Gemeenteblad van Oisterwijk
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Oisterwijk | Gemeenteblad 2023, 60488 | beleidsregel |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Oisterwijk | Gemeenteblad 2023, 60488 | beleidsregel |
Beleidsregels bijzondere bijstand 2023
In deze beleidsregels wordt verstaan onder:
indien een eigen woning wordt bewoond: de tot een bedrag per maand omgerekende som van de ten behoeve van de financiering van de woning verschuldigde hypotheekrente en de in verband met het in eigendom hebben van de woning te betalen zakelijke lasten. Onder zakelijke lasten wordt verstaan: de rioolrechten, het eigenaarsaandeel van de onroerende zaakbelasting, de brandverzekering, de opstalverzekering en het eigenaarsaandeel van de waterschapslasten.
Bij het vaststellen van het bedrag van de bijzondere noodzakelijke kosten wordt uitgegaan van de goedkoopst adequate oplossing. Bij het bepalen van de goedkoopst adequate oplossing wordt uitgegaan van de NIBUD normen, tenzij deze naar het oordeel van het college onevenredig hoog of onevenredig laag zijn. In dat geval onderzoekt het college aan de hand van daadwerkelijk beschikbare mogelijkheden wat goedkoopst adequaat is.
HOOFDSTUK 2 DRAAGKRACHTBEPALINGEN
Artikel 5 Berekening van de draagkracht
Voor de bepaling van de inkomsten en het vermogen worden alle inkomsten en vermogen van de belanghebbende en partner diens gezin bij elkaar opgeteld, voor zover die niet op grond van artikel 31, tweede lid van de wet buiten beschouwing worden gelaten. De individuele inkomenstoeslag wordt voor de berekening van de draagkracht buiten beschouwing gelaten.
Voor de inkomensvaststelling wordt het inkomen:
verminderd met hoge woonkosten, te bepalen door van de feitelijke woonkosten, waaronder begrepen de huur danwel netto hypotheeklasten, eigenaarsdeel onroerende zaakbelasting en servicekosten, behoudens voor zover deze betrekking hebben op energiekosten van de woning, de feitelijk ontvangen huurtoeslag en de normhuur zoals bedoeld in artikel 17 van de Wet op de Huurtoeslag af te trekken,
We stellen bij de in lid 3 genoemde periodieke kosten de draagkracht bij aanvang voor de gehele periode van drie jaar vast. Als er wel draagkracht is in het inkomen wordt de bijzondere bijstand gelijk aan de hoofdregel voor de duur van een jaar toegekend. Indien bij de beoordeling van de aanvraag blijkt dat naar oordeel van het college een toekenningsperiode van 3 jaar te lang is dan kan de bijzondere bijstand gelijk aan de hoofdregel voor de duur van een jaar worden toegekend.
HOOFDSTUK 3 VORM VAN DE BIJSTAND
Betaling van de bijzondere bijstand vindt plaats na de toekenning hiervan. De verstrekte bijzondere bijstand moet worden uitgegeven aan het doel waartoe het verstrekt is. Er kan een bestedingsverplichting worden opgelegd. Indien het structurele kosten betreft kan het college verantwoording over een periode vragen.
Artikel 10 Intrekking en terugvordering
Indien uit onderzoek is gebleken dat de bijzondere bijstand ten onrechte of tot een te hoog bedrag is verstrekt of niet is uitgegeven aan het doel waarvoor het verstrekt is wordt van de bevoegdheid tot herziening/intrekking en terugvordering gebruik gemaakt, overeenkomstig het bepaalde in de wet en in de Verzamelbeleidsregels Participatiewet, IOAW, IOAZ en Bbz Gemeente Oisterwijk.
HOOFDSTUK 4 KOSTEN IN VERBAND MET WONEN
Artikel 11 Verhuis-, (her-)inrichtingskosten en duurzame gebruiksgoederen
Indien de noodzaak als bedoeld in het derde lid aanwezig is, wordt de bijzondere bijstand voor zover het kosten van duurzame gebruiksgoederen betreft verleend in de vorm van een geldlening. Hiervan kan worden afgeweken indien dit op individuele omstandigheden vereist is. Bijzondere bijstand voor statushouders wordt in dit geval om niet verstrekt.
Woonkostentoeslag voor een huurwoning, woonwagen of woonschip:
Indien belanghebbende een woning bewoont, waarvan de hoogte van de woonkosten, gelet op artikel 13 van de Wet op de huurtoeslag geen belemmering vormt voor de toekenning van die huurtoeslag, maar hij door omstandigheden buiten zijn schuld nog geen aanspraak kan maken op deze toeslag, wordt bijzondere bijstand in de vorm van een woonkostentoeslag verstrekt tot de datum waarop belanghebbende wel in aanmerking komt voor huurtoeslag.
Aan bijstandsverlening zoals beschreven in het derde lid wordt met toepassing van artikel 55 van de wet de verplichting verbonden dat belanghebbende zo spoedig mogelijk verhuist naar een goedkopere woning, dan wel, indien de woning een eigen woning betreft, de woning zo spoedig mogelijk te koop aanbiedt, tenzij zwaarwegende belangen zich daartegen verzetten.
Artikel 14 Doorbetaling vaste lasten wegens verblijf in een zorginstelling
Indien de noodzaak van doorbetaling van de vaste lasten is geïndiceerd, kan drie maanden de reguliere bijstandsnorm en drie maanden de instellingsnorm worden verleend voor de persoonlijke uitgaven en de woonkosten.
Een persoon van 18, 19 of 20 jaar waarvoor zelfstandige huisvesting noodzakelijk is, heeft recht op een jongerentoeslag voor zover de noodzakelijke kosten van het bestaan van de belanghebbende uitgaan boven de toepasselijke bijstandsnorm (artikel 20 van de wet) en voor deze kosten geen beroep gedaan kan worden op de ouders, omdat:
De bijzondere bijstand wordt vastgesteld, rekening houdend met de individuele omstandigheden, maar bedraagt voor een alleenstaande (ouder) van 18 tot 21 jaar: tot aan de hoogte van de geldende bijstandsnorm voor een jongere inclusief vakantietoeslag, zoals die zou gelden voor een persoon van 21 jaar.
Reiskosten komen alleen voor bijzondere bijstand in aanmerking als er sprake is van individuele, bijzondere omstandigheden. Dit geldt in ieder geval, maar niet uitsluitend voor bezoek van de belanghebbende aan een ziekenhuis, bezoek van de belanghebbende aan een psycholoog en bezoek van de belanghebbende aan familieleden (eerste graad) verblijvend in een zorginrichting of penitentiaire inrichting in Nederland en bij een minimale afstand van 10 kilometer.
Artikel 22 Maaltijdvoorziening
De bijzondere bijstand wordt vanaf de aanvraagdatum voor de duur van drie jaar toegekend indien aannemelijk is dat de inkomens- en vermogenssituatie van de belanghebbende de komende drie jaar niet meer zal stijgen dan met de gebruikelijke prijsindex en op voorwaarde dat deze regeling gedurende deze drie jaar geldig is en blijft.
Artikel 23 Ouderbijdrage peuterspeelzaal
Voor de kosten van de ouderbijdrage aan de peuterspeelzaal wordt bijzondere bijstand verstrekt indien uit onderzoek blijkt dat deelname van het kind aan de peuterspeelzaal noodzakelijk is om (dreigende) achterstanden op taal, sociaal of emotioneel gebied te voorkomen. Het gaat hier om een doelgroepkind.
Indien belanghebbende aanspraak kan maken op de compensatieregeling ouderbijdrage peuterspeelzaalwerk voor zijn kosten van de ouderbijdrage voor de peuterspeelzaal betekent dit dat het gaat om een doelgroepkind en kan, indien aan de overige voorwaarden voor bijzondere bijstand is voldaan, voor het resterende bedrag aan ouderbijdrage ook bijzondere bijstand aangevraagd worden.
Artikel 24 Griffiegeld en eigen bijdrage rechtsbijstand
De kosten van de eigen bijdrage rechtsbijstand en griffiegeld in de procedure worden noodzakelijk geacht om ook voor burgers met een minimuminkomen de mogelijkheid van de rechtsgang te garanderen. De noodzaak wordt ontleend aan het feit dat de Raad voor de Rechtsbijstand een advocaat heeft toegevoegd.
Artikel 25 Onvoorziene omstandigheden en hardheidsclausule
In bijzondere gevallen kan afgeweken worden van de bepalingen in deze beleidsregels, als toepassing daarvan tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2023-60488.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.