Gemeente Nijkerk – Besluitenlijst vergadering raadscommissie I van 16 november 2023

 

 

Aanvang 19.30 uur, Raadzaal Stadhuis Nijkerk

 

Aanwezig: de voorzitters: J.J. Lok (agendapunten 4 tot en met 8) en R. van Hussel (agendapunten 1 tot en met 3); de commissiegriffier: I.P. van der Wielen-Bakker; de leden: D. Bezembinder-Feiken (De Lokale Partij), T.J. Blankesteijn (CDA), H.J. Bokkers (CDA) – vanaf 19.38 uur, P.C.J. Collignon (De Lokale Partij), P.O.G. Hegeman-Mekking (ChristenUnie-SGP), R. van Hussel (VVD) (agendapunten 4 tot en met 8), M.T. Lanting-van Rhee (ChristenUnie-SGP) – vanaf 20.40 uur, J.J. Lok (agendapunten 1 tot en met 3) T.T.R. Luigjes (VVD) – tot 20.20 uur, C.E.J. van Manen (Forum voor Democratie) – tot 21.10 uur, T.G. Kortink (PRO21), I.H. Moes (PRO21), N.H.F. Morpey (CDA) – vanaf 19.47 uur, J. van Putten (ChristenUnie-SGP), L.W. Rakhorst (CDA), N.G. Staal (VVD) – tot 21.50 uur, M.C. van der Stelt (VVD), T. van Valkenhoef (De Lokale Partij), M. van Veen (PRO21), B. Veldhuizen (CDA), D.H.J. van Wijnen (ChristenUnie-SGP), M. Willems (VVD) – tot 21.50 uur. Namens het college is aanwezig: wethouder M. Broekman- van der Pers (agendapunt 5), wethouder E. Heutink-Wenderich (agendapunt 5), wethouder A.M.W. Rohen (agendapunt 5), wethouder C.J. Windhouwer (agendapunt 3 en 4) en burgemeester G.D. Renkema (agendapunt 5), met als ambtelijke ondersteuning H. Dobbenberg (agendapunt 3), J. van de Minkelis (agendapunt 4), M. van der Woude (agendapunt 5), E. van de Pol (agendapunt 5).

 

1. Opening en vaststelling van de agenda

De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld.

 

2. Langetermijnagenda

Er zijn geen opmerkingen over de onderwerpen, openstaande moties en/of toezeggingen die op de Langetermijnagenda staan.

 

3. Voorgenomen collegebesluit over uitgangspunten parkeren omgeving Kerkplein

De bespreking vindt plaats aan de hand van de door het college gestelde vragen in de consultatienotitie.

Aan de commissieleden wordt gevraagd of zij zich kunnen vinden in de uitgangspunten die in het voorgenomen besluit van het college voor de invulling van parkeren rondom het Kerkplein staan.

 

Hierbij geven de commissieleden hun reactie en stellen zij vragen aan elkaar en aan de portefeuillehouder.

 

De commissieleden van de fracties van de VVD, De Lokale Partij, de ChristenUnie-SGP en het CDA geven aan zich grotendeels te kunnen vinden in de uitgangspunten. De heer Van Veen (PRO21) geeft aan zich niet te kunnen vinden in de uitgangspunten. Hij vraagt zich af wat de parkeerbehoefte is en wat er nodig is. Verder mist hij de onderbouwing van de uitgangspunten.

 

Als aandachtspunten worden onder meer de volgende zaken aan het college meegegeven:

  • Zorgen over de invulling van de 30 parkeerplekken voor de Grote Kerk en hoe die er dan uit gaan zien; advies van de commissie om hier goed naar te kijken.

  • Zorgen over de handhaving van de shop en go parkeerplaatsen.

  • Kijken naar een extra parkeermogelijkheid op het terrein achter de Tango tijdens de bouwwerkzaamheden te zijner tijd rondom het Kerkplein en het project Stadshaven.

  • Dat de consultatienotitie verrijkt had kunnen worden met beeldmateriaal, en een onderbouwing en verdere uitwerking van het plan.

  • De vraag op welke manier de raad in het vervolgproces en de uitwerking van het plan meegenomen gaat worden.

 

De voorzitter concludeert dat de vragen voldoende zijn besproken en dat er diverse aandachtspunten zijn meegegeven aan het college voordat zij een definitief besluit neemt. Dit besluit zal vervolgens als uitgangspunt gaan gelden voor de herinrichting van het gebied.

 

4. Concept-participatievisie

De bespreking vindt plaats aan de hand van de door het college gestelde vragen in de consultatienotitie. Hierbij geven de commissieleden hun reactie en stellen zij vragen aan elkaar en aan de portefeuillehouder.

 

De commissieleden geven allereerst aan dat participatie erg belangrijk is. De concept-participatievisie is een goed uitgangsdocument, maar weinig concreet.

 

Vervolgens geven de commissieleden hun reactie op de in de consultatienotitie gestelde vragen:

  • 1.

    Sluit de definitie in hoofdstuk 2 aan bij uw beeld?

De heer Rakhorst (CDA) geeft aan dat de in hoofdstuk 2 genoemde definitie aansluit bij zijn beeld.

Mevrouw Hegeman (ChristenUnie-SGP) sluit zich hierbij aan en voegt nog toe dat het wel impact moet hebben op de lokale samenleving.

Mevrouw Moes (PRO21) geeft aan dat de definitie niet aansluit bij haar beeld. Participatie gaat volgens haar over het uitoefenen van invloed en niet over informeren. Ze stelt voor aan te sluiten bij bijvoorbeeld de handreiking van de VNG over de participatieverordening in plaats van lokaal een eigen definitie te formuleren.

De heer Van Valkenhoef (De Lokale Partij) geeft aan dat de definitie op zich aansluit bij zijn beeld, maar geeft daarbij wel aan dat de uitleg van de definitie nu nog te vaag is.

Mevrouw Willems (VVD) geeft eveneens aan dat de definitie iets preciezer zou kunnen.

 

  • 2.

    Graag horen we uw mening over de werkwijze zoals beschreven in hoofdstuk 4 en 5.

Mevrouw Moes (PRO21) geeft aan dat er veel ambitie ligt en het goed is om planmatig te werken. Verder roept zij op om vooral te kijken naar gemeenten die dit document al hebben en daar lering uit te trekken en niet alles zelf opnieuw te bedenken. De heer Van Valkenhoef (De Lokale Partij) sluit zich hierbij aan en voegt toe dat de werkwijze nog weinig concreet is. We hoeven niet opnieuw uit te vinden, participatievisies van andere gemeenten zijn er al. Hij vraagt zich af op basis waarvan de praktische handleiding gemaakt wordt en waarom dit niet in de visie zit, hij stelt voor een aantal werkvormen te bepalen om uit te kiezen. Verder geeft hij aan dat participeren voor een deel van de samenleving ingewikkeld is en vraagt of er ondersteuning bij het proces van participeren is.

Mevrouw Willems (VVD) geeft aan dat participatie vormvrij is en vraagt hoe dit vastgelegd wordt naast de handvatten die er al liggen.

De heer Rakhorst (CDA) geeft aanvullend aan blij te zijn dat het de bedoeling is om te experimenteren met nieuwe participatievormen, maar roept op om daarbij wel te kijken hoe een bestuurlijk mandaat voor de kaders geregeld moet worden.

Mevrouw Hegeman (ChristenUnie-SGP) geeft aan dat de werkwijze nog weinig concreet is. Zij vraagt om concretisering van de rol van de raad en inhoudelijke kaders om aan het begin van een proces betrokken te worden. Zij stelt een participatieladder voor om verwachtingen te kunnen managen. Verder geeft zij aan het belangrijk te vinden om eerst te zorgen voor een goede basis, voordat ook andere vormen van participatie worden ingezet.

Mevrouw Moes (PRO21) vraagt nog aandacht voor de inzet van communicatiemiddelen en het afstemmen van de juiste taal op de juiste doelgroep.

De heer Staal (VVD) geeft aan dat het belangrijk is dat de processtappen helder zijn en stelt daarom voor om met een concreet stappenplan als werkwijze te komen.

 

  • 3.

    Bent u het eens met de keuze om omgevingsbewust denken en participatie via het beschreven ontwikkel- en leerproces (zie hoofdstuk 6A) stap voor stap de komende drie jaar verder tot de standaard manier van gemeentelijk werken te maken?

Aangegeven wordt dat deze vraag over hoofdstuk 7 in plaats van 6A gaat.

Mevrouw Willems (VVD) geeft aan vooral benieuwd te zijn naar het plan, de uitvoering en het resultaat van de proeftuinen. Het uitdaagrecht vereist volgens haar duidelijke kaders die zij graag terugziet bij de verdiepingsslag van de participatievisie.

De heer Rakhorst (CDA) is het eens met de keuze maar ook dit is weinig concreet waardoor er ook niet zoveel is om op tegen te zijn.

Mevrouw Hegeman (ChristenUnie-SGP) geeft als aandachtspunt mee dat zowel intern als extern geëvalueerd moet worden, maar dat het hierbij belangrijk is om eerst de basis op orde te brengen.

Mevrouw Moes (PRO21) sluit zich hierbij aan en roept op om eerste de dingen te doen die we goed doen en pas daarna uit te breiden met proeftuinen, uitdaagrecht en andere zaken.

De heer Van Valkenhoef (De Lokale Partij) vraagt zich af hoe het evalueren in de verordening verwerkt wordt.

 

  • 4.

    Bent u het eens met het gegeven dat de Participatieverordening ook van toepassing is op inbreidingslocaties en de nota Inbreidingslocaties daarmee kan vervallen?

De commissieleden geven aan het eens te zijn met het gegeven dat de participatieverordening ook van toepassing is op inbreidingslocaties. Wel geven zij mee dat de nota inbreidingslocaties een bredere reikwijdte heeft dan de participatieverordening en dat goed moet worden gekeken hoe de ‘ruimtelijke aspecten’ uit de nota worden geborgd, omdat dit niet in de participatieverordening kan.

 

  • 5.

    Bent u met ons van mening dat de participatievisie een belangrijke leidraad is voor het uitwerken van onze strategische communicatie.

De commissieleden geven aan dat zij het op hoofdlijnen eens zijn met de mening van het college dat de participatievisie een belangrijke leidraad is voor het uitwerken van strategische communicatie. Als aandachtspunten worden daarbij nog meegeven:

  • Om met een strategisch communicatieplan te komen.

  • Dat goede communicatie meer vaardigheden verreist dan een participatievisie.

  • Dat strategie vraagt om analyse, aanpak en actie.

  • Dat professionele strategische communicatie meer is dan participatie, het gaat om alle contactmomenten met inwoners en vraagt om pro actiever communiceren. Het is daarmee onderdeel van participatie maar hangt er ook boven.

 

De voorzitter concludeert dat de vragen voldoende zijn besproken en dat er diverse aandachtspunten zijn meegegeven aan het college. Het college zal de inbreng meenemen bij de uitwerking van een voorstel voor een Participatievisie en een Participatieverordening. Deze voorstellen worden naar verwachting begin 2024 gelijktijdig ter besluitvorming aan de raad voorgelegd.

 

5. 2e Bestuursrapportage 2023 (2023-080)

De commissieleden geven aan dat zij blij zijn met het positieve resultaat, maar dat dit weinig zekerheid biedt voor de toekomst. Vervolgens benoemen zij over welke punten zij nog met elkaar willen spreken. Deze bespreekpunten worden behandeld. Daarbij geven de commissieleden hun reactie en stellen vragen aan elkaar en aan de wethouder.

 

Tijdens de bespreking wordt onder meer gesproken over:

  • De post noodopvang asielzoekers, dit gaat om kosten ter voorbereiding op de komst van asielzoekers en niet over de nazorg voor Hoevelaken. (Vraag naar de inhoud van de post noodopvang asielzoekers)

  • De stand van de algemene reserve, en de vraag of de ombuiging wel 4 miljoen moet zijn of dat dit lager kan. Aangegeven wordt dat de algemene reserve voor incidentele dekking is en het begrotingstekort om een structureel tekort gaat, vandaar dat ombuiging nodig is.

  • Het optimaliseren van het controlemechanisme voor Jeugdzorg, het monitoren van het proces en de behoefte om beter te kunnen sturen als raad.

  • Chalets, gevraagd wordt naar de reden waarom niet alle 56 chalets gelijk geplaatst zijn.

  • De inzet van extra geld voor armoedebestrijding via de bijzondere bijstand en de vraag naar de inzet van dienstverlening voor schulden en armoede als structurele hulp oplossing.

  • Afschrijvingslasten en de ambitie om hier meer op te sturen.

 

Het voorstel kan wat de commissie betreft zonder debat geagendeerd worden voor de raadsvergadering van 23 november 2023.

 

6. Regionale samenwerking

De heer Bokkers geeft een terugkoppeling van de vergadering van de Regiocommissie Foodvalley van 15 november 2023. Er is gesproken over het aanstaande vertrek van directeur Arjan Droog. Verder is aan de hand van een memo gesproken over de vraag hoe de raden beter in stelling gebracht kunnen worden. Het doel daarbij is om te kijken of de raden samen het een en ander kunnen afstemmen bij grote regionale projecten. De strategische agenda is als pilot gekozen, de bedoeling is om vaker als raden samen te komen om bijvoorbeeld eventuele zienswijze af te stemmen. Als laatste brengt de heer Bokkers de raadsinformatiebijeenkomst van 29 november in Ede onder de aandacht van de raad.

 

Wethouder Windhouwer doet een mededeling over de Corridorvisie Veluwelijn inclusief station Corlaer. De planning die voor de vaststelling daarvan in de Kadernota is genoemd, is niet haalbaar. Door de nieuwe ontwikkelingen rondom knooppunt Hoevelaken is niet duidelijk wat de toekomst van deze corridor zal zijn. De wethouder geeft aan dat dit onderwerp zal worden meegenomen bij de Mobiliteitsvisie 2.0.

 

7. Mededelingen van raad en college

Er zijn geen mededelingen.

 

8. Sluiting

De vergadering wordt om 22.40 uur gesloten.

 

Opgesteld te Nijkerk op 5 december 2023.

 

De commissiegriffier, I.P. van der Wielen-Bakker

De voorzitters, J.J. Lok en R. van Hussel

 

Naar boven