Besluit van de directeur van de Omgevingsdienst Brabant Noord, inhoudende de aanwijzing van toezichthouders van de Omgevingsdienst Brabant Noord.

De directeur van de Omgevingsdienst Brabant Noord,

overwegende dat:

 

  • de gemeenten Bernheze, Boekel, Boxtel, Land van Cuijk, Maashorst, Meierijstad, Oss, ‘s‑Hertogenbosch, Sint-Michielsgestel, Vught en de provincie Noord-Brabant deelnemen in de gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Brabant Noord, hierna te noemen ODBN;

  • dat de colleges van Burgemeester en Wethouders van deze gemeenten en het college van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant aan de directeur van de Omgevingsdienst Brabant Noord mandaat hebben verleend om namens hen besluiten te nemen die voortvloeien uit de opdracht aan de omgevingsdienst, waartoe ook behoort het besluit tot het aanwijzen van toezichthouders.

  • dat het van belang is om, met het oog op de inwerkingtreding van de Omgevingswet per 1 januari 2024, toezichthouders aan te wijzen die belast worden met het houden van toezicht op wet- en regelgeving, voor zover het toezicht daarop door het bevoegde gezag aan de ODBN is opgedragen.

Gelet op:

  • afdeling 10.1.1 en artikel 5.11 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • artikel 18.1, 18.6 en 18.6a van de Omgevingswet;

  • de Gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Brabant Noord;

  • artikel 2, 3 en 6 van het Mandaatbesluit Omgevingsdienst Brabant Noord, zoals vastgesteld door de colleges van B&W van de gemeentelijke deelnemers;

  • artikel 2, 4 en 8 van het Mandaatbesluit Gedeputeerde Staten Omgevingsdienst Brabant Noord 2017.

     

Besluit:

Vast te stellen het navolgende: Aanwijzingsbesluit toezichthouders ODBN 2024

 

Artikel 1

Personen in dienst van de Omgevingsdienst Brabant Noord (hierna: ODBN), alsmede personen die contractueel in opdracht van de ODBN werkzaam zijn (zoals uitzendkrachten, gedetacheerden, inhuurkrachten en zzp’ers) en, die zijn aangesteld in de functie van:

- Medewerker handhaving 0

- Medewerker handhaving I

- Medewerker handhaving II

- Medewerker handhaving III

- Medewerker handhaving IV

- Medewerker handhaving V

- Medewerker ontwikkeling I

- Medewerker ontwikkeling II

- Medewerker ontwikkeling III

- Medewerker ontwikkeling IV

- Medewerker beleidsuitvoering I

- Medewerker beleidsuitvoering II

- Medewerker beleidsuitvoering III

- Medewerker beleidsuitvoering IV

- Brede functie IV

- Medewerker gegevens II

 

worden aangewezen als toezichthouder zoals bedoeld in artikel 5.11 van de Algemene wet bestuursrecht en belast met het toezicht en handhaving op de naleving van het bepaalde bij of krachtens:

  • a.

    de Algemene wet bestuursrecht, de Gemeentewet, de Provinciewet, de Omgevingswet, de Erfgoedwet, het Vuurwerkbesluit, de Wet aanvullende regeling veiligheid wegtunnels, de Wet luchtvaart, de Wet milieubeheer, de Havenbeveiligingswet en het Besluit brandveilig gebruik en basishulpverlening overige plaatsen;

  • b.

    de provinciale omgevingsverordening en gemeentelijke omgevingsplannen;

  • c.

    overige provinciale en gemeentelijke verordeningen en regelingen;

  • d.

    het Bouwbesluit, de Wet natuurbescherming, de Erfgoedwet, de Ontgrondingenwet, de Waterwet, de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, de Wet bodembescherming, de Wet geluidhinder, de Wet hygiëne en veiligheid badinrichtingen en zwemgelegenheden, de Wet inzake de luchtverontreiniging, de Wet ruimtelijke ordening en de Woningwet voor zover nog van toepassing in het kader van overgangsrecht op 1 januari 2024;

  • e.

    wetten, regelingen en verordeningen die ter vervanging gaan strekken van de wetten, regelingen en verordeningen genoemd onder sub a, voor zover hun aard en strekking ten opzichte daarvan niet wezenlijk veranderen.

     

Artikel 2

De aanwijzing tot toezichthouder geschiedt tot wederopzegging dan wel tot beëindiging van het dienstverband, dan wel tot benoeming in een functie die niet valt binnen de hiervoor genoemde functies, dan wel tot beëindiging van de inhuurovereenkomst.

 

Artikel 3

De bevoegdheid van de aan te wijzen personen beperkt zich tot de werkzaamheden die door de gemeente/provincie aan de ODBN zijn opgedragen.

 

Artikel 4

Voor zover in regelingen op basis van de onder artikel 1 genoemde wetten autonome bepalingen zijn opgenomen, worden de onder artikel 1 genoemde personen eveneens aangewezen als toezichthouder op de naleving van die bepalingen. Onder autonome bepalingen wordt in dit geval verstaan bepalingen die zelfstandig door het bevoegd gezag zijn opgesteld zonder dat deze dienen ter uitvoering van een bepaalde regeling.

 

Artikel 5

Aan de toezichthouders wordt een legitimatiebewijs verstrekt als bedoeld in artikel 5:12 Algemene wet bestuursrecht (Awb) en de daarop gebaseerde ‘Regeling model legitimatiebewijs toezichthouders Awb’.

 

Artikel 6

Alle eerder vastgestelde aanwijzingsbesluiten voor toezichthouders van de ODBN worden ingetrokken.

 

Artikel 7

Dit besluit kan worden aangehaald als: Aanwijzingsbesluit toezichthouders ODBN 2024.

 

Artikel 8

Dit besluit treedt, na bekendmaking, voor zover nodig met terugwerkende kracht, in werking op 1 januari 2024.

 

 

Aldus vastgesteld op 21 december 2023.

 

 

J.A.J. Lenssen

Directeur Omgevingsdienst Brabant Noord

 

Naar boven