Gemeenteblad van Vijfheerenlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Vijfheerenlanden | Gemeenteblad 2023, 76659 | beleidsregel |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Vijfheerenlanden | Gemeenteblad 2023, 76659 | beleidsregel |
Beleidsplan gladheidsbestrijding 2023 - 2026
Dit is het eerste beleidsplan gladheidbestrijding voor de gemeente Vijfheerenlanden. Tot nu toe is de gladheidbestrijding uitgevoerd conform de uitgangspunten van de voormalige gemeenten Leerdam, Vianen en Zederik. Er is voor gekozen om niet alleen een beleid aan te bieden maar hierin ook de uitvoering in op te nemen. Op deze wijze is het een compact en overzichtelijk document waarin staat beschreven hoe de gemeente Vijfheerenlanden haar gladheidsbestrijding organiseert.
In dit hoofdstuk zal worden wordt ingegaan op de totstandkoming van dit document en wat het doel ervan is.
In dit beleidsplan zijn de algemene uitgangspunten bij gladheidsbestrijding in de gemeente Vijfheerenlanden opgenomen, conform de CROW-publicatie 236 "Leidraad gladheidsbestrijdingsplan". Deze leidraad presenteert een integrale visie op de gladheidsbestrijding en moet leiden tot een meer uniforme wijze van gladheidsbestrijding in Nederland.
Omdat gladheidsbestrijding voortdurend onderhevig is aan ontwikkelingen, wordt dit beleidsplan voor vier jaar vastgesteld en daarna geactualiseerd.
De gemeente Vijfheerenlanden heeft een zorgplicht, vastgelegd in de Wegenwet, om haar wegen in een goede en veilige staat te laten verkeren. Gladheidsbestrijding valt onder deze zorgplicht. In juridische zin is het belangrijk om te weten dat het hierbij gaat om een zogenaamde inspanningsverplichting en niet om een resultaatsverplichting.
Om optimaal in te kunnen spelen op deze zorgplicht, wordt de gladheidsbestrijding uitgevoerd volgens een vooraf opgesteld en vastgesteld beleidsplan gladheidsbestrijding.
Voor een gedegen aanpak van de gladheidsbestrijding is een beleidsplan noodzakelijk. Bij het opstellen hiervan wordt een zorgvuldige afweging gemaakt tussen de wensen en behoeften van de weggebruiker en de (on)mogelijkheden van de inzet van mensen en middelen.
Net als bij andere door de overheid te leveren collectieve diensten, geldt dat de overheid keuzes maakt over de inrichting van de dienst en de mate van service of de te leveren kwaliteit. De klant, in dit geval de weggebruiker, heeft hier slechts indirect invloed op. Als er meerdere meldingen van een locatie door inwoners of instanties worden ontvangen kan dit aanleiding zijn om de aanpassingen door te voeren op bestaande strooiroutes en / of het plaatsen van een zoutbak.
Een gemeente heeft een zorgplicht, vastgelegd in de Wegenwet, om haar wegen in een goede en veilige staat te laten verkeren. Gladheidsbestrijding valt onder deze zorgplicht.
Belangrijke kaders voor een beleidsplan gladheidsbestrijding, vormen de richtlijnen volgens CROW-publicatie 236 "Leidraad gladheidsbestrijdingsplan", aansprakelijkheid, arbeidsomstandigheden, arbeidsvoorwaarden en milieu.
Binnen deze kaders zijn in de beleidsuitgangspunten wel afgewogen keuzes gemaakt om de gladheid in de komende periode doelmatig en efficiënt te kunnen bestrijden.
Gemeente Vijfheerenlanden strooit ter voorkoming van gladheid op basis van de gladheidsverwachting (preventief). Indien noodzakelijk, wordt aanvullend gestrooid als de gladheid daadwerkelijk is opgetreden (curatief).
De alarmering van de gemeentelijke gladheidscoördinator komt tot stand via verschillende signaleringsmethodes. De uitruk wordt afgestemd met Waterschap Rivierenland.
De gemeente is voor wat betreft de gladheidsbestrijding in twaalf routes onderverdeeld. De tijdsduur van uitvoering is voor elke strooiroute nagenoeg gelijk en bedraagt 4 uur.
De uitvoering van de gladheidsbestrijding wordt verzorgd door het team wijkteams Uitvoering met ondersteuning van een aannemer. De verantwoordelijkheid voor de coördinatie van de strooiwerkzaamheden ligt bij één van de drie coördinatoren van de wijkteams uitvoering.
Gemeente Vijfheerenlanden maakt gebruik van eigen materiaal (10 combinaties) en 2 combinaties van een aannemer. Als middel om de gladheid te bestrijden wordt wegenzout gebruikt in combinatie met de dooivloeistof calciumchloride en natriumchloride.
Dit beleidsplan beschrijft de kaders en uitgangspunten voor doelmatige en efficiënte gladheidsbestrijding in de gemeente Vijfheerenlanden. Er is gekozen voor een beknopt document met, waar nodig, een korte toelichting of achtergrondinformatie.
Verder voorziet die document in tweetal bijlage te weten de strooirouters (bijlage 1) en zoutbakken (bijlage 2).
4.1 Gladheidsbestrijdingsmethode
De gemeente Vijfheerenlanden strooit preventief en indien noodzakelijk vult ze aan met de curatieve gladheidbestrijding. In de gebieden van de voormalige gemeenten Leerdam en Vianen wordt gestrooid via de nat zout methode. In het gebied van de voormalige gemeente Zederik wordt gestrooid via de droog zout methode. Het hanteren van deze twee strooimethoden heeft te maken met het materieel wat op dit moment in eigendom is van de gemeente. Met een droog zoutstrooier is het niet mogelijk om nat te strooien.
De gladheidbestrijding wordt uitgevoerd door het rijden van twaalf vaste strooiroutes (zie bijlage 1 voor de compleet uitgeschreven strooiroutes en route kaartjes).
Binnen gemeente Vijfheerenlanden is Waterschap Rivierenland ook een wegbeheerder. Tegen geldelijke vergoeding strooit gemeente Vijfheerenlanden de wegen voor Waterschap Rivierenland binnen de gemeentegrenzen. Deze afspraak met Waterschap Rivierenland is in het verleden gemaakt met alle gemeenten in de regio Alblasserwaard-Vijfheerenlanden om zo efficiënt mogelijk de gladheid te bestrijden. Om van de ene kern naar de ander kern te rijden moet de gemeente tenslotte toch al rijden via de wegen van het Waterschap. Totaal strooit de gemeente circa 200 kilometer wegen en 12,7 kilometer fietspad voor Waterschap Rivierenland en binnen de bebouwde kom wordt circa 189 kilometer gestrooid. De tijdsduur van uitvoering is voor elke strooironde nagenoeg gelijk en bedraagt circa 4 uur.
Als er sneeuw valt die blijft liggen of bij extreme gladheid (ijzel) wordt de gladheidbestrijding eventueel uitgebreid. Dit staat beschreven in paragraaf 4.4. De hoofdprioriteit is echter het begaanbaar houden van de twaalf strooiroutes.
4.4 Strooien overige wegen en trottoir
De straten die geen onderdeel uitmaken van de twaalf strooiroutes worden normaal gesproken niet gestrooid. Als er sneeuw valt die blijft liggen of bij extreme gladheid (ijzel) kan besloten worden om deze straten ook te gaan strooien. Dit zal dan zijn op werkdagen na 07:30 uur en bij voldoende capaciteit.
De trottoirs worden normaal gesproken niet gestrooid. Bij extreme gladheid (ijzel) of bij sneeuw die blijft liggen zullen de strategische trottoirs (nabij medisch centra, zorgcentra, bejaardencentra, winkelcentra, scholen e.d.) worden gestrooid of geveegd. Dit zal dan zijn op werkdagen na 07:30 uur en bij voldoende capaciteit.
De uitvoering van de gladheidsbestrijding wordt verzorgd door medewerkers van de wijkteams Uitvoering. Iedere combinatie wordt bemand door een medewerker van de verschillende werven. De medewerkers ontvangen voor hun werkzaamheden binnen de gladheidbestrijding een vergoeding conform de regeling consignatiedienst. De consignatieperiode loopt van half oktober tot eind maart (week 43 tot en met 13).
De weersomstandigheden kunnen het noodzakelijk maken dat ook overdag gestrooid wordt. De aanwezige medewerkers zullen in dat geval hun reguliere werk onderbreken om te gaan strooien. Hierbij is geen sprake van consignatie en van arbeid buiten de vastgestelde werktijd. Dit wordt niet extra vergoed.
5.1 Leidraad gladheidsbestrijding
De gladheidsbestrijding in Nederland is een verantwoordelijkheid van de verschillende wegbeheerders. Afhankelijk van het type weg kunnen dit Rijkswaterstaat, provincies, waterschappen (indien wegbeheerder) en gemeenten zijn.
Al deze partijen hanteren hun eigen beleid voor de gladheidsbestrijding en gaan op verschillende wijzen te werk. Voor de overzichtelijkheid van de weggebruiker bestaat de wens om de gladheidsbestrijding landelijk beter op elkaar af te stemmen.
Op basis van praktijkervaringen en gevoed door beheerders en direct betrokken organisaties, zijn door de landelijke werkgroep “Leidraad gladheidsbestrijdingsplan” algemene, niet dwingende richtlijnen gebundeld in CROW-publicatie 236 "Leidraad gladheidsbestrijdingsplan". Wegbeheerders kunnen deze richtlijnen gebruiken bij het formuleren van hun eigen beleidsplan. Deze richtlijnen en de bijbehorende normen hebben geen wettelijke status. Ondanks het ontbreken van concrete wetgeving op dit gebied, zal naar verwachting wel een zekere status aan de richtlijnen worden ontleend.
Met de formulering van de integrale visie in de leidraad, wordt beoogd dat wegbeheerders dezelfde uitgangspunten hanteren voor het uitvoeren van de gladheidbestrijding. Bij de totstandkoming van de integrale visie gladheidsbestrijding, is als uitgangspunt gekozen dat voor elk te onderscheiden type weg, in combinatie met een bepaald type gladheid een advies geldt voor de wijze van bestrijden en responstijden waarin de werkzaamheden worden uitgevoerd. Dit uitgangspunt is in de leidraad als volgt uitgewerkt:
5.1.1 Categorisering van wegen
De wegen worden naar hun verkeersfunctie onderscheiden in:
Deze drie primaire wegcategorieën zijn onderverdeeld naar wegen binnen en buiten de bebouwde kom.’
De uitruk- en strooitijden zijn verschillend bij preventieve en curatieve strooiacties.
Met uitruktijd wordt bedoeld de tijd tussen het moment waarop wordt besloten om tot een strooiactie over te gaan en het moment waarop de strooiauto via de poort het opslagterrein verlaat.
Met strooitijd wordt bedoeld de tijd tussen het moment waarop de strooiauto de poort van het opslagterrein verlaat en het moment dat de laatste vierkante meters van de strooiroute zijn gestrooid.
5.1.4 Richtlijn uitruk- en strooitijden bij preventieve strooiacties
Met de huidige stand van de techniek bedraagt de tijd, waarop (met zeer grote waarschijnlijkheid) kan worden gesteld waar en wanneer het wegdek glad wordt, twee uur. Wanneer een wegbeheerder dus (met vrij grote zekerheid) wil beslissen of hij wel of niet terecht laat strooien, moet er naar gestreefd worden de uitruk- en strooitijden samen niet langer te laten zijn dan vier uur.
5.1.5 Richtlijn uitruk- en strooitijden bij curatieve strooiacties
Bij curatieve strooiacties, dus wanneer het wegdek reeds glad is, worden de uitruk- en strooitijden gebaseerd op de verschillende wegcategorieën.
Bij het vaststellen van deze tijden is echter geen relatie bekend tussen de mate van gladheid, verkeersveiligheid en de capaciteit van het wegennet. Voor een overzicht van de tijden van curatieve strooiacties, wordt verwezen naar paragraaf 6.1.
5.2.1 Wettelijke aansprakelijkheid
De wegbeheerder is op grond van artikel 15 (en verder) van de Wegenwet verantwoordelijk voor het onderhoud van de weg. Als hij niet voldoet aan deze verantwoordelijkheid, met schade bij weggebruikers als gevolg, kan hij voor die schade aansprakelijk worden gehouden. Er moet dan wel voldaan worden aan de voorwaarden voor aansprakelijkheidsstelling. Dit zal niet bij elk ongeval het geval zijn. De aansprakelijkheid van de wegbeheerder kan op twee gronden worden gebaseerd.
Artikel 6:174 BW regelt de risicoaansprakelijkheid van de wegbeheerder indien de schade het gevolg is van een gebrek aan de openbare weg. Dit artikel regelt echter niet de mogelijke verantwoordelijkheid van de wegbeheerder voor zaken en substanties die niet op het wegdek thuis horen, zoals zand en olie, maar ook sneeuw, ijzel of rijp.
De mogelijke aansprakelijkheid voor ongevallen door gladheid ten gevolge van zaken op het wegdek dient beoordeeld te worden op basis van artikel 6:162 BW. Toerekenbaar tekortschieten van de wegbeheerder in zijn zorgplicht om de onder zijn beheer vallende wegen naar behoren te onderhouden is een noodzakelijke voorwaarde voor aansprakelijkheid. Dit moet door de gedupeerde worden aangetoond.
Wegbeheerders worden steeds vaker verantwoordelijk gehouden voor geleden schade. Gedupeerden zoeken steeds vaker de gerechtelijke weg om wegbeheerders aansprakelijk te stellen. Naar verwachting zal deze juridificering van de maatschappij verder toenemen. Alleen al om deze reden is gewenst dat de gladheidsbestrijding planmatig wordt aangepakt, zodat de wegbeheerder zich zo nodig kan verantwoorden voor de wel en niet getroffen maatregelen.
Een belangrijk punt bij aansprakelijkstelling is de vraag of er sprake is van verwijtbaarheid van de wegbeheerder. Er is dus geen resultaatsverplichting. Er hoeft niet te worden gegarandeerd de weg altijd voldoende stroef is. Het is dus een inspanningsverplichting. Er mogen prioriteiten worden gesteld op basis van het belang van bepaalde wegen, maar ook op grond van kosten- en milieuoverwegingen.
De bewijslast voor het aantonen van verwijtbaarheid ligt in beginsel bij de eisende partij. Vanwege de voorzienbaarheid van het fenomeen gladheid zal de wegbeheerder wel moeten aantonen dat op structurele wijze aan de zorgplicht is voldaan.
Noodzakelijke middelen voor de wegbeheerder zijn hierbij:
5.3 Arbeidsomstandigheden en arbeidsvoorwaarden
Gladheidsbestrijding vindt vrijwel altijd plaats onder moeilijke omstandigheden voor de uitvoerende medewerkers. Koude weersomstandigheden, (vaak) werken in nachtelijke uren, op soms nog gladde wegen en met agressieve dooimiddelen.
De kaders voor de arbeidsomstandigheden en arbeidsvoorwaarden van de medewerkers zijn bepaald in de Arbowet, de Arbeidswet, de Arbeidstijdenwet, het Arbeidstijdenbesluit vervoer en de CAR-UWO.
De belangrijkste uitgangspunten vanuit de Arbeidstijdenwet zijn:
Ook is het van belang om te vermelden dat de bestuurders van strooiwagens niet onder het Arbeidstijdenbesluit vallen. De werkzaamheden (gladheidsbestrijding met behulp van strooiwagens) zijn namelijk niet onder de normen van dit besluit zijn te brengen. Hierdoor:
Het strooien van zout voor het bestrijden van gladheid is per definitie minder goed voor het milieu. Uitgangspunt van het beleid is om in de winterse omstandigheden op verantwoordelijke manier zo weinig mogelijk zout te strooien. De werking van zout bij het bestrijden van gladheid neemt bovendien beneden een bepaalde temperatuur af (vanaf -6 graden). De effectiviteit van zout wordt in dat geval in mindere mate bepaald door de hoeveelheid, als meer door de combinatie zout en weggebruik. Met andere woorden hoe drukker de weg hoe sneller en beter de werking. Het strooien van alle wegen is daarom weinig zinvol voor de verkeersveiligheid, omdat de werking van zout op wegen waar weinig verkeer rijdt minimaal is. Een andere maatregel om zoutschade te beperken is dat in de ontwerpfase van de infrastructuur rekening wordt gehouden met de gladheidbestrijding door het toepassen van zouttolerante plantsoorten langs de routes waar gestrooid wordt.
6.1 Prioritering gladheidsbestrijding.
In de volgende tabellen is op basis van verschillende wegcategorieën en soorten gladheid de prioritering ten aanzien van de gladheidsbestrijding uitgewerkt overeenkomstig de leidraad gladheidsbestrijding van het CROW. Gemeente Vijfheerenlanden hanteert deze prioritering.
6.1.1 Richtlijnen voor wegen buiten de bebouwde kom
Tabel 2 - Richtlijnen voor wegen buiten de bebouwde kom. Tussen haakjes zijn de richttijden genoemd voor de strooiacties. De richttijd beslaat de tijd tussen het moment van het besluit tot strooien en het strooien van de laatste vierkante meters van een strooiroute.
6.1.2 Richtlijnen voor wegen binnen de bebouwde kom
Tabel 3 - Richtlijnen voor wegen binnen de bebouwde kom. Tussen haakjes zijn de richttijden genoemd voor de strooiacties. De richttijd beslaat de tijd tussen het moment van het besluit tot strooien en het strooien van de laatste vierkante meters van een strooiroute.
6.1.3 Richtlijnen voor overige wegen binnen de bebouwde kom
Tabel 4 - Richtlijnen voor overige wegen binnen de bebouwde kom. Tussen haakjes zijn de richttijden genoemd voor de strooiacties. De richttijd beslaat de tijd tussen het moment van het besluit tot strooien en het strooien van de laatste vierkante meters van een strooiroute.
De gemeente blijft voor wat betreft de gladheidsbestrijding in twaalf routes onderverdeeld, zie hiervoor ook bijlage 1:
Bij het fuseren van de drie gemeentes is al een optimalisatie in de strooiroutes aangebracht. De huidige situatie en het voorgestelde beleidsuitgangspunt komen hierdoor overeen. De strooiroutes zijn zodanig gepland, dat belangrijke en/of drukke wegen/weggedeelten en risicovolle locaties als eerste worden gestrooid en dubbele behandeling van wegen/weeggedeelten zo veel mogelijk wordt voorkomen. Wanneer (toch) over een weggedeelte wordt gereden dat al is behandeld, wordt de strooi installatie uitgeschakeld.
Zoals vermeld in paragraaf 4.3, strooit gemeente Vijfheerenlanden tegen geldelijke vergoeding ook wegen voor Waterschap Rivierenland in gemeente Vijfheerenlanden. De tijdsduur van uitvoering is voor elke strooiroute nagenoeg gelijk en bedraagt 4 uur. De tekening met de twaalf strooiroutes is toegevoegd als bijlage 1.
Als er sneeuw valt die blijft liggen of bij extreme gladheid (ijzel) wordt de gladheidbestrijding uitgebreid. Dit staat beschreven in paragraaf 6.3. De procedure voor deze uitbreiding is duidelijker omschreven ten opzichte van de huidige situatie zoals vermeld in paragraaf 4.4
6.3 Strooien overige wegen en trottoirs
De straten die geen onderdeel uitmaken van de twaalf strooiroutes worden normaal gesproken niet gestrooid. Als er sneeuw valt die blijft liggen of bij extreme gladheid (ijzel) gaan deze straten ook gestrooid worden. Dit zal uitgevoerd worden op werkdagen na 07:30 uur en onder voorbehoud dat er voldoende capaciteit beschikbaar is. De hoofdprioriteit is het begaanbaar houden van de twaalf strooiroutes.
De trottoirs worden normaal gesproken niet gestrooid. Bij extreme gladheid (ijzel) of bij sneeuw die blijft liggen worden de trottoirs nabij zorgcentra, medisch centra, bejaardencentra, winkelcentra en scholen gestrooid of geveegd. Dit zal uitgevoerd worden op werkdagen na 07:30 uur en onder voorbehoud van voldoende capaciteit. De overige trottoirs kunnen bij aanhoudende vorst gedurende lange(re) tijd glad zijn. Waar mogelijk kunnen voetgangers uitwijken naar het fietspad of de rijbaan.
6.4 Gladheidsbestrijdingsmethode
Een hoofdonderscheid in de methodiek betreft het preventief of curatief bestrijden van gladheid:
Bij de preventieve bestrijdingsmethode heeft de wegbeheerder behoefte aan een meteorologische prognose. Verschillende weerbureaus kunnen dit leveren. De bureaus maken specifieke gladheidsberichten die bruikbaar zijn voor de gemeentelijke gladheidscoördinator. Deze bepaalt dan op grond hiervan of en zo ja, wanneer er preventief gestrooid gaat worden.
Bij de curatieve bestrijdingsmethode wordt pas na de eerste melding van gladheid gestrooid. De melding van gladheid kan op verschillende manieren binnenkomen (melding van onder meer inwoners, politie, andere wegbeheerders). Daarnaast wordt door de gemeentelijke gladheidscoördinator met vaste regelmaat buiten geschouwd.
In de voormalige gemeente Leerdam, Vianen en Zederik werd de preventieve bestrijdingsmethode gehanteerd. Ook de komende beleidsperiode blijft gemeente Vijfheerenlanden de preventieve bestrijdingsmethode hanteren. Uiteraard wordt de preventieve gladheidsbestrijding, indien noodzakelijk, aangevuld met curatieve gladheidsbestrijding.
Er zijn twee methoden om zout te strooien:
Strooien met droog zout. Hierbij wordt zout in kant en klare vorm gestrooid. De zoutkorrels onttrekken vocht aan de weg, waardoor pekel ontstaat. Omdat pekel een lager vriespunt heeft dan water, smelt het ijs en ontstaat pekelwater. Verspreiding door verkeer zorgt er voor dat het pekelwater het ijs verder kan afbreken. Doordat droog zout snel verwaaid, is deze methode niet altijd effectief.
Strooien met nat zout. Hierbij wordt het zout voor het strooien vermengd met water of calcium, waardoor feitelijk direct met pekelwater wordt gestrooid en het smeltproces aanzienlijk wordt versneld. Ook verwaait het zout bij deze methode niet en is de methode geschikt voor preventieve gladheidsbestrijding. Tenslotte is deze methode zuiniger en minder milieubelastend.
De gemeente Vijfheerenlanden wil de zoutschade beperken door te zorgen dat er minder zout in het milieu komt. Het volledig overgaan op nat strooien biedt hierbij een uitkomst. Bij nat zout strooien wordt er namelijk met minder zout gestrooid op eenzelfde wegoppervlak. Daarom komt er ook minder zout in het oppervlakte- en grondwater terecht. Daarnaast vindt er bij nat zout strooien minder verwaaiing van zout plaats, waardoor er nauwelijks zout in de bermen belandt. Hierdoor wordt de schade aan de bermvegetatie teruggedrongen. Onderzoek heeft uitgewezen dat binnen enkele meters vanaf de rand van de verharding bijna geen schade meer aan de bermvegetatie waarneembaar is.
Op dit moment wordt 70% van de wegen in het gebied van voormalig Zederik nog gestrooid volgen de methode van droog strooien. Het overige gebied wordt al gestrooid volgens de methode van nat strooien.
Vanaf seizoen 2023/2024 is het uitgangspunt om het complete gebied van Vijfheerenlanden te gaan strooien volgens de methode van nat strooien. Uniformiteit en het beperken van milieuschade zijn hierbij de belangrijkste argumenten. De voormalige gemeenten Leerdam en Vianen strooien sinds 1997 volgens de nat zout methode. De voormalige gemeente Zederik hanteerde de droog zout methode. Om volledig over te gaan op deze methode zal een deel van het huidige materiaal (droog strooimethode) vervangen worden. De benodigde financiële middelen zijn al eerder opgenomen in de begroting.
Door bewust om te gaan met het aantal strooiacties komt ook minder zout in het milieu. Vanuit het oogpunt van veiligheid en service richting bewoners en weggebruikers, is altijd de druk aanwezig om meer en/of vaker te strooien. Dit heeft als tegengewicht de extra gevolgen voor het milieu (en de financiën). De afweging bij het strooien dient te zijn in hoeverre de extra veiligheid en service, door meer te strooien dan de huidige basis, zwaarder weegt dan de toegenomen milieuschade (en kosten). Hierbij heeft de weggebruiker ook een eigen verantwoordelijkheid als het gaat om zijn of haar rijgedrag tijdens winterse omstandigheden.
Bij elke strooiactie moet erop worden gelet dat zo min mogelijk zout in het milieu wordt gebracht. Een belangrijke verantwoordelijkheid daarvoor berust bij de medewerkers van de gladheidsbestrijding zelf. Zij dienen ervoor zorg te dragen dat met de juiste afstelling van de machines de juiste hoeveelheden strooizout worden opgebracht. Hiervoor hanteert gemeente Vijfheerenlanden instructies.
De tijdsduur van elke strooiroute in de gemeente Vijfheerenlanden bedraagt 4 uur. Dit is inclusief schoonmaken van het materiaal. De richtlijn schrijft voor bij preventieve strooiacties, dat de tijd tussen het moment van het besluit tot strooien en het strooien van de laatste vierkant meter maximaal twee uur mag zitten. Om hier aan te voldoen volgt de gemeente Vijfheerenlanden het uitgangspunt van Rijkswaterstaat. Rijkswaterstaat zorgt ervoor dat minimaal drie uur voorafgaand aan een te verwachte strooiactie, de medewerkers worden geïnformeerd zodat er voldoende tijd is om te mobiliseren en te strooien.
Strooimachines zijn te onderscheiden naar de plaats ten opzichte van het voertuig. Hierbij zijn de volgende mogelijkheden te onderscheiden:
Gemeente Vijfheerenlanden maakt gebruik van tien opzetstrooiers, één aanhangwagen met opbouwstrooier en tien sneeuwploegen en vier sneeuwborstels (indien noodzakelijk) volgens onderstaande configuratie:
Alle strooimachines beschikken over een gecombineerd meng- en verdeelsysteem dat zorgt voor een zeer goed strooipatroon. Het strooimiddel wordt nauwkeurig en gelijkmatig verdeeld over de volle breedte van het wegdek.
De bestuurder kan de breedte instelling tijdens het strooien aanpassen zodat niet een gedeelte in de berm kan komen vanuit milieuoogpunt. Alle strooimachines worden bemand door één medewerker. Ook als een sneeuwploeg gebruikt wordt. Alle medewerkers beschikken over een mobiele telefoon als communicatiemiddel.
Zoutstrooiers, sneeuwploegen, opslag-/menginstallatie, voertuigen en shovels moeten gedurende de winterperiode 24 uur per dag gebruiksklaar staan. Het gebruik van dit materieel vindt uitsluitend onder zeer slechte klimatologische omstandigheden plaats. Daarom is een goede conservering en onderhoud van het materieel van zeer groot belang. Om dit deskundig en op de juiste manier te laten gebeuren is voor al het materieel een onderhoudscontract afgesloten met de betreffende leverancier. Naast dit onderhoud worden de machines eveneens voor ieder strooiseizoen gekeurd.
Als dooimiddel om de gladheidbestrijding te bestrijden wordt wegenzout gebruikt. In het gebied van de voormalige gemeente Vianen wordt aan het wegenzout, de dooivloeistof calciumchloride toegevoegd (nat strooimethode) en in het gebied van de voormalige gemeente Leerdam wordt aan het wegenzout, pekelwater toegevoegd (nat strooimethode). In het gebied van de voormalige gemeente Zederik wordt wegenzout gestrooid zonder toevoegingen (droog strooimethode).
Vanaf strooiseizoen 2023/2024 is het uitgangspunt om het hele gebied van Vijfheerenlanden te gaan strooien volgens de nat zoutmethode.
In uitzonderlijke situaties (bijvoorbeeld bij een landelijk tekort aan wegenzout) behoudt gemeente Vijfheerenlanden het recht om wegenzout te vermengen met zand, dan wel alleen zand te gebruiken voor de gladheidsbestrijding.
De uitvoering van de gladheidsbestrijding wordt verzorgd door medewerkers van de wijkteams. De komende beleidsperiode wordt jaarlijks geëvalueerd of het volledig strooien in eigen beheer nog steeds de beste keuze en uitvoerbaar is.
De keuze om het strooien in eigen beheer uit te voeren of uit te besteden is afhankelijk van de onderstaande factoren;
Het klimaat is aan het veranderen waardoor het ene jaar veel gestrooid moet worden en het andere jaar juist weinig. Het merendeel van de strooiacties vinden plaats buiten reguliere werktijd. Deze overuren worden niet uitbetaald maar toegevoegd aan het verlofsaldo. Hoe meer strooiacties uitgevoerd zijn hoe meer verlofuren een medewerker heeft opgebouwd. Hierdoor kan het voorkomen dat het reguliere onderhoudswerk niet goed uitgevoerd kan worden als gevolg van personeelstekort tijdens de zomermaanden. Om deze onderhoudswerkzaamheden toch uit te voeren zal hiervoor een aannemer worden ingehuurd.
De verantwoordelijkheid voor de coördinatie van de strooiwerkzaamheden ligt bij de gemeentelijke coördinatoren wijkteams uitvoering.
De coördinator die dienst heeft, neemt contact op met de medewerkers en geeft ze instructies bij aanvang van de dienst. Afhankelijk van het tijdstip en de weerssituatie bepaald de coördinator de inzet van ploegen en machines. Op het moment dat er strooiploegen actief zijn, is de coördinator bereikbaar.
Hij is oproepbaar op zijn mobile telefoon via het calamiteitentelefoonnummer 088-599 7000. Buiten kantooruren wordt dit nummer automatisch doorgeschakeld naar de coördinator die piketdienst heeft.
De coördinator verzorgt ook de administratie rondom de inzet van de strooiploegen.
Zo voert hij een logboek waarin wordt bijgehouden:
In geval van ziektes of bijzondere omstandigheden is de coördinator geïnformeerd en zorgt hij ervoor dat vervangers worden ingezet.
De coördinator zal bij de inzet van mensen en voertuigen altijd afwegen welke middelen ingezet moeten worden. De veiligheid van de medewerkers staat hierbij voorop. Zo kan in die gevallen waarbij er zeer grote gladheid is door ijzel besloten worden beperkt of niet te strooien. De coördinator dient het besluit om niet uit te rukken te overleggen met de netwerkmanager.
6.9.2 Planning en beschikbaarheid
Alle medewerkers van de wijkteams zijn opgenomen in het rooster van de gladheidbestrijding, uitgezonderd de medewerkers die vanwege leeftijd, functie of persoonlijke omstandigheden niet kunnen deelnemen. Als niet met eigen medewerkers aan de behoefte kan worden voldaan zal er over worden gegaan tot het inhuren van medewerkers van derden.
De werkzaamheden in het kader van de gladheidsbestrijding hebben als kenmerk dat ze onregelmatig zijn, niet vooraf planbaar en vaak in de avond en de nacht worden uitgevoerd. Hierdoor moeten de medewerkers ook buiten de reguliere werktijden beschikbaar zijn op basis van consignatie.
Gedurende de winterperiode (week 43 t/m week 13) wordt een consignatierooster gehanteerd. Dit wordt opgesteld door de coördinatoren van de wijkteams uitvoering.
Ook hanteert gemeente Vijfheerenlanden een systeem van wisseldiensten voor de bestuurders van de strooiwagens, waarbij de medewerkers onderling één of meerdere diensten kunnen wisselen. Dit is alleen van toepassing bij extreme weersomstandigheden.
Bij het langdurig actief zijn van de reguliere strooiploeg, wordt door de gemeentelijke gladheidscoördinator besloten of het nodig is een andere ploeg in te schakelen. Dit om de reguliere ploeg de tijd te geven de rustpauzes in acht te nemen.
6.9.4 Arbeidsomstandigheden en arbeidsvoorwaarden
De kaders voor de arbeidsomstandigheden en arbeidsvoorwaarden zijn beschreven in paragraaf 5.3.
De veiligheidsaspecten bij gladheidsbestrijding hebben betrekking op het gebruik van materiaal en materieel nodig voor de uitvoering. De gemeentelijke gladheidscoördinator draagt de verantwoordelijkheid voor de veiligheid van de medewerkers tijdens de uitvoering.
De belangrijkste risicofactoren hebben betrekking op:
Ondanks gladheidsbestrijding volgens het beleidsplan gladheidsbestrijding, blijft het altijd mogelijk dat de openbare weg glad is, met het risico op glijpartijen en eventueel immateriële en materiële schade tot gevolg.
Daarom wordt aan weggebruikers het dringende advies gegeven om de weersverwachting van de media en andere informatievoorzieningen nauwlettend te volgen en zeker in gevallen van waarschuwingen voor gladheid de nodige voorzichtigheid te betrachten bij het gebruik van de openbare weg. Dit geldt in het bijzonder voor de avond- en nachtelijke uren, evenals de ochtendspits.
Daarnaast moeten weggebruikers er alert op zijn dat niet alle openbare wegen bij geconstateerde gladheid direct worden gestrooid. Het kan voorkomen dat wegen of weggedeelten niet worden gestrooid, omdat deze niet bereikbaar zijn voor de strooiwagens.
Van een aantal wegen/weggedeelten is bekend dat daar als eerste gladheid optreedt:
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Dijken en dijkopgangen (Waterschap Rivierenland),Merwedekade en Kanaaldijk |
In het algemeen kan worden gesteld dat gebakken stenen sneller glad worden dan bijvoorbeeld betonstraatstenen en asfalt.
Gemeente Vijfheerenlanden plaatst zoutbakken op een beperkt aantal essentiële locaties die geen onderdeel uitmaken van de strooiroutes. De locaties van de zoutbakken staan vermeld in bijlage 2.
De gemeente Vijfheerenlanden is terughoudend met het plaatsen van zoutbakken omdat het strooien van zout minder goed is voor het milieu. Uiteraard mag de toegankelijkheid niet in het geding komen. Mocht blijken dat een uitbreiding van zoutbakken gewenst is dan moet voldaan worden aan de onderstaande voorwaarden.
Via dit vastgestelde beleidsplan gladheidsbestrijding (2022 t/m 2026) en de bekendmaking hiervan, kan iedereen kennisnemen van het gemeentelijk beleid inzake de gladheidsbestrijding in de openbare ruimte.
Een weggebruiker, die schade ondervindt als gevolg van gladheid, kan de gemeente niet aansprakelijk stellen wanneer de gladheidsbestrijding is uitgevoerd in overeenstemming met dit beleidsplan.
In geval van schade zal de benadeelde moeten aantonen, dat de gladheidsbestrijding niet in overeenstemming met het beleidsplan is uitgevoerd, wil hij/zij in aanmerking kunnen komen voor een gemeentelijke vergoeding van de geleden schade.
De bepalingen uit het Burgerlijk Wetboek, met betrekking tot onrechtmatig handelen en aansprakelijkheid, zijn van toepassing.
In onderstaand overzicht zijn de jaarlijkse kosten van de gladheidbestrijding opgenomen voor de planperiode 2023 t/m 2026. De begroting voor de komende jaren komt overeen met de bestaande begroting voor gladheidsbestrijding. Het beleidsplan is hiermee budgetneutraal.
8.1 Totale kosten gladheidbestrijding
In de onderstaande tabel staan de totale jaarlijkse kosten vermeld voor de gladheidbestrijding van de wegen binnen en buiten de bebouwde kom. De kosten bestaan uit de kosten van de strooibeurten, de kosten voor de aankoop van zout en de kosten voor het onderhoud aan de voertuigen.
Tabel 5- Jaarlijkse kosten gladheidbestrijding 2022 t/m 2026 (bedragen in euro; exclusief btw)
8.2 Vergoeding gladheidbestrijding buiten de bebouwde kom
Voor het strooien van de wegen buiten de bebouwde kom wordt jaarlijks een vergoeding ontvangen van Waterschap Rivierenland. Op dit moment is de vergoeding € 134.011 exclusief btw per jaar.
Momenteel vinden gesprekken plaats met Waterschap Rivierenland om tot een nieuwe financiële regeling te komen. Vanwege de gestegen brandstofprijzen, zoutprijzen en materiaalprijzen dient de huidige financiële regeling herzien te worden. Uitgangspunt is hierbij dat het strooien van de wegen buiten de bebouwde kom, kostenneutraal verloopt.
Voor zowel betrokkenen binnen de organisatie, inwoners en weggebruikers is het van belang dat informatie over de gladheidsbestrijding tijdig en efficiënt wordt overgebracht.
Inwoners en bedrijven binnen het beheersgebied moeten worden geïnformeerd over de wijze waarop de gladheid wordt bestreden. De informatie die minimaal verstrekt moet worden, is:
Algemene informatie die van belang is voor de inwoner;
Op de website van de gemeente Vijfheerenlanden (www.vijfheerenlanden.nl) staat de noodzakelijke informatie over de gladheidbestrijding
Daarnaast wordt jaarlijks voor aanvang van de winter een artikel geplaatst in Het Kontakt en ook op de gemeentepagina. Is gladheidsbestrijding actueel dan zetten we social media kanalen in. Zo wordt doorlopend en incidenteel informatie gegeven ten aanzien van de gladheidsbestrijding.
9.1.2 Andere wegbeheerders/hulpdiensten/overige instanties
Het is belangrijk om het beleid ten aanzien van de gladheidsbestrijding af te stemmen op en te delen met de andere wegbeheerders in en rondom gemeente Vijfheerenlanden, de hulpdiensten en overige betrokken instanties.
Het beleidsplan gladheidsbestrijding wordt daarom verzonden aan:
10 Evaluatie en ontwikkelingen
De laatste stap in het cyclische proces is de evaluatie van het beleid en de uitvoering. De evaluatie vindt doorgaans aan het eind van het strooiseizoen plaats. Het initiatief hiertoe wordt genomen door de coördinatoren van de wijkteams uitvoering.
Aspecten die centraal staan, zijn:
Hiernaast vindt ook een afzonderlijk overleg met de medewerkers van de gladheidsbestrijding plaats. Hierin wordt altijd gezocht naar verbeterpunten.
10.2 Ontwikkelingen en innovatie
Het verkeersnet binnen een gemeente is voortdurend aan wijzigingen onderhevig. Er kan bijvoorbeeld sprake zijn van areaaluitbreiding of wijzigingen in de wegcategorisering van areaalonderdelen. Daarom moet telkens kritisch gekeken worden of het materieel en materiaal up-to-date zijn om te voldoen aan het beleid.
Verder is het gewenst ontwikkelingen en innovaties op het gebied van gladheidsbestrijding op de voet te volgen en waar mogelijk aanpassingen door te voeren die een positiever effect hebben onder meer arbeidsomstandigheden, financiën en milieu.
Strooiroute 1 Meerkerk, Ameide, Lexmond
Strooiroute 2 Meerkerk, Kanaaldijk, Leerbroek, Nieuwland
Strooiroute 3 Meerkerk kern, industrieterrein, Broekseweg , kern Ameide, kern Nieuwland, kern Leerbroek
Strooiroute 4 Vianen, Lexmond-rijksweg, Lekdijk tot Everdingen, Diefdijk, Tienhovenseweg, Gaasperwaard, Hoef en Haag
Strooiroute 5 Vianen, Industrieterrein Biezen, De Hagen, Hagestein, Everdingen, Zijderveld
Strooiroute 6 Vianen, Monnikenhof, Amaliastein, Industrieterrein Limiet
Strooiroute 7 Vianen, Kanaaldijk, Hei- en Boeicop, Polder Bolgerijen
Strooiroute 8 Vianen, fietspaden en binnenstad met kleine tractor
Strooiroute 9 Leerdam, Diefdijk, Schoonrewoerd, Leerbroek, Ter Leede, Leerdam-Noord en industrieterrein Oud-Schaik
Strooiroute 10 Leerdam, Lingedijk, Kedichem, Leerdam-Oost, Leerdam binnenstad
Strooiroute 11 Leerdam rondwegen, Leerdam-West, Achterdijk , Nieuwland
Strooiroute 12 Leerdam fietspaden, Reilinghplein , fietspad Koenderseweg
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2023-76659.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.