar het dak en de spouw kan wel worden geïsoleerd, dan is het al mogelijk om de standaard te bereiken. Dit beperkt het aantal ingrepen dat een gebouweigenaar hoeft uit te voeren voordat de woning ‘klaar’ is. Wanneer woningen op de standaard zitten, zijn zij gereed voor aardgasvrije verwarming.

 

3.2 Maatregelen per typologie

Per woningtypologie bepalen we welke concrete maatregelen er nodig zijn om de D, E, F, G-woningen te isoleren naar de RVO standaard. De volgende maatregelen zijn meegenomen:

  • Ventilatie

  • Gevelisolatie

  • Dakisolatie

  • Vloerisolatie en bodemisolatie

  • Kierdichting

  • Glasvervanging met HR++ glas

  • (HR+++ glas wordt als extra beschouwd)

 

Ventilatie

Het is belangrijk na te denken over ventilatie, omdat de luchtkwaliteit in de woning verslechterd wanneer alle kieren gedicht worden en bouwdelen geïsoleerd worden. Voor natuurlijk ventilatie geldt dat dit is inbegrepen in de kosten voor het aanbrengen van HR++ glas. De kosten voor mechanische ventilatie zijn niet meegenomen in de begroting. We laten de uitvoerende partij een inschatting maken of mechanische ventilatie noodzakelijk is. Een schatting van de kosten per woning voor mechanische ventilatie is €5.000,-.

 

Gevelisolatie

Gevelisolatie is een makkelijk toepasbare maatregel die een grote besparing met zich meebrengt. Echter met de nieuwe Wet Natuurbescherming is het noodzakelijk natuurvrij te isoleren, zonder de diersoorten te verjagen of verstoren. Omdat in de praktijk blijkt dat veel uitvoerders geen rekeninghouden met de Wet Natuurbescherming, en inwoners er niet bekend mee zijn, wordt gekozen om deze maatregel niet mee te nemen in de huidige aanpak. Zolang de gemeente geen (pre-)SMP heeft opgesteld blijft deze optie buiten beschouwing. Wanneer het (pre-)SMP is opgesteld kunnen inwoners alsnog deze maatregel laten uitvoeren.

 

De woningbouwvereniging (Woonveste) in de gemeente gaat ook aan de slag met het verduurzamen van het woningaanbod. Zij hebben een eigen ecoloog ingehuurd en zullen in bepaalde gebieden een ontheffing aanvragen om gevelisolatie aan te kunnen brengen. Wanneer een particuliere woningeigenaar binnen zo’n gebied valt, wordt hen wel de optie geboden gevelisolatie toe te passen (wellicht in een collectieve inkoop opgezet door de Woonveste). De woningeigenaar moet dan het natuurvrij maken van de woning zelf bekostigen, maar kan wel meedoen met de inkoop van gevelisolatie.

 

Dakisolatie

Ook bij dakisolatie moet rekening gehouden worden met de Wet Natuurbescherming. Dakisolatie die vanaf de buitenzijde wordt aangebracht kan een gevaar vormen voor de mogelijke diersoorten die in het dak verblijven. Deze valt dus af voor de huidige regeling, zowel voor platte als hellende daken, het gaat dan alleen nog maar om dakisolatie die vanaf de binnenzijde wordt aangebracht. Echter, wanneer er een (pre-)SMP wordt ingesteld, wordt ook dakisolatie van de buitenzijde

 

Vooroorlogse woningen

Onderstaande tabel toont de maatregelen voor de vooroorlogse woningen, de kosten per woning en de energiebesparing die hiermee gerealiseerd wordt. De isolatiestappen richting label D en C zijn dusdanig dat in het type maatregelen geen onderscheid gemaakt hoeft te worden in het huidige label (E, F of G) van de woning. Als voorbeeld; of een woning enkelglas of dubbelglas heeft, heeft geen impact wanneer er naar label C geïsoleerd wordt. Beide woningen behoeve een overstap naar HR++ glas en hebben dus dezelfde kosten.

 

Naoorlogse woningen

Bij naoorlogse woningen is de RVO standaard isoleren tot energielabel A. Onderstaande tabel toont de maatregelen voor naoorlogse woningen, de kosten per woning en de energiebesparing die daarmee gerealiseerd wordt. Hoekwoningen, 2-onder-1 kap en geschakelde woningen worden als één groep gezien. Ook wordt er geen onderscheid meer gemaakt tussen platte of hellende daken.

 

4 Heusdens Isolatie Plan

4.1 Speerpunten

Belangrijke speerpunten binnen het HIP zijn allereerst dat de inwoners zo veel mogelijk ontzorgt moeten worden. De betreffende doelgroep is lastig te bereiken en heeft veel ondersteuning nodig. Daarom ligt de focus in eerste instantie op het informeren van de inwoner. Iedere inwoner die binnen de doelgroep valt krijgt een warmtescan en maatwerk advies aangeboden. Ze worden geïnformeerd over welke maatregelen de meeste impact zullen maken in hun woning en het energieverbruik. Vervolgens krijgen zij uitleg over hoe ze aan de slag kunnen.

 

Het online portaal dat gemaakt zal worden wordt zo ingericht dat het gebruiksvriendelijk, duidelijk en overzichtelijk is. Op het moment dat de inwoner zijn/haar adviesgesprek heeft gehad kunnen zij direct zien welke maatregelen zij kunnen treffen, hoeveel (ISDE- en NIP-) subsidie zij kunnen ontvangen voor de maatregel en welke eigen investering er nodig is om de maatregel te realiseren. In het portaal dat gemaakt zal worden, worden de koppelingen met verschillende lokale partijen voor de uitvoerbare maatregelen opgenomen. Zo hoeven inwoners niet zelf op zoek te gaan naar een geschikte en betrouwbare partij maar wordt ook deze zorg uit handen genomen. Met één druk op de knop kunnen zij het traject met de gewenste uitvoerder in gang zetten. De geselecteerde uitvoerder brengt een offerte uit waar alle mogelijke subsidiebedragen al af gehaald zijn en de inwoner kan hier akkoord op geven. Na uitvoering worden de subsidiebedragen via een machtiging voor de inwoner aangevraagd. De inwoner betaalt het factuurbedrag vervolgens met de uitvoerder.

 

Wanneer een inwoner liever de maatregel zelf uitvoert kan dit ook aangegeven worden in het online portaal. Zij komen in een andere workflow terecht waar ze instructies krijgen over de aanschaf van materialen, welke gegevens zij moeten aanleveren en hoe zij foto’s moeten aanleveren. Het is hierbij erg belangrijk dat de instructies duidelijk zijn en dat er bij vragen contact opgenomen kan worden met de helpdesk. Ook voor doe-het-zelf-ers willen we ontzorging en begeleiding bieden gedurende de uitvoering.

 

Het tweede speerpunt is dat er een geringe administratieve last voor de inwoner is. De ‘klantreis’ moet dan ook zo simpel mogelijk gemaakt worden, waarbij de administratieve last voornamelijk bij de uitvoerende partijen ligt. Wanneer inwoners gebruik maken van de warmtescan wordt het aanvraagproces voor subsidies tijdens het keukentafelgesprek uit handen genomen.

 

Een laatste speerpunt voor het HIP is de lokale uitvoering. Er worden zo veel mogelijk lokale partijen aangeschreven door de gemeente om de isolerende maatregelen uit te voeren. Dit doen we niet alleen om de bedrijvigheid in de omgeving te stimuleren, maar ook om de stikstofuitstoot zo veel mogelijk te minimaliseren. Voorwaarde is wel dat de uitvoering van hoge kwaliteit is en aan de eisen voldoet. Daarnaast moeten uitvoerders voldoende capaciteit hebben om de uitvoering tijdig te voltooien.

 

4.2 Warmtescans en advies

In het eerste deel wordt er voor de doelgroep in geselecteerde wijken een warmtescan uitgevoerd. Deze warmtescan geeft een visueel beeld van de isolatietoestand van de woning. Hieruit kan worden opgemaakt welke bouwdelen niet aan de isolatiestandaard voldoen en dus aangepakt zouden moeten worden. De inwoners ontvangen een rapport van de warmtescan. Vervolgens wordt er een keukentafelgesprek met hen ingepland. In dit gesprek worden de resultaten van de warmtescan en het rapport besproken. Er wordt advies gegeven over de mogelijke isolatiemaatregelen die zij kunnen treffen en wat voor impact dit zal maken in het woongenot en het energieverbruik. Ook wordt het portaal getoond en uitgelegd zodat zij daar vervolgens mee aan de gang kunnen.

 

Deze warmtescans worden dus op adresniveau uitgevoerd. Inwoners ontvangen hier vooraf een brief over en worden op de hoogte gesteld van wanneer het zal plaatsvinden. Zij kunnen zich, als ze er geen gebruik van willen maken, afmelden voor de scan en zullen dan ook geen keukentafelgesprek ontvangen.

 

4.3 Ondersteuning en uitvoering

Na het keukentafelgesprek kunnen inwoners vervolgens zelf inloggen op het portaal en kijken welke maatregelen bij hen uitgevoerd kunnen worden. In het portaal worden per maatregel opties gegeven voor lokale uitvoerders. Er wordt weergegeven welke subsidies toepasbaar zijn per maatregel en wat dus de geschatte netto kosten zijn voor de inwoner. Vervolgens kan binnen het portaal een offerte aangevraagd worden bij de desbetreffende aanbieder. Deze wordt in het portaal geplaatst en hier kan ook via het portaal akkoord op gegeven worden. Zo hebben zowel de gemeente als de uitvoerende partij direct inzicht op waar maatregelen uitgevoerd worden en welke maatregelen dat zijn. De administratieve last wordt bij de inwoners volledig weggenomen.

 

In het portaal worden de WOZ-gegevens en het energielabel van de woning voor en na uitvoering ge-update. Zo blijft de data die de gemeente heeft up-to-date en beschikbaar voor verantwoording richting BZK. Toekomstige isolatieprojecten kunnen dit portaal verder uitbouwen en blijven vullen met data. Ook voor toekomstige subsidieregelingen kan dit gebruikt worden.

 

4.4 Verdeling NIP-gelden

Per woning mag maximaal €4.000,- subsidie worden uitgekeerd volgend de NIP regels. Echter, gemiddeld genomen is iedere woning die binnen de NIP-doelgroep berekend op €1.460,-. Het voorstel is om het maximale subsidiebedrag per woning in te stellen op €1.400,-, rekening houdend met administratieve verwerking van de subsidie. Voor de doelgroep die onder energiearmoede valt geldt een hoger maximaal subsidiebedrag van €4.000,-. Kenmerk van deze doelgroep is het hebben van een HeusdenPas.

 

Ondanks dat iedere maatregel van belang is, willen we als gemeente Heusden de grootste impact realiseren wat betreft energiebesparing. Kijkend naar de tabel die aantoont welke maatregelen genomen moeten worden om label D of zelfs C te behalen, zien we dat dakisolatie en HR++(+)-glas de eerste, en misschien wel belangrijkste, stappen zijn naar een duurzaam huis. Om die reden willen we deze verduurzamingsmaatregelen stimuleren. Gedurende de keukentafelgesprekken zullen inwoners hierop gewezen worden. In Bijlage 1 is de subsidieregeling opgenomen, hierin wordt verder toegelicht hoeveel subsidie er maximaal per maatregel verkregen kan worden.

 

4.5 Energiearmoede middelen

Vanuit energiearmoede zal er nog ongeveer €200.000,- beschikbaar zijn om te besteden gedurende de NIP-aanpak. Dit zal verdeeld worden over de huishoudens die een HeusdenPas hebben. Zij behoren tot de laagste inkomens van de gemeente en zouden dus extra ondersteund moeten worden. Deze doelgroep ontvangt bij het indienen van een subsidieaanvraag €1.000,- per woning vanuit de energiearmoede middelen. Voor hen geldt ook een hoger maximaal subsidiebedrag van €4.000,- totaal, omdat de meest kwetsbare doelgroep het meest geholpen moet worden. Binnen de NIP-doelgroep zijn ongeveer 200 woningen die onder de energiearmoede doelgroep valt, met deze regeling kunnen we hen op weg helpen naar een energiezuinige woning.

 

Om deze woningen te kunnen bereiken wordt op postcode en huisnummer niveau gekeken waar HeusdenPas houders zijn en welke huishoudens in een schuldhulpverlening traject zit. Deze adressen zullen op de hoogte gebracht worden van het feit dat zij extra subsidie kunnen krijgen tijdens deze regeling. Ook tijdens de adviesgesprekken wordt dit onder de aandacht gebracht bij de inwoners.

 

4.6 Financiering

Allereerst is het goed om aan te tonen welke vormen van financiële ontzorging we onderscheiden. Dat zijn:

  • 1.

    Het aanvragen van de ISDE-subsidie.

  • 2.

    Het aanvragen van een duurzaamheidslening bij de Gemeente Heusden

  • 3.

    Een lening aanvragen bij het warmtefonds.

 

Idealiter komen de drie vormen van financiële ontzorging bij 1 partij, de totaal-ontzorger, te liggen. Dit draagt bij aan het speerpunt om bewoners zo goed mogelijk te ontzorgen. Het is namelijk niet wenselijk dat bewoners bij drie verschillende partijen moeten zijn voor het subsidiëren en financiering van de maatregelen. Echter zijn er een aantal afwegingen die meespelen in deze keuze welke vorm van financiële ontzorging bij welke partij(en)komt te liggen: kosten voor uitbesteden van advies en aanvraag, borging van onafhankelijkheid, efficiëntie van het proces en bevoegdheid voor het geven van financieel advies.

 

Gemeente Heusden voorziet op dit moment dat het in ieder geval wenselijk is om de aanvraag van de ISDE-subsidie via de uitvoerende partij(en) te laten lopen. Ook wordt gekeken welke financieringsmogelijkheden er zijn voor inwoners om hun woning te verduurzamen. Daarbij kijken we naar het Nationaal Warmte Fonds (NWF) en het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten (SVN). Als het college besluit om vormen van financiering (duurzaamheids-leningen) aan inwoners aan te bieden zal dit meegenomen worden in de aanpak.

 

4.7 Communicatie

Om bewoners te bereiken worden verschillende communicatiestrategieën toegepast. Allereerst worden bewoners die binnen de doelgroep vallen middels een bewonersbrief geïnformeerd over het traject dat zal volgen. Hierin worden zij uitgenodigd voor een informatieavond omtrent de NIP aanpak. Daarnaast zullen verschillende berichten op onze social media kanalen geplaatst worden. Ook wordt er op www.heelheusdenduurzaam.nl een aparte tegel geplaatst voor het onderwerp NIP.

 

Na de bewonersavond (die voor alle bewoners binnen de doelgroep is) wordt de doelgroep in Oudheusden via een bewonersbrief uitgenodigd voor de warmtescan en het keukentafelgesprek wat daar bij hoort. We richten ons eerst op Oudheusden omdat dit de pilot-wijk is. De doelgroep in de andere wijken worden in een later traject uitgenodigd.

 

Nadat de inwoners gebruik hebben gemaakt van de warmtescan krijgen zij in het keukentafelgesprek uitgelegd hoe zij in het portaal kunnen inloggen. De verdere communicatie zal dan volledig via het portaal lopen. Hierin krijgen zij verschillende opties te zien voor het toepassen van isolatiemaatregelen en worden zij op de hoogte gehouden van de voortgang van hun traject. Het aanvragen van offertes, het aanvragen van de subsidies en het tekenen van een offerte gebeurt allemaal via het portaal. Zodat inwoner, uitvoerder en gemeente in zicht hebben waar maatregelen uitgevoerd worden en waar inwoners stagneren.

 

Wanneer we zien dat een deel van de doelgroep stagneert in het maken van een keuze kunnen we energiecoaches inzetten om hen nogmaals bij de hand te nemen en te begeleiden.

 

Samenvatting communicatiestappen:

  • 1.

    Bewonersbrief inclusief uitnodiging informatieavond

  • 2.

    Informatieavond bewoners

  • 3.

    Bewonersbrief: warmtescan en uitnodiging keukentafelgesprek

  • 4.

    Keukentafelgesprek: warmtescan bespreken en uitleg portaal

  • 5.

    Aanvragen via portaal

  • 6.

    Follow up: lukt alles? Hulp nodig bij aanvraag via portaal? Energiecoaches inzetten

 

Indien resultaten achterblijven:

  • 7.

    Reminder uitnodiging keukentafelgesprek: mis dit niet, veel buren hebben al gebruik gemaakt van aanbod.

  • 8.

    Inzet / aanbod energiecoaches

  • 9.

    Extra inzet social media: targetten doelgroep? (budget?)

  • 10.

    Wartmescans huis aan huis verspreiden?

 

Inzet ondersteunende communicatiemiddelen

  • Social media

  • Nieuwsbrief

  • Nu & Morgen

  • Website www.heusden.nl en www.heelheusdenduurzaam.nl

  • Pers uitnodigen bij informatieavond bewoners

Wanneer er gecommuniceerd wordt naar inwoners, is het belangrijk om te letten op taalgebruik. In plaats van te communiceren over ‘Klimaatdoelen’, ‘Energietransitie’ en ‘Verduurzaming’ sluit het beter aan om te spreken over ‘comfortabel wonen’, ‘fijner binnenklimaat’ of ‘lagere energierekening’. Uit eerdere ervaringen (zowel binnen als buiten gemeente Heusden), is gebleken dat taalgebruik essentieel is voor de respons die bijvoorbeeld uit een brief komt.

 

 

namens het college van Heusden,

de secretaris,

mr. H.J.M. Timmermans

Bijlage (extern, ook afzonderlijk gepubliceerd):

Subsidieregeling lokale aanpak isolatie Gemeente Heusden 2024

 

Naar boven