Subsidieregeling Samen naar een Duurzame Omgeving 2023

Gelet op artikel 7 Algemene Subsidieverordening Gouda 2003;

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • -

    initiatief: project van één of meerdere initiatiefnemers, dat zich voor een woongebied, Vereniging van Eigenaren (VVE) of bedrijventerrein richt op het leveren van een bijdrage aan de warmtetransitie.

  • -

    initiatiefnemer: een stichting, vereniging, coöperatie of een samenwerkingsverband van minimaal drie buurtbewoners of ondernemers, of een combinatie hiervan.

  • -

    de verordening: Algemene Subsidieverordening Gouda 2003

  • -

    professioneel adviesbureau: partij die ingeschreven is bij KvK en beschikt over aantoonbare kwaliteiten op het betreffende vakgebied

  • -

    TVW – Transitievisie Warmte Gouda

  • -

    RES Midden Holland – Regionale EnergieStrategie Midden Holland

  • -

    EcG – Coöperatieve Vereniging Energie Gouda B.A, ook wel bekend als Energiecoöperatie Gouda

  • -

    GO! – Gouda Onderneemt!

Artikel 2. Doelgroep en toepassingsbereik

  • 1.

    Deze subsidieregeling is bedoeld voor initiatieven die beogen een bijdrage te leveren aan de warmtetransitie en/of de energietransitie in Gouda.

  • 2.

    Omvang van het initiatief:

    • a

      Het initiatief in een woongebied heeft een minimale omvang van 50 woningen en/of bedrijven.

    • b

      Voor VvE’s geldt een minimale omvang van 5 (woon)eenheden.

    • c

      Voor bedrijventerreinen geldt de afbakening zoals weergegeven op de kaart in bijlage 1. Initiatieven van deelgebieden binnen een bedrijventerrein zijn mogelijk na akkoord van de gemeente.

  • 3.

    Een aanvraag kan worden gedaan door een of meerdere initiatiefnemers.

  • 4.

    Subsidie wordt verstrekt aan rechtspersonen, zijnde een vereniging, stichting of coöperatie. Indien de initiatiefnemer een samenwerkingsverband is van buurtbewoners (natuurlijke personen) kunnen zij de aanvraag indienen via de Coöperatieve Vereniging Energie Gouda B.A, ook wel bekend als Energiecoöperatie Gouda (EcG). Dit is alleen mogelijk als de EcG hier mee instemt. Indien de initiatiefnemer een samenwerkingsverband is van bedrijven kunnen zij de aanvraag indienen via GO!. Dit is alleen mogelijk als GO! hier mee instemt.

  • 5.

    Indien een samenwerkingsverband van buurtbewoners of ondernemers gebruik maakt van de constructie zoals beschreven onder artikel 2, lid 4 dan treedt EcG respectievelijk GO! op als kasbeheerder van het initiatief en kan EcG respectievelijk GO! initiatiefnemer desgewenst ondersteunen in de vorm van raad en advies. Initiatiefnemer geldt als de subsidieaanvrager en subsidieontvanger en blijft verantwoordelijk voor de uitvoering van het project en de verplichtingen zoals gesteld in deze subsidieregeling en de subsidiebeschikking.

  • 6.

    Het bepaalde in deze subsidieregeling is enkel van toepassing op de verstrekking van subsidies door het college voor de in de artikel 3 bedoelde activiteiten.

  • 7.

    De subsidieregeling is gericht op initiatieven op buurtniveau of op een niveau van een bedrijventerrein. Bij uitzondering kan subsidie worden verstrekt voor stadsbrede initiatieven. De initiatiefnemers dienen bij de aanvraag expliciet aan te geven hoe het initiatief bijdraagt aan de doelen van de subsidieregeling en wat de toegevoegde waarde is om het initiatief stadsbreed uit te voeren.

Artikel 3. Activiteiten

  • 1.

    Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor een initiatief dat bijdraagt aan de doelen van de TVW Gouda (inclusief het GIP – het Gouds Isolatieprogramma) en de RES Midden Holland en dat inzet op een breed draagvlak onder bewoners of ondernemers.

  • 2.

    De doelen van de TVW behelzen in ieder geval de ambitie van de gemeente Gouda om in 2040 aardgasvrij en CO2-neutraal te zijn.

  • 3.

    De initiatieven dienen te zijn uitgevoerd binnen een jaar na ontvangst van de subsidiebeschikking. Voor initiatieven waar vooraf al duidelijk is dat die meer tijd vragen kan in overleg een andere termijn worden bepaald.

Artikel 4. Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

  • 1.

    Voor subsidie komen uitsluitend in aanmerking:

    • a.

      Kosten voor onderzoek naar oplossingen die bijdragen aan de doelen van de TVW;

    • b.

      Uitvoeringskostenkosten zolang deze kosten gericht zijn op het behalen van de doelen van de TVW. Hieronder kan bijvoorbeeld organisatie-, communicatie-, en inschrijvingskosten vallen, zaalhuur, drukwerk maar ook professionele ondersteuning zoals het inhuren van een projectleider.

    • c.

      Advieskosten, bijvoorbeeld voor juridisch advies, communicatieadvies of voor het uitwerken van het projectidee tot een projectplan door een professioneel adviesbureau.

  • 2.

    Realisatiekosten zoals het aanbrengen van isolatie of aanschaffen van zonnepanelen vallen niet onder deze regeling.

Artikel 5. Hoogte van de subsidie

  • 1.

    De subsidie bedraagt minimaal € 1.000 en maximaal € 20.000 per aanvraag voor projecten in woongebieden.

  • 2.

    Voor VVE’s bedraagt de subsidie ongeacht het aantal (woon)eenheden minimaal € 1000. Als maximum gelden de volgende bedragen afhankelijk van het aantal aangesloten (woon)eenheden:

    • a.

      5 tot en met 15 woningen: € 5000

    • b.

      16 tot en met 30 woningen: € 10.000

    • c.

      31 tot en met 49 woningen: € 15.000

    • d.

      50 woningen of meer: € 20.000

  • 3.

    Voor bedrijventerreinen bedraagt de subsidie minimaal € 1000 en maximaal € 35.000 per aanvraag.

  • 4.

    Een project ontvangt maximaal eenmalig subsidie. Eventuele vervolgprojecten kunnen opnieuw worden aangevraagd, mits het niet dezelfde subsidiabele activiteiten betreft.

Artikel 6. Subsidieplafond

  • 1.

    Het subsidieplafond voor subsidieverlening op grond van deze regeling geldt vanaf het in datum treden van de regeling tot en met 31 december 2026 en bedraagt €100.000 per kalenderjaar voor initiatieven in woongebieden en € 70.000 per kalenderjaar voor initiatieven op bedrijventerreinen.

  • 2.

    Het college kan de hoogte van het subsidieplafond binnen de in het eerste lid genoemde periode wijzigen.

Artikel 7. Wijze van beoordeling

  • 1.

    Het college zal de aanvragen op volgorde van binnenkomst beoordelen.

  • 2.

    Het college zal bij de beoordeling kijken naar de haalbaarheid van het plan, verwachte resultaten, verwachte kennisdeling met de omgeving, spreiding van de initiatieven over de stad, en efficiënt gebruik van de middelen.

Artikel 8. Aanvraag

  • 1.

    De aanvraag omvat in ieder geval:

    • a.

      De contactgegevens van de initiatiefnemer(s)

    • b.

      Geografische afbakening van het gebied en indien van toepassing aantal woningen of bedrijven betrokken bij het initiatief

    • c.

      Een plan van aanpak om het project uit te voeren met daarin in ieder geval een omschrijving van het project, het doel van het project, een uitgewerkte begroting met een verdeling van de verwachte kosten en inkomsten en hoe de bewoners of ondernemers wordt betrokken/geïnformeerd over het project. Indien het project onderzoekskosten omvat dan dient in het plan van aanpak tevens te worden meegenomen op welk probleem het onderzoek zich richt en welke oplossingsrichtingen worden onderzocht.

Artikel 9. Weigeringsgronden

  • 1.

    Onverminderd de artikelen 4:25, tweede lid, en 4:35 van de Algemene wet bestuursrecht kan het college de subsidie weigeren:

    • a.

      als de aanvraag niet voldoet aan regels die zijn gesteld om voor subsidie in aanmerking te komen;

    • b.

      als de subsidieverstrekking in strijd zou zijn met een wettelijk voorschrift.

Artikel 10 Vaststelling

  • 1.

    Tenzij anders overeengekomen dient de initiatiefnemer uiterlijk 1 jaar na de datum van de subsidieverlening een verzoek tot vaststelling in. Dit verzoek tot vaststelling bestaat in ieder geval uit een projectverslag inclusief financiële verantwoording in het format van de begroting uit het projectplan. Hierin beschrijft de initiatiefnemer hoe het opzetten van het project is gegaan en waar de subsidie aan is besteed, inclusief bonnen / facturen (e.d.) en betaalbewijzen (bankafschriften).

  • 2.

    Aan de hand van het verzoek tot vaststelling stelt de gemeente vast of de toegewezen gelden rechtmatig zijn uitgegeven. Als bij de afrekening blijkt dat de aanvrager is afgeweken van de aanvraag zonder dat hiervoor instemming is gevraagd van het college kan de subsidie worden verlaagd of worden ingetrokken (zie ook artikel 11 lid f.

Artikel 11. Verplichtingen

  • 1.

    Onverminderd de artikelen 4:37 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 12 van de verordening, gelden voor de subsidieontvanger de volgende verplichtingen:

    • a.

      De gemeente heeft kennisdeling hoog in het vaandel staan. De initiatiefnemer stelt zich beschikbaar om kennis te delen met andere initiatiefnemers en geïnteresseerden in de stad. De gemeente organiseert daartoe bijeenkomsten. Na afloop van het project deelt de subsidieontvanger de bevindingen en uitkomsten van het project aan de gemeente en andere geïnteresseerden uit de stad. Daarin evalueert de initiatiefnemer de uitkomsten en wat de leermomenten zijn voor andere projecten in de stad.

    • b.

      De initiatiefnemer betrekt tijdig de verschillende stakeholders uit de buurt bij het project. Dit blijkt uit het vooraf ingediende plan van aanpak. Tussentijds wordt daarnaast met de initiatiefnemer afgestemd in hoeverre dit slaagt. Voorbeelden van stakeholders kunnen zijn buurtbewoners, lokale verenigingen, scholen, winkels, bedrijven etc.

    • c.

      Het goedgekeurde projectvoorstel wordt gedeeld via Maak Gouda Duurzaam, Duurzaamheidsplatform Gouda en Energienetwerk Gouda;

    • d.

      De goedgekeurde projectopbrengsten worden gedeeld via Maak Gouda Duurzaam, Duurzaamheidsplatform Gouda en Energienetwerk Gouda;

    • e.

      Bij meerdere initiatiefnemers in een buurt dient te worden gekeken of samenwerking mogelijk is.

    • f.

      Indien het project gedurende de looptijd wijzigt ten opzichte van de aanvraag dient de initiatiefnemer dit direct bij de gemeente te melden in de vorm van een wijzigingsverzoek. Dit wijzigingsverzoek omvat in ieder geval de reden van de wijziging, hoe de wijziging bijdraagt aan het doel van het project en een gewijzigde begroting. De gemeente beoordeelt het wijzigingsverzoek aan de hand van de doelstellingen van de originele aanvraag en de van de subsidieregeling.

    • g.

      Aansluitend bij artikel 11, lid 1.f kan de subsidieontvanger eenmalig een verzoek indienen voor uitstel voor de afronding van het project. Voor dit verzoek dienen dezelfde voorwaarden als benoemd in artikel 11, lid 1.f en aanvullend daarop omvat het verzoek een nieuwe planning. Het maximaal aan te vragen uitstel is een jaar.

Artikel 12. Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen een artikel of artikelen van deze verordening buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voor zover strikte toepassing daarvan zou leiden tot onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 13. Controle

Het college is bevoegd steekproefsgewijs de juistheid van de aangeleverde gegevens ten behoeve van de halfjaarrapportage en ten behoeve van de verantwoording te controleren in de administratie van de aanvrager. De aanvrager verleent hieraan haar volledige medewerking.

Artikel 14. Overige bepalingen

Van toepassing zijn de Algemene subsidieverordening Gouda 2003 en het Uitvoeringsbesluit bij de algemene subsidieverordening Gouda 2003, voor zover van laatstgenoemde in deze subsidieregeling niet wordt afgeweken.

Artikel 15. Intrekking

De subsidieregelingen Samen Aardgasvrij Gouda 2022 en Initiatieven in de Warmtetransitie 2022 worden ingetrokken.

Artikel 16. Inwerkingtreding

Deze subsidieregeling treedt in werking op de dag na publicatie van de regeling.

Artikel 17. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als subsidieregeling Samen naar een Duurzame Omgeving 2023.

Aldus besloten in de vergadering van 21 februari 2023.

Burgemeester en wethouders van Gouda,

de secretaris,

drs. R.C. Bakker

de burgemeester,

mr. drs. P. Verhoeve

Bijlage 1: afbakening bedrijventerreinen

Naar boven