- 1.
Het is verboden zonder of in afwijking van een vergunning van de burgemeester een evenement te organiseren.
- 2.
Bij de indiening van de vergunningaanvraag worden de gegevens, bedoeld in artikel 2.3 van het Besluit brandveilig gebruik en basishulpverlening overige plaatsen, aangeleverd, voor zover voor het evenement een gebruiksmelding zou moeten worden gedaan op grond van artikel 2:1, eerste lid van het Besluit brandveilig gebruik en basishulpverlening overige plaatsen.
- 3.
Het verbod van het eerste lid geldt niet indien:
- a.
het aantal bezoekers dat tegelijkertijd aanwezig is niet meer bedraagt dan 500 en
- b.
het evenement niet langer dan 3 dagen duurt en
- c.
het evenement op maandag tot en met zaterdag tussen 09.00 en 24.00 uur en op zondag tussen 13.00 en 23.00 uur plaatsvindt en
- d.
maximaal 6 aaneengesloten klokuren muziek ten gehore wordt gebracht op de volgende tijdstippen: maandag tot en met zaterdag tussen 09.00 en 23.00 uur en zondag tussen 13.00 en 22.00 uur en
- e.
er gedurende het evenement te allen tijde een minimale vrije doorgang van 3.50 meter op de weg voor voertuigen van de hulpverleningsdiensten gewaarborgd is, evenals een doorrijhoogte van 4.20 meter en
- f.
het evenement niet plaatsvindt op de door de burgemeester aangewezen locaties en
- g.
slechts kleine objecten worden geplaatst met een oppervlakte van minder dan 15 m2 per object en
- h.
- i.
de organisator tenminste 4 weken voorafgaand aan het evenement hiervan schriftelijk melding, middels het daartoe vastgestelde meldingsformulier, heeft gedaan aan de burgemeester en
- j.
er bij de melding een plattegrond is toegevoegd met daarop alle objecten (bijvoorbeeld springkussen, partytent, barbecue etc.).
- 4.
Het bepaalde in lid 3 geldt niet voor:
- a.
evenementen die plaatsvinden op Koningsdag, gedurende de feestweek in Katwijk aan Zee, op Bevrijdingsdag, gedurende de paardenmarkt in Rijnsburg, gedurende de feestweek in Rijnsburg, gedurende de feestweek in Valkenburg, gedurende het najaarsfeest in Katwijk aan den Rijn en op 31 december en
- b.
evenementen die plaatsvinden op 4 mei na 18.00 uur, met uitzondering van herdenkingen in het kader van nationale dodenherdenking.
- 5.
De burgemeester kan binnen 5 werkdagen na ontvangst van de melding, als bedoeld in lid 3 onder i, besluiten dat in het belang van de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of de bescherming van het milieu alsnog een vergunning is vereist voor een evenement als bedoeld in het tweede lid.
- 6.
De burgemeester kan binnen 10 werkdagen na ontvangst van de melding, als bedoeld in lid 3 onder i besluiten het organiseren van een evenement als bedoeld in het derde lid te verbieden, indien daardoor de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of het milieu in gevaar komt.
- 7.
Naar aanleiding van de gedane melding kunnen voorschriften en beperkingen worden opgelegd aan de organisator van het evenement. Deze voorschriften en beperkingen strekken slechts tot bescherming van het belang of de belangen in verband waarmee de melding moet worden gedaan.
- 8.
Het verbod is niet van toepassing op een wedstrijd op of aan de weg, in situaties waarin wordt voorzien door artikel 10 juncto artikel 148 van de Wegenverkeerswet 1994.
- 9.
Het derde lid is niet van toepassing op een krachtens artikel 2:24, tweede lid, aanhef en onder f aangewezen categorie vechtsportwedstrijden of -gala’s.
- 10.
Op de aanvraag om een vergunning is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.
|
- 1.
Het is verboden zonder of in afwijking van een vergunning van de burgemeester een evenement te organiseren.
- 2.
Bij de indiening van de vergunningaanvraag worden de gegevens, bedoeld in artikel 2.3 van het Besluit brandveilig gebruik en basishulpverlening overige plaatsen, aangeleverd, voor zover voor het evenement een gebruiksmelding zou moeten worden gedaan op grond van artikel 2:1, eerste lid van het Besluit brandveilig gebruik en basishulpverlening overige plaatsen.
- 3.
Het verbod van het eerste lid geldt niet indien:
- a.
het aantal bezoekers dat tegelijkertijd aanwezig is niet meer bedraagt dan 500 en
- b.
het evenement niet langer dan 3 dagen duurt en
- c.
het evenement op maandag tot en met zaterdag tussen 09.00 en 24.00 uur en op zondag tussen 13.00 en 23.00 uur plaatsvindt en
- d.
maximaal 6 aaneengesloten klokuren muziek ten gehore wordt gebracht op de volgende tijdstippen: maandag tot en met zaterdag tussen 09.00 en 23.00 uur en zondag tussen 13.00 en 22.00 uur en
- e.
er gedurende het evenement te allen tijde een minimale vrije doorgang van 3.50 meter op de weg voor voertuigen van de hulpverleningsdiensten gewaarborgd is, evenals een doorrijhoogte van 4.20 meter en
- f.
het evenement niet plaatsvindt op de door de burgemeester aangewezen locaties en
- g.
slechts kleine objecten worden geplaatst met een oppervlakte van minder dan 15 m2 per object en
- h.
- i.
de organisator tenminste 4 weken voorafgaand aan het evenement hiervan schriftelijk melding, middels het daartoe vastgestelde meldingsformulier, heeft gedaan aan de burgemeester en
- j.
er bij de melding een plattegrond is toegevoegd met daarop alle objecten (bijvoorbeeld springkussen, partytent, barbecue etc.).
- 4.
Het bepaalde in lid 3 geldt niet voor:
- a.
evenementen die plaatsvinden op Koningsdag, gedurende de feestweek in Katwijk aan Zee, op Bevrijdingsdag, gedurende de paardenmarkt in Rijnsburg, gedurende de feestweek in Rijnsburg, gedurende de feestweek in Valkenburg, gedurende het najaarsfeest in Katwijk aan den Rijn en op 31 december en
- b.
evenementen die plaatsvinden op 4 mei na 18.00 uur, met uitzondering van herdenkingen in het kader van nationale dodenherdenking.
- 5.
De burgemeester kan binnen 5 werkdagen na ontvangst van de melding, als bedoeld in lid 3 onder i, besluiten dat in het belang van de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of de bescherming van het milieu alsnog een vergunning is vereist voor een evenement als bedoeld in het tweede lid.
- 6.
De burgemeester kan binnen 10 werkdagen na ontvangst van de melding, als bedoeld in lid 3 onder i besluiten het organiseren van een evenement als bedoeld in het derde lid te verbieden, indien daardoor de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of het milieu in gevaar komt.
- 7.
Naar aanleiding van de gedane melding kunnen voorschriften en beperkingen worden opgelegd aan de organisator van het evenement. Deze voorschriften en beperkingen strekken slechts tot bescherming van het belang of de belangen in verband waarmee de melding moet worden gedaan.
- 8.
Het verbod is niet van toepassing op een wedstrijd op of aan de weg, in situaties waarin wordt voorzien door artikel 10 juncto artikel 148 van de Wegenverkeerswet 1994.
- 9.
Het derde lid is niet van toepassing op een krachtens artikel 2:24, tweede lid, aanhef en onder f aangewezen categorie vechtsportwedstrijden of -gala’s.
- 10.
In afwijking van artikel 1:2, eerste lid wordt de beslistermijn voor een vergunningaanvraag voor het houden van voetbalwedstrijden gesteld op 3 weken.
- 11.
De burgemeester kan nadere regels stellen voor voetbalwedstrijden als bedoeld in artikel 2:24, tweede lid onder g.
- 12.
Op de aanvraag om een vergunning is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.
|