Gemeenteblad van Hof van Twente
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Hof van Twente | Gemeenteblad 2024, 142915 | beleidsregel |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Hof van Twente | Gemeenteblad 2024, 142915 | beleidsregel |
Evenementenbeleid Hof van Twente 2024
Hoofdstuk 2. Categorieën evenementen
2.2 Indieningstermijnen aanvraag en aanvullende gegevens
Hoofdstuk 3. Randvoorwaarden bij vergunningverlening
3.2 Openbare Orde en Veiligheid
Hoofdstuk 4. Toezicht en Handhaving
Bijlage 1 Begripsbepaling en juridisch kader
Bijlage 2 Bestaande Hoffeesten
Bijlage 4 Regionaal kader Evenementenveiligheid Veiligheidsregio Twente
Hoofdstuk 1 Algemeen Inleiding en doel Evenementenbeleid
Evenementen vormen vanuit diverse perspectieven een belangrijk aspect binnen de gemeente Hof van Twente. Op de eerste plaats draagt ze bij aan een versterking van de sociale binding. Zowel in de voorbereiding als ook tijdens evenementen zijn meestal vrijwilligers betrokken. Het kennen en gekend worden in de lokale gemeenschap krijgt een positieve impuls. Maar ook de identificatie met de eigen woonomgeving neemt toe. Bewoners kennen veel waarde toe aan de kracht van tradities. Evenementen hebben in toenemende mate ook een economische functie. De opbrengsten komen veelal ten goede aan de lokale gemeenschap waardoor verenigingen e.d. kunnen blijven bestaan of initiatieven kunnen worden ondersteund. Daarnaast dragen evenementen ook bij aan een versterking van het imago van de gemeente of de gemeenschap. Met kenmerkende evenementen ontstaat over de gemeente veelal een positief beeld, wat ook een impuls kan hebben voor burgers of bedrijven om zich in de gemeente te vestigen of neemt de waardering van de eigen gemeente toe. En tot slot zijn evenementen enorm leuk en vervullen daarmee een maatschappelijke behoefte. Mensen zijn op zoek naar beleving en evenementen voorzien daarin. Kortom de Hof van Twente koestert zijn evenementen en alle vrijwilligers die hieraan een bijdrage leveren.
De laatste jaren is een trend waarneembaar dat evenementen groter worden en het aspect “beleving” in belang toeneemt. Anderzijds onderkennen we ook dat er een grens zit aan de groei. Bij grote evenementen wordt in toenemende mate een maximum aantal deelnemers of toeschouwers toegelaten. De term “crowd control” heeft al geruime tijd zijn intrede gedaan. Het aspect veiligheid voor deelnemers en toeschouwers is, zoals ook verwoord in de recentelijk vastgestelde visie “Veilig wonen, werken, recreëren en samenleven”, uiteindelijk leidend voor vergunningverlening en de daarbij te hanteren voorwaarden. Hierbij spelen ook in toenemende mate klimatologische factoren een rol (bijvoorbeeld aanvullende voorwaarden bij extreme hitte of dreigende storm).
Dit beleid heeft tot doel heldere kaders en randvoorwaarden aan te geven die de gemeente hanteert in het proces van vergunningverlening. Daarmee willen we de dienstverlening aan organisatoren een impuls en vooraf helderheid geven. In dit beleid wordt zowel procesmatig als inhoudelijk ingegaan op de voorwaarden bij evenementen. Een van de aspecten daarbij vormen de sluitingstijden van de zogenaamde Hoffeesten, maar ook andere grotere evenementen.
De gemeente wil een facilitator zijn en (lokale) initiatieven vooral ondersteunen. Vanuit dat perspectief willen wij geen sturing uitoefenen op het type evenementen. Ook kiezen wij ervoor om niet te sturen op het aantal evenementen, behoudens eventueel bij nieuwe (zeer grote) evenementen die in de zogenaamde C categorie vallen. In die situatie vindt een afweging plaats naar de belastbaarheid van omgeving, beschikbaarheid van parate diensten en veiligheidsrisico’s en zal op grond van afdeling 3.4 Algemene wet bestuursrecht een uniforme openbare voorbereidingsprocedure worden gevolgd.
1.1 Begripsbepaling en juridisch kader
Wat of wanneer is sprake van een evenement? Dit meer juridisch kader ligt vast in onze lokale regelgeving, de Algemene Plaatselijke Verordening (lees verder APV).
Een aanvraag wordt getoetst aan de hand van diverse regelgeving. Voor een overzicht van deze regelgeving verwijzen wij naar Bijlage 1 behorende bij dit beleid. Opgemerkt wordt dat de in dit beleid opgenomen regelgeving in de tussentijd kan wijzigen. Daarom verwijzen we voor de actuele en leidende regelgeving naar de website van www.overheid.nl.
Het verlenen van een evenementenvergunning valt onder de Wet Bibob. Bij een concrete aanleiding zal de Bibobtoets onderdeel zijn van de procedure.
Hoofdstuk 2 Categorieën evenementen 2.1 Algemene indeling
Conform het Regionaal kader hanteren wij een categorisering van de evenementen in zogenaamde een A-, B- en C-evenement. Aan de hand van een risicoscan worden evenementen ingedeeld in een van deze categorieën. In Bijlage 4 is het Regionaal kader bijgevoegd, zodat gekeken kan worden in welke categorie een evenement valt. Daarnaast kunnen kleine evenementen vallen onder een melding. Hieronder staat de beknopte uiteenzetting inclusief de indieningstermijnen.
2.2 Indieningstermijn aanvraag en indienen opgevraagde aanvullende gegevens
Een aanvraag moet binnen de daarvoor gestelde indieningstermijn worden ingediend. Wordt een aanvraag te laat ingediend, dan wordt de aanvraag buiten behandeling worden gelaten. Dit geldt tevens voor het niet of te laat indienen van opgevraagde aanvullende gegevens. Ook dan wordt de aanvraag buiten behandeling gelaten. Dit betekent dat het evenement geen doorgang kan vinden en voor een eventuele andere datum een nieuwe aanvraag moet worden gedaan.
Voor C evenementen geldt dat de bestaande1 evenementen behouden dienen te worden, maar dat in beginsel geen verdere uitbreiding wordt nagestreefd. De maximale belasting voor parate diensten en ter behoud van het draagvlak voor evenementen vormen hierbij belangrijke uitgangspunten. Wanneer echter sprake is van bijzondere omstandigheden, dit ter beoordeling van de burgemeester, kan de burgemeester besluiten af te wijken van het uitgangspunt dat er geen nieuwe C evenementen worden toegestaan. In dat kader kan gedacht worden aan incidentele evenementen of evenementen met een grote positieve aantrekkingskracht voor onze gemeente. Zowel de beschikbare capaciteit (ook van de parate diensten), de belasting voor de betrokken omgeving maar ook duurzaamheids-aspecten worden hierbij ook uitdrukkelijk betrokken.
In het kader van een zorgvuldige besluitvorming zal de burgemeester ervoor kiezen om op aanvragen voor nieuwe C evenementen de inspraakprocedure toe te passen. De aanvraag zal gedurende zes weken ter inzage worden gelegd om op die manier zienswijzen over het evenement in te zamelen voordat een besluit wordt genomen.
2.4.1 Hoffeesten en grote tentfeesten
Een bijzondere categorie evenementen zijn de grote tentfeesten in de gemeente Hof van Twente, ook wel de Hoffeesten genoemd. Dit zijn de feesten zoals benoemd in Bijlage 2 behorende bij dit beleid. Deze zijn aan de ene kant bijzonder omdat zij behoren tot de jarenlange traditie van dorpsfeesten in de verschillende kernen van onze gemeente. Daarnaast zijn ze bijzonder omdat er veel bezoekers op af komen.
Vanwege de omvang en bijbehorende risico’s dienen deze feesten goed en professioneel georganiseerd te worden. Het gaat immers om grote groepen mensen die bij elkaar zijn waarbij alcohol wordt gedronken, één of meerdere tenten waarin muziek gespeeld wordt en vaak aangevuld worden met verschillende kermisattracties. Daardoor bestaat er een risico voor de openbare orde. Ondanks de grootte van de evenementen is het aantal klachten van overlast gering. Ervaring leert dat veel van deze feesten in de B categorie worden ingedeeld, een enkeling, vanwege de grootte, in de C categorie.
Onder crosswedstrijden vallen bijvoorbeeld auto- en motorcross, maar ook trekkertrekwedstrijden. Buiten het Motorcrossterrein in Markelo is het op geen enkele locatie in de Hof van Twente toegestaan een crosswedstrijd te houden of te gebruiken als oefenterrein. Daarom is voor dergelijke evenementen naast een evenementenvergunning een aanwijzingsbesluit op grond van artikel 5:32 APV nodig.
Omdat bij dergelijke evenementen sprake is van een verhoogd risico voor de veiligheid, dient aan een aantal bepalingen te worden voldaan. In de vergunning worden ook een aantal voorschriften opgenomen over de veiligheid van de deelnemers en voertuigen en over de brandveiligheid. Als het parcours is goedgekeurd door een nationale (Koninklijke Nederlandse Motorrijder vereniging) of internationale motorcross bond (Federation International Motorsport), voldoet het parcours aan de eisen.
Als het evenemententerrein binnen 4 km van een Natura-2000 gebied ligt, moet een Aerius-berekening worden gedaan om te bekijken of het evenement effecten heeft op dit gebied.
In Hof van Twente worden kermissen vaak georganiseerd in combinatie met een Hoffeest. Ook is het mogelijk een afzonderlijke kermis te organiseren. Kermissen produceren een ander soort overlast dan muziek bij een tentfeest, omdat sprake is van verschillende geluidsbronnen. Bovendien zijn aan kermisattracties andere veiligheidsrisico’s verbonden.
Aan een evenementenvergunning voor een kermis worden verschillende voorwaarden verbonden, zoals de veiligheid van en rondom attracties, de elektriciteits- en watervoorziening, het schoon en in goede staat opleveren van het terrein en de bereikbaarheid voor de hulpdiensten op het terrein. Daarnaast moet de kermisexploitant of de organisator van het evenement de RAS-nummers (Register Attractie- en Speeltoestellen) van de attracties aanleveren. Aan de hand van het RAS nummer kan worden nagegaan of de betreffende attractie over een geldige goedkeuring beschikt. Een situatieschets van de opstelling op het terrein is ook een eis. De vergunninghouder is aanspreekpunt voor gemeente, politie en brandweer. De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) houdt toezicht op (de veiligheid van) kermissen.
Op grond van artikel 2:24 APV is een evenement een elke voor publiek toegankelijke verrichting van vermaak. Op deze hoofdregel is een aantal uitzonderingen geformuleerd; bijvoorbeeld het gelegenheid geven tot dansen in een inrichting in de zin van de Alcoholwet, kansspelen als bedoeld in de Wet op de Kansspelen en bioscoopvoorstellingen.
In artikel 2:24 APV is opgenomen dat het gaat om een voor publiek toegankelijke verrichting van vermaak; hiermee wordt bedoeld een voor ieder publiek toegankelijke verrichting van vermaak. Dit houdt in dat wanneer er sprake is van een besloten feest, niet aan dit criterium wordt voldaan. Deze zijn dan ook niet vergunningplichtig. Wel kan het zo zijn dat een melding ‘Besluit brandveilig gebruik en basishulpverlening overige plaatsen’ gedaan moet worden of een ontheffing art. 35 Alcoholwet bij verkoop van drank of een ontheffing van de geluidhinderbepaling nodig is.
Onder een besloten feest wordt verstaan een feest waarbij alle aanwezigen op expliciete uitnodiging van de organisatie aanwezig zijn en de bezoekers elkaar in meer of mindere mate kennen. Hierbij kan gedacht worden aan een verjaardagsfeest, bruiloft of personeelsfeest. De organisator moet een familiaire binding hebben met de locatie. Daarmee wordt voorkomen dat grondeigenaren hun perceel ter beschikking stellen voor feesten van willekeurige derden en er overlast wordt veroorzaakt voor de buurt. Verhuur aan derden is alleen mogelijk als dat is toegestaan in het omgevingsplan.
De eindtijden van de Hoffeesten zijn destijds overgenomen uit de voormalige gemeenten. Daarin schuilde evenwel geen uniformiteit wat in de praktijk onwenselijk is, zowel voor de gemeente als voor de hulpdiensten. Voor alle evenementen gelden dezelfde maximale eindtijden, waarbij voor de eindtijden van de bestaande Hoffeesten een overgangstermijn bestaat van 3 jaar m.i.v. 1 januari 2024.
3.1.2 Eindtijden kermissen en eetkramen
Omdat na afloop van het tentfeest men vaak nog iets gaat eten is het wenselijk de eindtijden van het evenemententerrein daarop aan te passen. Daarnaast is bij meerdere tenten een fluïde uitloop van bezoekers van belang, om zo de bezoekers uit de tent die het laatste sluit ook de gelegenheid te geven nog wat te eten. Dat betekent concreet dat dat de eetgelegenheden op de kermis tot een half uur open mogen na sluiting van de laatste tent. Conform de bestaande regeling mag er na 24.00 uur geen mechanische muziek en omroep meer vanuit de kermis zijn. Daarnaast bestaat de mogelijkheid van een afzonderlijke kermis (dus niet gecombineerd met en bij een feesttent). Deze kennen een eindtijd van maximaal 24.00 uur.
3.1.3 Schema eindtijden evenementen
In onderstaand schema zijn de eindtijden van de evenementen en de kermis in beeld gebracht.
Bij een evenement op een feestdag geldt de maximum eindtijd van zaterdag op zondag.
Bij meerdere tenten verschuift de eindtijd per tent met 10 minuten. Op deze wijze wordt gerealiseerd dat de stroom mensen gefaseerd op gang komt en geen grote (verkeers-)drukte ontstaat en daarmee overlast kan worden voorkomen. Een buitenpodium wordt in dit geval ook als een tent gerekend. Bij meerdere tenten is de eindtijd maximaal 02.30 uur.
Eetkramen die horen bij het evenement of de kermis mogen tot maximaal een half uur na sluiting van de laatste tent geopend blijven, (met een maximum van 02.45 uur).
Voor de Hoffeesten genoemd in Bijlage 2 geldt een overgangstermijn van 3 jaar, m.i.v. 1 januari 2024. Voor alle andere evenementen geldt de vaste maximale eindtijd zoals genoemd in dit beleid.
De eindtijd voor evenementen in de nacht van Oud & Nieuw is maximaal 04.00 uur, waarbij de muziek uiterlijk om 03.30 uur uit moet en de tap dicht moet.
Organisatoren van evenementen dienen bij de organisatie van het feest rekening te houden met de parkeerbehoefte van de bezoekers en de bereikbaarheid voor de hulpverleningsdiensten. De benodigde parkeergelegenheid dient door de organisator zelf te worden geregeld, bovendien dient de aan- en afvoerroute minimaal 4,5 meter breed te zijn, zodat hulpdiensten altijd toegang tot het terrein hebben. In de evenementenvergunning worden voorschriften opgenomen worden over de afzetting van wegen, tijdelijke verkeersbesluiten, toezicht op parkeergelegenheid, bereikbaarheid van hulpverleningsdiensten etc. Waar een Verkeersplan aan moet voldoen staat beschreven op de website van de Veiligheidsregio.
Bij zowel meldingplichtige als vergunningplichtige evenementen kunnen verkeersregelaars nodig zijn om het verkeer in goede banen te leiden. Deze verkeersregelaars moeten een verkeersexamen afleggen. Dat gebeurt door e-learning via internet. De organisator meldt het evenement en het aantal verkeersregelaars aan op de website www.verkeersregelaarsexamen.nl . Vervolgens krijgt de gemeente een melding en verleent goedkeuring. De organisatie ontvangt een code waarmee de verkeersregelaars de e-learning kunnen doorlopen, die zij afsluiten met een toets. Nadat de toets met een goed resultaat is afgesloten krijgt de gemeente bericht en verstuurt de aanstellingsbesluiten naar de verkeersregelaars.
Vanaf oktober 2017 is er maar 1 soort aanstelling als verkeersregelaar, namelijk een aanstelling die maximaal 1 jaar geldig is, dus voor bepaalde tijd. Het aanstellingsbesluit voor bepaalde tijd is individueel en de verkeersregelaar krijgt daarbij een aanstellingsbesluit toegestuurd.
Verkeersregelaars kunnen met hun aanstelling voor meerdere evenementen worden ingezet in alle Twentse gemeenten en in onze buurgemeente Berkelland. De verkeersregelaar moet het aanstellingsbesluit tijdens zijn werkzaamheden bij zich dragen en kunnen tonen als daarom gevraagd wordt. Tijdens de uitoefening van hun taak dragen de verkeersregelaars hesjes. Deze hesjes moeten voldoen aan de omschrijving van bijlage 2 van de Regeling verkeersregelaars 2017.
De minimale leeftijd van de verkeersregelaars is 16 jaar. Evenementenverkeersregelaars die jonger zijn dan 18 jaar worden bij de uitoefening van hun taak slechts ingezet op wegen waar in het algemeen niet sneller wordt gereden dan 50 km per uur en als ter plaatse bij duisternis of slecht zicht voldoende openbare straatverlichting aanwezig is. Verkeersregelaars mogen niet ingezet worden op provinciale wegen, daar moeten beroepsverkeersregelaars ingezet worden. Daarnaast dient de organiserende instantie een wettelijke aansprakelijkheidsverzekering en een verzekering tegen persoons- en zaakschade te hebben.
3.2.3 Constructieve veiligheid bouwwerken
Bij evenementen staan vaak technisch zo genoemde, ‘kortdurend bouwsels’ (zie het kopje ‘wettelijk kader’). Deze moeten voldoen aan een specifiek veiligheidsniveau, gerelateerd aan de tijdsduur van het evenement. Tijdelijke bouwsels die bij evenementen vaak geplaatst worden zijn: tenten, decors, podia, tribunes, attracties en kermistoestellen. Kermisattracties (attractietoestellen) vallen onder de verantwoordelijkheid van de Nederlandse Voedsel-en Warenautoriteit (NVWA) en worden getoetst aan de veiligheidseisen van het Warenwetbesluit attractie- en speeltoestellen (WAS). Ze moeten geregistreerd zijn bij het Register Attractie- en Speeltoestellen (RAS).
Als de bouwsels niet van deugdelijk materiaal en/of niet conform voorschrift gebouwd zijn, kan dit grote gevolgen hebben voor de veiligheid van de op het evenement aanwezige personen. Het gaat hier over de constructieve veiligheid van deze bouwsels.
Tijdelijke bouwsels zijn bouwsels die voor een korte tijd, niet langer dan 31 dagen, bij een evenement komen te staan. Bij de beoordeling van de constructieve veiligheid van tijdelijke bouwsels dient getoetst te worden aan de door het Centraal Overleg Bouwconstructies (Cobc) opgestelde Richtlijn voor Constructieve Toetsingscriteria bij een aanvraag voor een Evenementenvergunning.
De organisator van een evenement moet bij het gebruiken van bouwsels bij evenementen laten zien dat de constructieve veiligheid van de op te richten of te plaatsen bouwsels gewaarborgd is. Een bouwboek van de te plaatsen bouwsels moet worden toegevoegd aan de aanvraag.
Bij bouwsels, waarbij de constructieve veiligheid niet relevant is en waarbij er nagenoeg geen risico’s van persoonlijk letsel bij falen is, hoeft er geen constructieve verantwoording te worden afgelegd. Bouwsels waarbij de constructieve veiligheid niet relevant is (risico is erg klein), zijn bijvoorbeeld: bouwsels met een vloeroppervlakte kleiner dan 25 m2 en een hoogte kleiner dan 5 m; podia waarvan de vloerhoogte maximaal ca. 1 meter is, een oppervlakte hebben kleiner dan 75 m2 en waarbij geen overkapping of wanden aanwezig zijn. Bijvoorbeeld springkussens, waterbakken en marktkraampjes vallen hieronder.
Voor bouwsels van 25 tot 50 m2 en groter dient wel een constructieve verantwoording te worden afgelegd. Voorbeelden van zulke bouwsels zijn: grotere tenten, podia(overkapt), grote podiumwagens, maatwerk constructies en hoge podiums.
De eindverantwoordelijkheid voor de veilige plaatsing en het veilige gebruik van alle bouwsels ligt bij de vergunninghouder. De gemeente kan een inspectie uitvoeren op de geplaatste bouwsels, zowel vooraf bij de aanvraag, tijdens de opbouw als tijdens het evenement. Als een bouwsel niet conform de verleende vergunning is geplaatst, niet deugdelijk is geplaatst, of niet voldoet aan de voorwaarden, eisen en normen van de Cobc richtlijn en/of NEN-Normen, is de vergunninghouder verplicht de aanwijzingen van de toezichthouder en/of overig bevoegd gezag op te volgen.
Voor evenementen of onderdelen van evenementen waar de leeftijd van de doelgroep ligt tussen de 4 en 18 jaar, wordt geen ontheffing art. 35 Alcoholwet verleend. Hierbij valt te denken aan kinderuurtjes tijdens tentfeesten, bonte avonden tijdens houtkampen en andere evenementen gericht op de jeugd.
Voor andere feesten of op andere momenten tijdens een feest moet worden gewerkt met een bandjessysteem. Dit nemen wij als voorwaarde op in de vergunning. Personen vanaf 18 jaar kunnen op vertoon van hun ID een bandje krijgen, waarmee alcohol voor eigen gebruik kan worden gehaald. Het is verboden alcoholhoudende drank weder te verstrekken aan personen onder de 18 jaar.
Met de politie worden jaarlijks afspraken gemaakt over het aantal alcoholcontroles na afloop van evenementen.
3.3.2 Alcoholvrije zone evenemententerrein
Per evenement is bepaald welk deel van het evenemententerrein behoort tot de alcoholvrije zone. Achterliggende gedachte hierbij is dat de 18- doelgroep niet voortdurend wordt geconfronteerd met alcoholconsumptie. Het komt vaak voor dat alcoholconsumptie ook plaatsvindt op het kermisterrein. 18-minners halen bij de supermarkt of elders in de horeca blikjes of flesjes alcoholhoudende dranken en drinken dit op het kermisterrein op. Dit willen we met het invoeren van deze zones voorkomen.
Het gebruik van lachgas en andere middelen als partydrug zijn en worden steeds populairder. Er is inmiddels een landelijk verbod op lachgas. De gezondheidsrisico’s zijn voldoende aanleiding hiertoe geweest. Dit geldt ook voor ander middelengebruik, welke nog geen wettelijk verbod kennen. Organisatoren moeten dit verbod opnemen in de huisregels, zodat zij hiertegen kunnen optreden. En voorbeeld is opgenomen in Bijlage 3.
In binnenruimtes van horeca en evenementen, zoals tenten, is het niet toegestaan te roken. In de buitenlucht mag meestal wel gerookt worden, maar organisatoren van evenementen kunnen nog eigen regels hebben. Dit kan worden opgenomen in de huisregels.
Tot dusver worden geen geluidsnormen gesteld voor evenementen (met uitzondering van muziek en geluid bij meldingen klein evenement), maar wordt gewerkt met eindtijden en voorschriften over het plaatsen van geluidsbronnen om de (geluids)overlast van evenementen te reguleren. Bovendien wordt in de evenementenvergunning standaard opgenomen dat er geen (onaanvaardbare) hinder veroorzaakt mag worden.
Het is mogelijk dat de Omgevingsdienst Twente (lees verder: ODT) namens de gemeente Hof van Twente geluidmetingen verricht. Eventuele handhavingsverzoeken, klachten uit het verleden, de locatie van het evenement in relatie tot woningen bepalen in eerste aanleg bij welke evenementen wij zullen meten.
De organisatie van het evenement is verantwoordelijk voor het schoon en in oorspronkelijke staat opleveren van het terrein waar het evenementen op gehouden is en de directe omgeving daarvan. Wordt hieraan niet voldaan, worden de kosten van het schoonmaken en in oorspronkelijke staat opleveren van het terrein bij de organisatie in rekening gebracht. De vaststelling of voldaan is aan deze verplichting, gebeurt door de verantwoordelijke wijkbeheerder.
Het is niet toegestaan dat er afvalwater geloosd wordt in de bodem of in het oppervlaktewater. Daarnaast moeten alle voorwerpen die op wegen of in de wegbermen zijn geplaatst direct na afloop van het evenement verwijderd worden.
Vervuiling van het evenemententerrein en de omgeving leidt tot overlast. In principe geldt ‘de vervuiler’ betaalt. De organisator zorgt dat het evenemententerrein en de omgeving schoon blijft. Er moeten voldoende afvalbakken zijn. De organisator is verantwoordelijk voor het legen van de afval-bakken en de verwerking van het afval. Om vervuiling te voorkomen wordt in de vergunning hierover een voorschrift opgenomen. Het terrein moet dan vrij zijn van papier en overig afval. Hierop geldt één uitzondering: het is niet toegestaan tussen 02.00 en 08.00 uur af te breken. Dat heeft te maken met de nachtrust van omwonenden De mogelijkheid tot het aansluiten van sanitaire voorzieningen op de gemeentelijke riolering bespreekt de organisator vooraf met de gemeente. Al deze zaken worden vastgelegd in vergunningsvoorschriften. Als niet of onvoldoende aan de voorschriften wordt voldaan kan de gemeente de nodige maatregelen nemen. De kosten daarvan zijn voor de organisator. In de vergunning wordt een oplevermoment opgenomen, waarop de gemeente samen met de organisator het terrein inspecteert. Als het terrein niet schoon is of als schade is veroorzaakt, dan krijgt de organisator een termijn om dit te herstellen. Mocht dit niet helpen dan zal de gemeente het terrein schoonmaken of herstellen op kosten van de organisator.
3.4.1 Gebruik van glas en plastic
Het is niet toegestaan om bij evenementen gebruik te maken van (veiligheids)glas. Dit houdt in dat bij alle evenementen gebruik gemaakt dient te worden van herbruikbare bekers. Dit geldt ook voor de op het oog papieren bekers waaruit bijvoorbeeld veel koffie-to-go wordt gedronken. Hier zit namelijk ook een laagje plastic in. 100% papieren - en andere plasticvrije wegwerpverpakkingen blijven wel toegestaan.
Vanaf 2024 zijn plastic wegwerpbekers en -maaltijdverpakkingen niet toegestaan als men ter plaatse in een horecagelegenheid of op een evenement eet of drinkt. Herbruikbare borden en bekers zijn dan de norm om milieuvervuiling en plastic soep te voorkomen. Bij consumptie ter plaatse wordt per 2024 herbruikbaar servies de norm. Daarnaast blijven 100% papieren en andere plasticvrije wegwerpverpakkingen wel toegestaan.
Als organisator van het evenement kunt u er ook voor kiezen om een retoursysteem voor bekers en bakjes in te richten zoals bij gesloten evenementen vanaf 1 januari 2024 verplicht is. Dan gelden voor u de regels voor gesloten evenementen vanaf 1 januari 2024. U moet hier dan wel een melding van doen bij de Inspectie Leefomgeving en Transport en bij uw contactpersoon voor de vergunningverlening. Voor actuele regelgeving verwijzen wij naar www.rijksoverheid.nl.
3.4.2 Natura 2000-gebieden en stikstof
Natura 2000 is een Europees netwerk van beschermde natuurgebieden. In Natura 2000-gebieden worden bedreigde plant- en diersoorten en hun natuurlijke leefomgeving beschermd om de biodiversiteit te behouden. Alle Natura 2000-gebieden zijn gekozen op basis van de vogelrichtlijn en de habitatrichtlijn, en aangewezen door het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. De Provincie is het bevoegde gezag voor het afgeven van vergunningen over activiteiten die invloed kunnen hebben op Natura 2000-gebieden.
Al jaren is in veel Natura 2000-gebieden sprake van een te hoge neerslag van stikstof (ammoniak en stikstofoxiden). De stikstof komt vrij bij landbouwbedrijven of door uitstoot van industrie en auto's. Maar ook sommige evenementen kunnen stikstof uitstoten. Teveel stikstof is schadelijk voor de natuur. In en om de Natura 2000-gebieden moet nadrukkelijk rekening worden gehouden met de natuur en dus ook met het uitstoten van stikstof.
In Hof van Twente ligt ten noorden van Markelo het Natura-2000 gebied “De Borkeld”. Evenementen die dichtbij “De Borkeld” worden gehouden, kunnen mogelijk gevolgen hebben voor de stikstofneerslag in dat gebied. Meer informatie hierover is te vinden op de website van de Provincie Overijssel. Hier is tevens de folder Evenementen en stikstof te vinden. Organisaties zijn zelf verantwoordelijk voor het op tijd aanvragen van de juiste vergunningen.
Op grond van artikel 5:18 APV kunnen standplaatsvergunningen worden verleend. Hieronder vallen structurele en incidentele standplaatsen. Bij evenementen kan worden gedacht aan incidentele standplaatsen in de vorm van een tapkraam, eetkraam of kermisattractie.
Vergunningplichtig zijn alleen de standplaatsen die niet behoren tot het evenement en het evenemententerrein. De verdeling gaat op grond van het standplaatsenbeleid. Meer informatie kunt u vinden in Standplaatsenbeleid.
Standplaatsen die wel bij het evenement horen maken deel uit van de evenementenvergunning, mits aangevraagd en toegevoegd op de plattegrond.
Voor het afsteken van professioneel vuurwerk is op grond van het Vuurwerkbesluit toestemming nodig van Gedeputeerde Staten van de provincie; GS kan hieraan vervolgens voorschriften verbinden. Voordat GS deze toestemming kan verlenen dient een verklaring van geen bezwaar te worden gevraagd bij de burgemeester. Als er vanuit het oogpunt van openbare orde en veiligheid geen bezwaar bestaat tegen het afsteken van het vuurwerk, kan een dergelijke verklaring worden afgegeven.
Begin 2020 is het verbod op knalvuurwerk en vuurpijlen voor consumenten in werking getreden. Het lichte vuurwerk in de F1 categorie en verschillende soorten siervuurwerk in de categorie F2 blijven wel toegestaan voor consumenten.
Als er vuurwerk wordt afgestoken bij een evenement, dan moet naast de toestemming van de Provincie, hiervoor altijd een evenementenvergunning worden aangevraagd. Dit is ook het geval als het een besloten evenement betreft of valt onder een vergunningvrij evenement.
3.5.3 EHBO/Veldnorm Evenementenzorg
De Veldnorm Evenementenzorg (lees verder: VNEZ) is sinds 1 januari 2022 van kracht. De VNEZ moet duidelijkheid geven over kwaliteit, verantwoordelijkheden, bevoegdheden en patiëntveiligheid rondom de zorg op evenementen door eerstehulpverleners, zorgprofessionals en zorgorganisaties. De VNEZ beschrijft de randvoorwaarden waar goede evenementenzorg aan moet voldoen. Evenementenzorg omvat alle eerste hulp en medische hulp dat op evenementen kan worden ingezet en het heeft als doel effectieve zorg aan de zorgvrager te verlenen (eventueel in afwachting van reguliere zorgverleners). Het aantal in te zetten hulpverleners moet worden opgenomen in de aanvraag c.q. het Veiligheidsplan en er moet worden beschreven welke tijden zij worden ingezet en wat hun taken zijn.
In de folder Evenementenzorgverlening lees je meer over de veldnorm.
Ook is meer informatie over de VNEZ te vinden op deze website.
Hoofdstuk 4 Toezicht en handhaving 4.1 Toezicht en Handhaving.
Het toezicht houden op de naleving van de voorwaarden bij de vergunning alsmede de eerste handhaving is een taak die bij de organisatie van het evenement ligt. Daarnaast zal door inzet van BOA’s een toezichtstaak bij de gemeente liggen. Dit geldt bijvoorbeeld bij een schouw die vooraf plaats bij risicovolle B en C evenementen. Hierbij kunnen ook externe partijen, zoals Politie en Brandweer aansluiten.
Een voorbeeld van de huisregels is opgenomen in Bijlage 3. De organisatie bepaalt zelf haar huisregels. Mochten deze worden overtreden, dan is de organisatie en/of beveiliging bevoegd om hiertegen op te treden. Huisregels dienen goed zichtbaar te zijn, wanneer bezoekers het evenemententerrein betreden.
Om de veiligheid van de bezoekers van evenementen (in ieder geval die genoemd in Bijlage 2) te garanderen, kan het voor deze evenementen verplicht worden gesteld een gecertificeerd beveiligingsbedrijf in te schakelen. Hetzelfde geldt voor evenementen waar meer dan 3000 bezoekers gelijktijdig aanwezig zijn of waar het risicoprofiel van de bezoekers daarom vraagt. Dit aspect betrekt de politie bij haar totale advisering aan de gemeente over het wel of niet verlenen van de vergunning en onder welke voorwaarden.
Het aantal beveiligers dat per evenement moet worden ingezet is afhankelijk van de grootte van het evenement, het type bezoeker, de locatie, het tijdstip et cetera. Vuistregel is: 1 beveiliger op 250 bezoekers, met een minimum van 2 beveiligers. Maar dit betreft maatwerk, dat de organisatie zal moeten opnemen in haar veiligheidsplan. De politie adviseert hierin.
Voor de overige B (of C) evenementen en soms A evenementen zal per aanvraag de noodzaak tot (gecertificeerde) beveiliging worden beoordeeld en gemotiveerd. Bij deze evenementen geldt dat wanneer zij beveiligingstaken laten verrichten, zij dit moeten laten begeleiden door een gecertificeerd beveiligingsbedrijf. In het veiligheidsplan moet duidelijk worden omschreven wat de inzeturen zijn en welke taken de beveiliging moet verrichten.
De aanvraag van een evenementenvergunning wordt gepubliceerd op www.officielebekendmakingen.nl . Het besluit van een vergunning wordt gepubliceerd op zowel www.officielebekendmakingen.nl als in het Hofweekblad.
Organisatoren moeten minimaal twee weken voorafgaand aan het evenement de omgeving informeren over het te houden evenement, de eventueel te verwachten overlast en een contactpersoon doorgeven.
Naar aanleiding van de uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak Raad van State van 13 april 2005 over het Diepenheims Schuttersfeest is gebleken dat voor zulke grote evenementen een planologische regeling getroffen dient te worden. Een dergelijke regeling kan bestaan uit het bestemmen van gebieden, locaties of bouwwerken als evenementenlocatie met of zonder beperkende voorschriften ofwel door af te wijken van het omgevingsplan te verlenen.
Uit planologisch oogpunt kunnen evenementen worden onderverdeeld in drie typen. De jaarlijks terugkerende evenementen in de centrumgebieden, de jaarlijks terugkerende evenementen buiten de centrumgebieden of in het buitengebied en de incidentele evenementen.
Voor wat betreft de jaarlijks terugkerende evenementen in de centrumgebieden, zal een aanpassing van het omgevingsplan niet noodzakelijk zijn. De huidige omgevingsplannen zijn al voorzien voor wat betreft de centrumdoeleinden in de mogelijkheid tot het houden van evenementen. De huidige omgevingsplannen voorzien daardoor voor wat betreft de centrumdoeleinden al in de mogelijkheid tot het houden van evenementen.
In het omgevingsplan Buitengebied Hof van Twente, Veegplan 2021 (inwerking getreden op 8 december 2022) is het volgende opgenomen in het kader van evenementen:
Definitie: Een evenement is een georganiseerde gebeurtenis, (openlucht)manifestatie, themadag of themaweek in de vorm van een voor publiek bestemde uitvoering/verrichting van vermaak op het gebied van sport, muziek of op sociaal-cultureel vlak.
Voor het Schuttersfeest Diepenheim is een apart artikel (4.1.) opgenomen. Maximaal één evenement met bijbehorende voorzieningen in de periode van 10 september tot en met 5 oktober gedurende maximaal 3 dagen ter plaatse van de aanduiding ‘evenemententerrein’ met dien verstande dat de gronden in de gehele periode van 10 september tot en met 5 oktober mogen worden gebruikt voor parkeren, opbouwen en inrichten van het terrein en voor het afbreken en opruimen van voorzieningen.
Daarnaast is er een apart artikel (46.4) opgenomen voor een afwijking voor het toestaan van evenementen op andere niet specifiek aangeduide locaties. Dit artikel luidt als volgt:
Artikel 46.4 Afwijking evenementen
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het plan voor het tijdelijk gebruik van gronden voor evenementen, mits:
er voldoende parkeerplaatsen al dan niet op eigen terrein aanwezig zijn;
de aan te brengen voorzieningen tijdelijk zijn wat inhoudt dat het houden van een evenement niet mag leiden tot onomkeerbare voorzieningen en/of ingrepen;
in de nabijheid gelegen functies en waarden niet in onevenredige mate in hun ontwikkelings-mogelijkheden worden beperkt;
de belangen van eigenaars en/of gebruikers van betrokken of nabijgelegen gronden niet onevenredig worden geschaad.
Dit betekent dat voor een evenement dat in het buitengebied van Hof van Twente plaatsvindt, naast de aanvraag voor een evenementenvergunning, een omgevingsvergunning moet worden aangevraagd voor het gebruik voor het houden van een evenement.
Het éénmalig aanvragen van een omgevingsvergunning (Omgevingsplanactiviteit) is voldoende. De termijn waarbinnen het terrein gebruikt mag worden, wordt vastgelegd in de omgevingsvergunning.
Deze beleidsregel treedt in werking op de dag na bekendmaking. Het Beleid evenementenvergunningen Hof van Twente van 24 mei 2022 komt te vervallen op de dag dat het Evenementenbeleid 2024 in werking treedt.
BIJLAGE 1 Begripsbepaling en juridisch kader
In onze Algemene plaatselijke verordening (Apv) zijn onderstaande artikelen opgenomen over evenementen.
In deze afdeling wordt onder evenement verstaan elke voor publiek toegankelijke verrichting van vermaak, met uitzondering van:
bioscoop- en theatervoorstellingen;
markten als bedoeld in artikel 160, eerste lid, aanhef en onder g, van de Gemeentewet en artikel 5:22;
kansspelen als bedoeld in de Wet op de kansspelen;
activiteiten binnen een inrichting in de zin van de Alcoholwet;
betogingen, samenkomsten en vergaderingen als bedoeld in de Wet openbare manifestaties;
activiteiten als bedoeld in de artikelen 2:9 en 2:39 van deze verordening;
sportwedstrijden, niet zijnde vechtsportevenementen als bedoeld in het tweede lid, onder f.
Onder evenement wordt mede verstaan:
een optocht op de weg, niet zijnde een betoging als bedoeld in artikel 2:3;
een feest, muziekvoorstelling of wedstrijd op of aan de weg;
een straatfeest of buurtbarbecue;
een door de burgemeester aangewezen categorie vechtsportwedstrijden of - gala’s;
In deze afdeling wordt onder klein evenement verstaan een evenement waarbij:
het aantal gelijktijdig aanwezigen niet meer bedraagt dan 100 personen en er maximaal 50 personen tegelijkertijd in een tent of ander bouwwerk aanwezig mogen zijn;
de activiteiten plaatsvinden tussen 08.00 en 00.30 uur;
geen muziek ten gehore wordt gebracht voor 08.00 uur of na 24.00 uur, dan wel in dit tijdsbestek alleen achtergrondmuziek hoorbaar is tot 55 dB(A) / 70 dB (C) (tot 19.00 uur) en 50 dB(A) / 65 dB (C) (van 19.00 tot 24.00 uur) gemeten op 20 meter van de geluidsbron
de activiteiten niet plaatsvinden op de rijbaan, (brom)fietspad of parkeerplaats of anderszins een belemmering vormen voor het verkeer en de hulpdiensten; en
er slechts 3 kleine objecten worden geplaatst, waarvan 1 object met een oppervlakte van maximaal 50 vierkante meter en de andere 2 objecten van maximaal 10 vierkante meter per object
onder klein evenement wordt tevens verstaan wandel- en/of fietstochten, die plaatsvinden bij daglicht, zonder wedstrijdelement, waarbij geen verkeersmaatregelen moeten worden genomen en waarbij niet meer dan 250 deelnemers zijn.
Artikel 2:25 Evenementenvergunning
Het is verboden zonder of in afwijking van een vergunning van de burgemeester een evenement te organiseren.
Bij de indiening van de vergunningaanvraag worden de gegevens, bedoeld in artikel 2.3 van het Besluit brandveilig gebruik en basishulpverlening overige plaatsen, aangeleverd voor zover voor het evenement een gebruiksmelding zou moeten worden gedaan op grond van artikel 2:1, eerste lid, van het Besluit brandveilig gebruik en basishulpverlening overige plaatsen.
Geen vergunning is vereist voor een klein evenement, zoals bedoeld in artikel 2:24 lid 3 APV, als de organisator ten minste 30 werkdagen voorafgaand aan het evenement daarvan melding heeft gedaan aan de burgemeester door middel van een vastgesteld meldingsformulier.
De burgemeester kan binnen 14 dagen na ontvangst van de melding besluiten een klein evenement te verbieden, als er aanleiding is te vermoeden dat daardoor de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of het milieu in gevaar komt.
Het verbod is niet van toepassing op een wedstrijd op of aan de weg, in situaties waarin voorzien wordt door artikel 10 juncto 148 van de Wegenverkeerswet 1994.
Het derde lid is niet van toepassing op een op grond van artikel 2:24, tweede lid, onder f, aangewezen categorie vechtsportwedstrijden of -gala’s.
Onverminderd het bepaalde in artikel 1:8 kan de burgemeester een vergunning voor een vechtsportevenement als bedoeld in artikel 2:24, tweede lid, onder f, weigeren als de organisator of de aanvrager van de vergunning van in enig opzicht van slecht levensgedrag is.
Op de aanvraag om een vergunning is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.
De burgemeester kan nadere regels stellen op grond van dit artikel.
Artikel 2:25aTermijn aanvraag evenementenvergunning
In afwijking van artikel 1:7 APV wordt de aanvraagtermijn voor het indienen van een vergunning voor een evenement als bedoeld in artikel 2:24 APV gesteld op 6 weken voor een A-evenement en 13 weken voor een B- of C-evenement. Bij nieuwe C- evenementen dient de aanvraag tenminste 20 weken van te voren te zijn ingediend.
Mocht het aanvraagformulier evenementenvergunning niet conform de indieningstermijn, zoals opgenomen in artikel 2:25a lid 1, zijn ingediend, dan kan het bestuursorgaan besluiten de aanvraag niet in behandeling te nemen.
Het is verboden bij een evenement de orde te verstoren.
Het is verboden bij een evenement zichtbaar goederen te dragen, bij zich te hebben of te vervoeren die uiterlijke kenmerken zijn van een organisatie die bij rechterlijke uitspraak of bestuurlijk besluit verboden is verklaard of is ontbonden vanwege een doel of werkzaamheid in strijd met de openbare orde.
Het verbod in het tweede lid geldt niet voor zover in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien door het Wetboek van Strafrecht
In artikel 5:32 APV is bepaald dat het verboden is om een crosswedstrijd te houden op terreinen die geen weg zijn, tenzij het terrein is aangewezen door het college. In dit artikel is opgenomen dat het college regels kan stellen voor het gebruik van het terrein, in het belang van het voorkomen of beperken van overlast, bescherming van het uiterlijk aanzien of ter bescherming van andere milieuwaarden of in het kader van de veiligheid. Wanneer er een milieuvergunning vereist is, geldt deze aanwijzingsverplichting niet.
In artikel 4:6 APV is bepaald dat het verboden is buiten een inrichting op een zodanige wijze toestellen of geluidsapparaten in werking te hebben of handelingen te verrichten dat voor een omwonende of voor de omgeving geluidhinder wordt veroorzaakt. Dit betekent dat als er versterkte muziek op een evenement wordt afgespeeld, daarvoor een ontheffing geluid moet worden aangevraagd.
Gebruiksmelding Besluit brandveilig gebruik en basishulpverlening overige plaatsen ( Bbgbop )
Per 1 januari 2018 is het nieuwe Besluit brandveilig gebruik en basishulpverlening overige plaatsen (Bbgbop) in werking getreden. Daarmee is er nu uniforme regeling op het gebied van brandveilig gebruik bij overige plaatsen. Dit besluit vervangt de gemeentelijke Brandbeveiligingsverordening. De vergunningplicht op grond van de brandbeveiligingsverordening wordt hiermee vervangen door een meldingsplicht.
Het Besluit brandveilig gebruik en basishulpverlening overige plaatsen geeft brandveiligheids-voorschriften voor activiteiten die op een afgebakende locatie worden georganiseerd. Het gaat dan om evenementen waar vanuit andere regelgeving (bijvoorbeeld een Bouwbesluit of Activiteitenbesluit) nog geen brandveiligheidseisen zijn gesteld. Het nieuwe besluit ziet vooral toe op het gebruik van plaatsen in de open lucht en op de constructies die daar tijdelijk aanwezig zijn. Daar kunnen immers risico’s ontstaan voor onder meer de brandveiligheid.
Als er een tijdelijk bouwwerk wordt gebruikt om veel mensen samen te laten komen, moet dit
brandveilig zijn. Voorheen moest er een tijdelijke gebruiksvergunning aangevraagd worden. Sinds 1 januari 2018 is dit vervangen door een melding op grond van het Besluit. Voorbeelden van een tijdelijk bouwwerk zijn een tent, een tribune of een podium. Voordat het bouwsel gebruikt gaat worden moet een melding gedaan worden bij de gemeente.
Daarnaast moet de aanvrager ook voorbereid zijn op:
het ontruimen van het bouwwerk;
het bestrijden van een beginnende brand;
het alarmeren, opvangen en informeren van hulpverleningsdiensten zoals brandweer en politie.
De aanvrager doet een gebruiksmelding minstens 4 weken voordat er gebruik gemaakt gaat worden van het bouwwerk. Of er wel of niet een melding gedaan moet worden is inzichtelijk gemaakt middels een opsomming op de gemeentelijke website.
Er moet een melding gedaan worden wanneer:
meer dan 10 personen kunnen overnachten of worden verzorgd, of
plaats is voor meer dan 150 personen tegelijk;
aangetoond kan worden dat het bouwwerk brandveilig is;
aangetoond kan worden dat geen vergunning voor brandveilig gebruik nodig is;
er geen evenementenvergunning nodig is;
het geen bouwwerk voor permanent gebruik is.
Besluit bouwwerken leefomgeving
Als een evenement met meer dan 50 personen plaatsvindt in een bestaand bouwwerk en
het gebruik anders is dan volgens de gebruiksmelding is toegestaan of
als er geen gebruiksmelding is gedaan voor het betreffende bouwwerk,
dan moet naast de aanvraag evenementenvergunning een melding brandveilig gebruik worden gedaan via het Omgevingsloket.
Organisaties die niet in het bezit zijn van een Alcoholwetvergunning, dienen om alcoholhoudende drank te mogen verstrekken in het bezit te zijn van een tijdelijke ontheffing op grond van artikel 35 van de Alcoholwet. Deze ontheffing geldt alleen voor het schenken van zwak alcoholhoudende drank voor gebruik ter plaatse en kan worden verleend in het kader van een bijzondere gelegenheid van tijdelijke aard voor maximaal 12 dagen aaneengesloten. De drank moet ter plekke verstrekt worden en mag niet in gesloten blikjes/flesjes aangeboden worden. Voorwaarde om voor een ontheffing in aanmerking te komen is dat de verstrekking van de drank geschiedt onder leiding van een persoon die niet onder curatele staat, ouder dan 21 jaar is en niet in enig opzicht van slecht levensgedrag is. Minimaal één leidinggevende moet daarnaast in het bezit zijn van een SVH diploma (Sociaal Hygiëne).
Meer informatie en handige tips over het organiseren van evenementen zijn te vinden op de evenementenwebsite van de Veiligheidsregio Twente
Onderstaande tekst betreft de basis huisregels. Ieder evenement moet deze regels kenbaar maken bij iedere ingang/toegang van het evenemententerrein en in de tent(en). Organisaties kunnen hun eigen huisregels hieraan toevoegen, mits niet in strijd met de wet.
BIJLAGE 4 Regionaal kader Evenementenveiligheid Veiligheidsregio Twente
Op onze website is het Regionaal kader evenementenveiligheid in te zien.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2024-142915.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.