Protocol geheimhouding gemeente Schouwen-Duiveland 2024

Juridisch kader

De gemeenteraad is een openbaar bestuursorgaan en vergadert in het openbaar tenzij de raad anders besluit. Het college van burgemeester en wethouders vergadert in beginsel besloten, maar de besluiten zijn openbaar tenzij het college anders besluit. Transparantie in het openbaar bestuur is van groot belang en de besluitvorming dient controleerbaar te zijn. Om die reden is het uitgangspunt dat de stukken die door het college aan de raad worden aangeboden openbaar zijn en digitaal te raadplegen via de website van de gemeente Schouwen-Duiveland in het raadsinformatiesysteem.

 

In sommige gevallen is het echter noodzakelijk om geheime informatie te delen met de raad of dat besluiten van het college, al dan niet tijdelijk, geheim moeten zijn. Om te waarborgen dat dit zorgvuldig gebeurt, moet aan een aantal wettelijke voorwaarden worden voldaan. Het opleggen van geheimhouding moet in overeenstemming zijn met de eisen die de Grondwet aan beperkingen van een grondrecht stelt. Dit betekent dat de geheimhoudingsplicht moet worden neergelegd in een bepaling in een wet, die tevens de bevoegdheid tot het opleggen van een geheimhoudingsplicht normeert.

 

In hoofdstuk VA (artikel 87 tot en met 89) van de Gemeentewet wordt deze geheimhouding geregeld. Artikel 87 van de Gemeentewet geeft de normering aan: geheimhouding kan worden opgelegd op grond van een belang genoemd in artikel 5.1, eerste en tweede lid van de Wet open overheid (Woo). De grondwetsbepaling laat niet toe dat in een gemeentelijke verordening een geheimhoudingsplicht wordt gecreëerd of aanvullende regels worden gesteld. Indien op informatie geen geheimhouding rust dan is die informatie openbaar. Een ieder die kennis draagt van geheim verklaarde informatie dient zich te realiseren dat, bij schending van de geheimhoudingsplicht terwijl die nog niet opgeheven is, overgegaan kan worden tot strafvervolging op grond van artikel 272 van het Wetboek van Strafrecht.

Hoofdstuk 1 Algemeen

Artikel 1:1 Geheimhouding als uitzondering

 

1. In de informatievoorziening van college of burgemeester naar de raad, en in de beraadslagingen tussen college, burgemeester en raad is openbaarheid de regel en geheimhouding de uitzondering.

2. Hierbij geldt als uitgangspunt het algemeen belang van de openbaarheid van bestuurlijke informatie.

3. De keuze voor en duur van geheimhouding wordt gemotiveerd, zoveel mogelijk in het openbaar.

 

 

Artikel 1:2 Wettelijke kaders voor geheimhouding

 

1. De Gemeentewet regelt in de artikelen 87 tot en met 89 de kaders voor geheimhouding.

2. De Gemeentewet bepaalt in artikel 23 de regels voor besloten raadsvergaderingen, in artikel 54 eerste lid voor het college en in artikel 84 derde lid voor commissies.

3. De Gemeentewet bepaalt in artikel 81 de regels voor kennisgevingen van beslissingen van de burgemeester aan de raad.

4. De Wet open overheid geeft in artikel 5:1 eerste en tweede lid de uitzonderingen aan waarin geheimhouding kan worden opgelegd.

5. De Algemene wet bestuursrecht bepaalt in artikel 2:5 in algemene zin dat een geheimhoudingsplicht geldt voor alle gegevens waarvan iemand het vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs moet vermoeden. Deze bepaling geldt als een algemene regel in verhouding tot de in het eerste en tweede lid genoemde bepalingen inzake geheimhouding uit de Gemeentewet.

6. Het Wetboek van Strafrecht bepaalt in artikel 272 de strafbaarheid als misdrijf van het schenden van geheimen.

 

Artikel 1:3 Gemeentelijke kaders voor geheimhouding

 

1. In hoofdstuk 2 en 3 van dit protocol worden de regels voor besloten vergaderingen van de raad en geheimhouding nader uitgewerkt.

2. In het Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van het college van burgemeester en wethouders van Schouwen-Duiveland worden de regels voor vergaderingen en geheimhouding nader uitgewerkt.

3. In de Gedragscode Integriteit bestuurders in de gemeente Schouwen-Duiveland en de Gedragscode Integriteit volksvertegenwoordigers in de gemeente Schouwen-Duiveland worden nadere afspraken gemaakt m.b.t. de openbaarheid van bestuur, geheimhouding en gebruik van informatie.

 

Hoofdstuk 2 Geheimhouding van informatie en besluiten

 

 

Artikel 2:1 Geheim hanteren

 

1. In het verkeer tussen college, burgemeester, commissie en raad wordt de term ‘geheim’ wel, en ‘vertrouwelijk’ niet gehanteerd.

2. Informatie van het college, de burgemeester, commissie en de raad is openbaar, óf zij is geheim.

3. De term ‘geheim’ wordt alleen gebruikt als daarvoor een wettelijke grondslag van toepassing en bepaald is, zoals geformuleerd in artikel 87 Gemeentewet.

 

4. Ten aanzien van informatie waarover geen geheimhouding is opgelegd geldt dat zij in principe openbaar is, met inachtneming van hetgeen is gesteld in de artikelen 1:2 en 1:3.

 

Artikel 2:2 Openbaarmaking collegebesluiten

 

1. Het college maakt een door hem genomen besluit openbaar, tenzij hij besluit tot het opleggen van geheimhouding op dat besluit.

2. Indien de reden van geheimhouding zich daar niet tegen verzet, wordt het besluit tot geheimhouding opgenomen in de besluitenlijst van de besloten collegevergadering, Indien de reden van geheimhouding zich daar wel tegen verzet wordt het besluit opgenomen in de geheime agenda van de collegevergadering.

 

Artikel 2:3 Opleggen geheimhouding door college, burgemeester, commissie of raad

 

1. Het college, de burgemeester, commissie of raad legt enkel geheimhouding op als een belang genoemd in artikel 5:1 eerste en tweede lid van de Wet open overheid van toepassing is, of als er anderszins een wettelijke grondslag voor is.

2. Het college, de burgemeester, commissie of de raad legt in principe terughoudend geheimhouding op over een compleet document. Waar mogelijk wordt de informatie die geheim moet blijven in een bijlage opgenomen. Alle pagina’s van de documenten welke onder de geheimhouding vallen worden voorzien van een schuin watermerk “GEHEIM” .

3. Als geheimhouding wordt opgelegd, dan wordt in het college- en / of raadsvoorstel het volgende vermeld:

a. motivering, onder vermelding van de grond(en) uit artikel 5:1 eerste of tweede lid van de Wet open overheid;

b. consequentie als er geen geheimhouding wordt opgelegd;

c. onder verwijzing naar artikel 87, 88 en of 89 van de Gemeentewet;

d. de termijn (horizonbepaling) van geheimhouding;

e. welke onderdelen van het voorstel / bijlagen geheim zijn;

 

4. Een horizonbepaling bevat een conditie waaronder of een datum waarop geheimhouding geacht wordt te zijn opgeheven. Is een dergelijke bepaling niet mogelijk dan wordt opgenomen “voor onbepaalde tijd”.

5. Voor de formulering van een burgemeester-, college- en raadsbesluit wordt gebruik gemaakt van de voorbeeldteksten in bijlage 1.

 

 

Artikel 2:5 Delen van geheime raadsinformatie

 

1. Uitgangspunt is dat geheime informatie met de gehele raad, alle burgercommissieleden en fractieondersteuners gedeeld wordt. Indien geheime informatie aan een raadscommissie wordt verstrekt, beschikt de raad hier ook over zoals benoemd in artikel 88, lid 5 Gemeentewet. Dit geldt niet voor geheime mondelinge informatie welke gedeeld wordt in het Presidium.

2. Geheime commissie- en raadsinformatie wordt wel op het raadsinformatiesysteem geplaatst, maar is alleen toegankelijk via het besloten deel van het raadsinformatiesysteem voor commissie- en raadsleden, fractieondersteuners, de medewerkers van de griffie en het college, de gemeentesecretaris en de strategisch managers.

 

Artikel 2:6 Verstrekken geheime informatie aan anderen

 

1. De raad kan informatie waarop geheimhouding is opgelegd op grond van artikel 88 lid 6 Gemeentewet, naast de in artikel 2:5 genoemde personen, tevens verstrekken aan anderen waaronder externe adviseurs.

2. Uitsluitend voor zover dit voor de werkzaamheden van het college noodzakelijk is, in het kader van het dagelijks bestuur, mag het college informatie waarop hij geheimhouding heeft opgelegd en die verstrekt is aan de raad, ook delen met anderen. Dit onder de vermelding dat geheimhouding in acht wordt genomen door eenieder die kennis van die informatie draagt, totdat de raad deze opheft. Het college of de burgemeester informeert de raad zo spoedig mogelijk over welke informatie, om welke reden, aan wie is verstrekt.

 

Artikel 2:7 Embargo

 

1. Wanneer geheimhouding niet noodzakelijk is, maar het wel zeer wenselijk is dat de informatie nog niet openbaar wordt, kan informatie door het college of de burgemeester ‘onder embargo’ worden verstrekt aan de raad.

2. ‘Onder embargo’ heeft geen juridische status en is uitsluitend bedoeld voor informatie waarop kort na het delen met de raad een (pers)bericht volgt van het college. De raad zal deze informatie onder zich houden totdat het (pers)bericht is gepubliceerd.

3. In het stuk wordt duidelijk gemotiveerd waarom de informatie ‘onder embargo’ wordt verstrekt en op welk moment het (pers)bericht volgt van het college.

4. Op de voorpagina van het stuk wordt rechts bovenin de tekst ‘ONDER EMBARGO’ en de datum waarop het embargo afloopt vermeld.

 

 

 

Hoofdstuk 3 Vergaderen in beslotenheid

 

 

Artikel 3:1 Openbare aankondiging en aanwezigheid

 

1. Raads- en commissievergaderingen zijn in principe openbaar. Ze worden in ieder geval in het openbaar aangekondigd en geopend, met uitzondering van de bijzondere raadsvergadering waarin tot aanbeveling voor (her)benoeming van de burgemeester wordt besloten. Deze vergadering is van begin tot einde besloten.

2. Op de agenda wordt in globale termen aangekondigd dat een agendapunt van een raads- en commissievergaderingen achter gesloten deuren moet worden besproken. Informatie die tijdens een vergadering achter gesloten deuren gegeven wordt, is automatisch geheim.

3. Raadsleden, burgercommissieleden en fractieondersteuners mogen aanwezig zijn bij besloten vergaderingen van de commissies. Bij besloten raadsvergaderingen mogen in principe enkel raadsleden aanwezig zijn, tenzij de raad anders besluit.

 

Artikel 3:2 Het sluiten van de deuren

 

1. Op verzoek van tenminste één vijfde deel van het aantal leden dat de presentielijst heeft getekend dan wel als de voorzitter dit nodig oordeelt, worden de deuren gesloten.

2. Als de deuren worden gesloten besluit de commissie of de raad of er naast de raads- of commissieleden zelf, de griffier, de griffiemedewerkers, de betrokken leden van het college en de gemeentesecretaris nog anderen aanwezig mogen zijn (bijv. betrokken ambtenaren).

3. Als de deuren worden gesloten, zorgt de griffie ervoor dat de uitzending via internet wordt stopgezet en dat de vergadering niet langer in de nevenruimtes is te volgen.

 

Artikel 3:3 Vergaderen achter gesloten deuren

 

1. Op besloten raadsvergaderingen is het Reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad van de gemeente Schouwen Duiveland van overeenkomstige toepassing voor zover dat niet strijdig is met het besloten karakter van de vergadering. Op besloten commissievergaderingen is de Verordening op de raadscommissies gemeente Schouwen Duiveland van overeenkomstige toepassing voor zover dat niet strijdig is met het besloten karakter van de vergadering.

2. Nadat de deuren zijn gesloten geeft de voorzitter eerst het voorstel om met gesloten deuren te vergaderen in bespreking. Alleen als de raad c.q. de commissie in meerderheid hiertoe besluit zal daadwerkelijk met gesloten deuren worden vergaderd.

 

3. Voor een besloten vergadering wordt een aparte presentielijst gebruikt. Hierop tekenen behalve de raads- en/of burgercommissieleden ook eventuele overige aanwezigen en derden.

4. Besluit de raad of commissie tot een besloten vergadering, dan geldt vanaf dat moment van rechtswege geheimhouding op het geen besproken wordt, totdat de raad of commissie de geheimhouding opheft.

5. Het ter vergadering behandelde wordt door de aanwezigen op grond van de wet geheim gehouden en mag niet gedeeld worden. De voorzitter benoemt dit zowel bij het begin als aan het eind van de besloten vergadering als volgt: “Voor de zorgvuldigheid laat ik u weten dat al hetgeen tijdens deze vergadering is c.q. wordt behandeld op grond van artikel 23 vierde lid van de Gemeentewet geheim is”.

6. De raad c.q. de commissie kan ter vergadering besluiten de verplichting tot geheimhouding op te heffen. De voorzitter doet in voorkomende gevallen aan het eind van de vergadering een voorstel als volgt: “Behalve voor de informatie die voor deze besloten vergadering al geheim was, stel ik u voor de geheimhouding op wat in deze vergadering is behandeld, op te heffen”.

7. Raads- en burgercommissieleden die na aanvang van een besloten vergadering aankomen, dan wel tussentijds de vergaderzaal verlaten, kunnen zonder enige belemmering de vergaderzaal binnenkomen of verlaten. Betrokkenen dienen zich hierbij bewust te zijn van het besloten karakter van de vergadering in het kader van geheimhouding. Daarnaast dienen zij zich te melden bij de voorzitter en griffier.

 

Artikel 3:4 Verslag en/of besluitenlijst

 

1. Van een besloten vergadering wordt een apart verslag en/of besluitenlijst gemaakt en is geheim, tenzij de raad of commissie anders beslist. Deze wordt toegevoegd aan het besloten deel van het raadsinformatiesysteem.

2. Een geheim verslag en/of besluitenlijst wordt in een volgende besloten vergadering van het desbetreffende orgaan, dan wel ongewijzigd en zonder inhoudelijke behandeling in een volgende openbare vergadering van het desbetreffende orgaan, vastgesteld. Het verslag zelf blijft geheim, tenzij het desbetreffende orgaan besluit de geheimhouding op te heffen. Indien een lid van het desbetreffende orgaan inhoudelijke behandeling van het verslag wenst, geschiedt dit in een besloten deel van de vergadering.

3. De vastgestelde verslagen en/of besluitenlijsten worden door de voorzitter en de griffier ondertekend.

 

Artikel 3:5 Collegevergaderingen

 

1. Het college vergadert achter gesloten deuren.

2. De besluiten die tijdens de collegevergadering worden genomen zijn openbaar, tenzij geheimhouding is opgelegd op grond van artikel 87 Gemeentewet .

3. Geheimhouding wordt tijdens de vergadering opgelegd.

 

 

 

Hoofdstuk 4 Opheffen geheimhouding over informatie en besloten vergaderingen

 

 

Artikel 4:1 Opheffen geheimhouding

 

1. Het orgaan dat geheimhouding oplegt, is bevoegd de geheimhouding op te heffen.

2. In afwijking van het eerste lid kan een door een commissie opgelegde geheimhouding worden opgeheven door het orgaan dat de commissie heeft ingesteld.

3. In afwijking van het eerste lid moet de geheimhouding door de raad worden opgeheven indien de informatie aan de raad is verstrekt. De raad is dan exclusief bevoegd tot opheffing van de geheimhouding.

4. Wanneer de raad zelf de geheimhouding op door het college of burgemeester aan hem verstrekte geheime informatie wil opheffen, treedt de raad in overleg met het college of de burgemeester.

 

Artikel 4:2 Schending geheimhouding

 

1. Bij schending van de geheimhouding besluit de burgemeester of hij/zij namens de gemeente aangifte doet.

2. De raad kan in geval van schending van de geheimhoudingsplicht door een lid van dit orgaan of van een door dit orgaan ingestelde commissie, besluiten om het betreffende lid voor maximaal drie maanden uit te sluiten van toegang tot stukken waarop geheimhouding rust. Dit besluit staat los van eventuele strafbaarheid op grond van artikel 272 van het Wetboek van Strafrecht.

 

Artikel 4:3 Lijst geheime informatie en besloten vergaderingen

 

1. De secretaris houdt een lijst bij van alle informatie ten aanzien waarvan het college of de burgemeester geheimhouding heeft opgelegd.

2. De griffier houdt een lijst bij van alle besloten raads- en commissievergaderingen en alle schriftelijke informatie die tijdens deze vergaderingen is overlegd en waarop geheimhouding is gelegd. Deze lijst wordt op het raadsinformatiesysteem geplaatst.

3. De in het eerste en tweede lid bedoelde lijsten bevatten in ieder geval voor zover van toepassing het onderwerp, het bestuursorgaan welke geheimhouding heeft opgelegd, de datum dat geheimhouding is opgelegd, de datum van aanbieding aan de raad, de motivering op grond van de Woo en de gemeentewet, de horizonbepaling en tenslotte de datum waarop de geheime status is beëindigd.

 

 

Artikel 4:4 Horizonbepalingen

 

1. De secretaris bewaakt de horizonbepaling van geheime informatie en besluiten van het college en van de informatie die door de burgemeester en het college aan de raad is gezonden.

2. De griffier bewaakt de horizonbepaling van geheime informatie gedeeld in besloten vergaderingen en voor informatie waarop de raad zelf geheimhouding heeft opgelegd.

3. De secretaris controleert jaarlijks in maart en september de horizonbepaling van de informatie uit eerste lid en zorgt dat er een voorstel wordt voorgelegd aan het college en/of de raad over het al dan niet handhaven of opheffen van de geheimhouding.

4. De griffier controleert jaarlijks in maart en september de horizonbepaling van de informatie uit het tweede lid en zorgt ervoor dat indien geheimhouding kan worden opgeheven hiertoe een voorstel van het presidium aan de raad kan worden gedaan, voorzien van ambtelijk advies.

5. Indien noodzakelijk besluit het college, al dan niet op verzoek van de raad, opnieuw geheimhouding op te leggen.

 

Artikel 4:5 Opheffing op initiatief van college of burgemeester

 

In aanvulling op artikel 4:4, lid 3 en 4 kan het college of de burgemeester ook op eigen initiatief de raad een voorstel tot opheffing van opgelegde geheimhouding over overgelegde of toegezonden informatie doen. Het is aan de raad om hier over te besluiten.

Artikel 4:6 Publicatie openbaar geworden informatie

 

Zodra een voorstel tot opheffing van geheimhouding is aangenomen ontvangt de griffier z.s.m. de openbare informatie van de auteur. De griffier plaatst vervolgens de desbetreffende informatie op het openbare deel van het raadsinformatiesysteem, onder vermelding van genoemd besluit.

 

Hoofdstuk 5 Openbaar en besloten vergaderen in andere gevallen

Artikel 5.1 Overige commissies

 

De openbaarheid of beslotenheid van overige commissies (zoals bijvoorbeeld de auditcommissie, agendacommissie, vertrouwenscommissie, etc.) wordt geregeld via zelfstandige verordeningen en raadsbesluiten. Datzelfde geldt voor de verslagen en besluitenlijsten van bijeenkomsten van genoemde gremia.

 

Artikel 5.2 Overige klankbord- of werkgroepen

 

Het presidium of de agendacommissie bepaalt, op voorstel van de griffie, over de beslotenheid voor overige informatiebijeenkomsten en klankbord- en werkgroepen wanneer deze niet per verordening of raadsbesluit is geregeld.

 

Hoofdstuk 6 Slotbepalingen

 

 

Artikel 6.1 Slotbepalingen

 

1. Dit protocol treedt in werking de dag na bekendmaking.

2. Dit protocol kan worden aangehaald als “Protocol geheimhouding gemeente Schouwen-Duiveland 2024”.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Ondertekening

Aldus vastgesteld door de burgemeester op 9 januari 2024,

J. Chr. van der Hoek

Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders op 9 januari 2024,

De voorzitter,

J. Chr. van der Hoek

De secretaris,

S. Bronsveld

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de gemeenteraad op 29 februari 2024,

De voorzitter,

J. Chr. van der Hoek

De griffier,

P.M.W Goossens-Smits

Bijlage 1: Formulering van het burgemeester-, college- en raadsbesluit (voorbeelden)

 

A. Geen stukken naar de raad:

Het college/burgemeester besluit:

1. een overeenkomst te sluiten met bedrijf A inzake onderwerp B;

2. op grond van artikel 87 Gemeentewet geheimhouding op te leggen op de inhoud van [dit voorstel of op bijlage(n)..…..]. De motivering hiervoor is op grond van artikel 5.1 lid […..] Woo;

3. de geheimhouding direct op te leggen tot [datum];

4. [personen] uit hoofde van hun functie toegang te verlenen tot de geheime informatie.

 

B. Raad informeren (met raadsbrief) over informatie waarop geheimhouding rust:

Het college/burgemeester besluit:

1. een overeenkomst te sluiten met bedrijf A inzake onderwerp B;

2. op grond van artikel 87 Gemeentewet geheimhouding op te leggen op de inhoud van [dit voorstel, de raadsbrief en/of op bijlage(n)..…..]. De motivering hiervoor is op grond van artikel 5.1 lid [..…] Woo;

3. de geheimhouding direct op te leggen tot [datum];

4. op grond van artikel 88 Gemeentewet [de raadsbrief en/of bijlagen bij de raadsbrief] waarop geheimhouding rust aan de raad te verstrekken

5. [personen] uit hoofde van hun functie toegang te verlenen tot de geheime informatie.

 

C. Stukken naar de raad (waarover de raad moet besluiten):

Het college besluit:

a. een overeenkomst te sluiten met bedrijf A inzake onderwerp B;

b. op grond van artikel 87 Gemeentewet geheimhouding op te leggen op de inhoud van [dit voorstel, het raadsvoorstel of op bijlage(n)..…..]. De motivering hiervoor is op grond van artikel 5.1 lid [..…] Woo;

c. de geheimhouding direct op te leggen tot [datum];

d. op grond van artikel 88 lid [2 of 3] Gemeentewet [het raadsvoorstel en/of bijlagen bij het raadsvoorstel] waarop geheimhouding rust aan de raad te verstrekken;

e. [personen] uit hoofde van hun functie toegang te verlenen tot de geheime informatie.

 

Formulering van het raadsbesluit (indien C van toepassing) (voorbeeld)

a. Een overeenkomst te sluiten met bedrijf A inzake onderwerp B.

b. Op grond van artikel 87 Gemeentewet geheimhouding over te nemen omtrent de inhoud van dit voorstel (of delen daarvan) en alle overige informatie die hieraan ten grondslag ligt. De motivering hiervan is op grond van artikel 5.1 lid ….. Woo

c. De geheimhouding op te leggen tot [datum];

 

 

 

 

 

Bijlage 2: Artikel 5.1 Wet open overheid - Uitzonderingen

 

Artikel 5.1 Wet open overheid

1. Het openbaar maken van informatie ingevolge deze wet blijft achterwege voor zover dit:

d. de eenheid van de Kroon in gevaar zou kunnen brengen;

e. de veiligheid van de Staat zou kunnen schaden;

f. bedrijfs- en fabricagegegevens betreft die door natuurlijke personen of rechtspersonen vertrouwelijk aan de overheid zijn meegedeeld;

g. persoonsgegevens betreft als bedoeld in paragraaf 3.1 onderscheidenlijk paragraaf 3.2 van de Uitvoeringswet Algemene verordening gegevensbescherming, tenzij de betrokkene uitdrukkelijk toestemming heeft gegeven voor de openbaarmaking van deze persoonsgegevens of deze persoonsgegevens kennelijk door de betrokkene openbaar zijn gemaakt;

h. nummers betreft die dienen ter identificatie van personen die bij wet of algemene maatregel van bestuur zijn voorgeschreven als bedoeld in artikel 46 van de Uitvoeringswet Algemene verordening gegevensbescherming, tenzij de verstrekking kennelijk geen inbreuk op de levenssfeer maakt.

 

2. Het openbaar maken van informatie blijft eveneens achterwege voor zover het belang daarvan niet opweegt tegen de volgende belangen:

a. de betrekkingen van Nederland met andere landen en staten en met internationale organisaties;

b. de economische of financiële belangen van de Staat, andere publiekrechtelijke lichamen of bestuursorganen, in geval van milieu-informatie slechts voor zover de informatie betrekking heeft op handelingen met een vertrouwelijk karakter;

c. de opsporing en vervolging van strafbare feiten;

d. de inspectie, controle en toezicht door bestuursorganen;

e. de eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer;

f. de bescherming van andere dan in het eerste lid, onderdeel c, genoemde concurrentiegevoelige bedrijfs- en fabricagegegevens;

g. de bescherming van het milieu waarop deze informatie betrekking heeft;

h. de beveiliging van personen en bedrijven en het voorkomen van sabotage;

i. het goed functioneren van de Staat, andere publiekrechtelijke lichamen of bestuursorganen.

3. Indien een verzoek tot openbaarmaking op een van de in het tweede lid genoemde gronden wordt afgewezen, bevat het besluit hiervoor een uitdrukkelijke motivering.

4. Openbaarmaking kan tijdelijk achterwege blijven, indien het belang van de geadresseerde van de informatie om als eerste kennis te nemen van de informatie dit kennelijk vereist. Het bestuursorgaan doet mededeling aan de verzoeker van de termijn waarbinnen de openbaarmaking alsnog zal geschieden.

5. In uitzonderlijke gevallen kan openbaarmaking van andere informatie dan milieu-informatie voorts achterwege blijven indien openbaarmaking onevenredige benadeling toebrengt aan een ander belang dan genoemd in het eerste of tweede lid en het algemeen belang van openbaarheid niet tegen deze benadeling opweegt. Het bestuursorgaan baseert een beslissing tot achterwege laten van de openbaarmaking van enige informatie op deze grond ten aanzien van dezelfde informatie niet tevens op een van de in het eerste of tweede lid genoemde gronden.

6. Het openbaar maken van informatie blijft in afwijking van het eerste lid, onderdeel c, in geval van milieu-informatie eveneens achterwege voor zover daardoor het in het eerste lid, onderdeel c, genoemde belang ernstig geschaad wordt en het algemeen belang van openbaarheid van informatie niet opweegt tegen deze schade.

7. Het eerste en tweede lid zijn niet van toepassing op milieu-informatie die betrekking heeft op emissies in het milieu.

 

 

 

Bijlage 3: Veelvoorkomende gronden voor geheimhouding en een richtlijn.

 

Woo-grond Toepassing Richttijd voor geheimhouding

Vertrouwelijk meegedeelde bedrijfs- en fabricagegegevens (art. 5.1 lid 1 onder c Woo) Vertrouwelijke bedrijfsplannen met informatie over tarieven, omzet, potentiële klanten e.d. 20 jaar

Bijzondere persoonsgegevens (art. 5.1 lid 1 onder d en e Woo) Gegevens over godsdienst of levensovertuiging, ras, politieke gezindheid, gezondheid, seksuele leven, lidmaatschap van een vakvereniging, strafrechtelijke persoonsgegevens. 20 jaar

Economische of financiële be-langen publiekrechtelijke lichamen (art. 5.1 lid 2 onder b Woo) Overeenkomsten gemeente met een financieel karakter (koop, huur, grondexploitatie e.d.) 5 jaar (afronden naar één peildatum van het volgende jaar)

Inspectie, controle en toezicht (art. 5.1 lid 2 onder d Woo) Strategieën om overtredingen te constateren, waarbij het van belang is dat de overtreder niet weet op welke wijze controle plaatsvindt. 2 jaar (afronden naar een peildatum van het volgende jaar)

Bescherming van de persoonlijke levenssfeer (art. 5.1 lid 2 onder e Woo) Alle gegevens die herleidbaar zijn tot natuurlijke personen. 20 jaar

Het goed functioneren van de gemeente (art. 5.1 lid 2 onder i Woo) - Intern beraad bij oplossen van problemen;

- Offertes, informatie uit aanbestedingsprocedures. 5 jaar bij financiële informatie

1 jaar in overige gevallen (afronden naar peildatum van het volgende jaar)

Bij intern beraad niet langer dan noodzakelijk!

Het belang van de geadresseerde om als eerste kennis te nemen van de informatie (art. 5.1 lid 4 Woo) - Adviezen en onderzoeken die worden uitgevoerd in opdracht van het gemeentebestuur;

- Verantwoording van college of burgemeester aan de raad;

- Beschikkingen op aanvraag;

- Koninklijke of gemeentelijke onderscheidingen. Tot aan kennisname door geadresseerde.

 

 

 

 

 

 

Naar boven