Gemeenteblad van Horst aan de Maas
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Horst aan de Maas | Gemeenteblad 2023, 555929 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Horst aan de Maas | Gemeenteblad 2023, 555929 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Horst aan de Maas
De raad van de gemeente Horst aan de Maas;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 31 oktober 2023,
gelet op het bepaalde in de Gemeentewet;
gelet op de artikelen 2.1.3, 2.1.4, eerste tot en met vierde lid, en zesde lid, 2.1.4a, eerste tot en met zevende lid, 2.1.4b, tweede lid, 2.1.5 eerste lid, 2.1.6, 2.1.7 van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en artikel 5.4 van het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015;
VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE HORST AAN DE MAAS
In deze verordening wordt verstaan onder:
beschermd wonen: betreft een maatwerkvoorziening bestaande uit de volgende kenmerken:
wonen in een accommodatie van een instelling met daarbij behorende toezicht en begeleiding, gericht op het bevorderen van zelfredzaamheid en participatie, het psychisch en psychosociaal functioneren, stabilisatie van een psychiatrisch ziektebeeld, het voorkomen van verwaarlozing of maatschappelijke overlast of het afwenden van gevaar voor de cliënt of anderen, bestemd voor personen met psychische of psychosociale problemen, die niet in staat zijn zich op eigen kracht te handhaven in de samenleving; en,
mantelzorg: hulp ten behoeve van zelfredzaamheid, participatie, beschermd wonen, opvang, jeugdhulp, het opvoeden en opgroeien van jeugdigen en zorg en overige diensten als bedoeld in de Zorgverzekeringswet, die rechtstreeks voortvloeit uit een tussen personen bestaande sociale relatie en die niet wordt verleend in het kader van een hulpverlenend beroep;
HOOFDSTUK 2: Melding, onderzoek en aanvraag
Het college onderzoekt in een gesprek tussen deskundigen en degene door of namens wie de melding is gedaan, dan wel de in lid 1 bedoelde personen, zo spoedig mogelijk en voor zover nodig, doch uiterlijk binnen zes weken na ontvangst van de melding:
de mogelijkheden om door middel van voorliggende voorzieningen of door samen met zorgverzekeraars en zorgverleners als bedoeld in de Zorgverzekeringswet en andere partijen op het gebied van publieke gezondheid, jeugdhulp, onderwijs, welzijn, wonen, werk en inkomen, te voorzien in de behoefte aan maatschappelijke ondersteuning;
HOOFDSTUK 3: Algemene voorzieningen en maatwerkvoorzieningen
Artikel 11. Criteria voor maatwerkvoorziening
Een cliënt komt in aanmerking voor een maatwerkvoorziening:
De maatwerkvoorziening levert, rekening houdend met de uitkomsten van het in artikel 6 bedoelde onderzoek, een passende bijdrage aan het realiseren van een situatie waarin de cliënt in staat wordt gesteld tot zelfredzaamheid of participatie en zo lang mogelijk in de eigen leefomgeving kan blijven, en/of
ter compensatie van de problemen bij het zich handhaven in de samenleving van de cliënt met psychische of psychosociale problemen en de cliënt die de thuissituatie heeft verlaten, al dan niet in verband met risico's voor zijn veiligheid als gevolg van huiselijk geweld, voor zover de cliënt deze problemen naar het oordeel van het college niet kan verminderen of wegnemen
De maatwerkvoorziening levert, rekening houdend met de uitkomsten van het in artikel 6 bedoelde onderzoek, een passende bijdrage aan het voorzien in de behoefte van de cliënt aan beschermd wonen of opvang en aan het realiseren van een situatie waarin de cliënt in staat wordt gesteld zich zo snel mogelijk weer op eigen kracht te handhaven in de samenleving. Een cliënt komt enkel in aanmerking voor een financiële tegemoetkoming voor zover
Artikel 12. Voorwaarden, verplichtingen en weigeringsgronden
Geen woonvoorziening wordt verstrekt:
voor zover het voorzieningen in gemeenschappelijke ruimten betreft, anders dan automatische deuropeners, hellingbanen, het verbreden van gemeenschappelijke toegangsdeuren, het aanbrengen van drempelhulpen of vlonders of het aanbrengen van een opstelplaats bij de toegangsdeur van de gemeenschappelijke ruimte, met uitzondering van een voorziening voor verhuizing en inrichting;
Een cliënt kan voor een voorziening voor vervoer in natura of in de vorm van een persoonsgebonden budget in aanmerking komen wanneer beperkingen, chronische psychische problemen of psychosociale problemen het gebruik van een collectief systeem onmogelijk maken, dan wel een collectief systeem niet aanwezig is.
Artikel 13. Inhoud beschikking
Artikel 14. Persoonsgebonden budget
wordt berekend op basis van een prijs of tarief:
waarbij, voor zover van toepassing, rekening is gehouden met de in lid 1 onder b gestelde voorwaarden betreffende het tarief onder welke de cliënt de mogelijkheid heeft om de betreffende diensten, hulpmiddelen, woningaanpassingen en andere maatregelen te betrekken van een persoon die behoort tot het sociale netwerk, en
Het pgb tarief voor de maatwerkvoorzieningen Wmo uit artikel 10, lid 2 c t/m h, is niet hoger dan het maximale tarief van de maatwerkvoorziening in natura zoals vastgesteld in regionaal afgesloten raamovereenkomsten met aanbieders. Deze tarieven kunnen voorafgaand aan het opstellen van een budgetplan gecommuniceerd worden met de inwoner die het plan opstelt.
Regels voor pgb beschermd wonen:
Voor zover dit geen onderdeel is van het persoonsgebonden budget voor een zaak, kan het bedrag worden aangevuld met een vergoeding voor onderhoud en verzekering. Als het leefzorgplan en budgetplan aantoonbaar maken dat een financiële compensatie voor ondersteuning door het eigen netwerk doelmatiger, efficiënter en tot effectievere zorgondersteuning leidt, dan is het verstrekken van een pgb voor het sociaal netwerk mogelijk.
Het pgb uurtarief voor het inzetten van hulp uit het eigen sociaal netwerk is gelijk aan het wettelijk minimumloon zoals dat geldt op het moment van de pgb verstrekking. Bij een wijziging van het wettelijk minimumloon past de budgethouder de zorgovereenkomst tussen de budgethouder en zorgverlener daarop aan.
Artikel 14.1 Keuze voor persoonsgebonden budget of zorg in natura
Bij de beoordeling van de motivatie om een pgb te voeren wordt gekeken of:
Bij de beoordeling van de bekwaamheid om op verantwoorde wijze een pgb te voeren wordt gekeken of de aanvrager, al dan niet ondersteund vanuit zijn sociaal netwerk of diens (wettelijke) vertegenwoordiger:
in voldoende mate op de hoogte is van rechten en plichten die aan een pgb zijn verbonden en in staat is om het opdrachtgeverschap en de daarbij behorende taken op zich te nemen. Dit zijn taken zoals het zoeken van een passende zorgverlener, het voeren van sollicitatiegesprekken, het opstellen van een correcte zorgovereenkomst die gelijk is aan het model van de Sociale Verzekeringsbank, het aansturen van de zorgverlener(s), het omgaan met eventuele ziekte van de zorgverlener(s), het voeren van de administratie, waaronder het accorderen van facturen, het bewaken van de kwaliteit en voortgang van de zorg en het signaleren van misbruik door de zorgverlener;
De hoogte van het pgb is gebaseerd op het leefzorgplan en budgetplan waarbij het leefzorgplan leidend is. In ieder geval moet blijken dat de met het pgb te bieden ondersteuning veilig, doeltreffend en cliëntgericht is en dat de te bieden ondersteuning in redelijkheid geschikt is voor het doel waarvoor het pgb wordt verstrekt.
Artikel 14.4 Kwaliteit maatwerkvoorziening pgb
Bij de beoordeling van de kwaliteit van een maatwerkvoorziening in de vorm van een pgb, wordt uitgegaan van de regionaal gestelde kwaliteitseisen voor zorg in natura, benoemd in het Programma van Eisen, behorend bij de inkoop van Wmo in de regio Noord-Limburg, door de Modulaire Gemeenschappelijke Regeling Sociaal Domein Limburg-Noord. Dat betekent dat ervan uit wordt gegaan dat de ondersteuning die geleverd wordt met inzet van een pgb een vergelijkbare kwaliteit heeft met ondersteuning die, met betrekking tot een gelijksoortig product, wordt ingekocht door middel van ZIN. Deze kwaliteitseisen gelden niet voor pgb’s voor het sociale netwerk.
Artikel 15. Nieuwe feiten en omstandigheden, herziening, intrekking of terugvordering
Onverminderd artikel 2.3.8 van de wet doet een cliënt aan het college op verzoek of onverwijld uit eigen beweging mededeling van alle feiten en omstandigheden, waarvan hem redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat deze aanleiding kunnen zijn tot heroverweging van een beslissing als bedoeld in artikel 2.3.5 of 2.3.6 van de wet.
Als het college een beslissing op grond van het tweede lid, onder a, heeft ingetrokken en de verstrekking van de onjuiste of onvolledige gegevens door de cliënt opzettelijk heeft plaatsgevonden, kan het college van de cliënt en degene die daaraan opzettelijk zijn medewerking heeft verleend, geheel of gedeeltelijk de geldswaarde vorderen van de ten onrechte genoten maatwerkvoorziening of het ten onrechte genoten pgb.
Artikel 16. Controle en (her)onderzoek
HOOFDSTUK 4: Bijdrage in de kosten
Artikel 17. Bijdrage in de kosten van algemene voorzieningen
Een cliënt is een bijdrage verschuldigd in de kosten voor het gebruik van:
Artikel 18. Bijdrage in de kosten van maatwerkvoorzieningen of pgb’s en bij de verordening aangewezen algemene voorzieningen
Eigen bijdrage voor winteropvang en acute opvang:
Vanwege de complexiteit van de zorgvraag van sommige inwoners kan het college besluiten tot verlengd en verdiepend onderzoek naar de zorgvraag en het organiseren van een passende oplossing. Het gaat hierbij om personen (met of zonder kinderen) uit de regio Noord- en Midden-Limburg die verblijven in de acute opvang. Indien de termijn van 2 weken verlengd wordt, kan het college besluiten dat de cliënt ook voor deze periode geen eigen bijdrage verschuldigd is.
Het is de opvanginstelling toegestaan personen (met of zonder kinderen) die verblijven in de acute opvang een vergoeding te vragen voor verstrekte maaltijden. De hoogte van deze vergoeding is gelijk aan die het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (NIBUD) berekent als gemiddelde voedingskosten.
Het Centraal Administratie Kantoor (CAK) berekent en int de eigen bijdrage voor ondersteuning vanuit de Wmo. Het college bepaalt bij nadere regeling door welke andere instanties dan het CAK in de gevallen bedoeld in artikel 2.1.4a lid 7 Wmo 2015, de bijdragen voor een maatwerkvoorziening of pgb worden vastgesteld en geïnd.
HOOFDSTUK 5: Kwaliteit en veiligheid
Artikel 20. Bestrijding oneigenlijk gebruik, misbruik en oneigenlijk gebruik van de maatwerkvoorzieningen en pgb’s
Artikel 21. Verhouding prijs en kwaliteit levering voorziening door derden
HOOFDSTUK 7: Klachten, medezeggenschap en inspraak
Artikel 25. Betrekken van ingezetenen bij het beleid
Het college betrekt ingezetenen van de gemeente, waaronder in ieder geval cliënten of hun vertegenwoordigers, bij de voorbereiding van het beleid betreffende maatschappelijke ondersteuning en het verlenen van inspraak overeenkomstig de daarvoor vastgestelde gemeentelijke regelgeving.
HOOFDSTUK 8: Overgangsrecht en slotbepalingen
Het door het gemeentebestuur gevoerde beleid wordt binnen 4 jaar geëvalueerd. Het college zendt hiertoe aan de gemeenteraad een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van het beleidsplan en de verordening in de praktijk.
Artikel 28. Intrekking oude verordening en overgangsrecht
Een cliënt houdt recht op een lopende voorziening verstrekt op grond van de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Horst aan de Maas zoals vastgesteld door de raad op 14 oktober 2014,18 oktober 2016, 19 december 2017, 4 september 2018, 12 februari 2019, 10 december 2019 of 21 december 2021, totdat het college een nieuw besluit heeft genomen waarbij het besluit waarmee deze lopende voorziening is verstrekt, wordt ingetrokken.
Op bezwaarschriften tegen een besluit op grond van de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Horst aan de Maas zoals vastgesteld door de raad op 21 december 2021, wordt beslist met inachtneming van de verordening waarop het besluit is gebaseerd, tenzij de toepassing van deze verordening gunstiger is voor de bezwaarmaker.
Een cliënt houdt het recht op een lopende voorziening in de vorm van zorg in natura verstrekt voor 1 januari 2024, tot de datum waarop de verstrekte voorziening eindigt, of totdat het college een ander besluit heeft genomen waarbij het besluit waarmee deze lopende voorziening is verstrekt, wordt ingetrokken.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2023-555929.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.