Inspraakverordening gemeente Maashorst

De raad van de gemeente Maashorst

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 28 november 2023

gelet op de artikelen 149 en 150 van de Gemeentewet

 

besluit vast te stellen de volgende verordening: Inspraakverordening gemeente Maashorst

Artikel 1: Begripsbepaling

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a)

    bestuursorgaan: een orgaan van een rechtspersoon krachtens publiekrecht ingesteld, conform artikel 1:1 lid 1 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • b)

    beleidsvoornemen: voornemen van een bestuursorgaan tot het vaststellen of wijzigen van beleid;

  • c)

    college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Maashorst;

  • d)

    inspraak: het overeenkomstig deze verordening betrekken van ingezetenen en belanghebbenden bij de voorbereiding, uitvoering of evaluatie van gemeentelijk beleid;

  • e)

    insprekers: ingezetenen van de gemeente Maashorst en anderen die belanghebbenden zijn.

Artikel 2: Onderwerp van inspraak

  • 1.

    Elk bestuursorgaan besluit ten aanzien van zijn eigen bevoegdheden of inspraak wordt verleend, waarbij per beleidsvoornemens de impact van het besluit op belanghebbenden wordt afgewogen.

  • 2.

    Inspraak wordt altijd verleend indien de wet daartoe verplicht.

  • 3.

    Geen inspraak wordt verleend:

    • a.

      ten aanzien van ondergeschikte herzieningen van een eerder vastgesteld

      beleidsvoornemen;

    • b.

      indien inspraak bij of krachtens wettelijk voorschrift is uitgesloten;

    • c.

      indien sprake is van uitvoering van hogere regelgeving waarbij het bestuursorgaan geen of nauwelijks beleidsvrijheid heeft;

    • d.

      inzake vaststelling van de begroting, de tarieven voor gemeentelijke dienstverlening en belastingen als bedoeld in hoofdstuk XV van de Gemeentewet;

    • e.

      indien de uitvoering van een beleidsvoornemen dermate spoedeisend is dat inspraak niet kan worden afgewacht, en

    • f.

      indien het belang van inspraak niet opweegt tegen het belang van de verantwoordelijkheid van de gemeente voor kwetsbare groepen in de samenleving.

Artikel 3: Vorm van inspraak

  • 1.

    Inspraak wordt verleend overeenkomstig de beschreven procedure van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht.

  • 2.

    Het bestuursorgaan kan voor één of meer beleidsvoornemens een andere procedure vaststellen. Daarbij kan geheel of ten dele worden afgeweken van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht en kan het bestuursorgaan de kring van insprekers nader bepalen.

Artikel 4: Verslag

  • 1.

    Van de inspraak maakt het bestuursorgaan een verslag op.

  • 2.

    Het verslag bevat in elk geval:

    • a.

      een overzicht van de vorm en procedure waarin inspraak is verleend;

    • b.

      een weergave van de zienswijzen die tijdens de inspraak mondeling of schriftelijk naar voren zijn gebracht, en

    • c.

      een reactie op deze zienswijzen, waarbij met redenen omkleed wordt aangegeven op welke punten al dan niet tot aanpassing van het beleidsvoornemen wordt overgegaan.

  • 3.

    Het bestuursorgaan maakt het verslag op de gebruikelijke wijze openbaar.

Artikel 5: Slotbepaling

  • 1.

    Deze verordening wordt aangehaald als: Inspraakverordening gemeente Maashorst

  • 2.

    De verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag van de maand volgende op de bekendmaking.

  • 3.

    Indien vóór het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening is besloten inspraak te verlenen, gelden voor die inspraakprocedure de bepalingen van de Algemene inspraakverordening en Inspraakverordening gemeente Landerd 1994.

  • 4.

    Op de datum als bedoeld in het tweede lid vervallen de inspraakverordeningen vastgesteld door de raden van de voormalige gemeenten Uden (16 december 2004) en Landerd (6 juli 1994).

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 14 december 2023 van de gemeente Maashorst.

De raad voornoemd,

de griffier,

mr. N.E. Gradisen

de voorzitter,

M.J.D. Donders-de Leest (wnd.)

Naar boven