Artikel
|
Omschrijving
|
Vast tarief
|
Variabel tarief
|
Paragraaf 2.1 Algemene bepalingen
|
Artikel 2.1 Definities
|
|
Definities
|
|
|
1.
|
Begripsbepalingen die zijn opgenomen in de bijlage bij de Omgevingswet, in bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving, bijlage I bij het Besluit bouwwerken leefomgeving, bijlage I bij het Besluit kwaliteit leefomgeving, bijlage I bij het Omgevingsbesluit en bijlage I bij de Omgevingsregeling en in de bijlagen bij het gemeentelijke omgevingsplan, zijn van toepassing op dit hoofdstuk, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald.
|
|
|
2.
|
In dit hoofdstuk voorkomende begrippen die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander dan een in het eerste lid bedoeld wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald.
|
|
|
3.
|
In dit hoofdstuk wordt verstaan onder: binnenplanse omgevingsplanactiviteit: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die niet in strijd is met het omgevingsplan; binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan, maar die niet in strijd is met regels voor de toepassing van een wijzigingsbevoegdheid of het voldoen aan een uitwerkingsplicht in het tijdelijke deel van het omgevingsplan, bedoeld in artikel 22.1, aanhef en onder a, van de Omgevingswet;
|
|
|
4.
|
In aanvulling op de in bijlage I bij de Omgevingsregeling opgenomen omschrijving van het begrip ‘bouwkosten’ betreffen de in die omschrijving: - onder a genoemde Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 de voorwaarden die bekendgemaakt zijn in Staatscourant 2012, 1567; - onder b bedoelde bouwkosten de kosten voor de fysieke realisatie (het bouwen) van het bouwwerk; - onder c bedoelde prijs de prijs exclusief omzetbelasting.
|
|
|
5.
|
In afwijking van bijlage I bij de Omgevingsregeling wordt onder bouwkosten verstaan de normbouwkosten voor de bouwactiviteit zoals die zijn opgenomen in de door de gemeenteraad vastgestelde ROEB-lijst (Regionaal Overleg Eindhoven Bouwtoezicht). De tarieventabel en de ROEB-lijst zijn beide onderdeel van de verordening. Voor zover deze vastgestelde lijst niet voorziet in een passende hoofdcategorie (vetgedrukt in de lijst) wordt onder bouwkosten dan verstaan, de aannemingssom als bedoeld in paragraaf 1, eerste lid van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2020 (u.A.V. 2012) voor het uit te voeren werk, exclusief 21% omzetbelasting. In dit laatste geval zullen de overgelegde gegevens getoetst worden aan hun wettelijke kaders. Bij de vaststelling van de bouwkosten worden deze afgerond op hele bedragen van € 1.000,00 met dien verstande dat bedragen tot en met € 500,00 naar beneden worden afgerond en bedragen hoger dan € 500,00 naar boven.
|
|
|
Artikel 2.2 Dienstverlening en besluiten waarvoor leges worden geheven
|
|
Leges worden geheven voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:
|
|
|
a.
|
een conceptverzoek;
|
|
|
b.
|
een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1 of artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit;
|
|
|
c.
|
een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in artikel 4.5 van de Omgevingswet;
|
|
|
d.
|
toestemming voor het treffen van een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet;
|
|
|
e.
|
een wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning;
|
|
|
f.
|
intrekking van een omgevingsvergunning;
|
|
|
g.
|
wijziging van een besluit als bedoeld in de onderdelen b, c en d;
|
|
|
h.
|
een besluit in het kader van de Omgevingswet, anders dan bedoeld in de onderdelen b tot en met g.
|
|
|
Artikel 2.3 Bepalen tarief
|
|
|
|
|
1.
|
De in artikel 2.2 bedoelde leges worden geheven naar de tarieven zoals opgenomen in de volgende paragrafen van dit hoofdstuk.
|
|
|
2.
|
Als een aanvraag betrekking heeft op meerdere activiteiten, is het tarief opgebouwd uit de som van de verschuldigde leges behorend bij die activiteiten.
|
|
|
3.
|
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verhoogd met het tarief voor een of meer modaliteiten bedoeld in paragraaf 2.12.
|
|
|
4.
|
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verminderd overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 2.13.
|
|
|
5.
|
Het tarief behorend bij een aanvraag om een maatwerkvoorschrift of bij een aanvraag om toestemming om een gelijkwaardige maatregel te treffen is niet van toepassing als het onderwerp waarop het maatwerkvoorschrift betrekking heeft of de gelijkwaardige maatregel onderdeel is van een aanvraag om een omgevingsvergunning.
|
|
|
6.
|
In afwijking van het tweede en derde lid kan ook per activiteit of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.
|
|
|
Paragraaf 2.2 Voorfase
|
Artikel 2.4 Conceptverzoek
|
|
|
|
|
1.
|
Als de aanvraag betrekking heeft op een conceptverzoek tot het verkrijgen van een indicatie of een binnenplanse omgevingsvergunning kan worden verleend, waarbij een standpunt van het college van burgemeester en wethouders nodig is, bedraagt het tarief:
|
€ 319,50
|
|
2.
|
Als de aanvraag betrekking heeft op een conceptverzoek tot wijziging van een omgevingsplan of een concept verzoek tot verkrijgen van een indicatie of een buitenplanse omgevingsplan activiteit (BOPA) vergund kan worden, waarbij een standpunt van het college van burgemeester en wethouders nodig is, bedraagt het tarief:
|
€ 2.130,00
|
|
3.
|
Als de aanvraag betrekking heeft op een conceptverzoek in het kader van een vergunningsaanvraag tot het houden van een omgevingstafel over één of meer activiteiten die gevolgen kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving, bedraagt het tarief:
|
|
|
a.
|
per overleg
|
€ 200,00
|
|
b.
|
per in te schakelen adviseur verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van het conceptverzoek de aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld
|
|
|
c.
|
Als een begroting als bedoeld in onderdeel b, is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken
|
|
|
Paragraaf 2.3 Activiteiten met betrekking tot bouwwerken
|
Artikel 2.5 Bouwactiviteit (bouwtechnische deel)
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in paragraaf 2.3.2 van het Besluit bouwwerken leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
|
|
a.
|
indien de bouwkosten €15.000,00 of minder bedragen:
|
€ 531,50
|
|
b.
|
indien de bouwkosten €15.001,00 tot en met €25.000 bedragen:
|
€ 531,30
|
|
|
voor elk geheel bedrag van €1.000,00 boven € 25.000,00; vermeerderd met
|
€ 40,85
|
|
c.
|
indien de bouwkosten €25.001,00 tot en met €45.000,00 bedragen
|
€ 940,80
|
|
|
voor elk geheel bedrag van €1.000,00 boven €25.000,00; vermeerderd met
|
€ 35,55
|
|
d.
|
indien de bouwkosten €45.001,00 tot en met €90.000,00 bedragen:
|
€ 1.775,00
|
|
|
voor elk geheel bedrag van €1.000,00 boven € 45.000,00; vermeerderd met
|
€ 30,70
|
|
e.
|
Indien de bouwkosten €90.001,00 tot en met €300.000,00 bedragen:
|
€ 2.958,40
|
|
|
voor elk geheel bedrag van €1.000,00 boven €90.000,00; vermeerderd met
|
€ 25,80
|
|
f.
|
indien de bouwkosten €300.001,00 of meer bedragen:
|
€ 8.401,85
|
|
|
voor elk geheel bedrag van €1.000,00 boven €300.000,00; vermeerderd met
|
€ 21,10
|
|
Artikel 2.6 Omgevingsplanactiviteit: bouwactiviteit, in stand houden of gebruiken bouwwerk (ruimtelijke deel)
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
|
|
a.
|
voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit:
|
|
|
|
1. als moet worden beoordeeld of het uiterlijk of de plaatsing van het bouwwerk, zowel op zichzelf beschouwd als in verband met de omgeving of de te verwachten ontwikkeling daarvan, niet in strijd is met redelijke eisen van welstand, als bedoeld in de gemeentelijke beleidsregels bedoeld in artikel 4.19 van de Omgevingsweten hiervoor geen advies van de gemeentelijke adviescommissie bedoeld in artikel 2.50, eerste lid, aanhef en onder b, nodig is, verhoogd met:
|
€ 385,00
|
|
|
2. als de omgevingsplanactiviteit plaatsvindt op een bodemgevoelige locatie en de toelaatbare kwaliteit van de bodem moet worden beoordeeld, verhoogd met:
|
€ 900,00
|
|
|
3. als moet worden beoordeeld of de activiteit niet in strijd is met het in voorbereiding zijnde omgevingsplan respectievelijk het in voorbereiding zijnde omgevingsplan dat voorziet in de bescherming van het stads- en dorpsgezicht, verhoogd met:
|
|
|
b.
|
voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht:
|
€ 385,00
|
|
c.
|
voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit voor:
|
|
|
|
1. Woningbouw, tuin, groen, en verkeer in het stedelijk gebied
|
€ 5.916,80
|
|
|
2. Alle andere plannen in het stedelijk gebied
|
€ 8.875,20
|
|
|
3. Woningbouw, natuur, groen en bos plannen in het buitengebied
|
€ 5.916,80
|
|
|
4. Alle andere plannen in het buitengebied
|
€ 11.833,65
|
|
Artikel 2.7 Omgevingsplanactiviteit: slopen van een bouwwerk
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit, niet zijnde een sloopactiviteit met betrekking tot een monument of beschermd stads- en dorpsgezicht, als bedoeld in paragraaf 2.4, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
|
|
a.
|
voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit:
|
€ 385,00
|
|
b.
|
voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht:
|
€ 385,00
|
|
c.
|
voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:
|
€ 385,00
|
|
Paragraaf 2.4 Activiteiten met betrekking tot cultureel erfgoed en werelderfgoed
|
Artikel 2.8 Omgevingsplanactiviteit: monumenten
|
|
|
|
|
1.
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, met betrekking tot een gemeentelijk monument, provinciaal monument, voorbeschermd gemeentelijk monument of voorbeschermd provinciaal monument, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
|
|
a.
|
voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit of bij toepassing van artikel [14] van de [citeertitel gemeentelijke erfgoedverordening] in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit:
|
|
|
|
1. voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument:
|
€ 46,75
|
|
|
2. voor het herstellen of gebruiken van een monument of voorbeschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:
|
€ 46,75
|
|
b.
|
voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht:
|
|
|
|
1. voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument:
|
€ 46,75
|
|
|
2. voor het herstellen of gebruiken van een monument of voorbeschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:
|
€ 46,75
|
|
c.
|
voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:
|
|
|
|
1. voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument:
|
€ 46,75
|
|
|
2. voor het herstellen of gebruiken van een monument of voorbeschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:
|
€ 46,75
|
|
Artikel 2.9 Rijksmonumentenactiviteit
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een rijksmonumentenactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, met uitzondering van een rijksmonumentenactiviteit met betrekking tot een archeologisch monument, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
|
|
a.
|
voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument:
|
€ 46,75
|
|
b.
|
voor het herstellen of gebruiken van een monument of voorbeschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:
|
€ 46,75
|
|
Artikel 2.10 Omgevingsplanactiviteit: sloopactiviteit in beschermd stads- of dorpsgezicht
|
|
|
|
|
1.
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit in een rijksbeschermd, provinciaal beschermd of gemeentelijk beschermd stads- of dorpsgezicht, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
|
|
a.
|
voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit of bij toepassing van artikel [20] van de [citeertitel gemeentelijke erfgoedverordening] in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit:
|
€ 307,70
|
|
b.
|
voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht:
|
€ 307,70
|
|
c.
|
voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:
|
|
|
2.
|
Het eerste lid, aanhef en onder a, is van overeenkomstige toepassing op een sloopactiviteit die wordt verricht op een locatie waarvoor een op grond van artikel 4.35, eerste lid, van de Invoeringswet Omgevingswet als instructie geldende aanwijzing als beschermd stads- of dorpsgezicht als bedoeld in artikel 35, eerste lid, van de Monumentenwet 1988 zoals die wet luidde voor de inwerkingtreding van de Erfgoedwet van kracht is, zolang in het omgevingsplan aan die locatie nog niet de functie-aanduiding rijksbeschermd stads- of dorpsgezicht is gegeven.
|
€ 307,70
|
|
Artikel 2.11 Gereserveerd
|
|
|
|
|
Paragraaf 2.5 Gereserveerd
|
Artikel 2.12 Gereserveerd
|
Artikel 2.13 Gereserveerd
|
Artikel 2.14 Gereserveerd
|
Artikel 2.15 Gereserveerd
|
Artikel 2.16 Gereserveerd
|
Artikel 2.17 Gereserveerd
|
Artikel 2.18 Gereserveerd
|
Artikel 2.19 Gereserveerd
|
Artikel 2.20 Gereserveerd
|
Paragraaf 2.6 Gereserveerd
|
Artikel 2.21 Gereserveerd
|
Artikel 2. Gereserveerd
|
Paragraaf 2.7 Aanlegactiviteiten
|
Artikel 2.23 Omgevingsplanactiviteit: opbreken en graven
|
|
Omgevingsplanactiviteit: Opbreken en graven
|
|
|
1.
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het opbreken van de verharding in openbaar gebied of het graven in openbaar gebied, anders dan voor het aanleggen, in stand houden of verwijderen van een kabel of leiding, als bedoeld in het omgevingsplan bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
€ 448,50
|
|
2.
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen, in stand houden of verwijderen van een kabel of leiding in openbaar gebied, als bedoeld in het omgevingsplan, niet zijnde kabels als bedoeld in artikel 1.1 van de Telecommunicatiewet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
|
|
3.
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet bestaande uit het graven in het gebied met [normwaarde archeologische verwachtingswaarde OF archeologische verwachtingen], als bedoeld in het omgevingsplan, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
€ 448,50
|
|
4.
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het graven in het beperkingengebied leidingen, als bedoeld in het omgevingsplan, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
€ 448,50
|
|
5.
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het graven in een bijzonder landschapselement of gebied met aardkundige waarde. als bedoeld in het omgevingsplan, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
€ 448,50
|
|
Artikel 2.24 Omgevingsplanactiviteit: overige activiteiten beperkingengebied leidingen, landschapselement en aardkundige waarde
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, in het beperkingengebied leidingen, in een bijzonder landschapselement of in een gebied met aardkundige waarde, bestaande uit het: a.aanbrengen of verwijderen van diepwortelende beplanting, b.indrijven van voorwerpen, c.ophogen van de grond, of d.verharden van de grond, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
|
|
a.
|
voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in het omgevingsplan:
|
€ 448,50
|
|
b.
|
voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:
|
€ 448,50
|
|
Artikel 2.25 Omgevingsplanactiviteit: geluid weg
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen of wijzigen van een weg als op grond van het omgevingsplan of bij omgevingsvergunning voor een omgevingsplanactiviteit een geluidgevoelig gebouw is toegelaten binnen het aandachtsgebied van die weg, als bedoeld in artikel 22.272 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
|
|
a.
|
voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit:
|
€ 448,50
|
|
b.
|
voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:
|
€ 448,50
|
|
Artikel 2.26 Omgevingsplanactiviteit: aanleggen of veranderen weg
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld artikel [2:12] van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
€ 448,50
|
|
Artikel 2.27 Gereserveerd
|
Artikel 2.28 Omgevingsplanactiviteit: overige aanlegactiviteiten
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of een werkzaamheid (aanlegactiviteit), niet zijnde een activiteit die in de voorgaande artikelen van deze paragraaf is benoemd, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
|
|
a.
|
voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit:
|
€ 448,50
|
|
|
en als moet worden beoordeeld of de in het tijdelijke deel van het omgevingsplan bedoelde aanlegactiviteit niet in strijd is met het in voorbereiding zijnde omgevingsplan respectievelijk het in voorbereiding zijnde omgevingsplan dat voorziet in de bescherming van het stads- of dorpsgezicht, als bedoeld in artikel 22.278, tweede lid, van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, verhoogd met:
|
|
|
b.
|
voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht:
|
€ 385,00
|
|
c.
|
voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:
|
€ 385,00
|
|
Paragraaf 2.8 Overige activiteiten
|
Artikel 2.29 Gereserveerd
|
|
|
|
|
Artikel 2.30 Omgevingsplanactiviteit: kappen van bomen of vellen van houtopstanden
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het vellen van een houtopstand, bedoeld in [artikel [4:11] van de Algemene plaatselijke verordening OF artikel […] van de [citeertitel bomenverordening]] in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
€ 211,80
|
|
Artikel 2.31 Omgevingsplanactiviteit: reclame
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit handelsreclame met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding in welke vorm dan ook, die zichtbaar is vanaf een voor het publiek toegankelijke plaats, als bedoeld de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, en als niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in paragraaf 2.3, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
|
|
a.
|
als de activiteit bestaat uit het op of aan een onroerende zaak maken of voeren van die handelsreclame:
|
€ 124,30
|
|
Artikel 2.32 Omgevingsplanactiviteit: opslag van roerende zaken
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit de opslag van roerende zaken in een aangewezen gedeelte van de gemeente, bedoeld in artikel [2:10] van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
|
|
a.
|
als de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken,:
|
€ 160,95
|
|
Artikel 2.33 Gereserveerd
|
Artikel 2.34 Andere activiteiten
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit dan in deze paragraaf en voorgaande paragrafen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit:
|
|
|
a.
|
betreft een bij of krachtens artikel 5.1 van de Omgevingswet aangewezen vergunningplichtige activiteit, uitgezonderd de activiteit bedoeld in onderdeel b, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
€ 356,25
|
|
b.
|
betreft een omgevingsplanactiviteit als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
€ 356,25
|
|
|
1. voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit:
|
€ 356,25
|
|
|
2. voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:
|
€ 356,25
|
|
|
3. voor een in een gemeentelijke verordening als bedoeld in artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit aangewezen vergunningplichtige activiteit, bedraagt het tarief:
|
€ 356,25
|
|
Paragraaf 2.9 Maatwerkvoorschriften bij bouwactiviteiten
|
Artikel 2.35 Maatwerkvoorschriften bij bouwactiviteiten
|
|
Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een bouw- of sloopactiviteit, bedraagt het tarief:
|
|
|
a.
|
het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
|
|
b.
|
Als een begroting als bedoeld in onderdeel a, is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
Artikel 2.36 Gereserveerd
|
Artikel 2.37 Maatwerkvoorschriften bij overige activiteiten
|
|
|
|
|
|
Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een andere activiteit dan genoemd in de artikelen 2.35 en 2.36, bedraagt het tarief per maatwerkvoorschrift:
|
|
|
a.
|
het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
|
|
b.
|
Als een begroting als bedoeld in onderdeel a, is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken
|
|
|
Paragraaf 2.10 Gelijkwaardigheid
|
Artikel 2.38 Gelijkwaardige maatregel
|
|
|
|
|
1.
|
Als de aanvraag om toestemming voor een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet betrekking heeft op:
|
|
|
a.
|
een bouwactiviteit, bedraagt het tarief, per uur:
|
€ 128,00
|
|
b.
|
een activiteit met betrekking tot cultureel erfgoed, bedraagt het tarief, per uur:
|
€ 131,00
|
|
c.
|
een milieubelastende activiteit, bedraagt het tarief, per uur
|
gratis
|
|
d.
|
een andere activiteit dan bedoeld in de onderdelen a, b of c, bedraagt het tarief het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
|
|
2.
|
Het op grond van het eerste lid, onder d verschuldigde bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
Paragraaf 2.11 Overige tarieven
|
Artikel 2.39 Verlengen tijdelijke omgevingsvergunning bouwactiviteit
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om verlenging van de in een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit gestelde termijn, bedoeld in artikel 10.23, tweede lid, van het Omgevingsbesluit:
|
€ 385,00
|
|
Artikel 2.40 Wijzigen omgevingsvergunning
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van:
|
|
|
1.
|
een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project.
|
€ 160,95
|
|
2.
|
de te naamstelling van een vergunning
|
€ 58,45
|
|
Artikel 2.41 Wijzigen voorschriften omgevingsvergunning
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning:
|
€ 160,95
|
|
Artikel 2.42 Gereserveerd
|
Artikel 2.43 Gereserveerd
|
Artikel 2.44 Beoordeling onderzoeksrapporten
|
|
De in artikel 2.49 opgenomen tarieven zijn van overeenkomstige toepassing op het in behandeling nemen van een aanvraag tot het beoordelen van een onderzoeksrapport, zonder dat sprake is van een aanvraag om een omgevingsvergunning.
|
|
|
Artikel 2.45 Wijzigen van het omgevingsplan
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van het omgevingsplan voor:
|
|
|
|
1. Woningbouw, tuin, groen, en verkeer in het stedelijk gebied
|
€ 5.916,80
|
|
|
2. Alle andere plannen in het stedelijk gebied
|
€ 8.875,20
|
|
|
3. Woningbouw, natuur, groen en bos plannen in het buitengebied
|
€ 5.916,80
|
|
|
4. Alle andere plannen in het buitengebied
|
€ 11.833,65
|
|
Artikel 2.46 Niet genoemd besluit op aanvraag
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een ander, in dit hoofdstuk niet benoemd besluit op grond van de Omgevingswet, de op die wet gebaseerde algemene maatregelen van bestuur of het omgevingsplan:
|
€ 356,25
|
|
Paragraaf 2.12 Modaliteiten
|
Artikel 2.47 Achteraf ingediende aanvraag
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning voor een activiteit wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de activiteit, worden de op grond van de paragrafen 2.3 tot en met 2.8 verschuldigde leges verhoogd met:
|
|
10,000%
|
|
met een maximum van:
|
€ 1.420,05
|
|
Artikel 2.48 Uitgebreide voorbereidingsprocedure
|
|
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is op de voorbereiding van het besluit:
|
|
|
a.
|
als sprake is van een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:
|
|
|
|
1. Woningbouw, tuin, groen, en verkeer in het stedelijk gebied
|
€ 5.916,80
|
|
|
2. Alle andere plannen in het stedelijk gebied
|
€ 8.875,20
|
|
|
3. Woningbouw, natuur, groen en bos plannen in het buitengebied
|
€ 5.916,80
|
|
|
4. Alle andere plannen in het buitengebied
|
€ 11.833,65
|
|
b.
|
als sprake is van andere activiteiten dan bedoeld in de onderdelen a en b:
|
€ 356,25
|
|
Artikel 2.49 Beoordeling onderzoeksrapporten
|
1.
|
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als krachtens wettelijk voorschrift voor de betreffende aanvraag een rapport moet worden beoordeeld:
|
|
|
a.
|
voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport:
|
€ 900,00
|
|
b.
|
voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport:
|
€ 900,00
|
|
c.
|
voor de beoordeling van een geluid- of luchtrapport betreffende de geluid- of luchtbelasting:
|
€ 900,00
|
|
d.
|
voor de beoordeling van een akoestisch rapport betreffende de interne en externe geluidwering of nagalm van een bouwwerk:
|
€ 900,00
|
|
e.
|
voor de beoordeling van een ecologisch onderzoeksrapport:
|
€ 900,00
|
|
f.
|
voor de beoordeling van een milieueffectrapportage (MER):
|
€ 2.950,00
|
|
g.
|
voor de beoordeling van een niet in de voorgaande onderdelen genoemd rapport, bedraagt het tarief het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
|
|
|
Het op grond van het onder g verschuldigde bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
Artikel 2.50 Advies
|
|
|
|
|
1.
|
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een daartoe aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet:
|
|
|
a.
|
voor een advies van de gemeenteraad:
|
€0,00
|
|
b.
|
voor een advies van de gemeentelijke adviescommissie als bedoeld in de Verordening op de gemeentelijke adviescommissie omgevingskwaliteit Someren 2023, dat uitsluitend betrekking heeft op redelijke eisen van welstand, als bedoeld in de gemeentelijke beleidsregels bedoeld in artikel 4.19 van de Omgevingswet, per overleg:
|
€326,00
|
|
c.
|
voor een advies van de gemeentelijke adviescommissie als bedoeld in de Verordening op de gemeentelijke adviescommissie omgevingskwaliteit Someren 2023 in andere gevallen dan bedoeld in onderdeel b, per overleg:
|
€326,00
|
|
d.
|
voor een advies van de Adviescommissie Agrarische Bouwaanvragen
|
€ 1.012,55
|
|
e.
|
voor een advies in andere gevallen dan bedoeld in de onderdelen a tot en met d: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
|
|
2.
|
Als een begroting als bedoeld in het eerste lid, onderdeel e, is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
Artikel 2.51 Instemming
|
|
|
|
|
1.
|
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet betrekking heeft op een activiteit waarvoor de beslissing op de aanvraag op grond van artikel 16.16 van de Omgevingswet instemming behoeft van een bestuursorgaan: het bedrag dat dit bestuursorgaan aan rechten zou heffen als het voor de activiteit waarvoor instemming wordt verzocht zelf bevoegd gezag zou zijn.
|
|
|
2.
|
Het bedrag bedoeld in het eerste lid wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
Paragraaf 2.13 Vermindering
|
Artikel 2.52 Vermindering na conceptverzoek
|
|
|
|
|
1.
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel b. en zoals nader omschreven in de paragrafen 2.3 tot en met 2.8 is voorafgegaan door een aanvraag om een conceptverzoek als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel a, en zoals nader omschreven in paragraaf 2.2, waarop de aanvraag om de omgevingsvergunning betrekking heeft, bestaat onder de in het tweede lid genoemde voorwaarden aanspraak op vermindering van de voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning verschuldigde leges. De vermindering bedraagt:
|
|
|
|
voor een conceptverzoek als bedoeld in artikel 2.4 onder 1:
|
|
100,000%
|
|
voor een conceptverzoek als bedoeld in artikel 2.4 onder 2:
|
|
50,000%
|
2.
|
Voor de toepassing van het eerste lid wordt de aanvraag om een omgevingsvergunning gedaan:
|
|
|
a.
|
voor dezelfde activiteit of activiteiten als waarop het conceptverzoek betrekking had;
|
|
|
b.
|
in overeenstemming met de uitkomsten van het conceptverzoek ; en
|
|
|
c.
|
binnen 12 maanden na het laatste conceptverzoek of, als het conceptverzoek volgens afspraak leidt tot een kennisgeving aan de aanvrager, na de dagtekening van de kennisgeving.
|
|
|
Artikel 2.53 Gereserveerd
|
|
|
|
|
Paragraaf 2.14 Teruggaaf
|
Artikel 2.54 Teruggaaf bij aanvraag en oordeel geen omgevingsvergunning nodig
|
|
Als het college van burgemeester en wethouders op grond van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning oordeelt dat voor de voorgenomen activiteit geen omgevingsvergunning is vereist, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:
|
|
25,000%
|
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges.
|
|
|
Artikel 2.55 Teruggaaf als aanvraag verder buiten behandeling wordt gelaten
|
|
Als na toepassing van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht een aanvraag buiten behandeling wordt gelaten, bestaat aanspraak op teruggaaf. De teruggaaf bedraagt:
|
|
100,000%
|
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges.
|
|
|
Artikel 2.56 Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij reguliere procedure
|
|
Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:
|
|
|
a.
|
als de aanvraag door de gemeente in behandeling is genomen:
|
|
60,000%
|
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;
|
|
|
b.
|
als de aanvraag wordt ingetrokken op verzoek van de gemeente:
|
|
100,000%
|
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;
|
|
|
Artikel 2.57 Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij uitgebreide voorbereidingsprocedure
|
|
Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:
|
|
|
a.
|
als de aanvraag door de gemeente in behandeling is genomen:
|
|
60,000%
|
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;
|
|
|
b.
|
als de aanvraag wordt ingetrokken op verzoek van de gemeente:
|
|
100,000%
|
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;
|
|
|
Artikel 2.58 Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten
|
|
Als het college van burgemeester en wethouders een verleende omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 12 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:
|
|
25,000%
|
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges.
|
|
|
Artikel 2.59 Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouwactiviteiten
|
|
|
|
|
a.
|
Als het college van burgemeester en wethouders een omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:
|
|
25,000%
|
|
van de voor de activiteit waarvoor de omgevingsvergunning is geweigerd verschuldigde leges.
|
|
|
b.
|
Onder een weigering bedoeld in onderdeel a wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.
|
|
|
Artikel 2.60 Geen teruggaaf legesdeel modaliteiten
|
|
In afwijking van de voorgaande artikelen van deze paragraaf wordt geen teruggaaf verleend van het legesdeel dat betrekking heeft op de modaliteiten genoemd in paragraaf 2.12.
|
|
|