Gemeenteblad van Elburg
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Elburg | Gemeenteblad 2023, 550584 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Elburg | Gemeenteblad 2023, 550584 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
2e Wijziging financiële verordening gemeente Elburg 2019
De raad van de gemeente Elburg;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 7 november 2023;
gelet op de artikel 212 van de Gemeentewet.
gelet op het Besluit Begroting en Verantwoording Provincies en Gemeenten,
besluit:vast te stellen de volgende verordening: 2e wijziging financiële verordening gemeente Elburg 2019.
In deze verordening wordt verstaan onder:
- BBV: het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten;
- Administratie: het systematisch verzamelen, vastleggen, verwerken en verstrekken van informatie ten behoeve van het besturen, het functioneren en het beheersen van de organisatie van de gemeente Elburg en ten behoeve van de verantwoording die daarover moet worden afgelegd;
- Financiële administratie: het onderdeel van de administratie dat omvat het systematisch maken en verwerken van aantekeningen betreffende de financiële gegevens van de organisatie van de gemeente Elburg, teneinde te komen tot een goed inzicht in:
- Administratieve organisatie: het stelsel van organisatorische maatregelen gericht op het tot stand brengen en het in stand houden van de goede werking van de bestuurlijke en ambtelijke informatieverzorging ten behoeve van de verantwoordelijke leiding;
- Financieel beheer: het uitoefenen van bestuur over en toezicht op het beheer van middelen en het uitoefenen van rechten van de gemeente Elburg;
- Doelmatigheid: het realiseren van bepaalde prestaties met een zo beperkt mogelijke inzet van middelen;
- Doeltreffendheid: de mate waarin de beoogde maatschappelijke effecten van het beleid ook daadwerkelijk worden behaald;
- Rechtmatigheid: het in overeenstemming zijn met de relevante wet- en regelgeving, zoals bedoeld in het Besluit accountantscontrole decentrale overheden;
- Planperiode: dit betreft het begrotingsjaar en de drie daaropvolgende jaren;
- Liquiditeitsratio: de liquiditeitsratio geeft aan in hoeverre de gemeente in staat is haar verplichtingen op korte termijn na te komen. De liquiditeitsratio wordt berekend door het totaal van de op korte termijn in liquide middelen om te zetten activa te delen door de kortlopende schulden;
- Netto schuld per inwoner: bruto schuld minus de omvang van de geldelijke bezittingen gedeeld door het aantal inwoners op 31 december van het begrotingsjaar. Onder bruto schuld wordt verstaan het totaal van langlopende leningen, kortlopende schulden, crediteurenvorderingen en overlopende passiva. Onder geldelijke bezittingen wordt verstaan het totaal van verstrekte geldleningen en overige uitzettingen, debiteurenvorderingen, liquide middelen en overlopende activa;
- Onbenutte belastingcapaciteit onroerende zaakbelasting: het verschil tussen (geraamde) opbrengst onroerende zaakbelasting op grond van de gemeentelijke tarieven en de opbrengst onroerende zaakbelasting berekend op basis van de tarieven die als inkomstenmaatstaf OZB worden gehanteerd bij de berekening van de algemene uitkering;
- Weerstandsratio: dit betreft de uitkomst van de deling van de beschikbare weerstandscapaciteit door de benodigde weerstandscapaciteit. Weerstandscapaciteit wordt gedefinieerd als: het geheel aan beschikbare en vrij aanwendbare financiële middelen om mogelijke risico’s met financieel gevolg op te kunnen vangen. Er wordt hierbij onderscheid gemaakt tussen de structurele en de incidentele weerstandsratio.
- Rechtmatigheidsverantwoording: de rapportage van het college waarbij aangegeven wordt in welke mate de totstandkoming van de financiële beheershandelingen en de vastlegging daarvan overeenstemmen met de relevante wet- en regelgeving.
Artikel 3. Inrichting begroting en jaarstukken
Bij de uiteenzetting van de financiële positie in de begroting wordt in aanvulling op het bepaalde in artikel 20 en artikel 21 BBV inzicht gegeven in de ontwikkeling van de schuldpositie als gevolg van de begroting, de meerjarenraming, de investeringen en de grondexploitatie (geprognosticeerde balans).
Artikel 4. Kaders ontwerpbegroting
1. Het college biedt jaarlijks aan de raad een kadernota aan. De kadernota bevat in ieder geval:
2. In het meerjarenperspectief wordt een stelpost onvoorzien (incidenteel) van € 50.000 en een stelpost remweg (onvoorzien structureel) van € 10.000 opgenomen.
Artikel 5. Autorisatie begroting en investeringskredieten
De investeringen voor het eerste begrotingsjaar worden bij de begrotingsbehandeling met het vaststellen van de begroting geautoriseerd. Bij de begrotingsbehandeling geeft de raad aan van welke nieuwe investeringen hij op een later tijdstip een apart voorstel voor autorisatie van het investeringskrediet wil ontvangen.
Artikel 6. Tussentijdse rapportage
In de tussentijdse rapportages worden incidentele afwijkingen op de oorspronkelijke ramingen van de baten en lasten en investeringskredieten in de begroting groter dan € 25.000 toegelicht. Tevens worden structurele afwijkingen op de oorspronkelijke ramingen van de baten en lasten groter dan € 10.000 toegelicht. Daarnaast worden alle mutaties in de reserves en de stelpost begrotingsoverschot toegelicht.
Indien het college voorziet dat een bij begroting geautoriseerd bedrag dreigt te worden overschreden met meer dan € 25.000, wordt dit door het college in de eerstvolgende raadsvergadering aan de raad gemeld. Het college voegt hierbij een voorstel voor wijziging van het budget of het investeringskrediet of een voorstel voor bijstelling van het beleid.
Het college informeert vooraf de raad en neemt pas een besluit nadat de raad in de gelegenheid is gesteld zijn wensen en bedenkingen ter kennis van het college te brengen indien het college nieuwe meerjarige verplichtingen aangaat waarvan de jaarlijkse lasten groter zijn dan € 10.000, niet zijnde kapitaallasten.
Het hiervoor onder lid 1c gestelde is niet van toepassing voor zover voldaan wordt aan de voorwaarden en afspraken zoals deze zijn opgenomen in de bij raadsbesluit van 27 mei 2013 vastgestelde beleidsnotitie ”Verstrekken rentedragende geldleningen aan verenigingen voor de (ver)bouw, aanleg c.q. aankoop van sportaccommodaties”. Dit raadsbesluit is als bijlage bij deze verordening gevoegd.
Artikel 9. Waardering en afschrijving vaste activa
Het college biedt de raad vierjaarlijks een nota waardering en afschrijving aan met daarin opgenomen beleidsvoornemens en kaders.
Artikel 10. Reserves en voorzieningen
Het college biedt de raad vierjaarlijks een nota reserves en voorzieningen aan met daarin opgenomen beleidsvoornemens en kaders.
Artikel 11. Kostprijsberekening
Voor het bepalen van de geraamde kostprijs van rechten en heffingen waarmee kosten in rekening worden gebracht, wordt een extracomptabel stelsel van kostentoerekening gehanteerd. Bij deze kostentoerekening worden naast de directe kosten, de overheadkosten en de rente van de financiering van de in gebruik zijnde activa betrokken.
Bij de directe kosten worden de bijdragen aan en onttrekkingen van voorzieningen van de betrokken activa en de afschrijvingskosten van de in gebruik zijnde activa betrokken. Voor de rechten en heffingen waarmee kosten in rekening worden gebracht, worden daarbij ook de compensabele BTW en de gederfde inkomsten van het kwijtscheldingsbeleid betrokken.
Bij de toerekening van de overheadkosten aan de kostprijs van rechten en heffingen, bedoeld in het eerste lid, wordt een percentage berekend over de geraamde directe kosten van de economische categorieën 1.1 Salarissen en sociale lasten. Dit (ophogings-) percentage wordt berekend door het aandeel van de totale overheadkosten in een jaar te delen door de totale geraamde directe kosten van de economische categorie 1.1 Salarissen en sociale lasten.
Het percentage van de omslagrente voor de toerekening van rente voor de financiering van de in gebruik zijnde activa, bedoeld in het eerste lid, wordt jaarlijks met de begroting vastgesteld. Het percentage van deze omslagrente wordt bepaald uit het gewogen gemiddelde van het bij de begroting geraamde rentepercentage van de opgenomen langlopende leningen en kortlopende leningen (rekening courant).
In afwijking van het eerste lid worden bij vennootschapsbelastingplichtige activiteiten en grondexploitaties alleen de rentekosten voor de inzet van vreemd vermogen aan de kostprijs toegerekend. Ter berekening hiervan wordt het rentepercentage gecorrigeerd voor het aandeel van het vreemd vermogen in het balanstotaal (gewogen gemiddelde rentepercentage).
Artikel 12. Prijzen economische activiteiten
Voor de levering van goederen, diensten of werken en bij het verstrekken van leningen of garanties door de gemeente aan derden, waarbij de gemeente in concurrentie met marktpartijen treedt, wordt ten minste de geraamde integrale kostprijs in rekening gebracht. Bij afwijking vanwege een publiek belang motiveert de raad dit vooraf voor elk van deze activiteiten afzonderlijk.
Artikel 13. Financieringsfunctie
Het verstrekken van leningen en garanties en het aangaan van deelnemingen wordt uitsluitend gedaan uit hoofde van de publieke taak. Het college motiveert in zijn besluit het publieke belang van dergelijke verstrekkingen. Bij verstrekkingen die een bedrag van € 25.000 te boven gaan wordt aan de raad vooraf de mogelijkheid geboden om wensen en bedenkingen bij het college in te dienen.
Het college stelt regels op ter uitvoering van het gestelde onder het eerste tot en met derde lid en legt deze regels alsmede de regels voor taken en bevoegdheden, de verantwoordingsrelaties en de bijbehorende informatievoorziening vast in een treasurystatuut. Het college zendt het treasurystatuut ter kennisgeving aan de raad.
Het hiervoor onder lid 2 gestelde is niet van toepassing voor zover voldaan wordt aan de voorwaarden en afspraken zoals deze zijn opgenomen in de bij raadsbesluit van 27 mei 2013 vastgestelde beleidsnotitie ”Verstrekken rentedragende geldleningen aan verenigingen voor de (ver)bouw, aanleg c.q. aankoop van sportaccommodaties”. Dit raadsbesluit is als bijlage bij deze verordening gevoegd.
Het college biedt de raad vierjaarlijks een nota grondbeleid aan met daarin opgenomen beleidsvoornemens en kaders.
De administratie is zodanig van opzet en werking, dat zij in ieder geval dienstbaar is voor:
Het college draagt zorg voor de jaarlijkse interne toetsing van de getrouwheid van de informatieverstrekking en de rechtmatigheid van de financiële beheershandelingen. Bij afwijkingen rapporteert het college daarover in de rechtmatigheidsverantwoording, zoals beschreven in artikel 19 onder 4. Daarnaast informeert het college de raad over genomen maatregelen tot herstel van de tekortkomingen.
Het college zorgt voor de systematische controle van de registratie en de ontwikkeling van de bezittingen en het financieel vermogen van de gemeente met dien verstande dat de waardepapieren, de voorraden, de uitstaande leningen, de debiteurenvorderingen, de liquiditeiten, de opgenomen leningen, de kortlopende schulden en de vorderingen van crediteuren jaarlijks worden gecontroleerd en registergoederen en bedrijfsmiddelen eenmaal in de 4 jaar. Bij afwijkingen in de registratie neemt het college maatregelen voor herstel van de tekortkomingen.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2023-550584.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.