Verordening onkostenvergoedingen en voorzieningen voor wethouders 2017

De Raad van de Gemeente Nijmegen, bijeen in zijn openbare vergadering van 15 november 2017;

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 24 oktober 2017;

Gelet op de artikelen 95, 96, 97, 99 en 147 van de Gemeentewet en de artikelen 22,eerste lid, 23, eerste lid, 27a, vijfde lid van het Rechtspositiebesluit wethouders;

Besluit:

Vast te stellen de navolgende "Verordening onkostenvergoedingen en voorzieningen voor wethouders 2017”;

Artikel 1 Reiskosten woon-werkverkeer.

Reiskosten voor woon-werkverkeer worden niet vergoed.

 

Artikel 2 Zakelijke reis-en verblijfkosten

  • 1.

    Wethouders hebben aanspraak op een vergoeding van de reis-en verblijfkosten voor reizen gemaakt voor de uitoefening van het ambt, bedoeld in artikel 23, eerste lid, onderdeel b, van het rechtspositiebesluit wethouders binnen en buiten het grondgebied van de gemeente, overeenkomstig artikel 4 van de Regeling rechtspositie Wethouders.

  • 2.

    In geval van een buitenlandse reis vindt een vergoeding als bedoeld in lid 1 slechts plaats indien en voor zover de reis wordt gemaakt in opdracht van het college.

 

Artikel 3 Parkeerfaciliteiten

Aan elk van de wethouders wordt een parkeerkaart ter beschikking gesteld voor de garage onder het stadhuis voor de uitoefening van het ambt.

 

Artikel 4 Computerapparatuur en telefoon

Aan elk van de wethouders wordt een telefoon en een Company Owned Device in bruikleen ter beschikking gesteld. Het college bepaalt welk apparaat het meest doelmatig is.

De wethouder ondertekent hiervoor een bruikleenovereenkomst.

 

Artikel 5 Verhuis-, reis-en pensionkosten en tegemoetkoming dubbele woonlasten bij benoeming

  • 1.

    Wethouders die bij benoeming nog niet over woonruimte in de gemeente beschikken hebben aanspraak op een vergoeding van reis- en pensionkosten, dubbele woonlasten en verhuiskosten, bedoeld in artikel 22, eerste lid, onderdeel a en b, van het Rechtspositiebesluit wethouders, overeenkomstig de artikelen 1 en 2 en 4a van de Regeling rechtspositie wethouders.

  • 2.

    Wethouders die bij benoeming nog niet over woonruimte in de gemeente beschikken hebben aanspraak op een vergoeding van:

  • a.

    reis- en pensionkosten, bedoeld in artikel 22, eerste lid, onderdeel a, van het Rechtspositiebesluit wethouders, overeenkomstig artikel 1 en 4a van de Regeling rechtspositie wethouders, en

  • b.

    dubbele woonlasten en verhuiskosten, bedoeld in artikel 22, eerste lid, onderdeel b, van het Rechtspositiebesluit wethouders, overeenkomstig artikel 2 en 4a van de Regeling rechtspositie wethouders.

 

Artikel 6 Facturering en uitbetaling.

  • 1.

    Betaling van kosten op grond van deze regeling vindt bij voorkeur plaats door rechtstreekse toezending van de factuur aan de gemeente of anders door betaling vooruit uit eigen middelen.

  • 2.

    De aanvraag om vergoeding van onkosten bedoeld in dit artikel gaat vergezeld van een declaratieformulier en bewijsstukken. Het declaratieformulier wordt ingediend bij de gemeentesecretaris.

 

Artikel 7 Aanwijzing als eindheffingsbestanddeel

  • 1.

    Als eindheffingsbestanddeel als bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 worden aangewezen de vergoedingen, tegemoetkomingen en verstrekkingen genoemd in artikel 28a van het Rechtspositiebesluit wethouders.

  • 2.

    Als eindheffingsbestanddeel als bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 worden verder aangewezen de vergoedingen, tegemoetkomingen en verstrekkingen, genoemd in paragraaf 3 van deze verordening, voor zover deze worden gerekend tot een vergoeding of verstrekking als bedoeld in artikel 31a, tweede lid, onderdelen a tot en met h, van de Wet op de Loonbelasting 1964.

 

Artikel 8 Ingangsdatum

  • 1.

    Deze verordening kan worden aangehaald als de “Verordening Onkostenvergoedingen en voorzieningen voor wethouders 2017".

  • 2.

    De verordening wordt ter goedkeuring voorgedragen aan gedeputeerde staten van Gelderland.

  • 3.

    Deze verordening treedt in werking de dag na bekendmaking. Tevens wordt daarbij de “Verordening onkostenvergoedingen Wethouders” ,1992), vastgesteld bij besluit van 13 mei 1992 ingetrokken.

 

De Griffier a.i.,

drs. Y.A. van Delft

De Voorzitter,

Drs. H.M.F. Bruls

Naar boven