VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN LEGES 2024

De raad van de gemeente Dongen;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 31 oktober 2023;

gelet op artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet en artikel 13. 1a van de Omgevingswet:;

 

BESLUIT:

vast te stellen de volgende verordening:

 

V erordening op de heffing en de invordering van leges gemeente Dongen 202 4

Artikel 1 Definities

Deze verordening verstaat onder: 

dag: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt; 

week: een aaneengesloten periode van zeven dagen; 

maand: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is; 

jaar: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar; 

kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december. 

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam "leges" worden rechten geheven voor:

  • a.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een dienst of het nemen van een besluit;  

  • b.

    het verlenen van een dienst op aanvraag; of 

  • c.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een document:

  • een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht Belastingplichtig is de aanvrager of degene voor wie de aanvraag is gedaan. Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor: 

  • a.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 13.6 van de Omgevingswet zijn of worden verhaald; 

  • b.

    diensten die ingevolge een wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend; 

  • c.

    het in behandeling nemen en het afgeven van verklaringen omtrent inkomen en vermogen; 

  • d.

    het in behandeling nemen van een verzoek om subsidie uit de gemeentekas. 

 

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • a.

    De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel. 

  • b.

    Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt. 

 

 

 

Artikel 6 Wijze van heffing.

De leges worden geheven door middel van een mondelinge kennisgeving, een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, een zegel, een nota of andere schriftuur, of een kennisgeving langs elektronische weg. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving of langs elektronische weg aan de belastingschuldige bekendgemaakt. 

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990  moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving

    • c.

      langs elektronische weg in het aanvraagproces wordt gedaan onverwijld, dan wel als die mogelijkheid wordt geboden binnen 30 dagen na het indienen van de aanvraag langs elektronische weg;

    • d.

      langs elektronische weg na indiening van de aanvraag wordt gedaan, binnen 30 dagen na dagtekening van kennisgeving.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet  is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Vermindering

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst, besluit of handeling wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst, besluit of handeling in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, als de wijzigingen:

  • van zuiver redactionele aard zijn;

  • een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende paragrafen of artikelen van hoofdstuk 1 van de tarieventabel betreft:

    • paragraaf 1.2 (reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart);

    • paragraaf 1.3 (rijbewijzen);

    • artikel 1.17 (schriftelijke verstrekking);

    • artikel 1.25, onder a (verklaring omtrent het gedrag);

    • artikel 1.31 (Wet op de kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

 

Artikel 1 1 Overgangsrecht

  • 1.

    De “Legesverordening Dongen 2023”, vastgesteld bij raadsbesluit van 22 december 2022, sedertdien gewijzigd wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 12, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel12, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

  •  

Artikel 12 Inwerkingtreding

1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024,

Artikel 13 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Legesverordening Dongen 2024.

 

Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening Dongen 2024

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE DIENSTVERLENING

Paragraaf 1.1 Burgerlijke stand

Artikel 1.1 Huwelijksvoltrekking of registratie partnerschap

 

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap als daarbij gebruik gemaakt wordt van de trouwzaal in het gemeentehuis op:

 

a.

Maandag tot en met donderdag, met uitzondering van maandag en dinsdag om 08:45 uur:

€ 454,25

b.

Vrijdag:

€ 648,50

c.

Op zaterdag en door burgemeester en wethouders te bepalen dagen, waarop het gemeentehuis voor publiek is gesloten:

€ 800,55

Artikel 1.2 Omzetten geregistreerd partnerschap in huwelijk

 

Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk als daarbij gebruik gemaakt wordt van de trouwzaal in het gemeentehuis op:

 

a.

Maandag tot en met donderdag, met uitzondering van maandag en dinsdag om 08:45 uur:

€ 454,25

b.

Vrijdag:

€ 648,50

c.

Op zaterdag en door burgemeester en wethouders te bepalen dagen, waarop het gemeentehuis voor publiek is gesloten:

€ 800,55

Artikel 1.3 Huwelijksvoltrekking of registratie partnerschap in een door de gemeente aangewezen vaste locatie of in een bijzonder huis

 

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap in een door de gemeente aangewezen vaste locatie of in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek op:

 

a.

Maandag tot en met donderdag, met uitzondering van maandag en dinsdag om 08:45 uur:

€ 396,55

b.

Vrijdag:

€ 566,00

c.

Zaterdag:

€ 644,40

d.

Zondag en daaraan gelijkgestelde dagen

€ 697,35

 

Artikel 1.4 Omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in een door de gemeente aangewezen vaste locatie of in een bijzonder huis

 

Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in een door de gemeente aangewezen vaste locatie of in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek op:

 

a.

Maandag tot en met donderdag, met uitzondering van maandag en dinsdag om 08:45 uur:

€ 394,20

b.

Vrijdag:

€ 566,00

c.

Zaterdag:

€ 644,40

d.

Zondag en daaraan gelijkgestelde dagen

€ 697,35

Artikel 1.5 Aanwijzing buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand voor één dag

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om bij besluit een buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand aan te wijzen voor één dag:

€ 66,70

Artikel 1.6 Beschikbaar stellen getuige door gemeente

 

Het tarief bedraagt voor het door de gemeente beschikbaar stellen van een getuige voor de huwelijksvoltrekking of de registratie van een partnerschap, per getuige:

€ 50,05

Artikel 1.7 Annuleren of wijzigen datum

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een gereserveerde datum voor de huwelijksvoltrekking, registratie van het partnerschap of omzetting van het geregistreerd partnerschap in een huwelijk te annuleren of te wijzigen, nadat de voorlopige bevestiging is verzonden:

€ 100,05

Artikel 1.8 Trouwboekje of partnerschapsboekje

 

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

 

a.

een (duplicaat) trouwboekje of partnerschapsboekje:

€ 41,70

b.

een kinderakte of ceremoniële akte:

€ 8,35

 

Paragraaf 1.2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

Artikel 1.9 Paspoorten of andere reisdocumenten

 

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van:

 

a.

een nationaal paspoort:

 

 

1.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is:

€ 83,87

 

2.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt:

€ 63,42

b.

een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel a (zakenpaspoort):

 

 

1.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is:

€ 83,87

 

2.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt:

€ 63,42

c.

een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort):

 

 

1.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is:

€ 83,87

 

2.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt:

€ 63,42

d.

een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen:

€ 63,42

Artikel 1.10 Nederlandse identiteitskaart

 

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van:

 

a.

een Nederlandse identiteitskaart:

 

 

1.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is:

€ 75,80

 

2.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt:

€ 40,92

b.

een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor een persoon met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon:

€ 36,93

Artikel 1.11 Modaliteiten

 

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag voor de versnelde uitreiking van een in de artikelen 1.9 en 1.10, onder a, genoemd document, zijnde een toeslag op de in die artikelen genoemde bedragen:

€ 57,09

 

Paragraaf 1.3 Rijbewijzen

Artikel 1.12 Rijbewijzen

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs:

€ 51,11

Artikel 1.13 Modaliteiten

 

Het tarief genoemd in artikel 1.12 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met:

€ 39,65

 

Paragraaf 1.4 Verstrekkingen in het kader van de basisregistratie persoonsgegevens

Artikel 1.14 Definities

 

1.

Voor de toepassing van artikel 1.15 wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van een of meer gegevens over één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

 

2.

Voor de toepassing van artikel 1.16 wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van een of meer gegevens over één persoon die niet zijn opgenomen in de basisregistratie personen.

 

Artikel 1.15 Verstrekking van gegevens uit de basisregistratie personen

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking (waaronder uittreksels BRP):

 

€ 13,35

Artikel 1.16 Verstrekking van aangehaakte gegevens

 

Gereserveerd

 

Artikel 1.17 Schriftelijke verstrekking

 

In afwijking van de artikelen 1.15 en 1.16 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen:

€ 7,50

Artikel 1.18 Op aanvraag doornemen basisregistratie personen

 

Gereserveerd

 

Paragraaf 1.5 Bestuursstukken

Artikel 1.19 Afschriften van bestuursstukken

 

Gereserveerd

 

Artikel 1.20 Abonnement op bestuursstukken

 

Gereserveerd

 

Paragraaf 1.6 Vastgoedinformatie

Artikel 1.21 Plan- of kaartinformatie

 

Gereserveerd

 

Artikel 1.22 Informatie uit registers

 

Gereserveerd

 

Artikel 1.23 Informatie uit adressenbestanden

 

Gereserveerd

 

Paragraaf 1.7 Overige publiekszaken

Artikel 1.24 Gemeentegarantie

 

Gereserveerd

 

Artikel 1.25 Overige publiekszaken

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

a.

tot het verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag:

€ 41,35

b.

tot het legaliseren van een handtekening:

€ 13,00

Paragraaf 1.8 Gemeentearchief

Artikel 1.26 Naspeuringen in gemeentearchief

 

1.

a.

Het tarief bedraagt voor het op aanvraag doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan te besteden kwartier:

€ 48,70

 

b.

Het tarief bedraagt voor ieder daaropvolgend kwartier of gedeelte daarvan na voorafgaande prijsopgave:

€ 24,40

2.

Indien sprake is van een aanvraag als bedoeld in artikel 1.26.1 en het totale verschuldigde legesbedrag bedraagt minder dan € 58,70, zijn geen leges verschuldigd.

 

Artikel 1.27 Afschrift of uittreksel uit gemeentearchief

 

Gereserveerd

Artikel 1.28 Uitlenen archiefbescheiden

 

Gereserveerd

 

Paragraaf 1.9 Bijzondere wetten

Artikel 1.29 Huisvestingswet 2014

 

Gereserveerd

 

Artikel 1.30 Leegstandwet

 

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

 

 

a.

een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet:

€ 100,10

 

b.

verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, negende lid, van de Leegstandwet:

€ 100,10

2.

Als aanvragen als bedoeld in het eerste lid, onderdelen a en b, gelijktijdig worden ingediend en woonruimten in hetzelfde gebouw, zoals een flat, een school of een kantoor betreffen, worden de in die onderdelen bedoelde leges slechts eenmaal geheven. Dit geldt ook als het gaat om een geheel van huurwoningen bestemd voor sloop of renovatie waarvoor gelijktijdig aanvragen worden ingediend.

 

Artikel 1.31 Wet op de kansspelen

 

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

 

 

a.

voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat:

€ 59,80

 

b.

voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat:

€ 59,80

 

 

en voor iedere volgende kansspelautomaat:

€ 36,00

 

c.

voor één kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd:

€ 239,85

 

d.

voor twee of meer kansspelautomaten, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd, voor de eerste kansspelautomaat:

€ 239,85

 

 

en voor iedere volgende kansspelautomaat:

€ 144,00

2.

Het eerste lid, onderdelen a en b, is van overeenkomstige toepassing als de vergunning geldt voor een tijdvak korter dan twaalf maanden of langer dan twaalf maanden maar ten hoogste vier jaar, met dien verstande dat de daar genoemde bedragen naar evenredigheid van het verschil in looptijd van de vergunning verlaagd respectievelijk verhoogd worden.

 

3.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning):

€ 79,45

4.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning tot het exploiteren of doen exploiteren van een speelgelegenheid als bedoeld in artikel 2:39 van de Algemene plaatselijke verordening

€ 384,85

Artikel 1.32 Telecommunicatiewet / kabels en leidingen

 

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming ov vergunning, als bedoeld in artikel 4, eerste lid, van de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren (AVOI), omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, van de Telecommunicatiewet, per locatie voor een onderbroken tracé:

 

 

a.

Indien het betreft tracés vanaf 0 meter lengte tot 25 meter lengte

€ 91,75

 

b.

Indien het betreft tracés van 25 meter lengte tot 100 meter lengte

€ 503,80

 

c.

Indien het betreft tracés vanaf 100 meter lengte tot 500 meter lengte

€ 712,30

 

d.

Indien het tracés betreft vanaf 500 meter lengte of meer:

voor iedere meter lengte of een gedeelte daarvan boven de 499 meter lengte wordt het bedrag onder 1.32.1.c verhoogd met een bedrag van:

€ 0,28

2.

Wanneer er over een aanvraag overleg moet plaatsvinden tussen de gemeente, andere beheerders van openbare grond en de netbeheerder van het netwerk en / of andere netbeheerders of belanghebbenden, wordt het in1.32.1 genoemde bedrag per overleg verhoogd met:

 

 

 

€ 211,35

3.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding op grond van artikel 4, tweede lid, van de ‘AVOI van de gemeente Dongen’, met een (gezamenlijke) lengte van minder dan 25 meter of maximaal 10m2:

€ 89,40

Artikel 1.33 Wegenverkeerswetgeving

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

 

1.

Gehandicaptenparkeerkaart

 

 

a.

verstrekking van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW):

€ 32,50

 

b.

Verlengen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het BABW:

€ 32,50

 

Het bedrag in 1.33.1.a en 1.33.1.b wordt verhoord met de kosten die verband houden met het noodzakelijke medisch onderzoek, zijnde:

€ 134,75

2.

Gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats

 

 

a.

een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats:

€ 74,05

 

b.

voor het wijzigen van een kenteken van een gereserveerde gehandicaptenparkeer-plaats:

€ 24,65

 

c.

voor het verplaatsen van een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats:

€ 49,35

3.

een ontheffing als bedoeld in artikel 149 van de Wegenverkeerswet en artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990:

€ 96,30

4.

een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen:

€ 86,05

5.

Voor het wijzigen van een kenteken op een geldende ontheffing:

€ 56,15

Paragraaf 1.10 Diversen

Artikel 1.34 Gewaarmerkte afschriften, kopieën, stukken of uittreksels

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

a.

gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

€ 33,35

b.

kopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

vermeerder d met:

 

€ 40,60

 

 

1.

in formaat A4 of kleiner, per bladzijde:

€ 1,10

 

2.

in formaat A3, per bladzijde:

€ 1,40

 

3.

in formaat A2, per bladzijde:

€ 10,95

 

4.

In formaat A1 of groter, per bladzijde:

€ 17,00

 

5.

in digitale vorm:

€ 40,60

Artikel 1.35 Diverse vergunningen of beschikkingen

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

a.

tot het in exploitatie nemen van een kindercentrum (dagopvang en/of buitenschoolse opvang) of gastouderbureau of het bieden van gastopvang als bedoeld in artikel 1.45, eerste lid en tweede lid van de Wet Kinderopvang (WKO) , en opname in het Landelijk Register Kinderopvang,

vermeerderd met de kosten van inspectie door de GGd als bedoeld in artikel1.62 eerste lid van de WKO.

Indien een aanvraag schriftelijk wordt ingetrokken voordat deze om advies naar de GGD is gezonden, wordt een teruggaaf verleend van 50% van de ter zake geheven leges.

€ 250,25

b.

tot het verkrijgen van een vergunning voor het aansluiten aan het gemeentelijk riool

€ 130,05

c.

tot het verkrijgen van een vergunning voor het aanbrengen van een kabelgoottegel in de bestaande verharding als bedoeld in artikel 2:11a van de Algemene plaatselijke verordening:

€ 146,30

HOOFDSTUK 2 DIENSTVERLENING EN BESLUITEN IN HET KADER VAN DE OMGEVINGSWET

Paragraaf 2.1 Algemene bepalingen

Artikel 2.1 Definities

 

1.

Begripsbepalingen die zijn opgenomen in de bijlage bij de Omgevingswet, in bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving, bijlage I bij het Besluit bouwwerken leefomgeving, bijlage I bij het Besluit kwaliteit leefomgeving, bijlage I bij het Omgevingsbesluit en bijlage I bij de Omgevingsregeling en in de bijlagen bij het gemeentelijke omgevingsplan, zijn van toepassing op dit hoofdstuk, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald.

 

2.

In dit hoofdstuk voorkomende begrippen die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander dan een in het eerste lid bedoeld wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald.

 

3.

In dit hoofdstuk wordt verstaan onder:

 

 

-

binnenplanse omgevingsplanactiviteit: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die niet in strijd is met het omgevingsplan;

 

 

-

binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan, maar die niet in strijd is met regels voor de toepassing van een wijzigingsbevoegdheid of het voldoen aan een uitwerkingsplicht in het tijdelijke deel van het omgevingsplan, bedoeld in artikel 22.1, aanhef en onder a, van de Omgevingswet;

 

 

-

Omgevingsoverleg: het voorafgaand aan een aanvraag om een omgevingsvergunning, voeren van een overleg met het bevoegd gezag over de voorgenomen activiteit of activiteiten. 

 

 

-

Omgevingstafel: een bijeenkomst waarbij aanwezig kunnen zijn de initiatiefnemer, de belanghebbenden en alle betrokken overheidspartijen, met als doel te beoordelen of het initiatief mogelijk is of mogelijk te maken is binnen de geldende kaders en regels.

 

4.

In afwijking van bijlage I bij de Omgevingsregeling wordt onder bouwkosten verstaan:

De door of namens het college van burgemeester en wethouders voor de bouwactiviteit berekende bouwkosten, gebaseerd op de door hen jaarlijks vast te stellen en te publiceren lijst van strekkende, vierkante of kubieke meterprijzen (zie bijlage 1 behorende bij de ‘Verordening op de heffing en invordering van leges 2024’), allen inclusief btw, waarbij het volgende geldt:

 

 

a.

in het geval van een bouwwerk of bouwwerkzaamheid geen meterprijs is bepaald, worden de bouwkosten door of namens hen geraamd;

 

 

b.

de te bepalen bouwkosten dienen zo goed mogelijk de landelijk gehanteerde normbedragen te benaderen, waarbij rekening wordt gehouden met de marktsituatie in de regio;

 

 

c.

in het geval van zelfwerkzaamheid: het toepassen van gebruikte materialen of dergelijke wordt niet gekort op de bepaling van bovengenoemde bouwkosten.

 

Artikel 2.2 Dienstverlening en besluiten waarvoor leges worden geheven

 

Leges worden geheven voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

 

a.

omgevingsoverleg;

 

b.

een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1 of artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit;

 

c.

een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in artikel 4.5 van de Omgevingswet;

 

d.

toestemming voor het treffen van een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet;

 

e.

een wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning;

 

f.

intrekking van een omgevingsvergunning;

 

g.

wijziging van een besluit als bedoeld in de onderdelen b, c en d;

 

h.

een besluit in het kader van de Omgevingswet, anders dan bedoeld in de onderdelen b tot en met g.

 

Artikel 2.3 Bepalen tarief

 

1.

De in artikel 2.2 bedoelde leges worden geheven naar de tarieven zoals opgenomen in de volgende paragrafen van dit hoofdstuk.

 

2.

Als een aanvraag betrekking heeft op meerdere activiteiten, is het tarief opgebouwd uit de som van de verschuldigde leges behorend bij die activiteiten.

 

3.

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verhoogd met het tarief voor een of meer modaliteiten bedoeld in paragraaf 2.12.

 

4.

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verminderd overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 2.13.

 

5.

Het tarief behorend bij een aanvraag om een maatwerkvoorschrift of bij een aanvraag om toestemming om een gelijkwaardige maatregel te treffen is niet van toepassing als het onderwerp waarop het maatwerkvoorschrift betrekking heeft of de gelijkwaardige maatregel onderdeel is van een aanvraag om een omgevingsvergunning.

 

6.

In afwijking van het tweede en derde lid kan ook per activiteit of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

 

Paragraaf 2.2 Voorfase

Artikel 2.4 Omgevingsoverleg

 

1.

Als de aanvraag betrekking heeft op het houden van omgevingsoverleg over een of meer activiteiten die gevolgen kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving, bedraagt het tarief:

 

 

a.

indien het een omgevingsplanactiviteit voor en bouwwerk (ruimtelijk deel) betreft, die past binnen het omgevingsplan en waarbij de bouwkosten kleiner of gelijk zijn aan € 100.000. 

€ 350,32

 

b.

indien het een omgevingsplanactiviteit voor een bouwwerk (ruimtelijk deel) betreft, die past binnen het omgevingsplan en waarbij de bouwkosten groter zijn dan € 100.000 en kleiner of gelijk zijn aan € 500.000. 

€ 517,13

 

c.

indien het een omgevingsplanactiviteit voor een bouwwerk (ruimtelijk deel) betreft, die past binnen het omgevingsplan en waarbij de bouwkosten groter zijn aan € 500.000. 

€ 800,72

2.

Voor alle overige activiteiten de leges zoals deze bij een daadwerkelijke aanvraag om een omgevingsvergunning voor die die activiteit of activiteiten zouden worden vastgesteld 

10%

3.

Voor ieder volgend omgevingsoverleg dat aansluitend plaatsvindt op de aanvraag als bedoeld in artikel 2.4.1, bedraagt het tarief de van toepassing zijnde kosten zoals opgenomen in artikel 2.4.1. 

 

4.

Als tijdens het omgevingsoverleg over een of meer activiteiten die gevolgen kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving, blijkt dat voor de omgevingsplanactiviteit (ruimtelijke deel) geen omgevingsvergunning benodigd is, bedraagt het tarief onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk: 

€ 166,82

Paragraaf 2.3 Activiteiten met betrekking tot bouwwerken

Artikel 2.5 Bouwactiviteit (bouwtechnische deel )

 

1.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in paragraaf 2.3.2 van het Besluit bouwwerken leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

 

a.

Indien de bouwkosten kleiner of gelijk zijn aan € 100.000: 1,23% berekend over elk heel bedrag van € 50 met een minimumtarief van € 60,00

 

 

b.

Indien de bouwkosten meer dan € 100.000 bedragen maar kleiner of gelijk zijn aan € 500.000: € 1.230 vermeerderd met 1,01% voor elk heel bedrag van € 500 boven € 100.000; 

 

 

c. 

Indien de bouwkosten meer dan € 500.000,- bedragen: € 5.270,- vermeerderd met 0,94% voor elk heel bedrag van € 500,- boven € 500.000,- met een maximum tarief van € 95.730,-. 

 

2.

Indien na het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning, die betrekking heeft op een bouwactiviteit blijkt, dat hiervoor geen omgevingsvergunning is benodigd, bedraagt het tarief: 

€ 91,75

Artikel 2.6 Omgevingsplanactiviteit: bouwactiviteit, in stand houden of gebruiken bouwwerk (ruimtelijke deel)

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een bouwactiviteit, het in stand houden of gebruiken van het te bouwen bouwwerk, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

1.

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit:

 

 

a.

indien de bouwkosten kleiner of gelijk zijn aan € 100.000: 1,51% berekend over elk heel bedrag van € 50 met een minimumtarief van € 60,00

 

 

b. 

indien de bouwkosten meer dan € 100.000 bedragen maar kleiner of gelijk zijn aan € 500.000: € 1.510 vermeerderd met 1,32% voor elk heel bedrag van € 500 boven € 100.000; 

 

 

c. 

indien de bouwkosten meer dan € 500.000 bedragen: € 6.790 vermeerderd met 0,97% voor elk heel bedrag van € 500 boven € 500.000 met een maximum tarief van € 95.730. 

 

2.

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht:

€ 4.445,66

3.

voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:

€ 2.727,45

4. 

Als moet worden beoordeeld of het uiterlijk of de plaatsing van het bouwwerk, zowel op zichzelf beschouwd als in verband met de omgeving of de te verwachten ontwikkeling daarvan, niet in strijd is met redelijke eisen van welstand, als bedoeld in de gemeentelijke beleidsregels bedoeld in artikel 4.19 van de Omgevingswet en hiervoor geen advies van de gemeentelijke adviescommissie bedoeld in artikel 2.11.4.2 nodig is, wordt het bedrag onder artikel 2.6.1 t/m 2.6.3 verhoogd met: 

€ 25,02

5. 

Als de bouwactiviteit plaatsvindt op een bodemgevoelige locatie en de toelaatbare kwaliteit van de bodem moet worden beoordeeld, wordt het bedrag onder artikel 2.6.1 t/m 2.6.3 verhoogd met: 

€ 668,30

6. 

Als moet worden beoordeeld of de activiteit niet in strijd is met het in voorbereiding zijnde omgevingsplan, wordt het bedrag onder artikel 2.6.1 t/m 2.6.3 verhoogd met: 

€ 300,56

7. 

Als moet worden beoordeeld of de activiteit voldoet aan de binnenplanse afwijkingsregels in het tijdelijk deel van het omgevingsplan (artikel 22.10 Omgevingswet), wordt het bedrag onder  2.6.1 verhoogd met: 

€ 100,09

8.  

Als moet worden beoordeeld of de activiteit voldoet aan de “beleidsregels voor planologische medewerking aan kruimelgevallen voor de gemeente Dongen onder de Omgevingswet” in het tijdelijk deel van het omgevingsplan (artikel 22.10 Omgevingswet), wordt het bedrag onder artikel 2.6.1 verhoogd met: 

€ 258,57

9.  

In afwijking van artikel 2.6, tweede en derde lid bedraagt het tarief € 100,09 per uur, indien met de aanvrager een exploitatieovereenkomst is afgesloten en uit de begroting blijkt, dat het aantal begrote uren voor het wijzigen/uitwerken van het (tijdelijk) omgevingsplan of de beheersverordening meer bedraagt dan 30 uur. 

 

10.

Het bedrag bedoeld in lid 9 wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

Artikel 2.7 Omgevingsplanactiviteit: slopen van een bouwwerk

 

Gereserveerd

 

Paragraaf 2.4 Activiteiten met betrekking tot cultureel erfgoed en werelderfgoed

Artikel 2.8 Omgevingsplanactiviteit: monumenten

 

1.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, met betrekking tot een gemeentelijk monument, provinciaal monument, voorbeschermd gemeentelijk monument of voorbeschermd provinciaal monument, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

 

 

 

 

€ 437,24

2.

Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing op een aanvraag om een omgevingsvergunning met betrekking tot een monument of archeologisch monument dat op grond van de Erfgoedverordening gemeente Dongen 2023 is aangewezen, respectievelijk waarop, voordat het is aangewezen, die verordening van overeenkomstige toepassing is. De vorige volzin is van toepassing:

 

 

a.

als het gaat om een aangewezen monument of archeologisch monument: zolang in het omgevingsplan daaraan nog niet de functie-aanduiding gemeentelijk monument is gegeven; en

 

 

b.

als het gaat om een monument of archeologisch monument waarop voordat het is aangewezen de verordening van overeenkomstige toepassing is: zolang in het omgevingsplan daaraan nog niet de functie-aanduiding gemeentelijk monument is gegeven of het omgevingsplan nog geen voorbeschermingsregel bevat vanwege het voornemen om die functie-aanduiding te geven.

 

3.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, met betrekking tot een identiteitsbepalend object, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: 

€ 344,94

Artikel 2.9 Rijksmonumentenactiviteit

 

Gereserveerd

 

Artikel 2.10 Omgevingsplanactiviteit: sloopactiviteit in beschermd stads- of dorpsgezicht

 

Gereserveerd

 

Artikel 2.11 Omgevingsplanactiviteit: overig cultureel erfgoed en werelderfgoed

 

Gereserveerd

 

Paragraaf 2.5 Milieubelastende activiteiten

Artikel 2.12 Omgevingsplanactiviteit: milieubelastende activiteit

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een milieubelastende activiteit als bedoeld in paragraaf 22.3.26 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

a.

voor de activiteit verwerken polyesterhars:

€  2.591,00

b.

voor de activiteit installeren gesloten bodemenergiesysteem:

€ 1.036,40

c.

voor de activiteit kweken maden van vliegende insecten:

€  2.591,00

d.

voor de activiteit opslaan propaan of propeen:

€ 2.591,00

e.

voor de activiteit tanken met LPG:

€ 2.591,00

f.

voor de activiteit antihagelkanonnen:

€ 2.591,00

g.

voor de activiteit biologische agens:

€ 2.591,00

h.

voor de activiteit genetisch gemodificeerde organismen:

€ 2.591,00

i.

voor de activiteit opslaan dierlijke meststoffen:

€ 2.591,00

Artikel 2.13 Activiteiten die bedrijfstakken overstijgen (afdeling 3.2 Besluit activiteiten leefomgeving)

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten die bedrijfstakken overstijgen als bedoeld in de paragrafen 3.2.1, 3.2.3 tot en met 3.2.15, 3.2.17 tot en met 3.2.19 en 3.2.24 van afdeling 3.2 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

a.

voor één milieubelastende activiteit:

€ 3.886,50 

b.

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, in afwijking van artikel 2.3, tweede lid:

€ 7.125,25 

c.

voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, in afwijking van artikel 2.3, tweede lid:

€ 9.716,25 

Artikel 2.14 Nutssector en industrie (afdeling 3.4 Besluit activiteiten leefomgeving)

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten in de categorie nutssector en industrie als bedoeld in de paragrafen 3.4.2, 3.4.4 tot en met 3.4.9 en 3.4.11 van afdeling 3.4 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

a.

voor één milieubelastende activiteit:

€ 3.886,50 

b.

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, in afwijking van artikel 2.3, tweede lid:

€ 7.125,25 

c.

voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, in afwijking van artikel 2.3, tweede lid:

€ 9.716,25 

Artikel 2.15 Afvalbeheer (afdeling 3.5 Besluit activiteiten leefomgeving)

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten in de sector afvalbeheer als bedoeld in de paragrafen 3.5.1, 3.5.4, 3.5.7, 3.5.8 en 3.5.11 van afdeling 3.5 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

a.

voor één milieubelastende activiteit: 

€ 3.886,50 

b.

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, in afwijking van artikel 2.3, tweede lid: 

€ 7.125,25 

c.

voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, in afwijking van artikel 2.3, tweede lid:  

€ 9.716,25 

Artikel 2.16 Agrarische sector (afdeling 3.6 Besluit activiteiten leefomgeving)

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten in de agrarische sector als bedoeld in de paragrafen 3.6.1, 3.6.7 en 3.6.8 van afdeling 3.6 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

a.

voor één milieubelastende activiteit: 

€ 3.886,50 

b.

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, in afwijking van artikel 2.3, tweede lid: 

€ 7.125,25 

c.

voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, in afwijking van artikel 2.3, tweede lid:  

€ 9.716,25 

Artikel 2.17 Dienstverlening, onderwijs en zorg (afdeling 3.7 Besluit activiteiten leefomgeving)

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een activiteit in de sector dienstverlening, onderwijs en zorg als bedoeld in de paragrafen 3.7.6 en 3.7.10 van afdeling 3.7 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief per milieubelastende activiteit, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 3.886,50

Artikel 2.18 Transport, logistiek en ondersteuning daarvan (afdeling 3.8 Besluit activiteiten leefomgeving)

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten in de sector transport, logistiek en ondersteuning daarvan als bedoeld in de paragrafen 3.8.2, 3.8.3, 3.8.5, 3.8.6, 3.8.8 tot en met 3.8.11 van afdeling 3.8 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

a.

voor één milieubelastende activiteit:

€ 3.886,50 

b.

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten

€ 7.125,25 

c.

voor vijf of meer milieubelastende activiteiten

€ 9.716,25 

Artikel 2.19 Sport en recreatie (afdeling 3.9 Besluit activiteiten leefomgeving)

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een activiteit in de sector sport en recreatie als bedoeld in paragraaf 3.9.1 van afdeling 3.9 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief per milieubelastende activiteit, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€  3.886,50

Artikel 2.20 Samenloop van milieubelastende activiteit en

 

1.

Als bij de toepassing van de artikelen 2.13 tot en met 2.19 dezelfde milieubelastende activiteit onder meer dan een artikel valt, wordt die milieubelastende activiteit slechts eenmaal in de heffing betrokken, waarbij het voor de belastingplichtige meest gunstige van toepassing zijnde tarief wordt toegepast.

 

2.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een kernactiviteit in een bedrijfstak gecombineerd met functioneel ondersteunende activiteiten uit andere bedrijfstakken, dan is, in afwijking van het bepaalde in deze paragraaf, op al deze activiteiten het artikel van toepassing waaronder de bedrijfstak die bepalend is voor de kernactiviteit valt.

 

Paragraaf 2.6 Lozingsactiviteiten

Artikel 2.21 Lozingsactiviteit niet afkomstig van milieubelastende activiteit

 

Gereserveerd

 

Artikel 2. 22 Lozingsactiviteit afkomstig van milieubelastende activiteit

 

Gereserveerd

 

Paragraaf 2.7 Aanlegactiviteiten

Artikel 2.23 Omgevingsplanactiviteit: opbreken, verharden, ophogen en graven

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet bestaande uit het opbreken, verharden, ophogen of graven in het gebied met een archeologische verwachtingswaarde, landschaps- en cultuurhistorische waarden of natuurwaarden, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: 

€ 233,54

Artikel 2.24 Omgevingsplanactiviteit: overige activiteiten beperkingengebied leidingen, landschapselement en aardkundige waarde

 

Gereserveerd

 

Artikel 2.25 Omgevingsplanactiviteit: geluid weg

 

Gereserveerd

 

Artikel 2.26 Omgevingsplanactiviteit: aanleggen of veranderen weg

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in artikel 2:11 van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: 

 

a. 

indien de aanleg- of veranderkosten kleiner of gelijk zijn aan € 100.000: 1,68 % berekend over elk heel bedrag van € 50 met een minimumtarief van € 60,00 

 

b. 

indien de aanleg- of veranderkosten meer dan € 100.000 bedragen maar kleiner of gelijk zijn aan € 500.000: € 1.680 vermeerderd met 1,36 % voor elk heel bedrag van € 500 boven € 100.000; 

 

c. 

indien de aanleg- of veranderkosten meer dan € 500.000 bedragen:

€ 7.120  vermeerderd met 0,94 % voor elk heel bedrag van € 500 boven € 500.000 met een maximumtarief van € 90.000. 

 

Artikel 2.27 Omgevingsplanactiviteit: uitweg/uitrit

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld artikel 2:12 van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: 

€ 166,82

Artikel 2.28 Omgevingsplanactiviteit: overige aanlegactiviteiten

 

Gereserveerd

 

Paragraaf 2.8 Overige activiteiten

Artikel 2.29 Omgevingsplanactiviteit: alarminstallatie

 

Gereserveerd

 

Artikel 2.30 Omgevingsplanactiviteit: kappen van bomen of vellen van houtopstanden

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het vellen van een houtopstand, bedoeld in artikel 4:11 van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 175,16

Artikel 2.31 Omgevingsplanactiviteit: reclame

 

Gereserveerd

 

Artikel 2.32 Omgevingsplanactiviteit: voorwerpen op of aan een openbare plaats

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit de opslag van roerende zaken in een aangewezen gedeelte van de gemeente, bedoeld in artikel 2:10 van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: 

€ 233,54

Artikel 2.33 Omgevingsplanactiviteit: standplaatsen

 

Gereserveerd

 

Artikel 2.34 Andere activiteiten

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit dan in deze paragraaf en voorgaande paragrafen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit betreft een bij of krachtens artikel 5.1 van de Omgevingswet aangewezen vergunningplichtige activiteit, uitgezonderd de activiteit bedoeld in onderdeel b, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: 

 

1.

voor een Natura 2000 activiteit of flora en fauna-activiteit als bedoeld in artikel 4.12 van het Omgevingsbesluit:

€ 308,61

2.

voor alle overige besluiten:

€ 100,58

Paragraaf 2.9 Maatwerkvoorschriften

Artikel 2.35 Maatwerkvoorschriften bij bouwactiviteiten

 

Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een bouw- of sloopactiviteit, bedraagt het tarief:

 

a.

voor een maatwerkvoorschrift dat betrekking heeft op:

het in stand houden van een bestaand bouwwerk, bedoeld in artikel 3.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving;

bouwactiviteiten die het bouwen van nieuwe bouwwerken betreffen als bedoeld in artikel 4.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving;

het gebruik van een bouwwerk, bedoeld in artikel 6.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving; of

het verrichten van bouw- of sloopwerkzaamheden als bedoeld in artikel 7.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving;

per maatwerkvoorschrift:

€ 25,02

b.

in andere gevallen dan bedoeld in onderdeel a, per maatwerkvoorschrift:

€ 25,02

Artikel 2.36 Maatwerkvoorschriften bij milieubelastende activiteiten

 

1.

Bij een aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften of een vergunningsvoorschrift krachtens artikel 4.5 van de Omgevingswet bedraagt het tarief bij

 

 

a.

één maatwerkvoorschrift:

€ 2.591,00

 

b.

twee of meer maatwerkvoorschriften, in afwijking van artikel 2.3, tweede lid, de som van het tarief onder a en per extra maatwerkvoorschrift:

€ 1.295,50

2.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van maatwerkvoorschriften of vergunningvoorschriften als bedoeld in artikel 4.5 Omgevingswet:

€ 2.591,00

Artikel 2.37 Maatwerkvoorschriften bij overige activiteiten

 

Gereserveerd

 

Paragraaf 2.10 Gelijkwaardigheid

Artikel 2.38 Gelijkwaardige maatregel

 

1.

Als de aanvraag om toestemming voor een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet betrekking heeft op:

 

 

a.

een milieubelastende activiteit, bedraagt het tarief:

€ 2.591,00

2.

Het op grond van het eerste lid verschuldigde bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

Paragraaf 2.11 Overige tarieven

Artikel 2.39 Verlengen tijdelijke omgevingsvergunning bouwactiviteit

 

Gereserveerd

 

Artikel 2.40 Wijzigen omgevingsvergunning

 

1.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van een omgevingsvergunning is hetzelfde tarief verschuldigd als op grond van dit hoofdstuk verschuldigd is voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor de activiteit of activiteiten waarop de aanvraag tot wijziging betrekking heeft.

 

2.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van een omgevingsvergunning, indien de wijziging zodanig is dat geen sprake is van een nieuw project, wordt het tarief berekend op basis van het verschil in projectkosten met een minimumtarief van € 116,77. Indien de projectkosten na de wijziging lager zijn dan de oorspronkelijke projectkosten vindt geen teruggaaf van leges plaats.

 

Artikel 2.41 Wijzigen voorschriften omgevingsvergunning

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, als de aanvraag betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een milieubelastende activiteit als bedoeld in paragraaf 22.3.26 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet: 

€ 2.591,00

Artikel 2.42 Intrekken omgevingsvergunning

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning, tenzij artikel 2.58 van toepassing is:

€ 75,07

Artikel 2.43 Beoordeling aanvullende gegevens

 

Gereserveerd

 

Artikel 2.44 Beoordeling onderzoeksrapporten

 

De in artikel 2.49 opgenomen tarieven zijn van overeenkomstige toepassing op het in behandeling nemen van een aanvraag tot het beoordelen van een onderzoeksrapport, zonder dat sprake is van een aanvraag om een omgevingsvergunning of ander besluit.

 

Artikel 2.45 Wijzigen van het omgevingsplan

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van het omgevingsplan:

€ 4.896.07

Artikel 2.46 Niet genoemd besluit op aanvraag

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een ander, in dit hoofdstuk niet benoemd besluit op grond van de Omgevingswet, de op die wet gebaseerde algemene maatregelen van bestuur of het omgevingsplan:

€ 100,58

Paragraaf 2.12 Modaliteiten

Artikel 2.47 Achteraf ingediende aanvraag

 

Gereserveerd

 

Artikel 2.48 Uitgebreide voorbereidingsprocedure

 

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is op de voorbereiding van het besluit:

 

a.

als sprake is van een milieubelastende activiteit uit de afdeling 3.2, 3.4 tot en met 3.8 van het Besluit activiteiten leefomgeving:

€ 3.238,75

b.

als sprake is van een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:

€ 2.727,45

c.

als sprake is van een milieueffectrapportage(MER)

€ 1.501,35

Artikel 2.49 Beoordeling onderzoeksrapporten

 

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als krachtens wettelijk voorschrift voor de betreffende aanvraag een rapport moet worden beoordeeld:

 

a.

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport:

€ 668,34

b.

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport:

€ 452,77

d.

voor de beoordeling van een akoestisch rapport betreffende de interne en externe geluidwering of nagalm van een bouwwerk:

€ 822,91

e.

voor de beoordeling van een milieueffectrapportage (MER):

€ 7.773,00

Artikel 2.50 Advies

 

1.

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een daartoe aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet:

 

 

a.

voor een advies van de gemeenteraad (artikel 16 lid 15 Omgevingswet):

€ 293,81

 

b.

voor een advies van de gemeentelijke adviescommissie als bedoeld in de Verordening op de gemeentelijke adviescommissie dat uitsluitend betrekking heeft op de redelijke eisen van welstand bedoeld in artikel 4.19 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 22.29, eerste lid, aanhef en onder b, van het tijdelijk deel van het omgevingsplan, zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, het bedrag op basis van de tabel in bijlage 2 van de ‘Legesverordening Dongen 2024’: 

 

 

c.

voor een advies van de Adviescommissie agrarische bouwaanvragen:

€ 860,00

 

d.

per bedrijfsbezoek van de Adviescommissie agrarische bouwaanvragen:

€ 95,00

 

e.

voor een advies van de supervisor voor wat betreft de beoordeling van de esthetische kwaliteit van een bouwplan en de relatie hiervan met de omgeving bij particulier opdrachtgeverschap:

 

€ 250,00

 

f.

esthetische kwaliteit van een bouwplan en de relatie hiervan met de omgeving bij bedrijfsmatig o

 

 

g.

voor een integraal advies van de vaste bezetting van de omgevingstafel:

€ 404,23

 

h.

voor een advies van de gemeentelijke adviescommissie als bedoeld in artikel 17.9 van de Omgevingswet (Rijksmonumentenactiviteit)

€ 96,27

 

i.

voor een advies van de minister van Onderwijs, cultuur en wetenschap als bedoeld in artikel 4.32 lid 1 onder b van het Omgevingsbesluit (Rijksmonumentenactiviteit): 

 

€ 0,00

 

j.

voor een advies van de Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant t.b.v. de omgevingstafel: 

€ 518,20

 

k.

voor een advies met instemming van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant:

€ 5.426,31

 

l.

voor een advies in het kader van een aanvraag soortenbescherming door burgers

€ 2.350,98

 

m.

voor een advies in het kader van een aanvraag soortenbescherming infrastructureel en gebiedsgericht:

€ 8.368,21

 

n.

Voor een advies in het kader van een aanvraag soortenbescherming overige:

€ 5.781,08

 

o.

Voor een advies in het kader van de (interim) omgevingsverordening Noord-Brabant, met betrekking tot de Brabantse Zorgvuldigheidsscore Veehouderij en/of de Verordening ruimte:

€ 1.341,11

 

p.

voor een advies in andere gevallen dan bedoeld in de onderdelen a tot en met o: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

2.

Als een begroting als bedoeld in het eerste lid, onderdeel p is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

3.

In afwijking van het eerste lid worden, indien er geen sprake is van een ingediende aanvraag voor een omgevingsvergunning, maar in het kader hiervan wordt gevraagd om hierover advies uit te brengen, de kosten hiervan in rekening gebracht bij degene die vraagt om het uitbrengen van het advies. De hoogte van de in rekening te brengen kosten voor het uitbrengen van het advies, is gelijk aan de kosten die in rekening zouden worden gebracht indien de aanvraag voor een omgevingsvergunning bij het college van burgemeester en wethouders zou zijn ingediend.

 

Artikel 2.51 Instemming

 

1.

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet betrekking heeft op een activiteit waarvoor de beslissing op de aanvraag op grond van artikel 16.16 van de Omgevingswet instemming behoeft van een bestuursorgaan:

 

 

het bedrag dat dit bestuursorgaan aan rechten zou heffen als het voor de activiteit waarvoor instemming wordt verzocht zelf bevoegd gezag zou zijn.

 

2.

Het bedrag bedoeld in het eerste lid, onder b, wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

Paragraaf 2.13 Vermindering

Artikel 2.52 Vermindering na omgevingsoverleg

 

1.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel b, en zoals nader omschreven in de paragrafen 2.3 tot en met 2.8, is voorafgegaan door een aanvraag om omgevingsoverleg als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel a, en zoals nader omschreven in paragraaf 2.2, waarop de aanvraag om de omgevingsvergunning betrekking heeft, bestaat onder de in het tweede lid genoemde voorwaarden aanspraak op vermindering van de voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning verschuldigde leges. De vermindering bedraagt:

 100%

 

van de voor het omgevingsoverleg geheven leges.

 

2.

Als een formele aanvraag wordt ingediend voor het wijzigen van het omgevingsplan, bestaat onder de in het derde lid genoemde voorwaarden aanspraak op vermindering vaan de voor het in behandeling nemen van de aanvraag verschuldigde leges. De vermindering bedraagt:

50%

 

van de voor het omgevingsoverleg geheven leges.

 

3.

Voor de toepassing van het eerste lid en tweede lid wordt de aanvraag gedaan:

voor dezelfde activiteit of activiteiten als waarop het omgevingsoverleg betrekking had;

in overeenstemming met de uitkomsten van het omgevingsoverleg; en

binnen 6 maanden na het laatste omgevingsoverleg of, als het omgevingsoverleg volgens afspraak leidt tot een kennisgeving aan de aanvrager, na de dagtekening van de kennisgeving.

 

Artikel 2.53 Vermindering bij meervoudige aanvraag

 

Gereserveerd

 

Paragraaf 2.14 Teruggaaf

Artikel 2.54 Teruggaaf bij aanvraag en oordeel geen omgevingsvergunning nodig

 

Als het college van burgemeester en wethouders op grond van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning oordeelt dat voor de voorgenomen activiteit geen omgevingsvergunning is vereist, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt als de aanvraag betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoelt in artikel 5.1, eerste lid, aanhef onder a, van de Omgevingswet, 

 

1.

bestaande uit een bouwactiviteit, het in stand houden of gebruiken van het te bouwen bouwwerk: het voor de activiteit verschuldigde leges minus € 150,14.

 

2.

bestaande uit een milieubelastende activiteit als bedoeld in paragraaf 22.3.26 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet: 50% van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges. 

 

Artikel 2.55 Teruggaaf als aanvraag verder buiten behandeling wordt gelaten

 

Als na toepassing van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht een aanvraag buiten behandeling wordt gelaten, bestaat aanspraak op teruggaaf. De teruggaaf bedraagt als de aanvraag betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef onder a, van de Omgevingswet, 

 

1.

bestaande uit een bouwactiviteit, het in stand houden of gebruiken van het te bouwen bouwwerk: 50% van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges.

 

2.

bestaande uit een milieubelastende activiteit als bedoeld in paragraaf 22.3.26 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet: 25% van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges.

 

Artikel 2.56 Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij reguliere procedure

 

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt als de aanvraag betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef onder a, van de Omgevingswet,

 

1.

bestaande uit een bouwactiviteit, het in stand houden of gebruiken van het te bouwen bouwwerk: 75% van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges.

 

2.

afwijking van het eerste lid bedraagt de teruggave 100% indien de aanvrager zijn  aanvraag voor een omgevingsvergunning op schriftelijk verzoek van het bevoegd gezag intrekt.

 

3.

bestaande uit een milieubelastende activiteit als bedoeld in paragraaf 22.3.26 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan, zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet en de aanvraag wordt ingetrokken:

 

 

a.

binnen vier weken na de indiening van de aanvraag: 60% van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges.

 

 

b.

vanaf vier tot zes weken na de indiening van de aanvraag: 40% van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges.

 

 

c.

vanaf zes weken na de indiening van de aanvraag: 0% van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges.

 

Artikel 2.57 Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij uitgebreide voorbereidingsprocedure

 

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt als de aanvraag betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef onder a. van de Omgevingswet:

 

1.

bestaande uit een bouwactiviteit, het in stand houden of gebruiken van het te bouwen bouwwerk: 75% van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges.

 

2.

In afwijking van het eerste lid bedraagt de teruggave 100% indien de aanvrager zijn aanvraag voor een omgevingsvergunning op schriftelijk verzoek van het bevoegd gezag intrekt.

 

3.

bestaande uit een milieubelastende activiteit als bedoeld in paragraaf 22.3.26 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan, zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet en de aanvraag wordt ingetrokken:

 

 

a.

binnen zes weken na de indiening van de aanvraag: 60% van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges. 

 

 

b.

vanaf tot zes weken na de indiening van de aanvraag tot aan de publicatie van de ontwerpbeschikking: 25% van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges. 

 

 

c.

vanaf de publicatie van de ontwerpbeschikking van de aanvraag: 0% van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges. 

 

Artikel 2.58 Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten

 

Als het college van burgemeester en wethouders een verleende omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 12 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt 10% van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges.

 

Artikel 2.59 Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouwactiviteiten

 

a.

Als het college van burgemeester en wethouders een omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt 50% van de voor de activiteit waarvoor de omgevingsvergunning is geweigerd verschuldigde leges.

 

b.

Onder een weigering bedoeld in onderdeel a wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

 

Artikel 2.60 Geen teruggaaf legesdeel modaliteiten

 

In afwijking van de voorgaande artikelen van deze paragraaf wordt geen teruggaaf verleend van het legesdeel dat betrekking heeft op de modaliteiten genoemd in paragraaf 2.12.

 

Artikel 2.61 Minimumbedrag voor teruggaaf

 

Een bedrag minder dan € 83,41 wordt niet teruggegeven.

 

 

HOOFDSTUK 3 DIENSTVERLENING VALLEND ONDER DE DIENSTENRICHTLIJN EN NIET VALLEND ONDER HOOFDSTUK 2

Paragraaf 3.1 Horeca

Artikel 3.1 Exploitatie openbare inrichting

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

 

a.

een aanvraag om een vergunning tot het exploiteren van een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:28van de Algemene plaatselijke verordening:

€ 0.00

b.

een aanvraag om een ontheffing van de sluitingstijd voor een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:29,tweede lid, van de Algemene plaatselijke verordening:

€ 411,30

Artikel 3.2 Uitoefenen horeca- of slijtersbedrijf

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

 

a.

een aanvraag om een vergunning op grond van artikel 3 van de Alcoholwet:

€ 411,30

b.

een aanvraag om een ontheffing als bedoeld in artikel 4, vierde lid, van de Alcoholwet:

€ 0.00

c.

een melding als bedoeld in artikel 30 van de Alcoholwet:

€ 150,45

d.

een aanvraag om wijziging van het aanhangsel als bedoeld in artikel 30a, tweede lid, van de Alcoholwet:

€ 150,45

e.

een aanvraag om een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Alcoholwet:

€ 74,85

Paragraaf 3.2 Seksbedrijven

Artikel 3.3 Vergunning seksbedrijf

 

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning of om de verlenging van een vergunning als bedoeld in artikel 3.3 van de Algemene plaatselijke verordening:

 

 

a.

voor een escortbedrijf:

€ 759,30

 

b.

voor andere prostitutiebedrijven dan bedoeld in onderdeel a:

€ 759,30

 

c.

voor andere seksbedrijven dan bedoeld in de onderdelen a en b:

€ 0.00

2.

Het bedrag dat op grond van het eerste lid verschuldigd is wordt:

 

 

a.

voor iedere beheerder die zal worden aangesteld bij het seksbedrijf vermeerderd met

€ 0.00

 

b.

als de aanvraag tot het verlenen van de vergunning mede ziet op een seksinrichting vermeerderd met:

€ 0.00

3.

Als meerdere aanvragen als bedoeld in het eerste lid gelijktijdig worden ingediend en betrekking hebben op hetzelfde seksbedrijf en dezelfde exploitant, worden de op grond van dat lid verschuldigde leges voor iedere tweede en volgende van die aanvragen verminderd met:

€ 0.00

Artikel 3.4 Wijzigen vergunning seksbedrijf

 

Gereserveerd

 

Paragraaf 3.3 Winkeltijdenwet

Artikel 3.5 Ontheffing winkeltijden

 

Gereserveerd

 

Paragraaf 3.4 Organiseren evenement of markt

Artikel 3.6 Organiseren evenement

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2.25, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening (evenementenvergunning), indien:

 

a.

de aanvrager geen bedrijf is en het aantal verwachte bezoekers is groter dan 100 personen maar kleiner of gelijk aan 1500 personen:

€ 48,30

b.

de aanvrager een bedrijf is en het aantal verwachte bezoekers is groter dan 100 personen maar kleiner of gelijk aan 1500 personen:

€ 339,55

c.

de aanvrager geen bedrijf is en het aantal verwachte bezoekers is groter dan 1500 personen:

€ 48,30

d.

de aanvrager een bedrijf is en het aantal verwachte bezoekers is groter dan 1500 personen:

€ 792,30

Artikel 3.7 Organiseren snuffelmarkt

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning

voor het organiseren van een snuffelmarkt als bedoeld in artikel 5:23 van de Algemene plaatselijke verordening:

€ 48,30

Paragraaf 3.5 Standplaatsen

Artikel 3.8 Marktstandplaatsvergunningen en andere vergunningen op markt

 

Gereserveerd:

 

Artikel 3.9 Overige administratieve dienstverlening markt

 

Gereserveerd

 

Artikel 3.10 Losse standplaatsen

 

1.

Voor het innemen van een verkoopstandplaats op particuliere grond of voor het innemen van een standplaats voor het verstrekken van informatie ten behoeve van commerciële doeleinden -waar op geld waardeerbare transacties plaatsvinden- of het aanbieden van goederen en/of diensten, ongeacht dit plaatsvindt op particuliere of openbare gemeentegrond, als bedoeld in artikel 5:17 van de ‘Algemene Plaatselijke Verordening Dongen’: 

 

 

a.

geldig voor maximaal 1 dag of een gedeelte daarvan

€ 50,90

 

b.

geldig voor maximaal 1 maand of gedeelte daarvan, doch langer dan 5 dagen

€ 243,35

 

c.

geldig voor maximaal 1 jaar of gedeelte daarvan, doch langer dan 1 maand

€ 409,75

2.

voor het innemen van een standplaats op particuliere grond of voor het innemen van een standplaats voor het verstrekken van informatie ten behoeve van niet-commerciële doeleinden –waar géén op geld waardeerbare transacties plaatsvinden–, ongeacht of dit plaatsvindt op particuliere of openbare gemeentegrond, als bedoeld in artikel 5:17 van de ‘Algemene Plaatselijke Verordening Dongen” 

€ 0.00

Paragraaf 3.6 Huisvestingswet 2014 [en Wet goed verhuurderschap]

Artikel 3.11 Vergunning [ of ontheffing ] onttrekken woonruimte

 

Reserveren

 

Artikel 3.12 Vergunning [ of ontheffing ] samenvoegen woonruimte

 

Reserveren

 

Artikel 3.13 Vergunning [ of ontheffing ] omzetten zelfstandige in onzelfstandige woonruimte

 

Reserveren

 

Artikel 3.14 Vergunning [ of ontheffing ] verbouwen woonruimte tot meer woonruimten

 

Reserveren

 

Artikel 3.15 Splitsingsvergunning [of -ontheffing]

 

Reserveren

 

[Artikel 3.16 Vergunning of ontheffing toeristische verhuur

 

Reserveren

 

[Artikel 3.17 Verhuurvergunning opkoopbescherming

 

Reserveren

 

[ Artikel 3.18 Verhuurvergunning woon- of verblijfsruimte

 

Reserveren

 

 

Paragraaf 3.7 In dit hoofdstuk niet benoemd besluit

Artikel 3.19 Niet benoemd besluit op aanvraag

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

 

a.

een aanvraag om een andere, in dit hoofdstuk niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking:

€ 48,20

b.

een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 2:40.2 van de Algemene plaatselijke verordening (smartshop, headshop, belshop/belwinkel en internetcafé):

€744,35

c.

een aanvraag om ontheffing overige geluidhinder als bedoeld in artikel 4:6 van de Algemene plaatselijke verordening:

€ 48,20

d.

Een aanvraag om ontheffing voor carbid schieten

€ 48,20

 

Behorende bij raadsbesluit van 14 december 2023

De griffier,

M.H. van Kampen

 

Bijlage 1 behorende bij de ‘Verordening op de heffing en invordering van leges 2024.

 

Normbedragen leges omgevingsvergunning activiteit bouwen Gemeente Dongen

 

Nr.

Omschrijving

Bouwkosten (inclusief BTW)

1/m3

1/m2

1/m1

1.

Woonfunctie (oprichten)

 

 

 

 

 

 

 

1.1

Woningen (nieuwbouw)

1 woning

2-10 woningen

> 10 woningen

 

 

 

 

1.1.1

woningen in een rij

 

295,24

280,24

 

x

 

 

1.1.2

2 onder 1 kap woningen

 

356,95

346,95

 

x

 

 

1.1.3

Vrijstaande woningen

398,09

343,09

328,09

 

x

 

 

1.1.4

Appartementen

398,09

343,09

328,09

 

x

 

 

1.1.5

(Tijdelijke) woonunit

276,41

 

 

 

x

 

 

1.2

Woningen (vergroten/veranderen)

 

 

 

 

 

 

 

1.2.1

Vergroten woonruimte

430

 

 

 

x

 

 

1.2.2

Veranderen woonruimte (intern)

185,13

 

 

 

x

 

 

1.2.3

Aanbouw garage/berging

179,08

 

 

 

x

 

 

1.2.4

Plaatsen dakkapel

1.536,70

 

 

 

 

 

x

1.2.5

Plaatsen serre (woonruimte)

802,23

 

 

 

x

 

 

1.2.6

Plaatsen serre (geen woonruimte)

485

 

 

 

x

 

 

1.2.7

Plaatsen kelder (< 30 m3)

370,20

 

 

 

x

 

 

 

Plaatsen kelder (≥ 30 m3)

185

 

 

 

x

 

 

1.2.8

Veranderen buitengevel

830,06

 

 

 

 

x

 

1.2.9

Verbeteren buitengevel

105

 

 

 

 

x

 

1.2.10

Wijzigen dakconstructies

170

 

 

 

 

x

 

1.3

Bijgebouwen (vrijstaand)

 

 

 

 

 

 

 

1.3.1

Garage/berging met een plat dak

 

 

 

185,13

x

 

 

1.3.2

Garage/berging met een kap

 

 

 

171,82

x

 

 

1.3.4

carport

 

 

 

250

 

x

 

1.3.5

Prefab tuinhuisje

 

 

 

260

 

x

 

1.4

Bouwwerk geen gebouw zijnde

 

 

 

 

 

 

 

1.4.1

Houten schutting

 

 

 

110

 

 

x

1.4.2

Metselwerk tuinmuur

 

 

 

200

 

 

x

1.4.3

Hout + metselwerk tuinmuur

 

 

 

125

 

 

x

1.4.4

Pergola

 

 

 

75

 

 

x

1.4.5

Gaashekwerk

 

 

 

68,97

 

 

x

 2.

 Industriefunctie

 

 

 

 

 

 

 

 

Bedrijfshallen Gemetselde wandconstructie: geldt voor gehele pand (geen opsplitsing)

 

 

 

 

 

 

 

2.1

Bedrijfshal hoogte tot en met 3m

 

 

 

137,94

x

 

 

2.2

Bedrijfshal hoogte tussen 3 en 6 m

 

 

 

82,28

x

 

 

2.3

Tussenvloer in de hal extra

 

 

 

185,13

 

x

 

2.4

Bedrijfskantoor in de hal

 

 

 

281,93

x

 

 

 

Systeembouw: geldt voor gehele pand (geen opsplitsing)

 

 

 

 

 

 

 

2.5

Hal hoogte tot en met 6m

 

 

 

82,28

x

 

 

2.6

Hal hoogte tussen 6 tot en met 9 m

 

 

 

68,97

x

 

 

2.7

Hal hoger dan 9 m, opp. Kleiner dan 5.000 m2

 

 

 

61,71

x

 

 

2.8

Hal hoger dan 9 m, opp. Tussen 5.000 en 10.000 m2

 

 

 

61,71

x

 

 

2.9

Hal hoger dan 9 m, opp. Tussen 10.000 en 20.000 m2

 

 

 

55,66

x

 

 

2.10

Hal hoger dan 9 m, opp. Groter dan 20.000 m2

 

 

 

55,66

x

 

 

2.11

Tussenvloer in de hal extra

 

 

 

117,37

 

x

 

2.12

Kantoorvloer in de hal extra

 

 

 

179,08

 

x

 

2.13

Open loods

 

 

 

281,93

 

x

 

2.14

Semipermanente unit

 

 

 

273

x

 

 

2.15

Romneyloods

 

 

 

38,72

x

 

 

2.16

Kas

 

 

 

 41,14

 

x

 

2.17

Opslagloods agrarische (spouwmuur traditioneel)

 

 

 

295,24

 

x

 

2.18

Opslagloods (houten gevels)

 

 

 

158,51

 

x

 

2.19

Opslagloods (beton gevels)

 

 

 

158,51

 

x

 

2.20

Prefab werktuigen/opslagloods (stalen gevels)

 

 

 

130,68

 

x

 

2.21

Prefab veldschuur open (stalen gevels)

 

 

 

76,23

 

x

 

2.22

Aardappelloods (incl. kelderventilatie + inrichting)

 

 

 

452,54

 

x

 

2.23

Champignonkwekerij (incl. basisinrichting)

 

 

 

816,76

 

x

 

2.24

Nertsen

 

 

 

199,65

 

 

x

 

 

< 500 m2

500 -1000 m2

1000-5000 m2

> 5000 m2

 

 

 

3.

Bijeenkomstfunctie

830

790

730

680

 

x

 

4.

Gezondheidszorgfunctie

1335

1275

1225

1150

 

x

 

5.

Winkelfunctie

1335

1275

1225

1150

 

x

 

6.

Kantoorfunctie

1335

1150

1030

850

 

x

 

7.

Logiesfunctie

1575

1335

1150

910

 

x

 

8.

Sportfunctie

 

 

 

 

 

 

 

8.1

Sporthal

850

790

730

665

 

x

 

8.2

Gymzaal

1090

1030

970

n.v.t.

 

x

 

8.3

Kleedruimte

970

790

n.v.t.

n.v.t.

 

x

 

9.

Overige gebruiksfuncties

 

 

 

 

 

 

 

9.1

Parkeergarage (gedeeltelijk bovengronds)

 

 

 

240,79

x

 

 

9.2

Parkeergarage (geheel ondergronds)

 

 

 

323,07

x

 

 

9.3

Parkeergarage (geheel bovengronds)

 

 

 

151,25

x

 

 

9.4

Parkeerkelder (onder gebouw)

 

 

 

158,51

x

 

 

 

Behorende bij raadsbesluit van 14 december 2023

Griffier

M. van Kampen

 

Bijlage 2 behorende bij de ‘Verordening op de heffing en invordering van leges 2024’

Welstand

De volgend tarieven gelden per advies:

 

Bouwkosten inclusief BTW

 

 

 

 

 

1

t/m

500.000

 

0,088%

Minimum bedrag is € 33,42

500.001

t/m

1.000.000

570,65

 

1.000.001

t/m

1.500.000

757,56

 

1.500.001

t/m

2.000.000

874,54

 

2.000.001

t/m

2.500.000

1.019,37

 

2.500.001

t/m

5.000.000

1.231,04

 

5.000.001

t/m

7.500.000

1.576,40

 

7.500.001

t/m

10.000.000

1.871,63

 

10.000.001

t/m

12.500.000

2.222,56

 

12.500.001

t/m

15.000.000

2.517,79

 

15.000.001

t/m

17.500.000

2.879,86

 

 

Behorende bij raadsbesluit van 14 december 2023

Griffier

M. van Kampen

 

 

 

 

 

 

Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 14 december 2023.

De raad voornoemd,

Voorzitter Griffier.

M.C. Bakermans M.H. van Kampen

Naar boven