Beleidsplan minimabeleid 2024-2027 Heemstede

Inleiding

Het minimabeleid bestaat uit ondersteuningsmaatregelen voor inwoners met een kleinere portemonnee. Het draagt daarmee bij aan de bestaanszekerheid van deze doelgroep. De doelgroep bestaat uit inwoners met een laag inkomen en hun kinderen. Onder laag inkomen verstaan wij in dit geval een inkomen onder 130% van de toepasselijke bijstandsnorm.

 

De visie achter het minimabeleid is dat inwoners met weinig geld gelijke kansen krijgen, een gezonde levensstijl kunnen leiden en mee kunnen blijven doen in de maatschappij. Hiermee streven we inclusie na en gaan we eenzaamheid tegen. Voor kinderen is in het minimabeleid extra aandacht om een kansrijke start te borgen. Het minimabeleid biedt bijvoorbeeld mogelijkheden voor onderwijsondersteuning, meedoen aan sport- en andere activiteiten en om goed verzekerd te zijn via het gemeentepakket voor de zorgverzekering.

 

In de landelijke visie is de menselijke maat steeds meer een speerpunt geworden voor de interpretatie, toepassing en uitvoering van de Participatiewet. Deze menselijke maat is ook de rode draad in het beleidsplan minimabeleid 2024 - 2027 van Heemstede. Dat betekent dat bij elke aanvraag aandacht is voor bijzondere omstandigheden van inwoners die vragen om maatwerk. Randvoorwaarde voor borging van de menselijke maat is om hier ruimte en handvatten voor te bieden binnen de beleidsregels. Het betekent ook dat er aandacht is voor een laagdrempelig en toegankelijk beleid voor iedereen. In dit beleidsplan kiezen we om de focus te leggen op een uitgebreide evaluatie van inhoudelijk beleid, bereik en communicatie. Hiervoor stellen we een uitvoeringsprogramma vast.

 

Opzet

Voor u ligt het beleidsplan minimabeleid 2024 - 2027. Daarin staat de inwoner en het gebruik van de regelingen centraal. De stappen om tot een verbetering van de regelingen te komen staan in het uitvoeringsprogramma 2024 - 2027.

 

De volgende punten komen in dit stuk aan bod:

 

  • -

    Aandachtspunten nieuw beleid uit evaluatie en advies

  • -

    Regelingen minimabeleid 2024 - 2027

  • -

    Te onderzoeken kansen

  • -

    Uitvoeringsprogramma 2024 - 2027

  • -

    Samenwerking met andere partijen

  • -

    Financiën

De advisering over en de uitvoering van het minimabeleid wordt sinds 2006 gedaan door de Intergemeentelijke Afdeling Sociale Zaken (IASZ) Bloemendaal – Heemstede. De IASZ is een Gemeenschappelijke Regeling. Conform de GR adviseert de IASZ over het beleid op het gebied van werk, inkomen en minimabeleid voor Bloemendaal en Heemstede, voor een doelmatige uitvoering.

 

1 Aandachtspunten nieuw beleid uit evaluatie en advies

 

De gemeente staat dichtbij de inwoner en weet wat er landelijk, regionaal en lokaal speelt. Hierdoor kan de gemeente passend beleid maken dat inspeelt op actualiteiten en de behoeften van de inwoners. Het minimabeleid wordt daarom voor een periode van vier jaar vastgesteld zodat het met regelmaat geëvalueerd en aangepast wordt. De cliëntenraad is hierbij een belangrijke schakel tussen de inwoner en de gemeente. Het minimabeleid heeft afhankelijk van het individuele geval een vangnetfunctie, een preventieve functie of kan een zetje in de goede richting geven.

Middels een korte evaluatie van het minimabeleid 2020 -2023 en gesprekken met de cliëntenraad Participatiewet zijn een aantal focuspunten voor de beleidsperiode 2024 - 2027 naar voren gekomen.

 

1.1 Evaluatie gebruik minimaregelingen beleidsperiode 2020 - 2023

In 2019 deed het Nibud in aanloop van het beleidsplan minimabeleid 2020-2023 een onderzoek naar de bekendheid en het gebruik van inkomensondersteunende voorzieningen in Heemstede. De aanleiding was de wens om het gebruik van de minimaregelingen groter te maken. Meer winst bleek te behalen door betere bekendheid over het aanbod en de voorwaarden van de regelingen. In de beleidsperiode 2020 - 2023 is hier gehoor aan gegeven. Daarnaast ondernamen we in deze beleidsperiode andere acties die invloed hebben op het vergroten van het bereik en het beter benutten van de regelingen:

 

  • gelijktrekking van de inkomensgrens voor de regelingen voor volwassenen aan de inkomensgrens voor de kind-regelingen. Dit is 130% van de toepasselijke bijstandsnorm;

  • automatische toekenning van de schoolkostenregeling sinds schooljaar 2022 - 2023;

  • nieuwe regelingen ingevoerd: regeling identiteitsbewijs, zwemlestoelage;

  • inzet van het hulp-instrument ‘Bereken Uw Recht’.

Hieronder lichten we kort toe hoe het gebruik onder de verschillende doelgroepen is geweest in de periode 2020 - 2023 en of genoemde acties effect hebben gehad.

 

Gebruik onder bijstandsgerechtigden huishoudens

Bij de evaluatie van de beleidsperiode 2017-2018 gebruikte ongeveer de helft van de bijstandsgerechtigde huishoudens de minimaregelingen. Over de beleidsperiode 2020 - 2023 is het gebruik licht gestegen. De hierboven genoemde acties hebben in deze groep dus enig effect gehad.

 

Het bereik onder uitkeringsgerechtigde gezinnen met kinderen is gestegen omdat in de vorige beleidsperiode is gekozen om de schoolkostenregeling automatisch toe te kennen aan uitkeringsgerechtigde gezinnen met schoolgaande kinderen. Bij de evaluatie van de beleidsperiode 2017 - 2018 lag het bereik op 84%. Over de periode 2020 - 2023 lag het bereik op 90%.

 

Gebruik onder gepensioneerden en niet-uitkeringsgerechtigden

Binnen de groep pensioengerechtigden en de groep niet-uitkeringsgerechtigden blijft het gebruik van de minimaregelingen achter. Zij lijken lastiger te bereiken. In veel gevallen zijn zij niet bekend bij de IASZ. Dat kan onder andere komen doordat zij door een groter vermogen geen rechthebbenden zijn.

 

Conclusie

Belangrijk is en blijft om de doelgroep actief te proberen te bereiken. In de komende beleidsperiode leggen we nog meer de focus op communicatie, door bijvoorbeeld inwoners actief te informeren over regelingen op strategische plekken. Voor de kind-regelingen kan gedacht worden aan communicatie via scholen en/of sportverenigingen. Voor volwassenen en gepensioneerden gaan we op zoek naar logische aansluitingspunten. Ook komt extra aandacht voor het maken van toegankelijke, begrijpelijke en laagdrempelige regelingen voor iedereen.

De website van de IASZ is volgens de gemeentelijke standaarden voor taalgebruik en toegankelijkheid voor slechtzienden ingericht.

 

1.2 Advies cliëntenraad Werk en Inkomen

De cliëntenraad Werk en Inkomen is over het algemeen tevreden over de inhoud van het minimabeleid. Wel vragen zij in de evaluatie mee te nemen of de vastgestelde bedragen zoals van de regeling Eropuit! en de fietsregeling nog passend zijn. Per regeling wordt hiernaar gekeken.

 

2 Regelingen minimabeleid 2024-2027

 

In dit hoofdstuk wordt per minimaregeling besproken hoe deze is vormgegeven en op welke wijze deze voor de beleidsperiode 2024 - 2027 wordt voortgezet. Eerst worden de kindregelingen besproken, vervolgens de regelingen voor volwassenen en daarna de overige instrumenten en te onderzoeken kansen.

 

2.1 Kindregelingen

 

Regeling Schoolkosten voortzetten

Om een kansrijke start op schoolgebied te waarborgen is er de regeling schoolkosten. Kinderen in de leeftijd van 4 t/m 17 jaar krijgen via de regeling een vergoeding voor schoolkosten. Denk aan het kopen van een schooltas, schriften, een rekenmachine, atlas of overblijfkosten. Voor het basisonderwijs is de vergoeding € 150 per kind per schooljaar. Voor het voortgezet- en beroepsonderwijs € 300 per kind per schooljaar.

Eerst was deze regeling op factuurbasis. Dit is sinds schooljaar 2022 - 2023 aangepast. Huishoudens krijgen het bedrag nu in één keer. Ook wordt deze regeling sinds deze aanpassing automatisch gegeven aan gezinnen die een bijstandsuitkering ontvangen. Deze aanpassingen zijn door de inwoners en de cliëntenraad goed ontvangen. Bijvangst is dat het een efficiëntieslag voor de uitvoering gebleken. De schoolkostenregeling voldoet aan de vraag. We zetten de regeling daarom ongewijzigd voort.

 

Regeling Huiswerkbegeleiding, bijles of examentraining voortzetten

Kinderen op het voortgezet onderwijs of beroepsonderwijs tot 18 jaar kunnen een vergoeding voor huiswerkbegeleiding, bijles of examentraining krijgen. Zo kunnen zij net dat steuntje in de rug krijgen als dat nodig is. De kosten vergoeden we tot een bedrag van € 1.200. kinderen kunnen het budget verdeeld over alle middelbare schooljaren gebruiken. Deze regeling is in de afgelopen drie en een half jaar weinig gebruikt. Het is zes keer toegekend in Heemstede. In drie gevallen is het hele bedrag gebruikt. Het gemiddelde toegekende bedrag is over de genoemde periode € 729 geweest. Ondanks het lage gebruik is het belangrijk om hulp te bieden aan de kinderen die het nodig hebben. Dit past bij de aanpak voor een kansrijke start. We zetten de regeling ongewijzigd voort.

 

Computerregeling voortzetten met aanpassingen

Een laptop of computer is tegenwoordig onmisbaar om goed mee te kunnen doen op school of huiswerk te maken. Volgens de regeling kunnen kinderen in de leeftijd van 8 tot en met 17 jaar een vergoeding van € 400 krijgen. Het gaat om een desktop, laptop, tablet of smartphone. Maar ook zaken die erbij horen, zoals een printer, beeldscherm of toetsenbord. Deze vergoeding mag maximaal eens in de drie jaar worden aangevraagd, voor maximaal twee kinderen per gezin.

Het bedrag wordt goed benut. Afgerond 80% maakt gebruik van het hele bedrag.

We zetten de regeling voort met de volgende aanpassingen:

 

  • Het maximaal te vergoeden bedrag te vervangen door verwijzing naar het bedrag voor een laptop/computer in de Nibud-prijzengids. Hiermee hoeft indexatie niet meer door aanpassing van de beleidsregels plaats te vinden.

  • Volgens de huidige regels komt het in de praktijk voor dat een kind een laptop voor drie jaar krijgt en het kind binnen die periode naar de middelbare school gaat en een nieuw device moet kopen die voldoet aan de eisen van de nieuwe school. Op dit moment kan het kind dan niet binnen die drie jaar een nieuw device krijgen. Om voor zulke situaties een oplossing te bieden maken we de volgende aanpassing:

     

    • één device per kind tijdens het basisonderwijs en één device per kind voor het voortgezet onderwijs te geven, tot een max van twee kinderen per gezin.

  • Daarnaast onderzoeken we of het wenselijk is om bestaande computerregelingen die scholen aanbieden als voorliggende voorziening te beschouwen op de computerregeling.

Fietsregeling voorzetten met aanpassingen

Om naar school, sport of een andere activiteit te kunnen is een fiets onmisbaar. Maximaal eens in de drie jaar kan een vergoeding voor een fiets worden aangevraagd, voor een bedrag van maximaal € 225 per fiets voor kinderen van 8 t/m 17 jaar. De fietsregeling voor statushouders (een fiets in natura), geldt als voorliggende voorziening. De regeling voldoet aan de vraag. We zetten deze regeling voort met de volgende aanpassing:

 

  • Het maximaal te vergoeden bedrag te vervangen door verwijzing naar het bedrag van een fiets in de Nibud-prijzengids. Hiermee hoeft indexatie niet meer door aanpassing van de beleidsregels plaats te vinden.

Regeling Eropuit! (kind) voorzetten met aanpassingen

Met de regeling Eropuit! voor kinderen krijgen kinderen in gezinnen met minder geld dezelfde mogelijkheden als andere kinderen op het gebied van sport, cultuur andere activiteiten. Zo kunnen zij mee blijven doen. Kinderen kunnen via de regeling een vergoeding krijgen tot € 475 voor sport, cultuur of een dagje uit. Voor een breed scala aan activiteiten en sporten kan men de regeling inzetten. De regeling wordt dan ook goed gebruikt. Ook het budget wordt gemiddeld genomen goed gebruikt. De huidige regeling voldoet hiermee aan de vraag.

 

Gebruik onder huishoudens met bijstandsuitkering met kinderen in Heemstede:

Jaar

Huishoudens met 1 kind

Huishoudens met 2 kinderen

Huishoudens met 3 kinderen

Huis- houdens met 4 kinderen

Huis-houdens met 5 kinderen

Totaal

% van bijstand huishoudens met kinderen

2020

28

22

6

2

0

58

86,5 %

2021

34

26

5

1

0

66

84,5 %

2022

35

20

11

1

2

69

93 %

2023

20

14

8

4

1

47

70 %*

*gemeten september 2023.

 

We zetten de regeling voort met de volgende aanpassingen:

 

  • De vergoeding van sportkleding niet meer afhankelijk te stellen van een sportabonnement maar te verruimen naar sportuitoefening;

  • een verscherping wat we onder reiskosten openbaar vervoer verstaan. Het moet gaan om daadwerkelijk gemaakte reiskosten voor een activiteit en niet het kopen of het opladen van een ov-chipkaart.

Vanuit de uitvoering is aangegeven dat de regeling Eropuit op bepaalde punten verbeterd en eenvoudiger kan. We gaan onderzoeken of de vorm van de regeling Eropuit! nog steeds aan de huidige eisen en wensen voldoet of dat vereenvoudiging voor zowel inwoner als uitvoering nodig is. We onderzoeken de volgende punten:

 

  • verbreden van de automatische toekenning: Het budget voor de regeling Eropuit! ook automatisch toekennen wanneer een inwoner een andere minimaregeling aanvraagt en ook aan de voorwaarden voor Eropuit! voldoet. Betaling vanuit het budget blijft plaatsvinden wanneer kosten daadwerkelijk worden gemaakt die vanuit Eropuit! kunnen worden betaald.

  • mogelijke alternatieven zoals een stadspas of digitalisering van het budget;

  • financiële consequenties van de opties;

  • inwoner centraal: wat is voor de inwoner het meest laagdrempelig, eenvoudig en passend?

Sport & Cultuurfonds geen meerwaarde

We staan altijd open om te onderzoeken of er meerwaarde is om verbinding te leggen met andere regelingen of fondsen voor inwoners (en hun kinderen) met weinig geld. We kijken of het een aanvulling is en er geen (te grote) overlap is met het aanbod van het eigen minimabeleid.

Zo is in de beleidsperiode 2020 - 2023 onderzocht of aansluiting bij het Sport & Cultuurfonds een aanvulling kan zijn op het minimabeleid, met name de regeling Eropuit!

Het Sport & Cultuurfonds is een landelijk fonds die het voor kinderen uit gezinnen met minder geld mogelijk maakt om sportieve- en culturele activiteiten doen. Het Sport & Cultuurfonds overlapt voor een groot deel met de inhoud van de regeling Eropuit! Ook vanuit de regeling Eropuit! kunnen kinderen sportieve- en culturele activiteiten doen. Met de regeling Eropuit! hebben onze inwoners meer vrije keuze dan bij het Sport & Cultuurfonds waarbij alleen bij aangesloten verenigingen activiteiten gedaan kunnen worden. De inwoner kan het daarnaast niet zelf aanvragen, dit moet via een hulpverlener. Vanuit de IASZ zien we daarom voor nu geen toegevoegde waarde om aan te sluiten bij het Sport & Cultuurfonds. Voorgesteld wordt om in plaats daarvan in te zetten op verbeteren van de eigen regeling Eropuit!

 

Regeling zwemlestoelage voortzetten

Kunnen zwemmen is belangrijk. Om te zorgen dat ook kinderen in gezinnen met minder geld zwemles kunnen volgen bestaat sinds 2020 de regeling zwemlestoelage. Voor het behalen van diploma’s A, B en C is per kind een zwemlestoelage beschikbaar van € 255. Dit is extra naast het gebruik van de regeling Eropuit! De berekening van deze toelage is op basis van het halen van diploma A, B en C. Hierbij is het advies van De Nationale Raad Zwemveiligheid gevolgd.

Voor Heemstede ziet het gebruik over de afgelopen beleidsperiode er als volgt uit:

 

Aantal huishoudens

39

aantal kinderen

55

gemiddelde bedrag

€ 204

 

De regeling wordt sinds de invoering goed gebruikt. Ook het bedrag wordt gemiddeld genomen goed gebruikt. We zetten de regeling ongewijzigd voort.

 

Regeling identiteitsbewijs kinderen voortzetten

Een identiteitsbewijs is vanaf 14 jaar verplicht en voor kinderen onder de 18 jaar 5 jaar geldig. Daarnaast moet iedereen zich kunnen legitimeren die medische zorg nodig heeft, ook minderjarigen onder de 14 jaar.

In het beleidsplan 2020 - 2023 is een raming gemaakt van de te verwachten kosten.

De kosten zijn in de periode 2020-2023 lager geweest dan de raming. Het ging om een totaalbedrag van € 288 ten opzichte van een totaal geraamd bedrag van € 1.798.

We zetten de regeling voort ondanks dat het gebruik achterblijft bij de verwachting. Het hebben van een legitimatiebewijs is in Nederland een verplichting en ook noodzakelijk voor veel activiteiten.

 

2.2 Regelingen volwassenen

 

Collectieve zorgverzekering voortzetten met aanpassingen

Inwoners met een kleinere portemonnee kunnen gebruik maken van de collectieve zorgverzekering. Zij krijgen korting op het aanvullende pakket vanuit de gemeente. Zo blijft goede zorg ook voor hen bereikbaar. De inwoner weet de collectieve zorgverzekering goed te vinden. Sinds 2023 is de regeling iets gewijzigd. Tot 2023 was de standaardvergoeding vanuit de gemeente € 15 per maand. Voor gepensioneerden, mensen met een handicapt of die langdurig ziek waren was deze vergoeding € 25 per maand. Vanaf 2023 is dit aangepast. Voor de uitgebreide zorgpakketten ontvangt nu iedereen € 25 korting per maand. Voor de basispakketten is dit een bedrag van € 15. Ook is per 2023 de overstap gemaakt naar gezondverzekerd.nl. Via deze website kunnen inwoners makkelijk een aanvraag voor een collectieve zorgverzekering doen. Met deze veranderingen is een toename gekomen in het gebruik en een toename in de kosten. Dit zit in het aanpassen van de gegeven vergoedingen en maar ook in een groei van gebruikers sinds 2023.

 

Hiernaast hebben we de chronisch ziekenregeling vanuit de afdeling Welzijn. Deze regeling is voor inwoners die door een chronische ziekte veel zorgkosten hebben en hierdoor altijd hun eigen risico verbruiken. Zij kunnen elk jaar een bedrag van € 385 ontvangen als zij aan de voorwaarden voldoen.

 

De collectieve zorgverzekering voldoet aan de vraag in combinatie met de regeling ‘Tegemoetkoming chronische zieken en gehandicapten’ en de mogelijkheden binnen de bijzondere bijstand. We zetten de regeling ongewijzigd voort.

 

We gaan onderzoeken of we de chronisch ziekenregeling budgetneutraal kunnen vervangen door het aanbieden van een extra collectieve zorgverzekering waarin het eigen risico is meeverzekerd. Een groot deel van de groep die gebruik maakt van de chronisch zieken-regeling maakt al gebruik van een collectieve zorgverzekering. Doel van de aanpassing is het vereenvoudigen van het aanbod aan regelingen voor de inwoner. We onderzoeken de volgende punten:

 

  • mogelijkheid van het aanbieden van een collectieve zorgverzekering met dekking eigen risico;

  • gevolgen van de aanpassing voor de doelgroep die gebruik maakt van de chronisch zieken-regeling;

  • financiële gevolgen.

Regeling Eropuit! (volwassenen) voorzetten met aanpassingen

De regeling Eropuit! voor volwassenen heeft als onderliggend doel inclusie en het stimuleren van een gezonde levensstijl. Volwassenen kunnen een vergoeding krijgen van € 175 voor sport, cultuur of een dagje uit. Voor een breed scala aan activiteiten en sporten kan men de regeling inzetten. Huishoudens die een bijstandsuitkering ontvangen krijgen automatisch aan het begin van het kalenderjaar het budget voor de regeling Eropuit! automatisch toegekend. Ook bij aanvang van een bijstandsuitkering wordt automatisch de regeling Eropuit! toegekend.

Het budget wordt gemiddeld voor een bedrag van € 126 gebruikt. Volwassenen gebruiken de regeling minder dan de regeling Eropuit! voor kinderen. Met name onder inwoners vanaf de gepensioneerde leeftijd blijft het gebruik achter. De komende periode onderzoeken we waar dit aan ligt en waar we gerichte actie op kunnen ondernemen.

 

Overzicht gebruik aantal personen regeling Eropuit! volwassenen Heemstede

Jaar

18 tot pensioenleeftijd

Vanaf pensioenleeftijd

totaal

2020

114

6

120

2021

44

0

44

2022

62

2

64

2023

13

3

16

 

De regeling wordt voorgezet, met de volgende aanpassingen:

 

  • verruiming: het budget mag ook voor het kopen van een fiets worden ingezet;

  • aanscherping reiskosten openbaar vervoer. De reiskosten openbaar vervoer zijn daadwerkelijk gemaakte reiskosten voor een activiteit en niet het kopen of het opladen van een ov-chipkaart;

Vanuit de uitvoering is aangegeven dat de regeling Eropuit op bepaalde punten verbeterd en eenvoudiger kan. We gaan onderzoeken of de vorm van de regeling Eropuit! nog steeds aan de huidige eisen en wensen voldoet of dat vereenvoudiging voor zowel inwoner als uitvoering nodig is. We onderzoeken de volgende punten:

 

  • verbreden van de automatische toekenning: Het budget voor de regeling Eropuit! ook automatisch toekennen wanneer een inwoner een andere minimaregeling aanvraagt en ook aan de voorwaarden voor Eropuit! voldoet. Betaling vanuit het budget blijft plaatsvinden wanneer kosten daadwerkelijk worden gemaakt die vanuit Eropuit! kunnen worden betaald.

  • mogelijke alternatieven zoals een stadspas of digitalisering van het budget;

  • financiële consequenties van de opties;

  • inwoner centraal: wat is voor de inwoner het meest laagdrempelig, eenvoudig en passend?

Regeling identiteitsbewijs volwassenen voortzetten

Het hebben van een identiteitsbewijs is verplicht. Voor inwoners vanaf 18 jaar is een identiteitsbewijs 10 jaar geldig. In het beleidsplan 2020 - 2023 is bij invoering van de regeling een raming gemaakt van de te verwachten kosten. De kosten zijn in de periode 2020-2023 lager geweest dan de raming. Het ging om een totaal bedrag van € 1.187 ten opzichte van een totaal geraamd bedrag van € 6.264.

We zetten de regeling ongewijzigd voort ondanks dat het gebruik achterblijft bij de verwachting. Het hebben van een legitimatiebewijs is in Nederland een verplichting en ook noodzakelijk voor veel activiteiten.

 

2.3 Voortzetten overige instrumenten voor minima

 

Meer maatwerk en verzachting armoedeval voortzetten

Met ingang van het beleidsplan 2020 - 2023 is ingevoerd dat de inkomensgrens voor de regelingen minder hard is voor een verzachting van de armoedeval. Dit is gedaan door de draagkrachtwerkwijze van de bijzondere bijstandsregels van toepassing te verklaren op de minimabeleidsregels. Inwoners die net boven de inkomensgrens zitten hebben op deze manier toch voor een deel recht op de regelingen.

In een aantal gevallen is dit al toegepast. Alhoewel het nog niet vaak ingezet is, is het een mooi middel om maatwerk te kunnen leveren. Het past binnen de huidige tijdsgeest waarin toepassing van de menselijke maat voorop staat. We zetten de werkwijze voort.

 

Instrument ‘Bereken Uw Recht’ voortzetten

Uit het Nibudonderzoek van 2019 is het idee naar voren gekomen om het instrument ‘Bereken Uw Recht’ in te zetten. Hiermee kan iemand anoniem en snel zien of hij of zij ergens recht op heeft. In het instrument staan landelijke en gemeentelijke regelingen. De IASZ heeft dit idee omarmt met als doel het vergroten van het gebruik van de regelingen. De beleidsperiode 2020 - 2023 was de pilotfase. Inwoners kunnen dit instrument zelf gebruiken via de IASZ website. Zij kunnen hier ook hulp bij krijgen van de formulierenbrigade.

De kosten voor Heemstede bedragen € 2.930 per jaar.

Met een kleine dip in 2021 is sinds 2023 een sterk stijgende lijn te zien in het gebruik. De cijfers zijn niet uit te splitsen voor Bloemendaal en Heemstede.

De tool wordt met regelmaat en met toenemende mate gebruikt. Het gebruik van Bereken Uw Recht wordt structureel voort gezet als financieel dienstverleningsmiddel.

 

Jaar

Aantal gebruikers

2020 (vanaf april)

119

2021

84

2022

120

2023 (tot en met september)

291

 

Tegengaan menstruatiearmoede Heemstede voortzetten

Dankzij de motie ‘menstruatie armoede Heemstede’ is een pilot van een jaar gestart. Twee locaties geven gratis menstruatieproducten aan inwoners die het nodig hebben. Dit wordt mogelijk gemaakt vanuit het Armoedefonds. Deze pilot is gestart in maart 2023.

Gratis menstruatieproducten zijn eerst op de locaties Plein 1 en het HBM uitgegeven. 20 dozen zijn beschikbaar binnen het budget ter waarde van € 150 per doos. In elke doos zitten zo’n 90 á 100 productverpakkingen. Bij het moment van bevragen in september 2023 heeft Plein 1 twee dozen opgemaakt en het Barger één doos. Dit betekent dat voor het groter maken van het bereik nog voldoende ruimte is.

WIJ Heemstede en Ons Tweede Huis hebben zich in de loop van 2023 gemeld als uitgiftepunten. Zij zijn vanaf september/oktober 2023 toegevoegd binnen het huidige budget. Ze hebben ieder een ander bereik dan Plein 1 en HBM wat betreft doelgroep en locatie. Gezien de afname bij Plein 1 en HBM op dit moment, past dit.

De verstrekking van gratis menstruatieproducten zetten we structureel voort.

 

Kledingkaart voortzetten

Sinds 2018 geven we aan het eind van het jaar kledingkaarten aan kinderen tot 18 jaar van ouders met een laag inkomen. De kledingkaarten hebben een waarde van € 100. Zo kunnen zij goede nieuwe kleren of schoenen kopen. De doelgroep is positief over deze regeling. De regeling is op dit moment incidenteel. Elk jaar bekijken we of er voldoende budget is om de kledingkaarten te geven. Tot nog toe zijn ze elk jaar gegeven.

De vraag naar een regeling voor kleding blijkt ook uit het feit dat inwoners bij de regeling Eropuit! regelmatig declaraties indienen voor normale kleding in plaats van voor sportkleding.

In de kosten voor de kledingkaart is een stijgende lijn te zien. De stijging komt vooral door een stijging van het aantal kinderen in de gezinnen die bij de IASZ bekend zijn.

 

Kledingkaart Heemstede

2019

2020

2021

2022

kosten

€ 9.094

€ 15.501

€ 16.196

€ 14.760

 

We gaan onderzoeken hoe de uitgifte van kledingkaarten structureel onderdeel van het minimabeleid kan worden. We houden er rekening mee dat het binnen het doel vereenvoudiging van de minimaregelingen past. De te onderzoeken punten zijn:

 

  • of het als aparte regeling opgenomen moet worden of als onderdeel van de regeling Eropuit!

  • of het samengevoegd kan worden met het gedeelte van de regeling Eropuit! wat voor sportkleding gebruikt kan worden;

  • of het ook voor volwassenen ontsloten kan worden;

  • financiële consequenties van de keuzes.

2.4 Te onderzoeken kansen

Zoals hierboven beschreven zien wij kansen om de regelingen Eropuit!, collectieve zorgverzekering en de kledingkaart aan te passen. Dit ten gunste van het gebruiksgemak of toegevoegde waarde voor de inwoner.

Hieronder worden overige kansen om het minimabeleid te verbeteren toegelicht. Het vraagt nader onderzoek en tijd om te kijken wat mogelijk en nodig is. Hiervoor is een uitvoeringsprogramma voor de van de duur van het beleidsplan.

 

Vereenvoudiging en laagdrempelig maken van de minimaregelingen

Uit landelijk onderzoek blijkt dat de doelgroep minimaregelingen niet genoeg gebruikt. Dit geldt ook voor Heemstede, zo bleek uit het onderzoek dat Nibud wat naar aanloop van het beleidsplan 2020 – 2023 deed.

Onderdeel van het probleem is – naast mogelijke onbekendheid met de regelingen - dat regelingen niet altijd even toegankelijk zijn. Dit kan komen doordat regelingen ingewikkeld zijn, soms veel bewijs wordt gevraagd of dat het doen van een aanvraag lastig is. We gaan onderzoeken hoe we de regelingen voor de inwoner eenvoudiger en laagdrempeliger kunnen maken. De volgende punten nemen we hierin mee:

 

  • vereenvoudiging bewijslast;

  • mogelijkheden voor samenvoeging van regelingen. Met name de regeling Eropuit! leent zich om meer onderwerpen onder te laten scharen, zoals het kopen van een fiets of ID-kaart. De inwoner hoeft hiermee minder losse regelingen aan te vragen;

  • verduidelijking en vereenvoudiging van de voorwaarden van de regelingen;

  • taalniveau;

  • uitbreiding van de mogelijkheid van automatische toekenningen;

  • vereenvoudiging/digitalisering aanvraagproces;

  • mogelijkheid weglaten vermogenstoets;

  • toegankelijke website.

Aanpassing vorm minimabeleidsregels

Voor meer samenhang, aansluiting en uniformiteit tussen de minimaregelingen en de bijzondere bijstand onderzoeken we de komende periode of de huidige vorm van de beleidsregels nog wenselijk is. De beleidsregels zijn op dit moment kort en bondig in klassieke vorm gegoten. We zullen onderzoeken of het wenselijk is om het meer in de stijl van het verstrekkingenboek om te zetten, of dat een samenvoeging van het verstrekkingenboek bijzondere bijstand en minimabeleidsregels een optie is.

 

Toevoegen doel/visie per regeling

Om de rechtszekerheid van de inwoner en de rechtmatigheid beter te borgen voegen we per regeling een doel- en visieomschrijving toe.

Op dit moment staat de bedoeling van de regelingen niet omschreven in de beleidsregels. In sommige gevallen kan het hierdoor niet helder zijn wat precies onder de regeling kan en mag vallen. Ook is het bieden van maatwerk in de geest van een regeling lastiger als de bedoeling niet helder is omschreven.

 

3. Uitvoeringsprogramma

 

Wat betreft opzet en inhoud van de regelingen zijn verbeteringen mogelijk. Het zorgvuldig onderzoeken en uitvoeren van deze aanpassingen heeft tijd nodig. Daarom worden de aanpassingen verdeeld over de beleidsperiode 2024 - 2027. De volgorde wordt bepaald op basis van het perspectief van de inwoner.

 

Tijdlijn uitvoeringsprogramma

2024

In 2024 onderzoeken we hoe de kledingkaart structureel onderdeel van het minimabeleid kan worden. Na een aantal jaar incidenteel in te hebben gezet is duidelijk dat deze regeling goed werkt en voor de inwoner van grote meerwaarde is. Deze kans wordt daarom als één van eerste punten aangepakt.

 

Ook wordt in 2024 onderzocht of we de chronisch ziekenregelingen budgetneutraal kunnen vervangen door het bieden van een collectieve zorgverzekering waarin het eigen risico is meeverzekerd. Hiermee streven we na dat het voor de inwoner makkelijker wordt en bereiken we mogelijk meer inwoners. Als blijkt dat deze aanpassing een verbetering is voor de inwoner voeren we deze per 1 januari 2025 door.

 

Daarnaast is in 2024 de wens om te onderzoeken of de minimabeleidsregels eenvoudiger en laagdrempeliger kunnen. Vanuit de uitvoering en vanuit de inwoner komen geluiden dat het op sommige vlakken beter kan. De uitwerking ervan loopt door in 2025. Zo kunnen mogelijke aanpassingen tegelijk worden gedaan met de aanpassingen in de vorm van de beleidsregels en het toevoegen van doel/visie.

 

2025

In 2025 onderzoeken we de meer vorm-gerelateerde aanpassingen van de minimabeleidsregels en passen we dit toe waar nodig en mogelijk. Dit gaat om het toevoegen van doel/visie per regeling en de mogelijke aanpassingen in de vormstijl.

 

2026

Vanuit de uitvoering komen signalen dat de regeling makkelijker kan en dat het aanbod beter kan aansluiten bij de wensen van inwoners. Ook zijn ontwikkelingen in andere gemeenten aanleiding om in 2026 te onderzoeken of de vorm van de regeling Eropuit! nog passend is binnen de huidige tijdsgeest en de wensen van de inwoner. We kijken wat de mogelijkheden zijn. Als de uitkomst is dat een (grote) aanpassing nodig is, is uitloop in 2027 voor de uitvoering van de aanpassing mogelijk.

 

2027

In 2027 vindt een evaluatie plaats naar het minimabeleid en het effect van de toegepaste aanpassingen naar aanloop van de vaststelling van het minimabeleidsplan 2028 – 2031.

 

4. Samenwerking met andere partijen

 

Om de inwoner zo goed mogelijk te kunnen helpen en een zo breed mogelijk aanbod te kunnen bieden, kijken wij steeds waar samenwerking met andere partijen mogelijk is. We staan open voor initiatieven uit de samenleving voor minimagezinnen. Zoals gratis voorstellingen bij Caprera of Stichting babyspullen. We wegen af of het aanbod aanvullend is, of dat overlap aanwezig is met de eigen regelingen. Ook kan de samenwerking zorgen voor korte lijntjes. Op die manier is de dienstverlening voor de inwoner zo goed en dichtbij mogelijk.

 

Afdeling GBKZ

De IASZ werkt nauw samen met de afdeling GBKZ. Zij voeren de kwijtscheldingen van de gemeentelijke belastingen voor inwoners met weinig geld uit. Beide afdelingen hebben te maken met eigen regels die niet helemaal op elkaar aansluiten. In samenwerking onderzoeken wij altijd of het voor de inwoner makkelijker kan. In dat licht wordt onderzocht of de processen binnen de kaders van de wet beter kunnen, bijvoorbeeld de automatische kwijtscheldingen.

 

Afdeling Duurzaamheid

Met de afdeling duurzaamheid is een goede samenwerking om inwoners met een kleinere portemonnee te bereiken rondom het thema energiearmoede en verduurzaming. De Witgoedregeling en de inzet van energiehelpers zijn hier voorbeelden van.

 

Sociaal raadslieden

Voor inwoners die hulp nodig hebben bij financieel juridische vragen werken we samen met Buurts (organisatie die op verschillende onderwerpen via wijkteams maatschappelijke hulp biedt). De sociaal raadslieden van Buurts kunnen onze inwoners helpen. Het gaat om hulp bij lastige belastingkwesties, bezwaarprocedures tegen afwijzingen van bijvoorbeeld een uitkering van de gemeente of het UWV, bemiddeling richting schuldeisers, het narekenen van uitkeringen, beslagleggingen of (belasting)toeslagen et cetera.

 

WIJ Heemstede

Vanuit WIJ Heemstede wordt hulp aan de doelgroep geboden via Vroeg Eropaf voor vroegsignalering op schulden en via de formulierenbrigade. De formulierenbrigade helpt bij verschillende praktische zaken. De formulierenbrigades Heemstede en Bloemendaal hebben regelmatig contact en wisselen kennis en kunde uit.

 

FUN

Het Fonds Urgente Noden biedt al jaren hulp aan inwoners die tussen wal en schip vallen bij lokale of landelijke regelingen. Zij bieden incidenteel financiële steun, die een betrokken hulpverlener kan aanvragen. Het contact met FUN is goed. Elk jaar vindt een evaluatie plaats hoe het fonds wordt gebruikt in Heemstede en of dit een reden is om het gemeentelijk beleid aan te passen.

 

4.1 Conclusie/aandachtspunten uit samenwerking

Voor een optimale dienstverlening en hulpaanbod voor de inwoner is goede samenwerking met andere domeinen en organisaties van groot belang. Door een sluitend aanbod te creëren en goede bekendheid van alle mogelijkheden kan de inwoner optimaal bediend worden. Samenwerking waar nodig en mogelijk blijft voor de beleidsperiode 2024 – 2027 een focuspunt.

 

Focus initiatieven uit de samenleving beleidsperiode 2024 - 2027

Voor de beleidsperiode 2024 - 2027 gaan we ook andere partijen uit Heemstede en de regio meer onder de aandacht brengen bij de inwoner. Denk aan stichtingen en fondsen die zich inzetten voor inwoners met weinig geld. We zorgen voor een duidelijk hulp-overzicht voor de inwoner, onder andere op de website.

 

5 Financiën

 

Dit hoofdstuk gaat over de prognose van de kosten voor het minimabeleid 2024 - 2027.

 

Budget: besteding en prognose

Zoals aangegeven in paragraaf 1.1, zijn in de beleidsperiode 2020 - 2023 het gebruik en benutting van de minimaregelingen speerpunten geweest. De door het college in het collegeakkoord uitgesproken ambitie om het minimabeleid voor een bredere groep toegankelijk te maken is gerealiseerd. Het verruimen van de inkomensgrens voor volwassenen naar 130%, de focus op de communicatie over de regelingen en het opnemen van nieuwe regelingen zijn de vruchten van het beleid van de afgelopen periode. Het heeft gezorgd voor een stijging in het aantal inwoners dat gebruik maakt van de regelingen en er is te zien dat inwoners de toegekende budgetten beter gebruiken. Een goed voorbeeld hiervan is de schoolkostenregeling. Ook zien we dat de aanpassingen rondom de collectieve zorgverzekering een zichtbaar effect hebben gehad op het aantal gebruikers en daarmee ook op de kosten. Door al deze factoren samen zijn de uitgaven in de afgelopen periode gestegen.

 

De bestedingen minimabeleid van de jaren 2020 tot en met 2022, de prognose voor 2023 en de begroting voor 2024 staan in onderstaande tabel.

 

Jaar

Uitgaven

2020

€ 155.000

2021

€ 182.000

2022

€ 203.000

2023 prognose

€ 224.000

2024 begroting

€ 213.000

 

Toelichting

In het overzicht is een stijgende lijn in de uitgaven te zien over de jaren. Met name in 2023 zijn de effecten van alle beleidskeuzes van de vorige beleidsperiode te zien.

 

In de begroting 2024 is een budget van bijna € 214.000 per jaar opgenomen voor het minimabeleid. Dit is lager dan de prognose van 2023. Dit heeft twee oorzaken. In de begroting van 2024 is een verlaging verwerkt van ruim € 10.000 als gevolg van actualisatie van de rijksmiddelen voor het minimabeleid. Daarnaast is in de prognose van 2023 de kosten van de kledingkaart verwerkt. In de begroting 2024 zijn deze kosten niet opgenomen. Uitgaande van dit budget is vanaf 2024 geen ruimte voor nieuwe regelingen of verruiming van regelingen.

 

De prognose is dat de uitgaven voor het minimabeleid 2023 uitkomen op € 224.000. Dit is inclusief de verwachte incidentele kosten van € 16.000 voor de kledingkaart 2023. Zonder deze incidentele uitgaven zouden de uitgaven uitkomen op € 208.000.

 

Als laatste dient opgemerkt te worden dat het minimabeleid een open einde regeling is. Dit betekent dat de kans aanwezig is dat er overschrijdingen plaatsvinden wanneer het gebruik groter is dan verwacht.

 

Prognose extra kosten 2024

De kosten voor Bereken Uw Recht (een middel om inwoners met een laag inkomen te wijzen op de regelingen die er zijn), menstruatiearmoede en de kledingkaart zitten in het uitgavenbeeld van 2023.

De kosten van Bereken Uw recht ad € 2.930 en de kosten van de motie menstruatiearmoede ad € 3.000 zijn sinds de start van de pilot ten laste gebracht van het bestaande budget.

 

Binnen de begroting 2024 kunnen Bereken Uw Recht en menstruatiearmoede structureel worden voorgezet. De kosten voor de kledingkaart zoals deze nu is ingericht niet. In verband daarmee is het structureel voortzetten van de kledingkaart als te onderzoeken weggezet.

 

De kledingkaart is tot nog toe geen vast onderdeel van het beleid geweest. Bij voldoende ruimte in het budget in november/december is de kledingkaart voor kinderen de afgelopen jaren aan de inwoners verstrekt. Voor dit doel is daarom nooit om verhoging van het budget gevraagd. Wanneer duidelijk is hoe we de kledingkaart structureel onderdeel van het minimabeleid willen maken, zal de raad zo nodig om een verhoging worden gevraagd voor dit onderdeel. De kosten zijn tot nog toe rond de € 16.000 per jaar geweest.

 

Wat betreft de te onderzoeken kansen is nog niet inzichtelijk of de daaruit voortvloeiende wijzigingen kosten met zich mee brengen en hoeveel dit betreft. Per onderdeel zal dit te zijner tijd indien nodig worden aangevraagd. De nu voorgestelde wijzigingen passen binnen de begroting.

Vastgesteld door de raad van Heemstede bij besluit van 29 februari 2024

Naar boven