Gemeente Nijkerk – Kort verslag vergadering raadscommissie I van 14 maart 2024

Aanvang 19.30 uur, Raadzaal Stadhuis Nijkerk

 

Aanwezig: de voorzitters: T. van Valkenhoef (agendapunten 1 tot en met 3) en J. van Putten (agendapunt 4); de commissiegriffier: F.J.A. Meijer-de Leeuw; de leden: T.J. Blankesteijn (CDA), P.C.J. Collignon (De Lokale Partij), R. van Hussel (VVD), M.T. Lanting-van Rhee (ChristenUnie-SGP), C.E.J. van Manen (Forum voor Democratie) – tot en met agendapunt 3, I.H. Moes (PRO21), J. van Putten (ChristenUnie-SGP), L.W. Rakhorst (CDA), N.G. Staal (VVD), T. van Valkenhoef (De Lokale Partij), M. van Veen (PRO21) en B. Veldhuizen (CDA); namens het college: burgemeester G.D. Renkema (agendapunt 3) en wethouder E. Heutink-Wenderich (agendapunt 4); ambtelijke ondersteuning: C. Naber (agendapunt 3) en M. As (agendapunt 4).

1. Opening en vaststelling van de agenda

De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld.

 

2. Langetermijnagenda

Wethouder Heutink-Wenderich geeft bij de nog openstaande toezegging LTA nr. 838 aan dat er inmiddels overleg is geweest met de Woningstichting Nijkerk over een mogelijke inspanningsverplichting voor de bewoners van Wonen bij Jaap. Hiermee is deze toezegging afgedaan.

 

Voor het overige zijn er geen opmerkingen over de openstaande moties en toezeggingen. Hiermee zijn de wijzigingen in de teksten en de voorgestelde afdoeningen vastgesteld.

 

3. Randvoorwaarden opvang asielzoekers

De commissieleden geven allereerst aan dat het goed is met elkaar en met het college over dit onderwerp te spreken. Dit is conform de strekking van de eerder door de raad aangenomen motie ‘Vervolg na staken voorbereiding noodopvang Hoevelaken’.

De bespreking vindt vervolgens plaats aan de hand van de door het college gestelde vragen in de consultatienotitie. Hierbij geven de commissieleden hun reactie en stellen zij vragen aan elkaar en aan de portefeuillehouder.

 

Vraag 1

Aantal op te vangen asielzoekers volgens de Spreidingswet en de opgave in de Regionale Regietafel FoodValley. Op basis van de Spreidingswet moeten we in 2024 plek bieden aan de opvang van 278 asielzoekers. Ook moeten we voor 1 november een plan van aanpak opleveren waarin staat hoe we dat vorm gaan geven.

  • a.

    Vindt u dat we moeten werken aan de voorbereiding van de opvang van 278 asielzoekers?

  • b.

    Zo ja, bent u ook bereid om meer asielzoekers op te vangen dan de wet van ons vraagt?

  • c.

    Vindt u dat verdeling over de verschillende kernen relevant is en wat wilt u ons hier eventueel over meegeven?

 

1a.

Mevrouw Moes (PRO21), de heer Staal (VVD), de heer Collignon (De Lokale Partij), de heer Blankesteijn (CDA) en de heer Van Putten (ChristenUnie-SGP) geven aan dat de gemeente moet gaan werken aan de voorbereiding van de opvang van 278 asielzoekers. Als argumenten hiervoor worden onder meer genoemd:

  • Het is een opgaaf volgens de Spreidingswet;

  • We moeten onze verantwoordelijkheid nemen.

Mevrouw Van Manen (Forum voor Democratie) vindt dat de gemeente niet moet werken aan de voorbereiding van deze opvang.

 

1b.

Mevrouw Moes geeft aan op zich voorstander te zijn van het opvangen van meer asielzoekers. Voorwaarde voor alle opvang is dat er kwalitatief goede opvang wordt geboden. Volgens de heer Staal, de heer Collignon en de heer Van Putten is het niet realistisch en/of haalbaar om meer asielzoekers op te vangen. De heer Blankesteijn geeft aan dat de Spreidingswet uitgaat van een evenredige bijdrage per gemeente en dat het opvangen van meer asielzoekers dan niet logisch is.

 

1c.

Wat betreft de vraag over de verdeling over de verschillende kernen wordt aangegeven dat spreiding van de opvang over de verschillende kernen en/of concentratie op één locatie zowel voor- als nadelen kent. De commissieleden geven aan dat deze vraag op dit moment lastig te beantwoorden is, omdat er nog geen mogelijke geschikte locaties in beeld zijn.

 

Vraag 2 Asielzoekerscentrum (AZC)

  • a.

    Wilt u dat we gaan verkennen of er een asielzoekerscentrum (AZC) in de gemeente Nijkerk gerealiseerd kan worden?

  • b.

    Zo ja, welke randvoorwaarden geeft u hierbij mee, bijvoorbeeld op het gebied van omvang, duur en locatie?

 

Mevrouw Van Manen geeft aan dat het volgens haar niet nodig is om te verkennen of een AZC kan worden gerealiseerd in onze gemeente. De heer Staal, de heer Blankesteijn, de heer Van Putten en mevrouw Moes geven aan zich wel te kunnen vinden in een verkenning. Volgens hen is bij een AZC vaak sprake van kwalitatief goede opvang en zijn er vaak meer mogelijkheden voor wat betreft onderwijs en voorzieningen. Als belangrijke randvoorwaarden worden onder meer meegegeven: een veiligheidsplan, het creëren van draagvlak en goede communicatie/participatie. De heer Collignon kan zich alleen vinden in een verkenning van een AZC als daarin niet meer dan 278 personen worden opgevangen. Qua omvang geeft de heer Van Putten ook aan zich hierop eerst te willen richten. Wat betreft de duur van een eventuele AZC denkt mevrouw Moes aan een periode tussen de 5 en 10 jaar; de heer Staal geeft aan dit pas te kunnen bepalen aan de hand van concrete locaties.

 

Vraag 3. Noodopvang

De komende periode zal nog steeds sprake zijn van dringende behoefte aan noodopvang. De Provinciale Regie Tafel Gelderland heeft ons in januari verzocht om binnen twee tot zes maanden een noodopvanglocatie te openen voor 60 asielzoekers, of een ander concreet aanbod te doen.

  • a.

    Wilt u dat we gaan verkennen in hoeverre we kunnen meewerken aan een tijdelijke locatie voor noodopvang van asielzoekers in de gemeente Nijkerk?

  • b.

    Zo ja, welke randvoorwaarden geeft u hierbij mee, bijvoorbeeld op het gebied van omvang, duur en locatie?

  • c.

    Wilt u voldoen aan de oproep om uiterlijk in juli 2024 een concreet aanbod te kunnen doen voor 60 asielzoekers?

 

Ter verduidelijking van deze vraag licht burgemeester Renkema toe dat het genoemde aantal van 60 asielzoekers onderdeel is van de opvangopgave van 278. Verder benoemt hij dat de gemeente Nijkerk nog niet eerder een concreet verzoek voor noodopvang heeft ontvangen.

 

Voor de heer Van Putten is een evenredige verdeling binnen de provincie Gelderland het vertrekpunt. Verder geeft hij aan niet weg te willen lopen voor deze vraag, maar het moet wel haalbaar zijn. De heer Blankesteijn geeft aan het verzoek te begrijpen, maar vraagt zich af of er in zo korte tijd wel een zorgvuldig, open en transparant proces kan worden doorlopen. De heer Collignon sluit zich hierbij aan. Mevrouw Moes geeft onder meer aan graag te zien dat de gemeente haar verantwoordelijkheid neemt en meedoet aan de zoektocht naar een geschikte locatie, voor een korte, tijdelijke en afgebakende periode. Ook de heer Staal geeft aan de noodzaak voor noodopvang te zien, maar vraagt zich af of het verstandig is om nu, op zo korte termijn en op een goede manier een aanbod te doen. Mevrouw Van Manen geeft aan dat er geen verkenning hoeft plaats te vinden.

 

Vraag 4. Opvang van minderjarige vreemdelingen

Het aantal alleenstaande minderjarige vreemdelingen (amv’s) groeit. Voor de doelgroep vanaf 15 jaar zijn kleinschalige woonvoorzieningen nodig, waar deze kinderen 24 uur per dag worden begeleid. Volgens de Spreidingswet moeten de gemeente Nijkerk in 2024 24 amv’s opvangen.

  • a.

    Vindt u dat we moeten meewerken aan kleinschalige opvang van alleenstaande minderjarige vreemdelingen?

  • b.

    Zo ja, welke randvoorwaarden geeft u daarbij mee, bijvoorbeeld op het gebied van omvang, duur en locatie?

 

De heer Staal, de heer Blankesteijn, mevrouw Moes, de heer Van Putten en mevrouw Van Manen geven aan dat de opvang van amv’s een wettelijke plicht is, die moet worden uitgevoerd. Daarbij benoemen zij voorkeur te hebben voor opvang in gast- en pleeggezinnen en als dat niet kan een verspreide opvang over kleinschalige locaties. Als randvoorwaarden voor de opvang geven zij mee: dagbesteding, onderwijs en (professionele) begeleiding. De heer Collignon geeft aan deze vraag niet goed te kunnen beantwoorden.

Vraag 5. Opvang van Oekraïners

Oekraïners zijn geen asielzoekers, maar wij vangen deze doelgroep wel op in onze gemeente. Op dit moment hebben we 237 plekken geregeld tot september 2025. Volgens de Spreidingswet en de opgave binnen de Regionale Regietafel Migratie & Integratie FoodValley staat Nijkerk aan de lat voor 239 plekken. In juli 2024 worden de cijfers geactualiseerd.

  • a.

    Vindt u dat we ons moeten inspannen om deze doelstelling te realiseren en de opvang voor Oekraïners moeten uitbreiden wanneer er meer van ons wordt gevraagd?

  • b.

    Zo ja, welke randvoorwaarden geeft u daarbij mee, zoals op het gebied van omvang, duur en locatie?

 

De heer Collignon geeft aan voor uitbreiding te zijn en doet de suggestie om daarvoor een extra chalet op de huidige opvanglocatie te plaatsen. Ook mevrouw Moes vindt dat de gemeente zich moet inspannen om de doelstelling te realiseren en de opvang moet uitbreiden. Over de huidige locatie geeft zij aan dat er een toezegging aan de omwonenden is gedaan dat er geen uitbreiding zou plaatsvinden. Ze vraagt aan het college of er al met omwonenden is geëvalueerd hoe e.e.a. nu gaat. De heer Blankesteijn geeft aan voor extra opvang te zijn als dat kan, maar zou daarvoor niet een extra locatie willen zoeken. Ook hij is benieuwd naar een evaluatie van de huidige opvang(locatie). De heer Staal, de heer Van Putten en mevrouw Van Manen sluiten zich aan bij de woorden van de heer Blankesteijn.

 

Burgemeester Renkema geeft in reactie hierop aan dat er nog geen evaluatie is gedaan, maar dat hij zich kan voorstellen dat een evaluatie wordt gecombineerd met de vraag wat de toekomstige bestemming wordt van deze locatie. Hij geeft aan op dit moment niet te willen tornen aan de afspraken met de omwonenden en dus geen extra chalet(s) wil plaatsen.

 

Vraag 6. Participatie

De antwoorden en richting die de raad aan ons meegeeft op basis van deze vragen verwerken we in een nota van uitgangspunten, die de raad vervolgens vaststelt.

  • a.

    Wilt u na vaststelling van de nota van uitgangspunten deze voorleggen voor consultatie aan de inwoners?

De basis voor de wijze waarop we participatie vorm willen geven hebben we vastgelegd in de concept participatievisie, die voor consultatie aan u is voorgelegd en binnenkort ter vaststelling aan u wordt aangeboden.

  • b.

    Als u vraag 6a beantwoordt met ja, kunt u dan - in lijn met deze visie - richting geven aan de manier waarop u vorm wilt geven aan deze participatie en welke vragen hierin meegenomen moeten worden?

  • c.

    Wilt u – ook op basis van de participatievisie - al richting meegeven voor participatie in het vervolgtraject?

 

Mevrouw Moes verwijst hierbij allereerst naar de aandachtspunten die zij aan het college heeft meegegeven bij de bespreking van de concept-participatievisie. Vervolgens benoemt zij de verschillende fasen die in het proces voor de omvang van asielzoekers zullen worden doorlopen (1. wat willen we qua aantal en wat zijn de randvoorwaarden / 2. zoektocht naar een locatie / 3. gesprekken met omwonenden), waarin verschillende belangen aan de orde zijn. Ze doet een oproep aan het college om in de 1e fases als gemeente proactief te communiceren over wat er al is besproken en welke keuzes er zijn gemaakt. Verder geeft ze het college als suggestie mee om te kijken hoe e.e.a. in Barneveld is gedaan in de zoektocht naar een AZC (o.a. brede participatie over mogelijke locaties).

 

Ook de heer Staal verwijst naar de werkwijze van de gemeente Barneveld. Hij geeft hij aan dat een brede participatie – zonder beperkingen – zou moeten plaatsvinden over het plan van aanpak en de locatiestudie. Dat zou bijvoorbeeld kunnen plaatsvinden via een (digitale) toegankelijke enquête met gerichte vragen en bewonersbijeenkomsten. Verder geeft hij aan dat het belangrijk is om vooraf helder te communiceren wat al vastligt (bv. opgave en uitgangspunten) en waarover nog geparticipeerd kan worden (bv. locaties, randvoorwaarden, uitvoering, veiligheidsplan). Daarnaast roept hij het college op hiervoor een goed communicatieplan op te stellen en te zorgen voor een gelijke informatiepositie van raad en inwoners.

 

De heer Van Putten geeft onder meer aan het belangrijk te vinden om de inwoners vanaf het eerste begin te betrekken bij het maken van de plannen en hen te vragen naar hun mening over o.a. het aantal op te vangen asielzoekers, geschikte locaties, duur van de opvang en de randvoorwaarden.

 

De heer Collignon benoemt onder meer dat hij het belangrijk vindt om vooraf uitgangspunten mee te geven voor de te kiezen locaties en verwijst daarbij ook naar het doorlopen participatieproces bij de gemeente Barneveld. Verder doet hij de suggestie om niet alleen bij inwoners maar ook bij onderwijsinstellingen, verenigingen en andere (maatschappelijke) organisaties informatie op te halen, zodat er straks sprake is van een gedragen plan.

 

Mevrouw Van Manen geeft aan dat de stem van de inwoners het zwaarst moet wegen en doet de oproep aan het college om te kijken waar mogelijk draagvlak voor is.

 

De heer Blankesteijn geeft aan er niets op tegen te hebben om de nota van uitgangspunten na vaststelling voor consultatie aan de inwoners voor te leggen. Voor de wijze waarop de participatie zou kunnen plaatsvinden verwijst ook hij naar de gevolgde methodiek van Barneveld.

 

Vraag 7. Welke opmerkingen of suggesties wilt u verder nog aan het college meegeven?

De commissieleden geven onder meer de volgende suggesties en aandachtspunten mee:

  • Geef in de op te stellen nota van uitgangspunten een compleet beeld (o.a. wanneer we wat kunnen en willen doen);

  • Overleg met de regionale regietafel hoe ons voorstel past in het ‘grote geheel’;

  • Betrek inwoners die iets voor de opvang willen betekenen en onderwijs- en zorginstellingen tijdig;

  • Belang van het tijdig regelen van verschillende voorzieningen (o.a. nutsvoorzieningen);

  • Wees creatief en kijk bij de zoektocht naar locaties of er mogelijkheden zijn om e.e.a. te combineren;

  • Belang van het tijdig zetten van (proces)stappen.

 

De voorzitter concludeert dat er voldoende over het onderwerp is gesproken. Het college zal de inbreng van vanavond meenemen bij het opstellen van een nota van uitgangspunten. Deze nota zal vervolgens ter besluitvorming aan de raad worden aangeboden.

 

4. Ontwerpverklaring van geen bedenkingen Torenstraat 31

Als insprekers zijn aanwezig:

  • Mevrouw Hubers;

  • De heer en mevrouw Van Klink;

  • Mevrouw Van Rooten

  • De heer Ruiter (initiatiefnemer).

 

Mevrouw Hubers geeft onder meer aan niet tevreden te zijn over het participatieproces. Ze spreekt verder haar zorgen uit over het aantal parkeerplaatsen en geeft aan te vrezen voor (geluids)overlast en minder privacy o.a. door het geplande gezamenlijke dakterras.

 

Mevrouw Van Klink geeft onder meer aan dat haar vertrouwen is aangetast door gebrekkige communicatie vanuit het college en de initiatiefnemer. Ook zij geeft aan niet tevreden te zijn over de wijze van participatie. Verder spreekt zij haar zorgen uit over de grootte van het complex, het parkeren, mogelijke aantasting van de privacy en/of geluidsoverlast door de balkons, gezamenlijk terras en grote raampartijen. Als conclusie geeft zij aan dat het oorspronkelijke plan van 3 grondgebonden woningen passender zou zijn.

 

De heer Van Klink bedankt allereerst de gemeente voor de georganiseerde bijeenkomst van 26 februari en het luisterend oor van raadsleden. Verder geeft hij aan dat het appartementencomplex volgens hem te groot is voor de geplande locatie en dat hij het gevoel heeft dat de initiatiefnemer niet voldoende aandacht heeft voor de omwonenden en dat de gemeente het plan wil doordrukken.

 

Mevrouw Van Rooten spreekt haar zorgen uit over de parkeerdruk in de wijk, de gekozen parkeeroplossing en de wijze waarop de initiatiefnemer de participatie met omwonenden heeft opgepakt. Verder vraagt zij zich af of een plan waarbij moet worden afgeweken van de regels van het bestemmingsplan, beeldkwaliteitsplan en de nota parkeernormen passend is.

 

De heer Ruiter geeft onder meer aan geen professionele ontwikkelaar te zijn en wellicht te naïef het proces te zijn ingegaan. Verder benoemt hij dat hij na de vorige raadscommissie de participatie heeft opgepakt, maar dat dit moeizaam is gegaan en dat hij – achteraf gezien – met meer buren in gesprek had moeten gaan. Na overleg met enkele buren zijn er aanpassingen in het plan gedaan, maar blijft het volgens de heer Ruiter moeilijk om het voor iedereen goed te doen.

 

De commissieleden bespreken vervolgens het voorstel. Benoemd wordt allereerst dat het noodzakelijk is om woningen te bouwen, maar dat daarvoor wel een goed proces moet worden doorlopen, waarbij voldoende aandacht is voor alle belangen.

Ze geven daarna aan over welke punten zij nog met elkaar willen spreken. Deze bespreekpunten worden behandeld. Daarbij geven de commissieleden hun reactie en stellen vragen aan elkaar en aan de wethouder.

 

Tijdens de bespreking wordt onder andere gesproken over:

  • het doorlopen proces en de participatie (o.a. de vraag of alle belangen voldoende zijn meegenomen en afgewogen);

  • de wens om de nota inbreidingslocaties en het gebruik daarvan te evalueren;

  • de vraag of het huidige bouwplan past binnen de vastgestelde kaders en planologisch passend is in de omgeving;

  • het parkeren (o.a. over de vraag of er voldoende parkeerplaatsen zijn, de mogelijke parkeeroverlast in de nabije omgeving, de voorgestelde parkeeroplossing en het beleid omtrent het afgeven van een 2e parkeervergunning).

 

Wethouder Heutink-Wenderich zegt toe om tijdig voor de raadsvergadering van 28 maart uit te zoeken of in deze specifieke situatie (met een ‘deelauto concept’) afgeweken kan worden van bestaand beleid over het afgeven van een 2e parkeervergunning.

 

Het voorstel blijft wat de commissie betreft met debat geagendeerd staan voor de raadsvergadering van 28 maart 2024.

 

5. Kaderbrief 2025 Veiligheids- en Gezondheidsregio Gelderland-Midden

Dit agendapunt wordt vanavond niet besproken, maar toegevoegd aan de voorlopige agenda van de vergadering van raadscommissie I op maandag 18 maart 2024.

 

6. Regionale samenwerking

Dit agendapunt wordt vanavond niet besproken, maar toegevoegd aan de voorlopige agenda van de vergadering van raadscommissie I op maandag 18 maart 2024.

 

7. Mededelingen van raad en college

Dit agendapunt wordt vanavond niet besproken, maar toegevoegd aan de voorlopige agenda van de vergadering van raadscommissie I op maandag 18 maart 2024.

 

8. Sluiting

De vergadering wordt om 23.15 uur gesloten.

 

Opgesteld te Nijkerk op 15 maart 2024.

 

De commissiegriffier, F.J.A. Meijer-de Leeuw

De voorzitters, T. van Valkenhoef en J. van Putten

Naar boven