Besluit van de raad van de gemeente Beesel houdende vaststelling van de Verordening fractieondersteuning gemeente Beesel 2024 [Verordening fractieondersteuning gemeente Beesel 2024]

De raad van de gemeente Beesel;

Gezien het advies van het presidium d.d. 23 oktober 2023 en 4 december 2023;

Gelet op artikel 33 lid 3 en artikel 147 van de Gemeentewet;

 

Besluit:

  • in te trekken de Verordening fractieondersteuning gemeente Beesel 2012, vastgesteld op 29 oktober 2012;

  • vast te stellen de Verordening fractieondersteuning gemeente Beesel 2024.

Artikel 1. Begrippen

Deze verordening verstaat onder:

  • Fractie: elke groepering in de raad die bij aanvang van de zittingsperiode is geregistreerd in overeenstemming met het bepaalde in de Kieswet of die is gevormd op de wijze zoals omschreven in artikel 9 lid 4 van het Reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad Beesel 2023.

  • Presidium: het presidium zoals bedoeld in artikel 4 van het Reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad Beesel 2023.

  • Raadsperiode: vastgestelde periode waarin een gemeenteraad zijn bestuurlijke functie mag uitoefenen.

 

Artikel 2. Recht op financiële vergoeding

  • 1.

    De fracties ontvangen een financiële bijdrage als tegemoetkoming in de kosten voor het functioneren van de fractie.

  • 2.

    De hoogte van de bijdrage wordt bij aanvang van de raadsperiode op basis van de zetelverdeling voor 4 jaar vastgesteld, met uitzondering van hetgeen is bepaald in artikel 6.

  • 3.

    De bijdrage wordt per kalenderjaar in de vorm van een voorschot uitgekeerd.

  • 4.

    De bijdrage per kalenderjaar bestaat uit een vast deel van €1000,- voor elke fractie. Daarnaast ontvangt elke fractie een bedrag van €400,- per raadszetel per kalenderjaar.

  • 5.

    In een jaar waarin de verkiezingen voor de gemeenteraad plaatsvinden wordt de vergoeding respectievelijk het voorschot op basis van evenredigheid bepaald voor de maanden tot en met de maand waarin de verkiezingen plaatsvinden (lopende raadsperiode) en vervolgens voor de maanden vanaf de maand die volgt op de maand waarin de verkiezingen plaatsvinden (nieuwe raadsperiode).

 

Artikel 3. Besteding

  • 1.

    Fracties besteden de bijdrage om hun volksvertegenwoordigende, kaderstellende en controlerende rol te versterken.

  • 2.

    De bijdrage mag niet gebruikt worden ter bekostiging van:

    • a.

      uitgaven die in strijd zijn met wettelijke bepalingen en overige regelingen;

    • b.

      betalingen aan politieke partijen, met politieke partijen verbonden instellingen of natuurlijke personen anders dan ter vergoeding van prestaties (diensten of goederen) geleverd ten behoeve van de fractie op basis van een gespecificeerde, reële declaratie;

    • c.

      giften, leningen, beleggingen en voorschotten;

    • d.

      attenties aan derden uit hoofde van de representatieve functie van de fractie;

    • e.

      uitgaven die op grond van enige andere wettelijke regeling in aanmerking komen voor vergoeding van overheidswege;

    • f.

      uitgaven in verband met verkiezingsactiviteiten.

  • 3.

    De uitgaven mogen in elk geval besteed worden aan:

    • a.

      Personele ondersteuning van de raadsfractie (inhoudelijk, onderzoek);

    • b.

      Inhuren van externe adviseurs;

    • c.

      Opzetten en onderhouden van een website (inclusief social media en hosting-kosten t.b.v. fractie-website);

    • d.

      Financiële en facilitaire ondersteuning bij uitwerken van initiatieven met betrekking tot de volksvertegenwoordigende rol;

    • e.

      Trainingen en scholing ten behoeve van de verbetering van vaardigheden van leden van de raadsfractie zodra het duidelijk is dat de gemeente Beesel niet een dergelijke training of scholing zal of kan voorzien;

    • f.

      Fractievergaderingen op locatie met de achterban;

    • g.

      Organiseren politieke bijeenkomsten (zaalhuur, consumpties, organisatie, publiciteit);

    • h.

      Administratiekosten t.b.v. gehele fractie;

    • i.

      Onderwerpen die door het Presidium zijn goedgekeurd. Als fracties de besteding willen uitgeven aan onderwerpen die niet opgenomen staan in de verordening, kunnen de fracties dit voorafgaand aan besteding melden bij presidium voor goedkeuring. Daarnaast kan de goedkeuring met terugwerkende kracht worden toegepast indien het Presidium dit expliciet aangeeft.

 

Artikel 4. Voorschot

Jaarlijks wordt uiterlijk in mei een voorschot overgemaakt op het bankrekeningnummer dat de fractie heeft aangegeven ter hoogte van de in artikel 2 bedoelde vergoeding voor het lopende kalenderjaar. Het voorschot voor het nieuwe kalenderjaar wordt niet eerder beschikbaar gesteld dan na ontvangst, controle en goedkeuring van de verantwoording van het vorige jaar zoals bepaald in artikel 5.

 

Artikel 5. Verantwoording

  • 1.

    De fracties dienen na afloop van elk kalenderjaar vóór 1 maart een verantwoording in bij de griffie. De financiële administratie wordt volgens het vastgestelde formulier gedaan. De griffie stelt hiervoor een formulier beschikbaar. De verantwoording wordt door minstens twee leden van de politieke partij ondertekend.

  • 2.

    De griffier verzamelt de verantwoordingen van alle fracties, controleert of alle gegevens juist zijn ingevuld en biedt jaarlijks het overzicht met declaraties inclusief advies ter goedkeuring van het presidium aan.

  • 3.

    Aan het einde van de raadsperiode dienen de raadsfracties vóór 1 maart een eindafrekening in bij de griffier voor de ontvangen fractievergoeding over de voorgaande 4 jaren. Het (m.u.v. hetgeen in artikel 7 is bepaald) onbenutte, respectievelijk niet of niet juist gedeclareerde, deel van het totale voorschot over een raadsperiode wordt teruggevorderd dan wel verrekend met het bedrag van het voorschot voor de volgende raadsperiode, met inachtneming van het bepaalde in artikel 3 lid 2.

  • 4.

    De griffier brengt de jaarlijkse verantwoording en de eindafrekening ter kennis van het presidium.

  • 5.

    Na goedkeuring door het presidium wordt de vastgestelde verantwoording over het voorgaande jaar en de eindafrekening actief openbaar gemaakt via de gemeentelijke website.

 

Artikel 6. Afsplitsing van een fractie en einde bestaan fractie

  • 1.

    Als een raadslid van een fractie als zelfstandige fractie gaat optreden of zich aansluit bij een andere fractie, wordt het voor deze zetel beschikbaar gestelde variabele deel van de financiële bijdrage ter ondersteuning van de fractie waar zij uittreden, toebedeeld aan de nieuw gevormde fractie of aan de fractie waarbij aangesloten wordt. Dit gebeurt vanaf de eerste dag van de maand na de wijziging evenredig aan de nog resterende volledige aantal maanden van het nog lopende kalenderjaar.

  • 2.

    In het geval dat er sprake is van een nog niet in de raad vertegenwoordigde fractie, ontvangt deze fractie vanaf de eerste dag van de volgende maand na de wijziging ook het vaste deel van de vergoeding evenredig aan de nog resterende volledige aantal maanden van het nog lopende kalenderjaar.

  • 3.

    Als zich een situatie als bedoeld in het eerste lid voordoet, worden de verleende voorschotten naar evenredigheid van het nog resterende aantal maanden van het jaar waarvoor het voorschot is verleend onverwijld bijgesteld overeenkomstig de uit het eerste lid voortvloeiende verdeling.

  • 4.

    Als een fractie tijdens een zittingsperiode ophoudt te bestaan, vervalt de aanspraak op de financiële bijdrage ter ondersteuning van die fractie met ingang van de maand volgend op de maand waarin hiervan kennisgeving is gedaan aan de raad.

 

Artikel 7. Reserves

  • 1.

    Een fractie kan de financiële bijdrage die in een raadsperiode niet gebruikt is, meenemen voor een aanvulling op de financiële bijdrage ten behoeve van die fractie in de daaropvolgende raadsperiode (of in de volgende jaren van de lopende raadsperiode).

  • 2.

    De fractie doet hierop een beroep bij de verantwoording zoals bedoeld in artikel 5. De totale reserve van een fractie is niet groter dan 30 % van de totale bijdrage die de fractie over de gehele voorgaande raadsperiode toekwam op grond van artikel 2.

  • 3.

    De reserve van een fractie wordt niet in mindering gebracht op de vergoeding waar de fractie aanspraak op maakt in een nieuwe raadsperiode.

  • 4.

    Het beroep in enige raadsperiode op de opgebouwde reserve, komt tot uitdrukking in de eindafrekening van de fractie.

  • 5.

    De reserve blijft na de verkiezingen beschikbaar voor de fractie die onder dezelfde naam terugkeert, dan wel voor die fractie die naar het oordeel van de raad als rechtsopvolger daarvan kan worden beschouwd.

  • 6.

    Als bij zetelverlies de reserve voor een fractie hoger zou worden dan aangegeven in het tweede lid, vervalt het recht op dat meerdere.

  • 7.

    Bij splitsing van een fractie, wordt de reserve verdeeld over de betrokken fracties naar evenredigheid van het aantal bij de splitsing betrokken leden, voor zover deze reserve niet meer bedraagt dan 30 procent van de bijdrage die de oorspronkelijke fractie in de voorgaande raadsperiode ontving.

 

Artikel 8. Uitleg

In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, of bij twijfel omtrent de toepassing of uitleg ervan, beslist de raad op voorzet van het presidium.

 

Artikel 9. Intrekking oude regeling

De Verordening fractieondersteuning gemeente Beesel 2012 wordt ingetrokken.

 

Artikel 10. Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2024.

 

Artikel 11. Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als: “Verordening fractieondersteuning gemeente Beesel

2024”.

 

 

Aldus vastgesteld door de raad van Beesel in zijn openbare vergadering van 18 december 2023.

griffier,

N.H.P. Vintcent MA

voorzitter,

B.C.M. Vostermans

Toelichting bij de verordening fractieondersteuning Gemeente Beesel 2024 (artikel 33 Gemeentewet)

 

Algemeen

Deze verordening geeft uitvoering aan artikel 33 van de Gemeentewet. Dit artikel is in 2002 door de inwerkingtreding van de Wet dualisering gemeentebestuur ingrijpend gewijzigd. Het legt expliciet vast dat politieke groeperingen recht hebben op fractieondersteuning. De uitwerking van dit recht moet bij verordening worden geregeld.

 

Artikel 1. Begrippen

Dit artikel behoeft geen toelichting.

 

Artikel 2. Recht op financiële vergoeding

Fractieondersteuning vindt zijn vorm in een financiële ondersteuning. De hoogte van het budget voor fractieondersteuning zal in de gemeentebegroting moeten worden opgenomen en dus door de raad worden vastgesteld. De fractieondersteuning bestaat uit een vast en een variabel deel. Het vaste deel garandeert dat elke fractie de kans krijgt zich op gelijkwaardig niveau te laten ondersteunen. Omdat grote fracties meer lasten zullen hebben op facilitair gebied is het logisch dat zij voor dergelijke kosten een hogere vergoeding krijgen.

Het kan gebeuren dat de bijdrage aangepast moet worden aan veranderde verhoudingen in de raad. Dit artikel is zo geformuleerd dat het zowel kan dienen voor fracties die bij de verkiezingen blijken te verdwijnen dan wel na de verkiezingen opkomen, maar het kan ook dienen om de mutaties in aantal op te vangen van de zittende fracties.

 

Artikel 3. Besteding

Voor wat betreft de inhoudelijke besteding van de fractieondersteuning wordt de fracties grotendeels de vrijheid gelaten. Omdat het bij uitstek om politieke ondersteuning gaat kan deze inhoudelijk niet te zeer gedetailleerd geregeld worden. Minimumvoorwaarde is wel dat de bijdrage besteed wordt aan raadswerkzaamheden ter versterking van de volksvertegenwoordigende, kaderstellende of controlerende rol van de fractie.

Verder is een aantal doelen genoemd waarvoor de bijdrage niet gebruikt mag worden (lid.2 sub a t/m f). Daarmee wordt onder andere voorkomen dat met de bijdrage verkiezingscampagnes worden gefinancierd en dat raadsleden hun eigen vergoeding voor het raadswerk (vastgelegd in het rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, dat zijn grondslag vindt in de artikelen 95 en 96 van de Gemeentewet) aanvullen met de bijdrage voor fractieondersteuning.

Lid 3 sub a tot en met sub i: Bij de beoordeling van de declaraties van de fracties ten laste van het budget dat zij ontvangen voor fractieondersteuning is gebleken dat er in sommige gevallen onduidelijkheid is over zaken die wel en niet gedeclareerd kunnen worden. De lijst dient als leidraad voor zowel de fracties als de griffie. Zoals vernoemd, als fracties de besteding willen uitgeven aan onderwerpen die niet opgenomen staan in de verordening, kunnen de fracties dit voorafgaand aan besteding melden bij presidium voor goedkeuring. Daarnaast kan de goedkeuring kan met terugwerkende kracht worden toegepast indien het Presidium dit expliciet aangeeft.

 

Artikel 4. Voorschot

De hoogte van de financiële bijdrage wordt bij aanvang van de raadsperiode voor 4 jaren vastgesteld.

Jaarlijks wordt uiterlijk in mei een voorschot beschikbaar gesteld ter hoogte van de in artikel 2 bedoelde vergoeding voor het lopende kalenderjaar.

In een verkiezingsjaar wordt het voorschot in twee gedeelten gesplitst. Het is logisch dat het aangepast wordt aan de nieuwe verhoudingen in de raad. Indien blijkt dat het geld onrechtmatig is besteed kan dit aan het eind van de raadsperiode verrekend worden.

 

Artikel 5. Verantwoording

In kleine gemeentes waar sprake is van een beperkte bijdrage aan fractieondersteuningen kan men afzien van een controle van de verslagen door de accountant. Het presidium kan deze taak met ondersteuning van de griffier op zich nemen.

Uit de eindafrekening kan naar voren komen dat er een verrekening dient plaats te vinden met hetverstrekte voorschot. Indien niet verrekend kan worden, bijvoorbeeld omdat een fractie uit de raad verdwijnt, zal de raad het ten onrechte uitgekeerde voorschot kunnen terugvorderen.

Het spreekt vanzelf dat de raad sanctiemogelijkheden kan hanteren voor het geval een fractie niet handelt conform de verordening. Bijvoorbeeld wanneer uitgaven worden gedaan waar de financiële bijdrage niet voor bedoeld is of die niet kunnen worden onderbouwd, wanneer de verantwoording niet tijdig of volledig wordt ingediend, of wanneer teveel ontvangen voorschotten niet tijdig worden terugbetaald.

De vermelding in de verordening van de mogelijkheid van terugvordering is niet strikt noodzakelijk omdat die mogelijkheid ook al bestaat op grond van artikel 4:57 van de Awb. Bestedingen in strijd met deze verordening kunnen worden teruggevorderd voor zover na de dag waarop de subsidie is vastgesteld, nog geen vijf jaren zijn verstreken.

In het kader van maximale transparantie worden de jaarlijkse verantwoording en de eindafrekening actief openbaar gemaakt.

 

Artikel 6. Afsplitsing van een fractie

Bij splitsing van een fractie dient een herberekening plaats te vinden met betrekking tot te ontvangen vergoedingen. Betreft het een raadslid dat een zelfstandige fractie begint of zich aansluit neemt dit raadslid het variabele deel van de vergoeding altijd mee. Als er sprake is van een nieuw nog niet in de raad vertegenwoordigde fractie dan ontvangt deze fractie vanaf dat moment ook het vaste deel van de vergoeding. Zowel het variabele deel als het vaste deel worden met terugwerkende kracht evenredig aan de resterende maanden van het lopende kalenderjaar uitbetaald aan de fracties. Deze herberekening kan betekenen dat de bestaande fracties het volgende jaar een lager variabel deel ontvangen gezien het bedrag van de resterende maanden van het vertrokken raadslid moeten worden verrekend.

 

Artikel 7. Reserve

De reserve bestaat uit het overschot van voorgaande raadsperiode. Dit bedrag zal niet eindeloos mogen groeien. De reserve is dan ook aan een maximum gebonden, zijnde maximaal 30% van de ontvangen fractievergoeding over de voorafgaande raadsperiode.

 

Artikel 8 Uitleg

Dit artikel behoeft geen toelichting.

 

Artikel 9. Intrekking oude regeling

Dit artikel behoeft geen toelichting.

 

Artikel 10. Inwerkingtreding

Dit artikel behoeft geen toelichting.

 

Artikel 11. Citeertitel

Dit artikel behoeft geen toelichting.

 

Naar boven