Besluit Jeugdhulp en Maatschappelijke ondersteuning Enschede 2024

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Enschede;

 

gelet op de artikelen 5 lid 3 en 10 lid 13 van de Verordening Maatschappelijke ondersteuning Enschede 2024 en artikel 12 lid 13 van de Verordening Jeugdhulp Enschede 2024;

 

besluit vast te stellen het:

 

Besluit Jeugdhulp en Maatschappelijke ondersteuning Enschede 2024

 

Hoofdstuk 1: Begrippen

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • 1.

    In dit besluit wordt verstaan onder:

    • a.

      Collectief vervoer: aanvullend openbaar vervoer waarbij men gezamenlijk met anderen wordt vervoerd van deur tot deur;

    • b.

      Ritbijdrage: de hoogte van de bijdrage per rit bij gebruik van het collectief vervoer;

    • c.

      Verordening Jeugdhulp: De Verordening Jeugdhulp Enschede 2024;

    • d.

      Verordening Maatschappelijke ondersteuning: De Verordening Maatschappelijke ondersteuning Enschede 2024.

  • 2.

    Alle begrippen die in dit besluit worden gebruikt en niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Jeugdwet, de Wmo, het Uitvoeringsbesluit maatschappelijke ondersteuning, het Besluit Jeugdwet, de Algemene wet bestuursrecht, de Verordening Jeugdhulp en de Verordening Maatschappelijke ondersteuning.

 

Hoofdstuk 2: Opgroeien en participeren, Ondersteuning huishouden en Beschermd wonen

Artikel 2.1 Hoogte pgb voor ondersteuning bij opgroeien en participeren

  • 1.

    Het pgb voor ondersteuning en participeren wordt vastgesteld conform artikel 14 van de Verordening Jeugdhulp of artikel 12 lid 1, lid 2 en lid 6 t/m 8 van de Verordening Maatschappelijke ondersteuning. Daarbij geldt dat:

  • 2.

    Het pgb voor informele ondersteuning bij opgroeien en participeren een vast uurtarief van €20,00 bedraagt;

  • 3.

    Het pgb voor informele groepsgerichte ondersteuning bij opgroeien en participeren per dagdeel €20,00 bedraagt. Dit is afgeleid van een vast uurtarief van €20,00 en een minimale groepsgrootte van 4 personen.

Artikel 2.2 Hoogte pgb voor ondersteuning bij het huishouden

  • 1.

    Het pgb voor ondersteuning en participeren wordt vastgesteld conform artikel 12 lid 1, lid 2 en lid 6 t/m 8 van de Verordening Maatschappelijke ondersteuning.

  • 2.

    Ondersteuning huishouden:

    • a.

      Formele zorg: 80% van het ZIN-tarief

    • b.

      Informele zorg:

      • i.

        1-1-2024 t/m 29-4-2024: €19,80

      • ii.

        1-3-2024 t/m 30-9-2024: €20,39

      • iii.

        1-10-2024 t/m 31-12-2024: €20,99

  • 3.

    Individuele begeleiding:

    • a.

      Formele zorg: 80% van het ZIN tarief

    • b.

      Informele zorg:

      • i.

        1-1-2024 t/m 29-4-2024: €23,23

      • ii.

        1-3-2024 t/m 30-9-2024: €23,82

      • iii.

        1-10-2024 t/m 31-12-2024: €24,42

  • 4.

    Het tarief zoals vermeld in lid 1 is een all-in tarief. Alle kosten zoals salaris, vervanging tijdens vakantie, verzekering(en) en reiskosten zijn opgenomen in dit tarief.

Artikel 2.3 Hoogte van pgb voor vervoer, samenhangend met ondersteuning opgroeien en participeren

  • 1.

    De hoogte van het pgb voor vervoer wat samenhangt met ondersteuning opgroeien en participeren bedraagt de netto kilometerprijs die de gemeente betaalt voor het maatwerkvervoer vermenigvuldigd met het aantal benodigde kilometers, waarbij het uitgangspunt geldt dat in totaal 90% (Jeugd) of 80% (Wmo) van het tarief wat de gemeente betaald wordt uitgekeerd, met een maximum van €1000,- per maand.

  • 2.

    Indien het vervoer met een eigen auto wordt uitgevoerd kan er een financiële tegemoetkoming worden toegekend indien het vervoer niet algemeen gebruikelijk is en cliënt geen gebruik kan maken van het collectief vervoer. De hoogte is gebaseerd op de kilometerprijs van het Nibud.

    Type auto

    Kilometerprijs

    Miniklasse

    71,6 cent

    Compacte klasse

    72,2 cent

    Compacte middenklasse

    75,8 cent

    Middenklasse

    90,1 cent

Artikel 2.4 Hoogte pgb voor beschermd wonen

  • 1.

    Het pgb voor ondersteuning bij beschermd wonen wordt bepaald op basis van de bedragen voor andere onderdelen van de Wmo.

 

Hoofdstuk 3: Ondersteuning gericht op het wonen

Artikel 3.1 Hoogte pgb voor woonvoorziening, rolstoel of ander verplaatsingsmiddel

  • 1.

    De hoogte van het pgb voor aanschaf van een woonvoorziening, rolstoel of ander verplaatsingsmiddel is gelijk aan de kostprijs van de meest passende, goedkoopste voorziening.

  • 2.

    De goedkoopst passende voorziening blijkt uit een door het college goedgekeurde kostenbegroting of uit een door de gemeente met een gecontracteerde leverancier afgesloten overeenkomst.

  • 3.

    Als een pgb voor aanschaf van een woonvoorziening, rolstoel of ander verplaatsingsmiddel wordt verstrekt, kan zo nodig ook een pgb voor onderhoud, reparatie en verzekering worden toegekend.

Artikel 3.2 Hoogte pgb voor woningaanpassing

  • 1.

    Het pgb voor een woningaanpassing bedraagt de werkelijk gemaakte en voor vergoeding in aanmerking komende kosten op basis van een door het college goedgekeurde kostenbegroting.

  • 2.

    Deze kostenbegroting wordt gemaakt door de wijkteammedewerker gebaseerd op marktonderzoek naar de Nibud/Casadata-normen voor de daadwerkelijke woningaanpassing of op basis van contractafspraken die de gemeente Enschede heeft met een leverancier.

  • 3.

    Bij berekening van het pgb voor de kosten van een woningaanpassing is het uitrustingsniveau van een sociale huurwoning bepalend.

Artikel 3.3 Voorwaarden pgb voor woningaanpassing

Het college verleent slechts pgb voor een woningaanpassing als:

  • 1.

    De door het college aangewezen personen toegang is verstrekt tot de woonruimte waar de woningaanpassing zal worden verricht;

  • 2.

    Aan de onder 1 genoemde personen inzicht wordt geboden in de vereiste bescheiden en tekeningen welke betrekking hebben op de woningaanpassing;

  • 3.

    De onder 1 genoemde personen de gelegenheid wordt geboden tot het controleren van de woningaanpassing.

Artikel 3.4 Gereed melding woningaanpassing, vaststelling en uitbetaling

  • 1.

    Na voltooiing van de werkzaamheden in het kader van een woningaanpassing, maar uiterlijk binnen 1 jaar na het toekennen van een pgb, verklaart de cliënt aan het college dat de bedoelde werkzaamheden zijn voltooid.

  • 2.

    De gereed melding is tevens een verzoek om definitieve vaststelling van het pgb en een verzoek om (gedeeltelijke) uitbetaling.

Artikel 3.5 Hoogte pgb voor onderhoud, keuring en reparatie woningaanpassing

  • 1.

    Alleen de werkelijk gemaakte kosten van onderhoud, keuring en reparatie komen in aanmerking voor een pgb;

  • 2.

    Vaststelling gebeurt op basis van een vooraf door het college goedgekeurde kostenbegroting;

  • 3.

    De hoogte van het pgb voor onderhoud, keuring en reparatie is nooit meer dan het bedrag dat het college betaald voor eenzelfde soort voorziening in natura.

Artikel 3.6 Hoogte pgb bij cara-sanering

  • 1.

    Als een woningsanering noodzakelijk is in verband met cara of allergische aandoeningen, beoordeelt het college altijd of de vervanging van vloerbedekking en/of gordijnen voldoet aan de criteria voor algemeen gebruikelijk zoals bedoeld in artikel 1 van de Verordening Maatschappelijke ondersteuning.

  • 2.

    Het pgb voor een woningsanering bedraagt de werkelijk gemaakte en voor vergoeding in aanmerking komende kosten op basis van een door het college goedgekeurde kostenbegroting.

  • 3.

    Deze kostenbegroting wordt gemaakt door de wijkteammedewerker gebaseerd op marktonderzoek naar de Nibud/Casadata-normen voor de daadwerkelijke kosten.

Artikel 3.7 Hoogte financiële tegemoetkoming herinrichting

  • 1.

    Stoffering nieuwe woning

    Aantal leden van het huishouden

    Financiële tegemoetkoming

    1

    € 1.540,50

    2 tot 3

    € 1.608,50

    4 tot 5

    € 1.977.-

    6 of meer

    € 2.258,50

  • 2.

    Deze bedragen zijn gebaseerd op de prijzengids van het Nibud 2023, rekening houdende met vinyl vloerbedekking, overgordijnen, gordijnrails, behang en behanglijm. Een cliënt kan andere keuzes maken bij de inrichting, zoals laminaat in plaats van vinyl, muurverf in plaats van behang en rolgordijnen in plaats van kant en klare overgordijnen. De meerkosten zijn dan echter voor eigen rekening van de cliënt.

 

Hoofdstuk 4 Ondersteuning gericht op verplaatsen binnen de leefomgeving en sport

Artikel 4.1 Hoogte pgb voor verplaatsingsvoorziening

  • 1.

    De hoogte van het pgb voor aanschaf van een verplaatsingsvoorziening is gelijk aan de kostprijs van de goedkoopst passende voorziening.

  • 2.

    De goedkoopst passende voorziening blijkt uit een door het college goedgekeurde kostenbegroting of uit een door de gemeente met de gecontracteerde leverancier(s) afgesloten overeenkomst.

  • 3.

    Als een pgb voor aanschaf van een voorziening wordt verstrekt, kan zo nodig ook een pgb voor onderhoud, reparatie en WA-verzekering worden toegekend.

Artikel 4.2 Hoogte pgb voor (rolstoel)taxi

  • 1.

    De hoogte van het pgb voor individueel gebruik van een taxi of rolstoeltaxi wordt vastgesteld conform artikel 12 lid 5 van de Verordening Maatschappelijke ondersteuning.

  • 2.

    De cliënt die een scootmobiel of een daarmee vergelijkbaar te stellen voorziening in gebruik heeft, kan maximaal 50% van de in lid 1 genoemde voorziening ontvangen.

  • 3.

    Voor zover echtgenoten beiden in aanmerking komen voor de in lid 1 genoemde voorziening en hun vervoersbehoefte valt geheel samen, dan kan maximaal 50% van de hoogte van de in lid 1 genoemde voorziening worden toegekend.

  • 4.

    Voor zover echtgenoten beiden in aanmerking komen voor de in lid 1 genoemde voorziening en hun vervoersbehoefte valt gedeeltelijk samen, dan kan maximaal 75% van de hoogte van de in lid 1 genoemde voorziening worden toegekend.

Artikel 4.3 Hoogte pgb voor aanpassing aan auto, gesloten buitenwagen of ander verplaatsingsmiddel

  • 1.

    De hoogte van het pgb voor aanpassing van een auto, gesloten buitenwagen of ander verplaatsingsmiddel is gelijk aan het bedrag van een door het college goedgekeurde kostenbegroting.

Artikel 4.4 Hoogte financiële tegemoetkoming voor gebruikskosten eigen auto of vervoer door derden

  • 1.

    De kilometerprijs zoals bedoeld in artikel 14 van de Verordening maatschappelijke ondersteuning bedraagt op basis van de Prijzengids Nibud 2023:

    Type auto

    Kilometerprijs

    Miniklasse

    71,6 cent

    Compacte klasse

    72,2 cent

    Compacte middenklasse

    75,8 cent

    Middenklasse

    90,1 cent

  • 2.

    De in het eerste lid genoemde tegemoetkoming wordt maandelijks vooraf uitbetaald.

  • 3.

    De tegemoetkoming wordt gebaseerd op de kilometerprijs genoemd in lid 1 en een maximum van 1.500 km op jaarbasis.

  • 4.

    Bij een cliënt die een scootmobiel of een daarmee vergelijkbaar te stellen voorziening in gebruik heeft, geldt een maximum van 750 km op jaarbasis.

  • 5.

    Voor zover echtgenoten beiden in aanmerking komen voor de tegemoetkoming en hun vervoersbehoeften vallen geheel samen, geldt een maximum van 750 km op jaarbasis per echtgenoot.

  • 6.

    Voor zover echtgenoten beiden in aanmerking komen voor de tegemoetkoming en hun vervoersbehoeften vallen gedeeltelijk samen, geldt een maximum van 1.125 km op jaarbasis per echtgenoot.

Artikel 4.5 Hoogte pgb in plaats van collectief vervoer

De hoogte van het pgb voor collectief vervoer bedraagt de netto kilometerprijs die de gemeente betaalt voor het collectief vervoer vermenigvuldigd met het aantal benodigde kilometers, waarbij het uitgangspunt geldt dat in totaal 1500 kilometer op jaarbasis binnen de eigen leef- en woonomgeving moet kunnen worden gereisd.

Artikel 4.6 Hoogte financiële tegemoetkoming voor sportvoorziening

  • 1.

    De financiële tegemoetkoming voor een noodzakelijke sportvoorziening is een tegemoetkoming in de kosten voor de aanschaf en het onderhoud van een sportvoorziening of aanpassing aan een bestaande sportvoorziening.

  • 2.

    De verstrekking van de financiële tegemoetkoming is bedoeld voor niet professionele structurele sportbeoefening in verenigingsverband.

  • 3.

    De hoogte van de financiële tegemoetkoming voor aanschaf van een noodzakelijke sportvoorziening is €3000,- voor een handbewogen voorziening en €6000,- voor een elektrische voorziening.

  • 4.

    De goedkoopst passende voorziening blijkt uit een door het college goedgekeurde kostenbegroting of uit een door de gemeente met de gecontracteerde leverancier(s) afgesloten overeenkomst.

  • 5.

    Voor een niet-elektrisch aangedreven sportvoorziening wordt de financiële tegemoetkoming in beginsel verstrekt voor een periode van drie jaar, voor een elektrische aangedreven sportvoorziening wordt het pgb in beginsel verstrekt voor een periode van zes jaar.

 

Hoofdstuk 5 Overige bepalingen

Artikel 5.1 Gebruiksduur voorziening pgb

  • 1.

    Als gebruiksduur van een voorziening waarvoor een pgb wordt verstrekt, geldt:

    • a.

      De in het bestek hulpmiddelen of trapliften genoemde minimale termijnen van technische levensduur.

    • b.

      Als hier niets over is opgenomen c.q. voor de overige niet genoemde middelen:

      • i.

        10 jaar, ingeval het een bruikleenauto, gesloten buitenwagen, trap- of plafondlift betreft;

      • ii.

        7 jaar, ingeval het overige voorzieningen betreft.

      • iii.

        De technische levensduur zoals bedoeld onder sub a betreft de minimale levensduur.

Artikel 5.2 Publicatie tarieven voor PGB

De clustermanager die ook budgethouder is voor de uitvoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en de Jeugdwet heeft ingevolge artikel 2 lid 1 van het Algemene Mandaatbesluit 2023, de mogelijkheid om jaarlijks de bedragen vast te stellen die de hoogte van een persoonsgebonden budget, dat op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en de Jeugdwet kan worden verleend en deze te publiceren.

Artikel 5.3 Inwerkingtreding en citeertitel

Dit besluit treedt inwerking de eerstvolgende dag na publicatie en wordt aangehaald als: Besluit Jeugdhulp en Maatschappelijke ondersteuning Enschede 2024.

Artikel 5.4 Intrekking oude Besluit

Met de inwerkingtreding van dit Besluit, wordt het Besluit Jeugdhulp en Maatschappelijke ondersteuning Enschede 2019 ingetrokken.

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van 19 december.

Het college van burgemeester en wethouders van Enschede,

de loco-secretaris, E.A. Smit

de burgemeester, R.W. Bleker

Naar boven