Gemeenteblad van Noordoostpolder
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Noordoostpolder | Gemeenteblad 2023, 550297 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Noordoostpolder | Gemeenteblad 2023, 550297 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Algemene plaatselijke verordening gemeente Noordoostpolder
Inhoud Algemene plaatselijke verordening gemeente Noordoostpolder
Noot: Alle ontbrekende nummers zijn van artikelen die nooit zijn opgenomen, zijn vervallen of zijn overgeheveld naar de Verordening Fysieke Leefomgeving (Vfl)
HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1:4 Voorschriften en beperkingen
Artikel 1:5 Persoonlijk karakter van vergunning of ontheffing
Artikel 1:6 Intrekking of weigering van vergunning of ontheffing
HOOFDSTUK 2 OPENBARE ORDE EN VEILIGHEID, VOLKSGEZONDHEID EN MILIEU
Afdeling 1 Voorkomen of bestrijding van ongeregeldheden
Artikel 2:1 Samenscholing en ongeregeldheden
Artikel 2:2 Verstoring van de openbare orde
Artikel 2:3 Kennisgeving betogingen op openbare plaatsen
Afdeling 4 Toezicht op openbare inrichtingen
Artikel 2:28 Exploitatie openbare inrichting
Artikel 2:30 Afwijking sluitingstijden; tijdelijke sluiting
Artikel 2:31 Verboden gedragingen
Artikel 2:32 Handel in openbare inrichtingen
Artikel 2:33 Het college als bevoegd bestuursorgaan
Artikel 2:33.1 Beperking sterke drank
Artikel 2:33.2 Ontheffing beperking sterke drank
Afdeling 5 Bijzondere bepalingen horecabedrijven Alcoholwet
Artikel 2:34b Regulering sportieve en recreatieve rechtspersonen
Artikel 2:34c Regulering overige rechtspersonen
Artikel 2:34d Ontheffing schenktijden
Artikel 2:34e Schenktijden commerciële horeca in een gebouw met paracommerciële activiteiten en verbod verstrekken van sterke drank
Afdeling 6 Toezicht op inrichtingen tot het verschaffen van nachtverblijf
Artikel 2:36 Kennisgeving exploitatie
Artikel 2:38 Verschaffing gegevens nachtregister
Afdeling 7 Toezicht op speelgelegenheden
Artikel 2:39 Speelgelegenheden
Artikel 2:40.2 Vergunningplicht
Artikel 2:40.3 Vergunningaanvraag
Artikel 2:40.4 Beslissingstermijn
Artikel 2:40.6 Weigeringsgronden
Artikel 2:40.7 Vervallen vergunning
Artikel 2:40.8 Intrekkingsgronden
Artikel 2:40.9 Voortzetting exploitatie
Afdeling 8 Maatregelen ter voorkoming van overlast, gevaar of schade
Artikel 2:41 Betreden gesloten woning of lokaal
Artikel 2:42 Plakken en kladden
Artikel 2:43 Vervoer plakgereedschap e.d.
Artikel 2:44 Vervoer inbrekerswerktuigen en hulpmiddelen voor winkeldiefstal
Artikel 2:47 Hinderlijk gedrag op openbare plaatsen
Artikel 2:48 Verboden drankgebruik
Artikel 2:49 Verboden gedrag bij of in gebouwen
Artikel 2:50 Hinderlijk gedrag in voor publiek toegankelijke ruimten
Artikel 2:59 Gevaarlijke honden
Afdeling 9 Bestrijding van heling van goederen
Artikel 2:67 Verplichtingen met betrekking tot het verkoopregister
Artikel 2:68 Voorschriften als bedoeld in artikel 437ter, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht
Artikel 2:74 Drugshandel op straat
Artikel 2:74a Openlijk drugsgebruik
Afdeling 12 Bijzondere bevoegdheden van de burgemeester
Artikel 2:75 Bestuurlijke ophouding
Artikel 2:76 Veiligheidsrisicogebieden
Artikel 2:77 Cameratoezicht op openbare plaatsen
Artikel 2:78 Gebiedsontzeggingen
Artikel 2:80 Sluiting van voor publiek openstaande gebouwen
Artikel 2:80a Tegengaan van onveilig, niet leefbaar en malafide ondernemersklimaat
Artikel 2:80c Intrekking of wijziging vergunning
Artikel 2:80d Sluiting van een gebouw
HOOFDSTUK 3 SEKSINRICHTINGEN, SEKSWINKELS, STRAATPROSTITUTIE EN DERGELIJKE
Artikel 3:2 Bevoegd bestuursorgaan
Afdeling 2 Seksinrichtingen en straatprostitutie
Artikel 3:5 Gedragseisen exploitant en beheerder
Artikel 3:7 Tijdelijke afwijking sluitingstijden; (tijdelijke) sluiting
Artikel 3:8 Aanwezigheid van en toezicht door exploitant en beheerder
Artikel 3:11 Tentoonstellen, aanbieden en aanbrengen van erotisch-pornografische goederen, afbeeldingen en dergelijke
Afdeling 3 Beslissingstermijn; weigeringsgronden
Artikel 3:12 Beslissingstermijn
Artikel 3:13 Weigeringsgronden
Afdeling 4 Beëindiging exploitatie; wijziging beheer
Artikel 3:14 Beëindiging exploitatie
HOOFDSTUK 4 BESCHERMING VAN HET MILIEU EN HET NATUURSCHOON ZORG VOOR HET UITERLIJK AANZIEN VAN DE GEMEENTE
Afdeling 1 Voorkomen of beperken geluidhinder en hinder door verlichting
Artikel 4:3 Kennisgeving incidentele activiteiten
Artikel 4:6 Overige geluidhinder
Afdeling 2 Bodem-, weg en milieuverontreiniging
Artikel 4:8 Natuurlijke behoefte doen
HOOFDSTUK 6 STRAF-, OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN
Artikel 6:3 Binnentreden woningen
Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen
Artikel 1:5 Persoonlijk karakter van vergunning of ontheffing
De vergunning of ontheffing is persoonlijk, tenzij bij of krachtens deze verordening anders is bepaald.
Hoofdstuk 2. Openbare orde en veiligheid, volksgezondheid en milieu
Afdeling 1. Voorkomen of bestrijding van ongeregeldheden
Artikel 2:3 Kennisgeving betogingen op openbare plaatsen
Hij die het voornemen heeft op een openbare plaats een betoging te houden, waaronder begrepen een samenkomst als bedoeld in artikel 3, eerste lid van de Wet openbare manifestaties, geeft daarvan voor de openbare aankondiging en ten minste 48 uren voordat de betoging wordt gehouden, schriftelijk kennis aan de burgemeester.
Bij de indiening van de vergunningaanvraag worden de gegevens, bedoeld in artikel 2.3 van het Besluit brandveilig gebruik en basishulpverlening overige plaatsen, aangeleverd voor zover voor het evenement een gebruiksmelding zou moeten worden gedaan op grond van artikel 2:1, eerste lid, van het Besluit brandveilig gebruik en basishulpverlening overige plaatsen.
Afdeling 4. Toezicht op openbare inrichtingen
In deze afdeling wordt onder openbare inrichting verstaan een hotel, restaurant, pension, café, waterpijpcafé, cafetaria, snackbar, discotheek, buurthuis of clubhuis;
of elke andere voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was logies wordt verstrekt of dranken worden geschonken of rookwaren of spijzen voor directe consumptie ter plaatse worden bereid of verstrekt.
Een buiten de in het eerste lid bedoelde besloten ruimte liggend deel waar sta- of zitgelegenheid kan worden geboden en waar tegen vergoeding dranken kunnen worden geschonken of spijzen voor directe consumptie ter plaatse kunnen worden bereid of verstrekt, waaronder in ieder geval een terras, maakt voor de toepassing van deze afdeling deel uit van die besloten ruimte.
Artikel 2:28 Exploitatievergunning openbare inrichting
Het is verboden voor het publiek toegankelijke eet- of drinkgelegenheden, die in beheer zijn bij verenigingen en stichtingen met een sociaal-culturele doelstelling of bij instellingen die accommodaties ten behoeve van dergelijke verenigingen of stichtingen beheren of welke zijn verbonden aan sportaccommodaties, geopend te hebben, daarin bezoekers toe te laten of te hebben:
Artikel 2:32 Handel binnen openbare inrichtingen
De exploitant van een openbare inrichting laat niet toe dat een handelaar, aangewezen bij algemene maatregel van bestuur op grond van artikel 437, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht, of een voor hem handelend persoon in die inrichting enig voorwerp verwerft, verkoopt of op enig andere wijze overdraagt.
Artikel 2:33 Het college als bevoegd bestuursorgaan
Als een openbare inrichting geen voor het publiek openstaand gebouw of bijbehorend erf is in de zin van artikel 174 van de Gemeentewet, treedt het college bij de toepassing van de artikelen 2:28 tot en met 2:30 op als bevoegd bestuursorgaan.
Artikel 2:33.1 Beperking sterke drank
Het is verboden anders dan om niet sterke drank voor gebruik ter plaatse en bedrijfsmatig sterke drank voor gebruik elders dan ter plaatse te verstrekken in een inrichting;
Afdeling 5. Regulering paracommerciële rechtspersonen en overige aangelegenheden uit de Alcoholwet
In deze afdeling wordt verstaan onder:
bijeenkomsten van persoonlijke aard: bijeenkomsten met een veelal feestelijk karakter, waarbij meestal alcoholhoudende drank wordt genuttigd, die geen direct verband houden met de doelstelling van de paracommerciële rechtspersonen, zoals bruiloften, feesten, partijen, recepties, jubilea, verjaardagen, bedrijfsfeesten, koffietafels, condoleancebijeenkomsten en dergelijke;
Artikel 2:34b Regulering sportieve en recreatieve rechtspersonen
Een sportieve en recreatieve rechtspersoon kan alcoholhoudende drank verstrekken tijdens per jaar ten hoogste twaalf bijeenkomsten voor leden en introducés welke gericht zijn op de activiteiten die worden uitgeoefend in verband met de statutaire doelen van de rechtspersoon, niet zijnde bijeenkomsten van persoonlijke aard.
Artikel 2:34c Regulering overige rechtspersonen
Het is verboden om de mogelijkheid tot het houden (waaronder inbegrepen de verhuur of ter beschikking stellen van het pand en inventaris) van bijeenkomsten van persoonlijke aard openlijk aan te prijzen of onder de aandacht te brengen met bijvoorbeeld posters, brochures, publicaties in kranten of tijdschriften, via de eigen website of social media-accounts van de paracommerciële rechtspersoon.
Afdeling 6. Toezicht op inrichtingen tot het verschaffen van nachtverblijf
In deze afdeling wordt onder inrichting verstaan elke al dan niet besloten ruimte waarin, in de uitoefening van beroep of bedrijf, aan personen de mogelijkheid van nachtverblijf of gelegenheid tot kamperen wordt verschaft
Afdeling 7. Toezicht op speelgelegenheden
In deze afdeling wordt onder speelgelegenheid verstaan een voor het publiek toegankelijke gelegenheid waar bedrijfsmatig of in een omvang alsof deze bedrijfsmatig is de mogelijkheid wordt geboden enig spel te beoefenen, waarbij geld of in geld inwisselbare voorwerpen kunnen worden gewonnen of verloren.
Artikel 2:40.1 Definities speelautomatenhallen
In de artikelen 2:40.2. tot en met 2:40.9 wordt verstaan onder:
openbare weg: alle voor het openbaar rij- of ander verkeer openstaande wegen of paden, daaronder begrepen de daarin gelegen bruggen en duikers, de tot die wegen of paden behorende bermen en zijkanten, alsmede kampeerplaatsen en de aan de wegen of paden liggende en als zodanig aangeduide parkeerterreinen;
Artikel 2:40.3 Vergunningaanvraag.
De ondernemer dient de vergunning aan te vragen onder overlegging van:
Artikel 2:40.4 Beslissingstermijn.
De burgemeester beslist binnen twaalf weken na de datum waarop hij de aanvraag met bijbehorende bescheiden heeft ontvangen.
De beslissing kan eenmaal voor ten hoogste twaalf weken worden verdaagd.
Artikel 2:40.7 Vervallen vergunning
Als een overeenkomstig artikel 2.40.5, tweede lid, in de vergunning vermelde beheerder de hoedanigheid van beheerder heeft verloren, dient de ondernemer onder overlegging van de in artikel 2.40.3, onder d, genoemde bescheiden een nieuwe vergunning aan te vragen binnen 14 dagen nadat de in artikel 2.40.3. bedoelde verklaring omtrent het gedrag aan hem is verzonden.
De vergunning vervalt als de beslissing op een aanvraag voor een nieuwe vergunning voor het vestigen dan wel exploiteren van een speelautomatenhal in hetzelfde pand onherroepelijk is geworden dan wel als geen aanvraag is ingediend binnen zes maanden na het verlies van de hoedanigheid als bedoeld in het eerste lid.
Artikel 2:40.8 Intrekkingsgronden
Intrekking van de vergunning geschiedt niet, spoedeisende gevallen uitgezonderd, voordat de vergunninghouder bij aangetekende brief van dit voornemen in kennis is gesteld. Daarbij wordt hem medegedeeld, dat hij in de gelegenheid wordt gesteld zich in persoon of bij gemachtigde door de burgemeester of een door deze aangewezen ambtenaar te worden gehoord.
Afdeling 8. Maatregelen ter voorkoming van overlast, gevaar of schade
Artikel 2:50 Hinderlijk gedrag in voor het publiek toegankelijke ruimten
Het is verboden zich zonder redelijk doel en op een voor anderen hinderlijke wijze op te houden in of op een voor het publiek toegankelijke ruimte, dan wel deze te verontreinigen of te gebruiken voor een ander doel dan waarvoor deze ruimte is bestemd. Onder deze ruimten worden in elk geval verstaan portalen, telefooncellen, wachtlokalen voor het openbaar vervoer, parkeergarages en rijwielstallingen.
Afdeling 9. Bestrijding van heling van goederen
In deze afdeling wordt onder handelaar verstaan de handelaar aangewezen bij algemene maatregel van bestuur op grond van artikel 437, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht.
Artikel 2:74 Drugshandel op straat
Onverminderd het bepaalde in de Opiumwet is het verboden zich op een openbare plaats op te houden met het kennelijke doel om, al dan niet tegen betaling, middelen als bedoeld in de artikelen 2 of 3 van de Opiumwet of daarop gelijkende waar af te leveren, aan te bieden of te verwerven, daarbij behulpzaam te zijn of daarin te bemiddelen.
Artikel 2:74a Openlijk drugsgebruik
Het is verboden op of aan de weg, op een andere openbare plaats of in een voor publiek toegankelijk gebouw, middelen als bedoeld in de artikelen 2 en 3 van de Opiumwet of daarop gelijkende waar te gebruiken, toe te dienen, dan wel voorbereidingen daartoe te verrichten of ten behoeve van dat gebruik voorwerpen en/of stoffen voorhanden te hebben.
Afdeling 12. Bijzondere bevoegdheden van de burgemeester
Artikel 2:75 Bestuurlijke ophouding
De burgemeester kan overeenkomstig artikel 154a van de Gemeentewet besluiten tot het tijdelijk doen ophouden van door hem aangewezen groepen van personen op een door hem aangewezen plaats als deze personen het bepaalde in artikel 2.1. van de Algemene plaatselijke verordening Noordoostpolder groepsgewijs niet naleven.
Artikel 2:76 Veiligheidsrisicogebieden
De burgemeester kan overeenkomstig artikel 151b van de Gemeentewet bij verstoring van de openbare orde door de aanwezigheid van wapens, dan wel bij ernstige vrees voor het ontstaan daarvan, een gebied, met inbegrip van de daarin gelegen voor het publiek openstaande gebouwen en daarbij behorende erven, aanwijzen als veiligheidsrisicogebied.
Artikel 2:77 Cameratoezicht op openbare plaatsen
De burgemeester kan overeenkomstig artikel 151c van de Gemeentewet besluiten tot plaatsing van camera’s voor een bepaalde duur ten behoeve van het toezicht op een openbare plaats.
Artikel 2:78 Gebiedsontzeggingen
De burgemeester kan in het belang van de openbare orde, het voorkomen of beperken van overlast, het voorkomen of beperken van aantastingen van het woon- of leefklimaat, de veiligheid van personen of goederen, de gezondheid of de zedelijkheid aan een persoon die strafbare feiten of openbare orde verstorende handelingen verrichten een bevel geven zich gedurende ten hoogste 48 uur niet in een of meer bepaalde delen van de gemeente op een openbare plaats op te houden.
Met het oog op de in het eerste lid genoemde belangen kan de burgemeester aan een persoon aan wie tenminste eenmaal een bevel als bedoeld in dat lid is gegeven en die opnieuw strafbare feiten of openbare orde verstorende handelingen verricht, een bevel geven zich gedurende ten hoogste acht weken niet in een of meer bepaalde delen van de gemeente op een openbare plaats op te houden.
Artikel 2:79 Woonoverlast als bedoeld in artikel 151d Gemeentewet
Degene die een woning of een bij die woning behorend erf gebruikt, of tegen betaling in gebruik geeft aan een persoon die niet als ingezetene met een adres in de gemeente in de basisregistratie personen is ingeschreven, draagt er zorg voor dat door gedragingen in of vanuit die woning of dat erf of in de onmiddellijke nabijheid van die woning of dat erf geen ernstige en herhaaldelijke hinder voor omwonenden wordt veroorzaakt.
Artikel 2:80 Sluiting van voor publiek openstaande gebouwen
De burgemeester kan een voor het publiek openstaand gebouw of een bij dat gebouw behorend erf als bedoeld in artikel 174 van de Gemeentewet, of voor het publiek openstaande gebouwen of de daarbij behorende erven, in het belang van de openbare orde, veiligheid, gezondheid of zedelijkheid of als er naar zijn oordeel sprake is van bijzondere omstandigheden voor een bepaalde duur geheel of gedeeltelijk sluiten.
Een sluiting kan op aanvraag van belanghebbenden door de burgemeester worden opgeheven, wanneer later bekend geworden feiten en omstandigheden hiertoe aanleiding geven en naar zijn oordeel voldoende garanties aanwezig zijn, dat geen herhaling van de gronden die tot de sluiting hebben geleid, zal plaatsvinden.
Artikel 2:80a Tegengaan van onveilig, niet leefbaar en malafide ondernemersklimaat
De burgemeester kan gebouwen en bedrijfsmatige activiteiten aanwijzen waarop het verbod uit artikel 2:80b, eerste lid, van toepassing is. Een gebouw wordt uitsluitend aangewezen als in of rondom dat gebouw de leefbaarheid of de openbare orde en veiligheid onder druk staat. Een aanwijzing van een gebouw kan zich tot een of meer bedrijfsmatige activiteiten beperken. Een bedrijfsmatige activiteit wordt uitsluitend aangewezen als de leefbaarheid of de openbare orde en veiligheid door de bedrijfsmatige activiteit onder druk staat.
De burgemeester kan een vergunning als bedoeld in het eerste lid weigeren:
indien een of meer beheerders van het bedrijf binnen drie jaar vóór de indiening van de vergunningaanvraag een bedrijf heeft geëxploiteerd of daar leiding aan heeft gegeven, dat wegens het aantasten van de openbare orde, de aantasting van het woon- en leefklimaat daaronder begrepen, gesloten is geweest dan wel waarvoor de vergunning om die reden is ingetrokken.
In afwijking van het eerste lid geldt dit verbod voor de exploitant die op het moment van inwerkingtreding van het aanwijzingsbesluit reeds onder het aanwijzingsbesluit vallende bedrijfsmatige activiteiten verricht, voor die bestaande activiteiten op bestaande locaties eerst drie maanden na inwerkingtreding van het aanwijzingsbesluit of met ingang van inwerkingtreding van het besluit tot weigering of intrekking van een door hem aangevraagde vergunning, voor zover dat eerder is.
Artikel 2:80c Intrekking of wijziging vergunning
Indien er een voor de vergunningverlening relevante verandering van omstandigheden optreedt, dient de exploitant onverwijld een wijzigingsaanvraag in te dienen. Indien deze aanvraag niet binnen een maand na de verandering van omstandigheden is ingediend, kan de burgemeester de verleende vergunning intrekken op basis van de inmiddels gewijzigde omstandigheden.
Hoofdstuk 3. Seksinrichtingen, sekswinkels, straatprostitutie e.d.
De artikelen 1:2 en 1:5 tot en met 1:8 zijn niet van toepassing op het bij of krachtens dit hoofdstuk bepaalde.
Artikel 3:2.1 Bevoegd bestuursorgaan
In dit hoofdstuk wordt verstaan onder bevoegd bestuursorgaan: het college of, voor zover het betreft voor het publiek openstaande gebouwen en daarbij behorende erven als bedoeld in artikel 174 van de Gemeentewet, de burgemeester.
Met het oog op de in artikel 3:13, tweede lid genoemde belangen, kan het college over de uitoefening van de bevoegdheden zoals genoemd in dit hoofdstuk nadere regels vaststellen.
Afdeling 2. Seksinrichtingen, straatprostitutie, sekswinkels en dergelijke
Artikel 3:5 Gedragseisen exploitant en beheerder
Naast de gestelde eisen in het eerste lid, is de exploitant en de beheerder niet:
binnen de laatste vijf jaar onherroepelijk veroordeeld tot een onvoorwaardelijke vrijheidsstraf van zes maanden of meer door de rechter in Nederland, de Nederlandse Antillen of Aruba, dan wel door een andere rechter wegens een misdrijf waarvoor naar Nederlands recht een bevel tot voorlopige hechtenis ingevolge artikel 67, eerste lid van het Wetboek van Strafvordering is toegelaten;
binnen de laatste vijf jaar bij tenminste twee rechterlijke uitspraken onherroepelijk veroordeeld tot een onvoorwaardelijke geldboete van 500 euro of meer of tot een andere hoofdstraf als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder a van het Wetboek van Strafrecht, wegens dan wel mede wegens overtreding van:
De exploitant of de beheerder is binnen de laatste vijf jaar geen exploitant of beheerder geweest van een seksinrichting of escortbedrijf die voor ten minste een maand door het bevoegde bestuursorgaan is gesloten, of waarvan de vergunning bedoeld in artikel 3:4, eerste lid, is ingetrokken, tenzij aannemelijk is dat hem terzake geen verwijt treft.
Artikel 3:8 Aanwezigheid van en toezicht door exploitant en beheerder
De exploitant en de beheerder zien er voortdurend op toe dat in de seksinrichting:
geen strafbare feiten plaatsvinden, waaronder in ieder geval de feiten genoemd in de titels XIV (misdrijven tegen de zeden), XVIII (misdrijven tegen de persoonlijke vrijheid), XX (mishandeling), XXII (diefstal) en XXX (heling) van het Tweede Boek van het Wetboek van Strafrecht, in de Opiumwet en in de Wet wapens en munitie; en
De burgemeester kan met het oog op de in artikel 3:13, tweede lid, genoemde belangen personen aan wie ten minste eenmaal een bevel is gegeven als bedoeld in het derde lid bij besluit verbieden zich gedurende een bepaalde termijn, anders dan in een openbaar middel van vervoer, te bevinden op of aan de wegen of gebieden en op de tijden bedoeld in het eerste lid.
Artikel 3:11 Tentoonstellen, aanbieden en aanbrengen van erotisch-pornografische goederen, afbeeldingen en dergelijke
Het in het eerste lid gestelde verbod is niet van toepassing op het tentoonstellen, aanbieden of aanbrengen van goederen, opschriften, aankondigingen, gedrukte of geschreven stukken dan wel afbeeldingen, die dienen tot het openbaren van gedachten en gevoelens als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Grondwet.
Afdeling 3. Beslissingstermijn; weigeringsgronden
Artikel 3:13 Weigeringsgronden
Afdeling 4. Beëindiging exploitatie; wijziging beheer
Het beheer kan worden uitgeoefend door een nieuwe beheerder, als het bevoegd bestuursorgaan op aanvraag van de exploitant heeft besloten de verleende vergunning overeenkomstig de wijziging in het beheer te wijzigen. Het bepaalde in artikel 3:13, eerste lid, aanhef en onder a, is van overeenkomstige toepassing.
Hoofdstuk 4. Bescherming van het milieu en het natuurschoon en zorg voor het uiterlijk aanzien van de gemeente
Afdeling 1. Voorkomen of beperken geluidhinder en hinder door verlichting
Artikel 4:3 Kennisgeving incidentele festiviteiten
Het is in een situatie zoals bedoeld in het eerst lid toegestaan maximaal 12 incidentele festiviteiten per kalenderjaar te houden waarbij de geluidsnormen die op grond van de Omgevingswet gelden, niet van toepassing zijn, mits de houder van de inrichting ten minste twee weken voor de aanvang van de festiviteit het college daarvan in kennis heeft gesteld.
Hoofdstuk 6. Straf-, overgangs- en slotbepalingen
Artikel 6:3 Binnentreden woningen
Zij die belast zijn met het toezicht op de naleving of de opsporing van een overtreding van de bij of krachtens deze verordening gegeven voorschriften welke strekken tot handhaving van de openbare orde of veiligheid of bescherming van het leven of de gezondheid van personen, zijn bevoegd tot het binnentreden in een woning zonder toestemming van de bewoner.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2023-550297.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.