Verkeersbesluit tot het treffen van tijdelijke verkeersmaatregelen in verband met het evenement ‘Carnaval in Lampegat 2024’

Kenmerk: 7583205

BESLUIT

Het college van burgemeester en wethouders van Eindhoven (hierna: het College) neemt een verkeersbesluit voor de volgende straten:

- Alle straten waarop het evenement Carnaval is geprojecteerd.

Voor de volgende, tijdelijke inrichtingselementen in het plan is een verkeersbesluit vereist: 

• 1. Het instellen van een maximumsnelheid van 30 km/h;

• 2. Het instellen van een gebod voor alle bestuurders het bord voorbij te gaan aan de zijde die de pijl aangeeft, dan wel aan te geven dat het bord aan beide zijden mag worden voorbijgegaan;

• 3. Het instellen van een geslotenverklaring in beide richtingen voor voertuigen, ruiters en geleiders van rij- of trekdieren of vee;

• 4. Het instellen van een geslotenverklaring in beide richtingen voor voertuigen, ruiters en geleiders van rij- of trekdieren of vee, uitgezonderd bestemmingsverkeer;

• 5. Het instellen van een geslotenverklaring in beide richtingen voor voertuigen, ruiters en geleiders van rij- of trekdieren of vee, uitgezonderd aanwonenden;

• 6. Het instellen van een geslotenverklaring in beide richtingen voor voertuigen, ruiters en geleiders van rij- of trekdieren of vee, uitgezonderd TTO taxi’s en fietsers;

• 7. Het instellen van een geslotenverklaring in beide richtingen voor voertuigen, ruiters en geleiders van rij- of trekdieren of vee, uitgezonderd fietsers;

• 8. Het instellen van een geslotenverklaring voor fietsen en voor gehandicaptenvoertuigen zonder motor;

• 9. Het instellen van een geslotenverklaring voor fietsen, bromfietsen en gehandicaptenvoertuigen;

• 10. Het instellen van een verbod voor motorvoertuigen om elkaar onderling in te halen;

• 11 Het opheffen van eenrichtingverkeer en het inrijden toestaan;

• 12 Het instellen van eenrichtingsverkeer;

• 13 Het instellen van éénrichtingsverkeer, met uitzondering van fietsers;

• 14 Het instellen van éénrichtingsverkeer, met uitzondering van lijnbussen en taxi’s,

• 15 Het instellen van een parkeerverbod op taxistandplaatsen;

• 16 Het instellen van tijdelijke taxistandplaatsen;

• 17 Het instellen van een parkeerverbod;

• 18 Het plaatsen van fysieke afsluitingen door middel van hekwerken.

Wettelijk kader

De basis voor het nemen van dit verkeersbesluit is het bepaalde in:

- de Wegenverkeerswet 1994 (hierna: WVW 1994);

- het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (hierna: RVV 1990);

- het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (hierna: BABW).

Op grond van artikel 15, eerste lid, van de WVW 1994 moet een verkeersbesluit genomen worden voor de plaatsing of verwijdering van de in artikel 12 van het BABW genoemde verkeerstekens, alsmede voor onderborden voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd.

Op grond van artikel 15, tweede lid, van de WVW 1994 moet een verkeersbesluit genomen worden bij maatregelen op of aan de weg tot wijziging van de inrichting van de weg of tot het aanbrengen of verwijderen van voorzieningen ter regeling van het verkeer, indien de maatregelen leiden tot een beperking of uitbreiding van het aantal categorieën weggebruikers dat van een weg of weggedeelte gebruik kan maken.

Het gemeentebestuur is bevoegd tot het nemen van dit besluit. De basis hiervoor is artikel 18, lid 1, sub d van de WVW 1994.

De bevoegdheid tot het nemen van verkeersbesluiten als bedoeld in artikel 15 van de WVW 1994 is krachtens het ‘Mandaatregister gemeente Eindhoven’ gemandateerd aan het hoofd van de afdeling Verkeer, Milieu en Duurzaamheid.

Op grond van het bepaalde in artikelen 34, 35 en 37 van het BABW kan het bevoegd gezag onder bepaalde omstandigheden tijdelijke verkeerstekens plaatsen of tijdelijke verkeersmaatregelen uitvoeren. Indien de tijdelijke plaatsing of de tijdelijke maatregelen van kortere duur is dan 4 maanden, behoeft geen verkeersbesluit te worden genomen. Onder de gegeven omstandigheden wordt dit thans wel nodig geacht, omdat de maatregelen verband houden met een gepland evenement dat zich regelmatig (jaarlijks) voordoet.

De onderstaande belangen zijn de basis voor het verkeersbesluit. Zij staan in artikel 2 van de WVW 1994:

- het verzekeren van de veiligheid op de weg;

- het beschermen van weggebruikers en passagiers;

- het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer;

- het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte overlast, hinder of schade.

Overeenkomstig artikel 24 van het BABW is overleg gepleegd met de politie Oost-Brabant, district Eindhoven, basisteam Eindhoven Zuid. De politie ziet erop toe dat de verkeersregels worden nageleefd. Daarom is het plan ook met haar besproken. Zij is akkoord met dit besluit.

Aanleiding

De straten die door het evenement ‘Carnaval in Lampegat’ worden aangedaan zijn bij de gemeente Eindhoven in beheer. Van 8 februari 2024 tot en met 13 februari 2024 vindt het evenement Carnaval plaats. Hiervoor dienen in de periode van 4 februari 2024 tot en met 14 februari 2024 diverse verkeersmaatregelen te worden genomen, waaronder het afsluiten van straten voor het verkeer.

De diverse verkeersmaatregelen in de periode 4 februari 2024 t/m 14 februari 2024 en tijdens de carnavalsoptocht op zaterdag 10 februari 2024 zijn beschreven in onderstaand document, dat tevens als bij bijlage aan dit verkeerbesluit is toegevoegd:

- 1. Dagen-tijden wegafsluitingen Carnaval 2024 (v2)

Ten behoeve van het evenement is een mobiliteitsplan opgesteld.

Om bij eventuele calamiteiten in te kunnen grijpen zijn op de belangrijke locaties hekwachten, verkeersregelaars en de medewerkers van de politie gepositioneerd.

Door deze maatregelen op en rondom de evenementenlocaties en optocht kan de veiligheid van bezoekers gewaarborgd worden.

Door het afzetten van de evenementenlocaties en optocht dienen alternatieve omleidingsroutes beschikbaar te zijn. Hiervoor is een omleidingsplan voorzien, waarbij tevens rekening is gehouden met de routes voor de hulpdiensten. Hiermee blijft de bereikbaarheid van en de veiligheid op het wegennet zoveel mogelijk gewaarborgd. In verband met de omleidingsroutes en een efficiënte, veilige verkeersafwikkeling wordt tevens een aantal aanvullende verkeersmaatregelen getroffen (waaronder het instellen van een maximumsnelheid en een inhaalverbod).

Voor de exacte locaties van de verkeersmaatregelen wordt verwezen naar onderstaande tekeningen, die tevens als bijlagen aan dit verkeersbesluit zijn toegevoegd.

Afstemming

De totstandkoming en het afzetten van de evenementenlocaties en optocht is van tevoren met diverse partijen, waaronder de hulpdiensten en busmaatschappij Hermes, besproken. Alle partijen zijn akkoord gegaan met de voorliggende evenementenlocaties, optocht en de daarbij behorende tijdelijke afzettingen.

Belangenafweging

Met dit verkeersbesluit stelt het college tijdelijke verkeersregels vast in verband met het geplande (jaarlijkse) evenement Carnaval, door middel van het plaatsen van verkeerstekens en voorzieningen ter regeling van het verkeer.

Deze regels dienen de hierboven genoemde verkeersbelangen van artikel 2 van de WVW 1994.

Door het instellen van de tijdelijke verkeersmaatregelen kan het evenement veilig en ordentelijk verlopen. De maatregelen worden getroffen om ruimte te creëren voor de festiviteiten in de aangegeven periode. Dit in het belang van alle bezoekers van het evenement. Ze worden tevens nodig geacht om de voorzieningen ten behoeve van het evenement veilig te kunnen opbouwen en afbreken. Zonder deze tijdelijke verkeersmaatregelen zullen er verkeersonveilige en/of overlastgevende situaties ontstaan.

De maatregelen kunnen daarentegen hinder met zich meebrengen voor omwonenden, bedrijven en weggebruikers in het algemeen. Dit in de vorm van afsluitingen van weggedeeltes op de route naar hun bestemming of ter plaatse van hun woning of bedrijf, snelheidsbeperkingen en overige tijdelijke verkeersregels. De reisafstanden en reistijden kunnen door de tijdelijke verkeersmaatregelen wat langer zijn, doordat de doorstroming van de weg minder is. Of omdat men een alternatieve route moet nemen, dan wel een deel van de reis per voet moet afleggen.

Tijdens het evenement is er een aantal parkeerlocaties tijdelijk niet of nauwelijks bereikbaar. Buiten het centrum ligt een aantal grote parkeerlocaties waar geparkeerd kan worden.

De mogelijke hinder die door de verkeersmaatregelen kan worden ondervonden, is van tijdelijke duur. Het college is van mening dat de mogelijke ongemakken voor omwonenden, bedrijven en weggebruikers beperkt zijn, mede doordat er omleidingsroutes en alternatieve routes worden ingesteld en alternatieve parkeerlocaties beschikbaar zijn.

Volgens vaste jurisprudentie moeten tijdelijke verkeersmaatregelen worden beschouwd als een normale maatschappelijke ontwikkeling waarmee iedereen kan worden geconfronteerd. De nadelige gevolgen van dergelijke maatregelen mogen echter niet onevenredig zijn in verhouding tot de met het besluit te dienen belangen. De tijdelijke verkeersmaatregelen leiden volgens het college niet tot onevenredige hinder of overlast voor betrokkenen.

Het college heeft besloten bovengenoemde verkeersbelangen op grond van artikel 2 van de WVW 1994 en het belang van de veiligheid van de deelnemers, medewerkers en bezoekers zwaarder te laten wegen dan de belangen bij het beschikbaar houden van de weggedeeltes voor het overige verkeer en de (eventuele) belangen bij het instandhouden van de gebruikelijke verkeersregels.

Het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer wordt van ondergeschikt belang geacht.

Besluit

Het college besluit voor de periode van 4 februari 2024 tot en met 14 februari 2024 tot:

• 1. Het instellen van een maximumsnelheid van 30 km/h door middel van het plaatsen van A1-borden;

• 2. Het instellen van een gebod voor alle bestuurders het bord voorbij te gaan aan de zijde die de pijl aangeeft, dan wel aan te geven dat het bord aan beide zijden mag worden voorbijgegaan, door middel van het plaatsen van D2- en D3-borden;

• 3. Het instellen van een geslotenverklaring in beide richtingen voor voertuigen, ruiters en geleiders van rij- of trekdieren of vee door middel van het plaatsen van C1-borden;

• 4. Het instellen van een geslotenverklaring in beide richtingen voor voertuigen, ruiters en geleiders van rij- of trekdieren of vee, uitgezonderd bestemmingsverkeer, door middel van het plaatsen van een C1-bord met onderbord ‘uitgezonderd bestemmingsverkeer’;

• 5. Het instellen van een geslotenverklaring in beide richtingen voor voertuigen, ruiters en geleiders van rij- of trekdieren of vee, uitgezonderd aanwonenden, door middel van het plaatsen van een C1-bord met onderbord ‘uitgezonderd aanwonenden’;

• 6. Het instellen van een geslotenverklaring in beide richtingen voor voertuigen, ruiters en geleiders van rij- of trekdieren of vee, uitgezonderd TTO taxi’s en fietsers, door middel van het plaatsen van een C1-bord met onderbord ‘uitgezonderd TTO taxi’s en fietsers’;

• 7. Het instellen van een geslotenverklaring in beide richtingen voor voertuigen, ruiters en geleiders van rij- of trekdieren of vee, uitgezonderd fietsers door middel van het plaatsen van een C1-bord met onderbord OB52;

• 8. Het instellen van een geslotenverklaring voor fietsen en voor gehandicaptenvoertuigen zonder motor door middel van het plaatsen van C14-borden;

• 9. Het instellen van een geslotenverklaring voor fietsen, bromfietsen en gehandicaptenvoertuigen door middel van het plaatsen van C15-borden;

• 10. Het instellen van een verbod voor motorvoertuigen om elkaar onderling in te halen door middel van het plaatsen van een F1-bord;

• 11 Het opheffen van eenrichtingverkeer en het inrijden toestaan door middel van het plaatsen van een C5-bord en het verwijderen van C2-borden en C3-borden;

• 12 Het instellen van eenrichtingsverkeer door middel van het plaatsen van C2-borden, C3-borden en waar van toepassing een C4-bord;

• 13 Het instellen van éénrichtingsverkeer, met uitzondering van fietsers, door middel van het plaatsen van een C2-bord en een C3-bord met onderbord OB52 ‘Uitgezonderd fietsers’;

• 14 Het instellen van éénrichtingsverkeer, met uitzondering van lijnbussen en taxi’s, door middel van het plaatsen van een C2-bord en een C3-bord met onderbord ‘Uitgezonderd lijnbussen en taxi’;

• 15 Het instellen van een parkeerverbod op taxistandplaatsen door middel van het plaatsen van E5-borden met onderborden OB310p;

• 16 Het instellen van tijdelijke taxistandplaatsen door middel van het plaatsen van E5-borden met tijdsvenster;

• 17 Het instellen van een parkeerverbod door middel van het plaatsen van E4-borden met onderborden OB310p;

• 18 Het plaatsen van fysieke afsluitingen door middel van hekwerken.

De hierboven genoemde verkeersborden zijn conform de modellen van bijlage 1 van het RVV 1990.

De tijdelijke verkeersmaatregelen zijn beschreven in document ‘Dagen-tijden wegafsluitingen Carnaval 2024 (v2) (bijlage 1) en aangegeven op onderstaande tekeningen, die tevens als bijlagen aan dit verkeersbesluit zijn toegevoegd:

Carnaval 2024-opbouw-V4 (bijlage 2)

 Carnaval 2024-Carnaval Paterskerk-A3-V2 (bijlage 3)

Carnaval 2024-Wilhelminaplein-A4-V2 (bijlage 4)

Carnaval 2024-Optocht-V4 (bijlage 5)

Carnaval 2024-taxilocatie-A3-V3 (bijlage 6)

Carnaval 2024-taxilocatie Zaterdag na optocht-A3-V4 (bijlage 7)

Carnaval 2024-afbouw vanaf 21 h-V2 (bijlage 8)

Carnaval 2024-Afbouw tot 21 h-V4 (bijlage 9)

Eindhoven, 20 december 2023

Hoogachtend,

namens burgemeester en wethouders van Eindhoven,

I.J.C. Brouwer

plv. hoofd afdeling Verkeer, Milieu en Duurzaamheid

Bijlagen:

• 1. Dagen-tijden wegafsluitingen Carnaval 2024 (v2)

• 2. Carnaval 2024-Opbouw-V4

• 3. Carnaval 2024-Carnaval Paterskerk-A3-V2

• 4. Carnaval 2024-Wilhelminaplein-A4-V2

• 5. Carnaval 2024-Optocht-V4

• 6. Carnaval 2024-Taxilocatie-A3-V3

• 7. Carnaval 2024-Taxilocatie Zaterdag na optocht-A3-V4

• 8. Carnaval 2024-Afbouw vanaf 21 h-V2

• 9. Carnaval 2024-Afbouw tot 21 h-V4

Bezwaar

Belanghebbenden kunnen, tot uiterlijk 6 weken na publicatie van het besluit, schriftelijk bezwaar indienen bij burgemeester en wethouders, Postbus 90150, 5600 RB Eindhoven.

Het bezwaarschrift moet worden ondertekend en bevat ten minste:

• 1. de naam en het adres van de indiener

• 2. de dagtekening

• 3. een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht

• 4. de gronden van het bezwaar.

Het bezwaar schorst niet de werking van het besluit.

Wel kan een belanghebbende, met een spoedeisend belang, binnen dezelfde termijn een voorlopige voorziening vragen bij de voorzieningenrechter van Rechtbank Oost-Brabant, Postbus 90125, 5200 MA ’s-Hertogenbosch.

Het verzoek om een voorlopige voorziening moet voldoen aan dezelfde eisen als een bezwaarschrift.