Subsidieregeling stimulering klimaatadaptieve maatregelen gemeente Tilburg 2024-2027

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tilburg;

Gelet op de Algemene subsidieverordening van de gemeente Tilburg

 

Besluit:

 

vast te stellen de volgende subsidieregeling:

 

Subsidieregeling stimulering klimaatadaptieve maatregelen gemeente Tilburg 2024-2027

 

Karakter regeling

Artikel 1  

  • 1.

    Deze subsidieregeling is een regeling als bedoeld in art.3 van de Algemene subsidieverordening gemeente Tilburg 2023.

  • 2.

    De bepalingen uit de in artikel 1 genoemde verordening zijn van toepassing, voor zover daar in deze regeling niet van wordt afgeweken.

Begripsomschrijvingen

Artikel 2  

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    gebouw: elk bouwwerk dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;

  • b.

    college: het college van B&W van de gemeente Tilburg;

  • c.

    dakconstructie: samenstelling van balken (hout of staal), regels en bebording of betonnen plaat, die sterk genoeg is om de dakbedekking van een gebouw te dragen en de wind-/regen-/ en sneeuwbelasting op te vangen. De dakconstructie moet zodanig zijn dat deze beloopbaar is voor onderhoud en inspectie;

  • d.

    dakgroen: dak, met een vegetatiepakket, dat is opgebouwd uit een wortelwerende laag, een drainagelaag, een substraat laag en een vegetatielaag met droogteresistente soorten;

  • e.

    gevelgroen: grootschalig gevelgroen, dat met een aparte constructie tegen de gevel is bevestigd, al dan niet grondgebonden;

  • f.

    woonwagen: voor bewoning bestemd gebouw als bedoeld in de Woningwet dat is geplaatst op en standplaats en dat in zijn geheel of in delen kan worden verplaatst;

  • g.

    woonboot: een vaartuig, daaronder begrepen een object te water, dat hoofdzakelijk wordt gebruikt als of is bestemd tot woonverblijf, niet zijnde een object dat valt onder de Woningwet en dat uit hoofde van zijn feitelijke bestemming of gebruik plaatsgebonden is;

  • h.

    subsidieplafond: het bedrag dat gedurende een bepaald tijdvak ten hoogste beschikbaar is voor de verstrekking van subsidies zoals bedoeld in artikel 4:22 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • i.

    grote biodiversiteit : verscheidenheid van sedum, kruiden, grassen en heesters met een bloeiperiode van minimaal 5 maanden;

  • j.

    waterberging: voorziening om water op te slaan binnen het eigen perceel;

  • k.

    infiltratievoorziening: ondergrondse voorziening waarbij regenwater kan infiltreren in de bodem;

  • l.

    ontstenen: het definitief vervangen van bestrating door groenvoorzieningen;

  • m.

    halfverharding: verharding waarbij minimaal 40% van het oppervlakte niet wordt bedekt waardoor in de tussenruimte waterinfiltratie plaats kan vinden en begroeiing mogelijk is;

  • n.

    afkoppelen van regenwater: aanpassen van leidingen voor de afvoer van hemelwater zodat deze niet langer op het riool lozen;

  • o.

    inheemse bomen: bomen die van nature in Nederland voorkomen. Deze bomen zijn op eigen kracht, zonder menselijk ingrijpen, naar Nederland zijn gekomen;

  • p.

    eerste grootte klasse: bomen die volgroeid hoger dan 12 meter worden;

  • q.

    tweede grootte klasse: bomen die volgroeid tussen de 6 meter en 12 meter hoog worden;

  • r.

    particulieren: individuele personen die niet zijn verenigd in een bedrijf, overheid, stichting of andere organisatie;

  • s.

    bedrijven: bedrijven, instellingen, ontwikkelaars, VVE’s, corporaties en onderwijsinstellingen.

Subsidiabele activiteit

Artikel 3a Subsidiabele activiteiten voor particulieren

  • 1.

    Subsidies voor particulieren voor een object wordt verstrekt voor het uitvoeren van de volgende maatregelen:

    • -

      aanleg van dakgroen met een hoge biodiversiteit en een waterberging tot 30 liter per m2

    • -

      aanleg van dakgroen met een hoge biodiversiteit en een waterberging hoger dan 30 liter per m2

    • -

      aanleg van een grondgebonden groene gevel

    • -

      aanleg van een niet-grondgebonden groene gevel

    • -

      ontstenen van een tuin met een minimum van 6 vierkante meter verwijdering van steen

    • -

      ontstenen van een tuin met een minimum van 12m2 vervanging van stenen door halfverharding

    • -

      aanleg van een waterberging vanaf 500 liter of infiltratievoorziening binnen het eigen perceel

    • -

      afkoppelen van de regenwaterafvoer waarbij de opvang van het water op eigen terrein plaats vindt;

  • 2.

    De loonkosten van maatregelen die door de particuliere woningeigenaar zelf worden uitgevoerd, zijn niet subsidiabel;

  • 3.

    De in artikel 4 genoemde bedragen zijn inclusief bouwkundig advies en ontwerp- en aanlegkosten;

  • 4.

    Verrekenbare BTW komt niet voor subsidie in aanmerking;

  • 5.

    Legeskosten voor vergunningen en technische aanpassingen aan gebouwen worden niet gesubsidieerd.

Artikel 3b Subsidiabele activiteiten voor bedrijven

  • 1.

    Subsidies voor bedrijven voor een object wordt verstrekt voor het uitvoeren van de volgende (enkelvoudige) maatregelen:

    • -

      aanleg van dakgroen met een hoge biodiversiteit en een waterberging tot 30 liter per m2;

    • -

      aanleg van dakgroen met een hoge biodiversiteit en een waterberging hoger dan 30 liter per m2;

    • -

      aanleg van een grondgebonden groene gevel;

    • -

      aanleg van een niet-grondgebonden groene gevel;

    • -

      aanleg van een groene erfafscheiding met een minimale groenoppervlakte van 20 m2;

    • -

      ontstenen van een terrein met een minimum van 10 m2 verwijdering van steen bij een perceel tot 200 m2, bij een perceel boven 200 m2 geldt een minimum oppervlakte van 5% van het volledige perceel;

    • -

      ontstenen van een terrein middels vervanging van stenen door halfverharding met een minimum van 50% van het parkeeroppervlak;

    • -

      het planten van inheemse bomen van de eerste of tweede grootte klasse en een ondergrondse groeiruimte van voldoende kwaliteit en kwantiteit zodat de boom ten minste 40 jaar gezonde groei kan vertonen;

    • -

      aanleg van een waterberging vanaf 500 liter of infiltratievoorziening binnen het eigen perceel of in samenwerking met naastliggend bedrijf tot één voorziening;

    • -

      afkoppelen van de regenwaterafvoer waarbij de opvang van het water op eigen terrein plaats vindt.

  • 2.

    De in artikel 4 genoemde bedragen zijn inclusief bouwkundig advies en ontwerp- en aanlegkosten.

  • 3.

    Verrekenbare BTW komt niet voor subsidie in aanmerking.

  • 4.

    Legeskosten voor vergunningen en technische aanpassingen aan gebouwen worden niet gesubsidieerd.

Subsidieplafond en hoogte van de subsidie

Artikel 4  

  • 1.

    Voor de in artikel 4 genoemde activiteit is per jaar een subsidiebudget beschikbaar van maximaal € 500.000,- waarvan tenminste €170.000,00 is gereserveerd voor particuliere maatregelen;

  • 2.

    Het in het eerste lid bedoelde budget geldt als subsidieplafond als bedoeld in art. 4.22 AWB;

  • 3.

    Voor maatregelen genoemd in artikel 3a zijn de volgende subsidiebedragen van toepassing

    • a.

      Er geldt een subsidie van 50% van de op de offerte ingediende kosten voor:

    • -

      dakgroen voor een dak met grote biodiversiteit en een waterbergende capaciteit tot 30 liter per m2 met een maximum tot € 25,- per m2, vervanging, versteviging of aanleg van de dakconstructie ten behoeve van het dakgroen valt niet onder de subsidieregeling;

    • -

      dakgroen voor een dak met grote biodiversiteit en een waterbergende capaciteit vanaf 30 liter per m2 met een maximum tot € 40,- per m2, vervanging, versteviging of aanleg van de dakconstructie ten behoeve van het dakgroen valt niet onder de subsidieregeling;

    • -

      gevelgroen bij een grondgebonden groene gevel met een maximum van € 25,- per m2;

    • -

      gevelgroen bij een gevel die wortelt in de constructie met een maximum van € 40,- per m2.

    • b.

      Er geldt een subsidie van 60% van de op de offerte ingediende kosten voor:

    • -

      de aanleg van een waterberging vanaf 500 liter;

    • -

      een infiltratievoorziening;

    • -

      het afkoppelen van regenwaterafvoer.

    • c.

      Er geldt een subsidie van 10 euro per m2 voor volledig ontstenen waarbij verharding in zijn geheel wordt vervangen door een groenvoorziening;

    • d.

      Er geldt een subsidie van 5 euro per m2 voor ontstenen waarbij de verharding wordt vervangen door halfverharding waarbij minimaal 40% van de ondergrond vrij blijft;

    • e.

      Een particuliere aanvrager kan per kadastraal perceel in aanmerking komen voor een maximale subsidie van € 2.500,-.

  • 4.

    Voor maatregelen genoemd in artikel 3b zijn de volgende subsidiebedragen van toepassing:

    • a.

      Er geldt een subsidie van 50% van de op de offerte ingediende kosten voor:

    • -

      dakgroen voor een dak met grote biodiversiteit en een waterbergende capaciteit tot 30 liter per m2 met een maximum tot € 25,- per m2, vervanging, versteviging of aanleg van de dakconstructie ter behoeve van het dakgroen valt niet onder de subsidieregeling;

    • -

      dakgroen voor een dak met grote biodiversiteit en een waterbergende capaciteit vanaf 30 liter per m2 met een maximum tot € 40,- per m2, vervanging, versteviging of aanleg van de dakconstructie ter behoeve van het dakgroen valt niet onder de subsidieregeling;

    • -

      gevelgroen bij een grondgebonden groene gevel met een maximum van € 25,- per m2;

    • -

      gevelgroen bij een gevel die wortelt in de constructie met een maximum van € 40,- per m2;

    • -

      aanleg van een groene erfafscheiding met een maximum van € 25,- per m2;

    • b.

      Er geldt een subsidie van 60% van de op de offerte ingediende kosten voor:

    • -

      de aanleg van een waterberging vanaf 500 liter;

    • -

      een infiltratievoorziening;

    • -

      het afkoppelen van regenwaterafvoer.

    • c.

      Er geldt een subsidie van 10 euro per vierkante meter voor volledig ontstenen waarbij verharding in zijn geheel wordt vervangen door een groenvoorziening;

    • d.

      Er geldt een subsidie van 5 euro per vierkante meter voor ontstenen waarbij de verharding wordt vervangen door halfverharding waarbij minimaal 40% van de ondergrond vrij blijft;

    • e.

      Er geldt een subsidie van 50% van de kosten voor het planten van inheemse bomen met een maximum van € 500,00 per boom;

    • f.

      De aanvrager kan per kadastraal perceel met een oppervlakte tot 2500 m2 in aanmerking komen voor een maximale subsidie van € 30.000,-;

    • g.

      De aanvrager kan per kadastraal perceel met een oppervlakte vanaf 2500 m2 in aanmerking komen voor een maximale subsidie van € 60.000,-.

Subsidievoorwaarden

Artikel 5  

  • 1.

    Subsidie zoals genoemd in artikel 3a wordt alleen verleend als aan de volgende criteria wordt voldaan:

    • a.

      Het dak- of gevelgroen moet een oppervlak hebben van minimaal 6 m2 aaneengesloten groen;

    • b.

      Het ontsteende deel van een tuin, waarbij verharding volledig wordt vervangen door een groenvoorziening, moet minimaal 6 m2 bedragen;

    • c.

      Het ontsteende deel van een tuin, waarbij verharding wordt vervangen door halfverharding, moet minimaal 12 m2 bedragen;

    • d.

      Bij het afkoppelen van het regenwater dient het water opgevangen te worden op het eigen terrein;

    • e.

      De aanvrager is eigenaar van het (bij)gebouw of aan- of uitbouw, woonboot en woonwagen waarop het dak- of gevelgroen wordt aangelegd of de tuin waarin ontsteend wordt of een infiltratiesysteem of waterberging wordt aangelegd of het regenwater wordt afgekoppeld;

    • f.

      Indien de aanvrager geen eigenaar is van het (bij)gebouw of de aan- of uitbouw, woonboot, woonwagen of tuin waarvoor de subsidie wordt aangevraagd, verklaart de eigenaar, via schriftelijke toestemming, zijn akkoord;

    • g.

      De werkzaamheden waar deze subsidieaanvraag betrekking op heeft nog niet zijn aangevangen.

  • 2.

    Subsidie zoals genoemd in artikel 3b wordt alleen verleend als aan de volgende criteria wordt voldaan:

    • a.

      Het dak- of gevelgroen moet een oppervlakte hebben van minimaal 6 m2 aaneengesloten groen;

    • b.

      Het ontsteende deel van een terrein, waarbij verharding volledig wordt vervangen door een groenvoorziening, moet minimaal 10 m2 bedragen bij een perceel tot 200 m2, voor percelen vanaf 200 m2 geldt een minimaal onthard oppervlakte van 5% van de totale oppervlakte van het perceel;

    • c.

      Het ontsteende deel van een terrein, waarbij verharding wordt vervangen door halfverharding, moet minimaal 50% van het parkeeroppervlak bedragen;

    • d.

      De groene erfafscheiding heeft een minimale oppervlakte van 20 m2;

    • e.

      De aanvrager is eigenaar van het (bij)gebouw of aan- of uitbouw, woonboot en woonwagen waarop het dak- of gevelgroen wordt aangelegd of het terrein dat ontsteend wordt of waarin een infiltratiesysteem of waterberging wordt aangelegd of het regenwater wordt afgekoppeld;

    • f.

      Indien de aanvrager geen eigenaar is van het (bij)gebouw of de aan- of uitbouw, woonboot, woonwagen of tuin waarvoor de subsidie wordt aangevraagd, verklaart de eigenaar, via schriftelijke toestemming, zijn akkoord;

    • g.

      De werkzaamheden waar deze subsidieaanvraag betrekking op heeft nog niet zijn aangevangen.

  • 3.

    Er kan per kadastraal perceel maar één keer een aanvraag worden ingediend voor dakgroen.

  • 4.

    Er kan per kadastraal perceel maar één keer een aanvraag worden ingediend voor gevelgroen.

  • 5.

    Er kan per kadastraal perceel maar één keer subsidie aangevraagd worden voor ontstenen.

  • 6.

    Er kan per kadastraal perceel maar één keer subsidie aangevraagd worden voor afkoppelen van regenwater of de aanleg van een waterberging en/of infiltratiesysteem.

  • 7.

    Voor bestaande bouw wordt subsidie verleend voor:

    • -

      ontstenen

    • -

      aanleg watervoorziening en/of infiltratiesysteem

    • -

      groene gevel

    • -

      groen dak

    • -

      afkoppelen regenwater

    • -

      groene erfafscheiding zoals genoemd in artikel 3b

    • -

      planten van bomen zoals genoemd in artikel 3b

  • 8.

    Voor nieuwbouw wordt een subsidie verleend voor:

    • -

      groene gevel

    • -

      groen dak

  • 9.

    Deze subsidieregeling kan niet gecombineerd worden met andere subsidieregelingen, waarbij dezelfde maatregelen worden gesubsidieerd, welke worden uitgevoerd door de gemeente Tilburg.

  • 10.

    De uitgevoerde maatregelen moeten minimaal 10 jaar onderhouden en intact blijven.

Eisen aan de subsidieaanvraag

Artikel 6  

De aanvraag wordt ingediend op een door of namens het college vastgesteld aanvraagformulier 'Aanvraagformulier subsidie klimaatbestendig Tilburg' waarop is vermeld welke stukken moeten worden overlegd.

Onvolledige aanvraag

Artikel 7  

  • 1.

    Indien een onvolledige aanvraag is ingediend, verzoekt het college de aanvrager schriftelijk deze aan te vullen binnen een termijn van vier weken, te rekenen vanaf de dagtekening van het verzoek van het college;

  • 2.

    Het college besluit een aanvraag niet in behandeling te nemen, indien de in het eerste lid genoemde termijn is verstreken zonder dat de gevraagde aanvulling is ontvangen.

Beoordeling aanvraag

Artikel 8  

  • 1.

    De aanvragen worden behandeld in volgorde van binnenkomst;

  • 2.

    Als een ingediende subsidieaanvraag nog niet volledig is, dan wordt het tijdstip van binnenkomst bepaald door de datum waarop de subsidieaanvraag wel volledig is;

  • 3.

    Het college beslist op de aanvraag voor een subsidie binnen 8 weken na ontvangst van de aanvraag.

Verplichtingen van de subsidieontvanger

Artikel 9  

  • 1.

    De klimaatadaptieve maatregelen worden overeenkomstig de aanvraag en subsidieverlening aangebracht binnen zesentwintig weken na het besluit tot subsidieverlening.

Vaststellen van de subsidie

Artikel 10  

  • 1.

    Binnen zesentwintig weken na het besluit tot subsidieverlening dient de subsidieontvanger een aanvraag tot subsidievaststelling in;

  • 2.

    De aanvraag tot vaststelling van de subsidie wordt ingediend op het formulier 'Vaststelling subsidie klimaatbestendig Tilburg', waarop is vermeld welke bijkomende stukken moeten worden bijgevoegd;

  • 3.

    Het college beslist binnen acht weken na ontvangst van de aanvraag tot vaststelling;

  • 4.

    Betaling vindt plaats binnen zes weken na de subsidievaststelling.

Onvoorziene omstandigheden en hardheidsclausule

Artikel 11  

  • 1.

    In alle gevallen waarin deze subsidieregeling niet of niet voldoende voorziet, beslist het college;

  • 2.

    Het college kan de bepalingen in deze subsidieregeling in individuele gevallen buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover de toepassing van die bepalingen voor de subsidieaanvrager of -ontvanger gevolgen zou hebben die onevenredig zijn in verhouding tot de met de betrokken bepalingen te dienen doelen.

Slotbepalingen

Artikel 12  

  • 1.

    Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2024 en loopt tot 31 december 2027;

  • 2.

    Deze regeling kan worden aangehaald als de 'Subsidieregeling klimaatbestendig Tilburg 2024-2027'.

Naar boven