Gedoogbeschikking Noodopvang voor vluchtelingen en/of asielzoekers op/nabij Ambachtsweg 10 te Lemelerveld

 

Intitulé

Gedoogbeschikking Noodopvang voor vluchtelingen en/of asielzoekers op/nabij Ambachtsweg 10 te Lemelerveld

Het college besluit:

 

  • 1.

    1. Een tijdelijke noodopvang voor vluchtelingen en/of asielzoekers op het terrein op en nabij /ambachtsweg 10 te Lemelerveld onder voorwaarden te gedogen.

  • 2.

    2. Deze gedoogbeschikking in ieder geval (elektronisch) bekend te maken in het Gemeenteblad, op www.overheid.nl en in het huis-aan-huisblad ‘De Dalfser Marskramer’.

     

1. Algemene overwegingen

Het Centraal orgaan opvang Asielzoekers (COA) heeft het college van burgemeester en wethouders (hierna college) van Dalfsen verzocht om een noodopvang te mogen realiseren. Het ontbreken van een waardige tijdelijke verblijfsplaats voor vluchtelingen/asielzoekers in het aanmeldcentrum in Ter Apel heeft het college eerder doen besluiten een tijdelijke opvanglocatie te realiseren als overloop voor het aanmeldcentrum in Ter Apel. Daarvoor vangen we op Charme Camping Heidepark vanaf medio januari tot uiterlijk 29 maart 2024, 120 asielzoekers op. We zijn tevreden met de wijze waarop deze opvang loopt. We zijn ingenomen met de betrokkenheid vanuit de Lemelerveldse samenleving.

 

2. Aanleiding

De situatie in Ter Apel is nauwelijks veranderd ten opzichte van die van enkele maanden geleden.

Vanuit het COA is het verzoek gedaan te verkennen of we deze groep voor een langere termijn opvang kunnen bieden. Naar aanleiding van een dringende oproep vanuit de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, hebben we het verzoek ontvangen om bij te dragen aan de realisatie van (tijdelijke) extra opvangcapaciteit. Daarbij wordt een beroep gedaan om de bestaande noodopvang zo veel mogelijk te verlengen. Verlenging van de noodopvang op de locatie Charme Camping Heidepark is echter niet mogelijk.

Voor een mogelijk vervolg van de opvang zijn enkele locaties onderzocht. Daarbij is met name ingezoomd op Lemelerveld en omgeving, opdat we de opgebouwde structuren zoveel mogelijk intact willen houden.

 

3. Locatie

De locatie bevindt zich op het terrein nabij Ambachtsweg 10. (zie onderstaande afbeelding).

De locatie wordt ingericht met 28 woonunits twee tenten en sanitaire voorzieningen en in gebruik genomen voor de beoogde duur van 1 jaar voor de opvang zelf en tot maximaal 2 jaar ter overbrugging van de tijd die nodig is om het terrein in de oorspronkelijk staat terug te brengen.

 

4. Noodzaak gedoogbeschikking vooruitlopend op vergunning

Voor de realisatie van deze opvang is een omgevingsvergunning vereist waarvoor een procedure dient te worden doorlopen die enige tijd vergt. Deze noodopvang is echter acuut en per direct nodig. Daarom wordt bij dezen een gedoogbeschikking afgegeven om vooruitlopend op de verwachte vergunningverlening de tijdelijke huisvesting van vluchtelingen en/of asielzoekers mogelijk te maken.

 

5. Planologisch kader

Voor het terrein nabij Ambachtsweg 10 te Lemelerveld, is in het tijdelijk deel van het omgevingsplan opgenomen het bestemmingsplan ‘Chw bestemmingsplan Kernen gemeente Dalfsen 2016’ en het ontwerp-bestemmingsplan" Chw Kernen gemeente Dalfsen 2022.’

Op de betreffende locatie gelden op basis van het vigerende en het bestemmingsplan dat in voorbereiding is de volgende enkelbestemmingen:

Enkelbestemming Bedrijf.

Op een klein deel van het perceel geldt de bestemming ‘bedrijf’. Op basis van de daaraan verbonden bestemmingsomschrijving past een tijdelijke opvangplek voor vluchtelingen en/of asielzoekers niet binnen deze bestemming.

Enkel bestemming ‘Groen’.

Op het overige gedeelte het terrein geldt de bestemming ‘Groen”. Op basis van de daaraan verbonden bestemmingsomschrijving past een tijdelijke opvangplek voor vluchtelingen en/of asielzoekers niet binnen deze bestemming.

Dubbelbestemming ‘Waarde -Archeologie 7’.

In het ontwerp-bestemmingsplan is deze dubbelbestemming opgenomen ter plaatse van de bestemming ‘bedrijf’ en ‘groen’. Voor de voor 'Waarde - Archeologie 7' aangewezen gronden geldt geen onderzoeksplicht. De bestemmingsomschrijving betekent, dat het geen belemmering is voor de realisatie van een tijdelijke opvangplek voor vluchtelingen en/of asielzoekers en daarmee geen strijdigheid met deze bestemming oplevert.

Gelet op het bovenstaande is het gebruik van de locatie als tijdelijke opvanglocatie voor asielzoekers in strijd met het tijdelijke deel van het Omgevingsplan. Om het gebruik van de locatie als tijdelijke opvang te realiseren, dient een vergunning voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit (BOPA, art. 5.1 lid 1 onder a Ow) verleend te worden. Daarnaast geldt dat voor het bouwen en plaatsen van tijdelijke bouwwerken een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit (art. 5.1 lid 2 onder a Ow) benodigd is. Dat betekent dat er twee vergunningen nodig zijn voor het realiseren van de opvang, een BOPA en een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit. Verder is, gezien het aantal personen dat ter plaatse verblijft, een melding brandveilig gebruik verplicht.

Procedureel moet in dit verband vermeld worden dat het tijdelijke deel van het Omgevingsplan geen afwijkingsmogelijkheden kent voor het voorgenomen gebruik en het bouwen van tijdelijke bouwwerken. Gelet op de urgentie en ernst van de opvangproblematiek kan de procedure voor het verlenen van de hiervoor genoemde vergunningen niet worden afgewacht.

 

6.Juridisch kader

Op grond van artikel 18.2 in samenhang met artikel 5.8 van de Omgevingswet en de bij Gemeentewet gestelde bevoegdheden zijn wij als college het bevoegd gezag ten aanzien van handhaving van planologische regels. Wij hebben de bevoegdheid om in bijzondere gevallen bepaalde overtredingen voor een bepaalde termijn en onder bepaalde voorwaarden te gedogen. Zo is het mogelijk om in overmachts- of noodsituaties overtredingen (tijdelijk) te gedogen.

 

7. Handhavingsplicht

Het is vaste jurisprudentie van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State dat het bevoegd gezag bij de overtreding van wettelijke voorschriften, in dit geval het college van burgemeester en wethouders van Dalfsen, in beginsel verplicht is om handhavend hiertegen op te treden.

Onder bijzondere omstandigheden kan worden afgezien van handhaving en kan de strijdigheid met wet- en regelgeving tijdelijk worden gedoogd. Gedogen is – samengevat – aanvaardbaar als:

 

  • 1.

    het gedogen beperkt is in omvang en/of tijd;

  • 2.

    het gedogen expliciet bij beschikking gebeurt;

  • 3.

    duidelijke voorwaarden aan het gedogen worden gesteld;

  • 4.

    regelmatig wordt bezien of de situatie zodanig is dat gedogen nog gerechtvaardigd is, en of aan de voorwaarden die aan het gedogen zijn gesteld wordt voldaan.

Gedogen moet beperkt blijven tot uitzonderingssituaties:

  • 1.

    overgangs- en overmachtssituaties (waaronder concreet zicht op legalisatie, bedrijfsverplaatsing, experimenteersituaties, wetswijzigingen, etc.);

  • 2.

    wanneer het door de wettelijke regeling beschermde belang uiteindelijk beter gediend is door gedogen, bijvoorbeeld een milieubelang dat in een specifieke situatie gediend is met het gedogen van een overtreding;

  • 3.

    zwaarwegende belangen nopen tot een gedoogsituatie;

  • 4.

    handhaving in strijd is met de algemene beginselen van behoorlijk bestuur (vertrouwens- en rechtszekerheidsbeginsel).

     

8. Belangenafweging

De asielzoekerscentra in Nederland zitten overvol. Het COA is druk bezig met het zoeken naar nieuwe opvanglocaties. Normaliter zijn dit trajecten die langere tijd duren. In de huidige situatie met een acute behoefte aan opvangplaatsen heeft het COA - in navolging van een oproep van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een beroep op alle gemeenten in Nederland gedaan om gedurende een bepaalde tijd aan een aantal vluchtelingen c.q. asielzoekers opvang te bieden. Zo ook aan het college van Dalfsen. Op humanitaire gronden en vanuit maatschappelijk oogpunt is het college bereid een bijdrage te leveren aan de noodopvang van vluchtelingen en/of asielzoekers.

Het algemene belang acht het college in dit geval zwaarder wegen dan het belang van handhaving van de relevante wet- en regelgeving, mede vanwege het tijdelijke karakter daarvan. Wel hecht het college zeer aan het belang van de inwoners van Dalfsen en in het bijzonder van Lemelerveld bij de handhaving van een goed woon- en leefklimaat. Hun belangen heeft het college onder meer gewaarborgd in beveiliging en een bestuursovereenkomst met het COA met betrekking tot o.a. de samenstelling, aard en aantal van de vluchtelingen.

 

9. Legalisatie

Inmiddels heeft het college als eigenaar van de grond, op 26 maart 2024 een formele aanvraag ingediend voor de omgevingsvergunningen voor het gebruik en voor het bouwen. Deze aanvraag is in behandeling genomen en ziet op zowel de omgevingsplan activiteiten voor het bouwen en het gebruik.

De omgevingsvergunningen zijn aangevraagd voor de duur van twee jaar, mede vanwege het in oorspronkelijke staat terugbrengen van het terrein, nadat de opvang is beëindigd. Daarbij richt het college zich voor de opvang zelf op een termijn van één jaar.

Het college is van oordeel dat op grond van de thans bekende gegevens medewerking kan worden verleend aan de vestiging van een tijdelijke noodopvang voor vluchtelingen en/of asielzoekers.

De vergunningen kunnen daarmee naar verwachting worden verleend. Daarmee bestaat, mede gezien de wettelijke beslistermijnen, binnen afzienbare tijd concreet zicht op legalisatie van de gedoogsituatie.

Naar de mening van het college past een tijdelijke noodopvang voor asielzoekers op de locatie Ambachtsweg 10 en is sprake van een evenwichtige toedeling van functies aan deze locatie. Het terrein biedt alle ruimte en voorzieningen om een kwalitatief goede opvang te kunnen realiseren. De tijdelijke locatie van de bouwwerken is gevestigd op dat deel van het terrein waar de impact van externe veiligheidsfactoren het minste is. Daarnaast is het terrein goed af te bakenen. Ook is er geen sprake van permanente bewoning, maar van een tijdelijk verblijf van een jaar en gebruik tot maximaal twee jaar in afwachting van realisatie van een permanente opvanglocatie.

Gelet op het voorgaande geeft het college onder voorwaarden een gedoogbeschikking af voor de periode totdat de aangevraagde omgevingsvergunning is verleend en in werking is getreden.

 

10. Besluit

Hierbij besluit het college van burgemeester en wethouders van Dalfsen voor het perceel nabij Ambachtsweg 10 te Lemelerveld, kadastraal bekend als gemeente Dalfsen, sectie f, perceelnummers 07373, 07473, 07062 onder voorwaarden een gedoogbeschikking af te geven.

Deze gedoogbeschikking ziet toe op het gebruik van het terrein en de bijbehorende gebouwen voor de opvang van vluchtelingen en/of asielzoekers in de vorm van een noodopvang in strijd met de hiervoor omschreven wet- en regelgeving.

 

11. Voorwaarden

A. Deze gedoogbeschikking wordt afgegeven voor het gebruik van de gebouwen en het omliggende terrein op bovengenoemd perceel voor maximaal 120 vluchtelingen en/of asielzoekers.

B. Deze gedoogbeschikking geldt voor de periode dat de aanvraag om de benodigde omgevingsvergunning in behandeling is. Dit houdt in dat de gedoogbeschikking vervalt na het in werking treden van de benodigde omgevingsvergunningen dan wel de inwerkingtreding van een besluit tot weigering van die vergunningen.

C. De in deze ontwikkeling betrokken gebouwen dienen ten tijde van ingebruikname te voldoen aan de eisen van het Besluit Bouwwerken Leefomgeving, met name op het gebied van gezondheid, constructieve veiligheid, brandveiligheid en overige veiligheidsaspecten.

D. Deze gedoogbeschikking vervalt in ieder geval indien geen gebruik meer wordt gemaakt, dan wel kan worden gemaakt, van de gebouwen en het omliggende terrein.

E. Bij het vervallen van de gedoogbeschikking en voor zover een omgevingsvergunning als bedoeld onder B, niet is verleend, de looptijd is verstreken of vergunning is ingetrokken, dient het gebruik van de gebouwen en het omliggende terrein te worden gestaakt en de aangebrachte voorzieningen te worden verwijderd.

 

12. Inwerkingtreding besluit

Op basis van artikel 3:40 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) treedt een besluit niet in werking voordat het bekend is gemaakt. Vervolgens bepaalt artikel 3:41, lid 1, Awb dat de bekendmaking van besluiten die tot een of meer belanghebbenden zijn gericht, geschiedt door toezending of uitreiking aan hen, onder wie begrepen de aanvrager. In dit geval ligt er geen aanvraag van een partij om de opvang te gedogen zodat het gedoogbesluit ambtshalve wordt genomen. Dat betekent dat artikel 3:41, lid 2, Awb van toepassing is, inhoudende dat wanneer de bekendmaking van het besluit niet kan geschieden op de wijze als voorzien in lid 1, de bekendmaking plaatsvindt op andere geschikte wijze. Dat is in dit geval plaatsing van het gedoogbesluit in (in ieder geval) het Gemeenteblad, op www.overheid.nl en in het huis-aan-huisblad ‘De Dalfser Marskramer. Het voorliggende besluit treedt aldus per direct in werking op het moment van bekendmaking.

 

13. Bezwaarmogelijkheden

Op grond van een uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 24 april 2019 (ECLI:NL:RVS:2019:1356 (Bladel)) kunnen tegen een gedoogbeschikking geen rechtsmiddelen, zoals bezwaar, worden aangewend.

 

Burgemeester en wethouders van Dalfsen,

de burgemeester,

E. van Lente

de gemeentesecretaris / algemeen directeur,

H.J. van der Woude

Naar boven