Verordening op de heffing en invordering van toeristenbelasting 2024

De raad van de gemeente Velsen,

 

Gelezen het raadsvoorstel van burgemeester en wethouders, nummer …………van …………..

Gelet op artikel 224 van de Gemeentewet

Besluit

Vast te stellen de Verordening op de heffing en invordering van toeristenbelasting 2024

 

 

 

 

artikel 1 Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

recreatiewoning:

woningen en andere verblijven, niet-zijnde mobiele kampeeronderkomens of stacaravans, in hoofdzaak bestemd voor en gebezigd als verblijf voor vakantie- en andere recreatieve doeleinden;

mobiele kampeeronderkomens:

tenten, vouwwagens, kampeerauto's, toercaravans, strandhuisjes en soortgelijke onderkomens dan wel soortgelijke voertuigen en/of vaartuigen welke bestemd zijn dan wel gebezigd worden als verblijf voor vakantie en andere recreatieve doeleinden op land en/of op water;

niet-beroepsmatig verhuurde ruimten:

woningen en andere verblijven, of gedeelten daarvan, niet-zijnde mobiele kampeeronderkomens of stacaravans, welke niet in hoofdzaak bestemd zijn als verblijf voor vakantie en andere recreatieve doeleinden, doch wel in bepaalde perioden van het jaar voor die doeleinden worden verhuurd, dan wel te huur aangeboden;

vaste standplaats:

een terrein of terreingedeelte dat bestemd is voor het gedurende een seizoen of een jaar plaatsen van een zelfde mobiel kampeeronderkomen of stacaravan.

bed & breakfast:

een kleinschalige overnachtings- en verblijfsaccommodatie gericht op het bieden van de mogelijkheid tot een toeristisch kortdurend verblijf met het serveren van ontbijt aan maximaal 4 gasten binnen de bebouwde kom en maximaal 8 gasten buiten de bebouwde kom.

artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam “toeristenbelasting” wordt een directe belasting geheven voor het houden van verblijf met overnachting binnen de gemeente tegen een vergoeding in welke vorm dan ook door personen die niet als ingezetene met een adres in de gemeente in de gemeentelijke basisregistratie personen zijn opgenomen.

artikel 3 Belastingplicht

  • 1.

    Belastingplichtig is degene die gelegenheid biedt tot verblijf, als bedoeld in artikel 2.

  • 2.

    De belastingplichtige is bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op degene, die verblijf houdt als bedoeld in artikel 2.

  • 3.

    Als er geen persoon is aan te wijzen die gelegenheid biedt tot verblijf, is degene belastingplichtig die verblijf houdt als bedoeld in artikel 2.

artikel 4 Vrijstellingen

De belasting wordt niet geheven voor het verblijf:

  • 1.

    van degene die verblijft in een instelling als bedoeld in artikel 4van de Wet toetreding zorgaanbieders;

  • 2.

    van een vreemdeling als bedoeld in artikel 29, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000, die rechtmatig in Nederland verblijft in de zin van artikel 8, letters c,d,f,g,h, van voornoemde wet, en voor zover deze persoon verblijf houdt als bedoeld in artikel 2 van de Verordening , onder verantwoordelijkheid van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers.

artikel 5 Maatstaf van heffing

De belasting wordt geheven naar het aantal overnachtingen in het belastingjaar. Het aantal overnachtingen wordt gesteld op het aantal overnachtende personen vermenigvuldigd met het aantal nachten.

artikel 6 Belastingtarief

Het tarief bedraagt per overnachting, per persoon voor

hotels en recreatiewoningen € 2,50

andere overnachtingsvormen (strandhuisjes, campings en Bed & Breakfast,

cruiseschepen) € 1,50

artikel 7 Belastingjaar

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

artikel 8 Wijze van heffing

  • 1.

    De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.

  • 2.

    Wanneer er sprake is van overnachten op passagiersschepen, die binnen de gemeente hun verblijf houden, wordt de belasting geheven bij wege van voldoening op aangifte.

  • 3.

    Na aanvang van het belastingjaar kan aan de belastingplichtige een voorlopige aanslag worden opgelegd tot ten hoogste het aantal overnachtingen waarop de aanslag over dat jaar vermoedelijk zal worden vastgesteld.

artikel 9 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de voorlopige aanslagen, ingeval het totaalbedrag op het aanslagbiljet meer is dan € 75,--, doch minder dan € 10.000,-- en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven worden betaald in maximaal acht termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.

  • 2.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moet de aanslagen, voor zover niet bedoeld in het eerste lid, worden betaald in één termijn die vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld.

  • 3.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het voorgaande lid gestelde termijnen.

artikel 10 Kwijtschelding

Bij de invordering van deze belasting wordt geen kwijtschelding verleend.

artikel 11 Aanmeldingsplicht

De belastingplichtige bedoeld in artikel 3, eerste lid, is gehouden, voordat hij voor de eerste maal na het in werking treden van deze verordening gelegenheid tot overnachten verschaft, zulks schriftelijk te melden aan de door het college van burgemeester en wethouders aangewezen gemeenteambtenaren, als bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdelen b en d van de Gemeentewet.

artikel 12 Registratieplicht

  • 1.

    De belastingplichtige bedoeld in artikel 3, eerste lid is gehouden een nachtverblijfregister bij te houden. is verplicht, gehouden per belastingtijdvak een nachtverblijfregister bij te houden.

  • 2.

    Het nachtverblijfregister bevat met betrekking tot ieder aan wie gelegenheid tot overnachten verschaft tenminste gegevens betreffende:

    • naam en woonplaats;

    • datum van aankomst en datum van vertrek;

    • het aantal overnachtingen ter zake waarvan belasting verschuldigd is.

artikel 13 Overgangsrecht

De "Verordening toeristenbelasting 2023", vastgesteld bij raadsbesluit van 24 november 2022, sedertdien gewijzigd ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

artikel 14 Inwerkingtreding

  • 1.

    De verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024.

artikel 15 Citeerartikel

Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening toeristenbelasting 2024".

 

Vastgesteld in de openbare raadsvergadering van ………………..

De raad van de gemeente Velsen,

De griffier, De voorzitter,

R.B. Palstra F.C. Dales

Naar boven