Verordening tot tweede wijziging van de Legesverordening Gemeente Rijswijk 2023

De raad van de gemeente Rijswijk;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 17 januari 2023,

Gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet, de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet en artikel 13.1a van de Omgevingswet;

gezien het uitstel van de inwerkingtreding Omgevingswet;

besluit vast te stellen de volgende verordening:

Verordening tot tweede wijziging van de Legesverordening Gemeente Rijswijk 2023

Artikel 1

Titel 2 wordt gewijzigd door toevoeging van:

Titel 2a Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

2.3.a

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

2.3.1.a	Bouwactiviteiten	Tarief
2.3.1.1.a	Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:
2.3.1.1.1.a	Indien de bouwkosten minder bedragen dan € 200.000: 1,55% van de bouwkosten
	met een minimum van	€ 81,55
	en met een maximum van	€ 2.900,00
2.3.1.1.2.a	Indien de bouwkosten € 200.000 tot € 500.000 bedragen: 1,45% van de bouwkosten
	met een maximum van	€ 6.750,00
2.3.1.1.3.a	Indien de bouwkosten € 500.000 tot € 1.000.000 bedragen: 1,35% van de bouwkosten
	met een maximum van	€ 12.500,00
2.3.1.1.4.a	Indien de bouwkosten € 1.000.000 tot € 2.000.000 bedragen: 1,25% van de bouwkosten
	met een maximum van	€ 23.000,00
2.3.1.1.5.a	Indien de bouwkosten € 2.000.000 tot € 5.000.000 bedragen: 1,15% van de bouwkosten
	met een maximum van	€ 52.500,00
2.3.1.1.6.a	Indien de bouwkosten € 5.000.000 of meer bedragen: 1,05% van de bouwkosten
	met een maximum van	€ 750.000

Artikel 2

Artikel 13 Overgangsrecht, inwerkingtreding en citeertitel wordt gewijzigd als volgt:

• 1. De Legesverordening 2022, vastgesteld bij raadsbesluit van 9 november 2021 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, vierde lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat:

  • a. zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • b. tot de Omgevingswet in werking treedt, Titel 2.a van de tarieventabel van toepassing blijft op de daarin genoemde belastbare feiten die zich na 1 januari 2023 en voor de datum van inwerkingtreding van de Omgevingswet voordoen met toepassing van de formele heffings- en invorderingsbepalingen van deze verordening.

• 2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13, vierde lid, genoemde datum van ingang van de heffing, blijft de in de aanhef van het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

• 3. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

• 4. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2023, met dien verstande dat Titel 2 Dienstverlening en besluiten in het kader van de omgevingswet van de tarieventabel toepassing vindt vanaf de datum van inwerkingtreding van de Omgevingswet.

Artikel 3 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Tweede wijziging Legesverordening Gemeente Rijswijk 2023.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 21 februari 2023.

de griffier,

J.A. Massaar, bpa

de voorzitter,

H. Sahin