Besluit tot wijziging van de Nadere regel Huisvestingsverordening Utrecht; Buurtvoorrang

 

Burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht,

Gelet op artikel 25 lid 4 van de Huisvestingsverordening gemeente Utrecht;

Overwegende dat in de Huisvestingsverordening gemeente Utrecht de mogelijkheid is opgenomen om een nadere regel buurtvoorrang in te stellen;

Besluiten de Nadere regel Huisvestingsverordening gemeente Utrecht als volgt te wijzigen:

 

Artikel I

De Nadere regel Huisvestingsverordening Utrecht wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In artikel 1 lid 1 wordt na ‘Peildatum: moment van verlening urgenties op volkshuisvestelijke indicatie.’ de volgende zinsnede ingevoegd ‘Buurtvoorrangsgebied: het gebied bestaande uit een cbs-buurt eventueel aangevuld met een of meerdere aangrenzende cbs-buurten.’

  • 2.

    Artikel 9 komt te luiden:

  • Artikel 9 Buurtvoorrang sociale huur woningen

    • 1.

      Senioren die maatschappelijk gebonden zijn aan een buurtvoorrangsgebied zoals bedoeld in artikel 14 lid 4 onder b van de wet, kunnen voorrang krijgen voor seniorenwoonruimte.

      • a.

        Per kalenderjaar mag maximaal 50% van alle toegewezen seniorenwoonruimte in de gemeente op basis van de voorrang uit lid 1 worden toegewezen;

      • b.

        In het geval van nieuwbouw mag per kalenderjaar per project maximaal 50% van alle eerste toewijzingen op basis van de voorrang uit lid 1 worden toegewezen;

      • c.

        De verhuurder kan per project de buurtvoorrang instellen;

      • d.

        De buurtvoorrang wordt vervolgens aangevraagd bij de verhuurder;

      • e.

        De verhuurder kan om bewijsstukken vragen. Als bewijsstukken kunnen worden betrokken:

        • -

          een uittreksel uit de BRP over de woongeschiedenis;

        • -

          stukken uit de huidige administratie van een verhuurder waaruit de woongeschiedenis blijkt.

  • 2.

    Jongeren die maatschappelijk gebonden zijn aan een buurtvoorrangsgebied zoals bedoeld in artikel 14 lid 4 onder b van de wet, kunnen voorrang krijgen voor jongerenwoonruimte.

    • a.

      Per kalenderjaar mag maximaal 20% van alle toegewezen jongerenwoonruimte in de gemeente op basis van de voorrang uit lid 2 worden toegewezen;

    • b.

      In het geval van nieuwbouw mag per kalenderjaar per project maximaal 20% van alle toewijzingen op basis van de voorrang uit lid 2 worden toegewezen;

    • c.

      De verhuurder kan per project de buurtvoorrang instellen;

    • d.

      De buurtvoorrang wordt vervolgens aangevraagd bij de verhuurder;

    • e.

      De verhuurder kan om bewijsstukken vragen. Als bewijsstukken kunnen worden betrokken:

      • -

        een uittreksel uit de BRP over de woongeschiedenis;

      • -

        stukken uit de huidige administratie van een verhuurder waaruit de woongeschiedenis blijkt.

  • 3.

    De verhuurder rapporteert jaarlijks achteraf over de wijze waarop zij invulling heeft gegeven aan de voorrangsregels uit de voorgaande leden.

Artikel II

Dit besluit treedt in werking de dag na bekendmaking in het gemeenteblad;

Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht, in de vergadering van 19 maart 2024

De burgemeester

Sharon A.M. Dijksma

De secretaris,

Michiel J. Ruis

Naar boven