Beleidsregel eenmalige energietoeslag gemeente Tynaarlo 2023 III

 

 

 

Artikel 1 Begripsbepalingen

1. Alle begrippen die in deze beleidsregel worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet.

2. In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

a. belanghebbende: de persoon die voor zichzelf, zijn partner en/of tot het gezin behorende kinderen een eenmalige energietoeslag verzoekt.

b. college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tynaarlo;

c. energietoeslag: de eenmalige uitkering in 2023 op grond van categoriale bijzondere bijstand ter compensatie van stijgende energielasten.

d. huishouden: de leefsituatie die een alleenstaande, kostendeler of (eenouder)gezin duurzaam in stand houden en waarvoor zij noodzakelijke kosten maken, zoals energiekosten.

e. Inkomen: het inkomen zoals bedoeld in artikel 31, 32 en 33 van de Participatiewet, verminderd met de ontvangen vakantietoeslag. Tot het inkomen wordt ook gerekend de bijstand voor algemeen noodzakelijke kosten van bestaan, zoals genoemd in artikel 5 van de Participatiewet. Er wordt voor de energietoeslag uitgegaan van de som van het inkomen van belanghebbende en zijn partner.

f. schuldenaren: een belanghebbende die dienstverlening voor schuldproblemen krijgt van de gemeente Tynaarlo en/of die is toegelaten tot de Wet schuldsanering natuurlijke personen (WSNP).

g. thuisinwonend: meerderjarig kind dat inwoont bij zijn ouder(s).

h. zelfstandige: de belanghebbende die voor de voorziening in het bestaan geheel of gedeeltelijk is aangewezen op arbeid in eigen bedrijf of een zelfstandig beroep en die de financiële risico’s daarvoor draagt.

 

Artikel 2 Doelgroep energietoeslag en inkomen

1 De eenmalige energietoeslag is bedoeld voor de belanghebbende met een zelfstandig huishouden, die door de stijgende prijzen voor energie te maken heeft met hogere energielasten.

2 Om voor de eenmalige energietoeslag in aanmerking te komen:

a) moet belanghebbende 21 jaar of ouder zijn; en

b) staat belanghebbende ingeschreven in de Gemeentelijke Basisregistratie Personen van de gemeente Tynaarlo; en

c) heeft belanghebbende ten laste van het inkomen regelmatige energiekosten; en

d) mag het inkomen van belanghebbende op peildatum 1 januari 2023 niet meer bedragen dan 120% van de geldende bijstandsnorm.

3 Als het inkomen van belanghebbende door wisselende of eenmalige inkomsten in de maand van aanvraag hoger is dan 120% van de norm wordt uitgegaan van een gemiddeld inkomen. Het gemiddeld inkomen wordt berekend door de som van het inkomen dat gedurende 12 maanden voorafgaand aan de aanvraag is genoten, te delen door 12.

4 Voor bepaling van het inkomen van een zelfstandige wordt uitgegaan van de inkomsten over de maanden januari t/m maart 2023. Dit is het inkomen na aftrek van de verschuldigde inkomstenbelasting en premies volksverzekeringen. Deze belasting en premies worden gesteld op het percentage, zoals vermeld in artikel 6, lid 2, van het Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004. Hierbij wordt een teruggave inkomstenbelasting en premies volksverzekeringen niet als inkomen aangemerkt.

 

 

Artikel 3 Schuldenaren

In afwijking van het gestelde in artikel 2 kan een belanghebbende, ongeacht de hoogte van het inkomen voor de tegemoetkoming, in aanmerking komen als hij in het kader van een schuldregeling een relatie heeft met de gemeentelijke Schuldhulpverlening of een opgelegde schuldregeling op grond van de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen en hij alleen het vrij te laten bedrag van zijn inkomen overhoudt om te besteden.

Artikel 4 Uitsluitingsgronden

1. Op grond van artikel 11 Participatiewet moet worden vastgesteld of de belanghebbende rechthebbende is en of de energiekosten verbonden zijn met Nederland (territorialiteitsbeginsel).

2. Als sprake is van een van de uitsluitingsgronden van artikel 13 lid 1 Participatiewet, bestaat er geen recht op de eenmalige energietoeslag.

3. De bewoner van een inrichting heeft geen recht op de eenmalige energietoeslag.

4. De gestegen bedrijfslasten van een zelfstandige of een bedrijf ten gevolge van hogere energieprijzen vallen buiten het bereik van deze regeling.

Artikel 5 Voorwaarden eenmalige energietoeslag

1. Het college verstrekt een eenmalige energietoeslag van € 1300,- aan de belanghebbende die te maken heeft met energielasten. Aan belanghebbenden die reeds een bedrag van € 500,- hebben ontvangen keert het college ambtshalve nog een bedrag van € 800 uit.

2. Belanghebbende moet indien gevraagd middels overlegging van de (maand)rekening van een energieleverancier of het huurcontract de energielasten aantonen.

3. De eenmalige energietoeslag,- voor de (gestegen) energielasten is bedoeld voor de woning waarin de belanghebbende woonachtig is.

Artikel 6 Vermogen

Het vermogen waarover de belanghebbende met partner en inwonende minderjarige kinderen beschikken, blijft buiten beschouwing.

Artikel 7 Aanvraag

1. De eenmalige energietoeslag wordt ambtshalve toegekend indien het college beschikt over voldoende gegevens voor toekenning.

2. Een aanvraag voor de eenmalige energietoeslag van € 1300,- kan worden ingediend tot en met 30 juni 2024 en wordt, na toekenning, uiterlijk op 31 augustus 2024 uitgekeerd.

3. De aanvraag voor de eenmalige energietoeslag wordt digitaal ingediend. In afwijking van deze digitale aanvraag is een schriftelijke aanvraag mogelijk, indien naar het oordeel van het college bijzondere omstandigheden in het individuele geval hiertoe aanleiding geven.

4. Belanghebbende overlegt bij de aanvraag:

a. salarisspecificaties van inkomsten over de maand januari 2023. Wanneer er sprake is van flexibele inkomsten, overlegt de belanghebbende salarisspecificaties over de maanden januari tot en maart 2023.

b. de meest recente belastingaangifte en de kolommenbalans over de drie maanden voorafgaand aan de maand, waarin de aanvraag wordt gedaan, indien er sprake is van inkomsten uit onderneming of inkomsten als ZZP’er.

c. de bewijzen van de maandelijkse energielasten bijvoorbeeld (maand)rekening van de energieleverancier.

Artikel 8 Uitbetaling

De eenmalige energietoeslag wordt zo spoedig mogelijk na toekenning per beschikking in een termijn uitbetaald op de bankrekening van belanghebbende.

Artikel 9 Vorm van de eenmalige energietoeslag

De eenmalige energietoeslag wordt in de vorm van categoriale bijzondere bijstand verstrekt, conform de Participatiewet.

Artikel 10 Inlichtingenplicht en terugvordering

1. Op de aanvraag van de eenmalige energietoeslag is de inlichtingenplicht, zoals bedoeld in artikel 17 lid 1 participatiewet, van toepassing.

2. Het college trekt de eenmalige energietoeslag in en vordert terug voor zover de toeslag ten onrechte of tot een te hoog bedrag is ontvangen door onjuiste of onvolledige inlichtingen.

 

 

Artikel 11 Inwerkingtreding en duur beleidsregel

Deze beleidsregel treedt in werking op de eerste dag na die van de bekendmaking en met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2023 en vervalt met ingang van 1 september 2024.

Artikel 12 Citeertitel

Deze beleidsregel worden aangehaald als: Beleidsregel eenmalige energietoeslag gemeente Tynaarlo 2023 III.

 

Aldus vastgesteld in de collegevergadering van 14 maart 2024.

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tynaarlo,

 

 

M.J.F.J. Thijsen, voorzitter P. Koekoek, secretaris.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Algemene toelichting

 

Doel en strekking

Deze beleidsregel vervangt de Beleidsregel eenmalige energietoeslag gemeente Tynaarlo 2023. Inwoners van Tynaarlo met een laag inkomen wonen vaak ook nog in de slechtst geïsoleerde (verduurzaamde) woningen, waardoor zij dubbel geraakt worden en hun energienota nog hoger wordt. Deze groep minima krijgt daardoor veelal nu al te maken met betalingsproblemen. Conform het Rijksbeleid rond de energietoeslag 2023, kunnen deze huishoudens in 2023 tot en met 31 augustus 2024 in aanmerking komen voor een energietoeslag van € 1300,-. Aan belanghebbenden die reeds een bedrag van € 500,- hebben ontvangen keert het college ambtshalve nog een bedrag van € 800 uit.

Artikelsgewijze Toelichting

 

Artikel 1 begrippen

Voor het definiëren van de begrippen is aangesloten bij de participatiewet. Deze wet geeft structuur aan veel situaties op het terrein van armoedebeleid.

Huishouden

Het begrip huishouden staat niet in de participatiewet. We nemen het begrip op om te verduidelijken dat de compensatie van de energierekening gaat per huishouden met een gas- en energieaansluiting. Een belanghebbende hoeft voor het recht op compensatie niet per se zelf rechtstreeks de energierekening te betalen. Een gezin, alleenstaande of kostendeler betaalt zelf of draagt bij aan de energierekening. Denk bijvoorbeeld voor een persoon die huur inclusief de energiekosten betaalt. In geval van meerdere kostendelers in een woning ontvangt iedere kostendeler de compensatie. Zij dragen namelijk allemaal bij aan de energierekening.

 

Artikel 2, 3 en 4 Wie komt wel of niet voor compensatie in aanmerking?

• alleen inwoners van de gemeente Tynaarlo met energielasten worden tegemoetgekomen.

• alleen rechtmatig verblijf in Nederland recht op tegemoetkoming geeft.

• bedrijven, gedetineerden en mensen in een inrichting komen niet voor de eenmalige energietoeslag in aanmerking.

 

120% van het sociaal minimum

De oproep aan gemeenten is om met de compensatieregeling invulling te geven aan wat onder een “laag inkomen” moet worden verstaan.

De inkomensgrenzen zijn niet gekoppeld aan het soort inkomen. Deze toeslag is niet beperkt tot mensen die een uitkering op grond van de Participatiewet ontvangen. Ook mensen met een inkomen uit werk of uit zelfstandigheid of een andere uitkering kunnen in aanmerking komen.

Zelfstandige

Een zelfstandige kan ook in financieel moeilijke omstandigheden verkeren. Naast het volledig uitoefenen van het ondernemerschap kunnen ook zelfstandige activiteiten worden verricht in combinatie met bijvoorbeeld arbeid in loondienst. Deze zelfstandige activiteiten hebben in dat geval een bescheiden karakter.

Voor het bepalen van het inkomen van een zelfstandige of voor zelfstandige activiteiten gaan we uit van het inkomen over de maanden januari, februari en maart 2023 of de gegevens over het boekjaar 2022, wanneer die beschikbaar zijn

Schuldenaren

Mensen met schulden die een hoger inkomen hebben, hebben als gevolg van inhoudingen of beslagleggingen vaak een besteedbaar inkomen dat veel lager is. Het volgen van een schuldregelingstraject is een langdurige en financieel moeilijke opgave. Als stimulans om een dergelijk traject te volgen en vol te houden, geeft deze regeling aan dat iemand die een relatie heeft met de gemeentelijke Schulddienstverlening ongeacht de hoogte van het inkomen in aanmerking kan komen voor de tegemoetkoming. Het besteedbare inkomen van de belanghebbende is dan gelijk aan het “vrij te laten bedrag (VTLB)”. Dit geldt ook voor een opgelegde schuldregeling op grond van de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen.

Artikel 3 bepaalt dat deze groep van mensen recht hebben op de tegemoetkoming indien in de peilmaand februari 2022 het VTLB van toepassing is.

 

Inrichting

Mensen in een inrichting zijn uitgesloten van deze compensatieregeling omdat vanuit het zak- en kleedgeld de kosten van energie gedragen worden door de gemeenschap. Het gaat om instellingen waar belanghebbende hulp wordt geboden en/of verblijf houden met verzorging dan wel verpleging. Zie ook de definitie in artikel 1 van de wet.

Artikel 5  

De energietoeslag wordt toegekend per huishouden, zoals omschreven in artikel 1. De energietoeslag wordt derhalve toegekend aan gezinnen maar ook aan alleenstaanden, zoals kostendelers of individuele onderhuurders.

De toeslag is niet bedoeld voor de lasten van tweede woningen zoals vakantiehuisjes of woningen in het buitenland.

 

Ter verduidelijking drie voorbeelden*:

Vb 1) Een echtpaar met een inwonende 30-jarige zoon die allen periodieke bijstand genieten ontvangen dus 2 x € 1300, - aan compensatie. Het echtpaar 1x en de kostendelende zoon eveneens € 1300, -.

Vb 2) Een echtpaar dat periodieke bijstand geniet met een inwonende 20-jarige studerende dochter die WSF krijgen, ontvangen dus 1 x € 1300, - aan compensatie. Het echtpaar 1x en de studerende dochter niet.

Vb 3) In een oud herenpand wonen 4 huurders met gezamenlijk gebruik van keuken en badkamer die elk aan de huurbaas een all-in huur van €450, - betalen. Elke huurder heeft een eigen huishouden en is een alleenstaande. Dus 4x compensatie van € 1300, -. Dit verandert niet indien één van de bewoners optreedt als hoofdhuurder en de andere drie van de hoofdhuurder onderhuren.

 

* Aan inwoners die reeds een bedrag van € 500,- hebben ontvangen, keert het college een bedrag van € 800,- uit en niet € 1300,-. In de voorbeelden hierboven kan voor deze groep daarom € 800,- worden gelezen in plaats van € 1300,-.

 

Artikel 6 vermogen

Om voor deze energietoeslag in aanmerking te komen is het vermogen niet relevant.

Artikel 7 aanvraag

Huishoudens aan wie de energietoeslag niet automatisch kan worden toegekend, kunnen zelf een aanvraag doen voor de energietoeslag. Hiervoor zal een afzonderlijk digitaal loket worden ingericht. Het gaat daarbij onder meer om zelfstandigen met een laag inkomen voor hun privéwoning, werkenden met een inkomen beneden de 120% en AOW-gerechtigden zonder aanvullend pensioen of met een erg klein aanvullend pensioen, waardoor ook zij onder de 120% blijven.

Ambtshalve toekennen

Gemeenten krijgen de bevoegdheid om de eenmalige energietoeslag zonder schriftelijke aanvraag te verstrekken. Op deze wijze kan een relatief groot deel van de doelgroep snel ambtshalve worden bediend zonder dat de betrokkenen hier iets voor behoeven te doen. We zullen de belanghebbenden waarvan we de relevante gegevens hebben de toeslag ambtshalve toekennen. Deze belanghebbenden ontvangen informatie hierover per brief. Dat doen we voor de belanghebbenden met een participatiewet-uitkering, bekende schuldenaren en voor belanghebbenden die in 2022 een of meerdere van minimaregelingen hebben ontvangen.

Vaststellen inkomen bij aanvragen

Het inkomen is relevant bij het bepalen van het recht op de eenmalige energietoeslag. De energietoeslag is bedoeld voor huishoudens met een inkomen tot 120% van de geldende bijstandsnorm. Van belanghebbenden die de energietoeslag ambtshalve ontvangen weten we het inkomen en zij hoeven dat verder niet aan te tonen.

Bij het aanvragen van de energietoeslag wordt om een inkomensbewijs gevraagd. Voor het vaststellen van het inkomen wordt bij loondienst uitgegaan van de salarisstrook van januari 2023.

Het spreekt voor zich dat het college in een individueel geval kan afwijken van deze beleidsregel, indien de omstandigheden daartoe aanleiding geven en noodzaken.

 

 

 

 

Artikel 9 Vorm van de eenmalige energietoeslag

De toeslag wordt als categoriale bijzondere bijstand in zes termijnen uitbetaald. De ontvangst van de toeslag heeft geen gevolgen voor de bijstandsuitkering en zal, behoudens indien onjuiste informatie is verstrekt, nooit worden teruggevorderd bij de ontvanger. Er zal niet worden gecontroleerd op daadwerkelijke stijging van de energielasten maar wel op het hebben van energielasten.

Artikel 10 Inlichtingenplicht en terugvordering

De belanghebbende is verplicht om alle relevante inlichtingen te verstrekken aan de gemeente. De onvoldoende naleving van deze verplichting kan leiden tot terugvordering (zie artikel 58 Participatiewet).

Artikel 11 Inwerkingtreding

Deze beleidsregel treedt in werking op de eerste dag na die van de bekendmaking en met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2023 en vervalt met ingang van 1 september 2024.

 

 

Naar boven