Gemeenteblad van Apeldoorn
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Apeldoorn | Gemeenteblad 2023, 542635 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Apeldoorn | Gemeenteblad 2023, 542635 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2024
De raad van de gemeente Apeldoorn;
gelezen het voorstel van het college;
gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 225 van de Gemeentewet, de Parkeervisie 2019 en de Parkeerverordening;
vast te stellen de navolgende Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2024.
Voor de toepassing van deze verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
parkeren: het gedurende een aaneengesloten periode doen of laten staan van een motorvoertuig, anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van zaken, op binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen of weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijk voorschrift is verboden;
De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt niet geheven van degene die op de voet van het tweede lid, onderdeel b, als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd wordt aangemerkt, als deze aannemelijk maakt dat ten tijde van het parkeren een ander tegen zijn wil van het motorvoertuig heeft gebruik gemaakt en dat hij dit gebruik redelijkerwijs niet heeft kunnen voorkomen.
De belasting als bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt niet geheven van houders van een geldige gehandicaptenparkeerkaart , mits deze parkeerkaart met de daartoe bestemde zijde op een van buitenaf duidelijk leesbare plaats direct achter de voorruit van het motorvoertuig is geplaatst.
De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt geheven door voldoening op aangifte. Als voldoening op aangifte wordt aangemerkt het bij de aanvang van het parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur op de daartoe bestemde wijze en met inachtneming van de door het college gestelde voorschriften.
Artikel 7 Termijnen van betaling
In afwijking van het bepaalde in het vorige lid moet de belasting overeenkomstig de aangifte worden betaald binnen een maand na het einde van het parkeren, indien het bij de aanvang van het parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur geschiedt door het via een mobiele telefoon of ander communicatiemiddel inloggen op de centrale computer.
In afwijking van het bepaalde in artikel 7 lid 4 kan ingeval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan, meer is dan € 50,= maar minder dan € 10.000,= en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in zoveel gelijke termijnen als er na de maand van dagtekening van het aanslagbiljet nog maanden in het belastingjaar waarin de aanslagen worden opgelegd overblijven, met dien verstande dat het aantal termijnen ten minste drie en ten hoogste tien bedraagt. De eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgend op die welke in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
Artikel 8 Bevoegdheid tot aanwijzing parkeerplaatsen
De aanwijzing van de plaats waar, het tijdstip en de wijze waarop tegen betaling van de belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, mag worden geparkeerd, geschiedt in alle gevallen door het college bij openbaar te maken besluit.
De kosten van de naheffingsaanslag ter zake van de belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, bedragen €76,70-.
Artikel 11 Inwerkingtreding en citeertitel
De verordening parkeerbelastingen 2023 inclusief tarieventabel en bijlagen, vastgesteld op 10 november 2022 wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Aldus besloten in de openbare vergadering van 9 november 2023.
De raad voornoemd,
S.M. Stam
waarnemend raadsgriffier
A.J.M. Heerts
voorzitter
Bijlage 1: TARIEVENTABEL behorende bij de verordening Parkeerbelastingen 2024
Onverminderd de in artikel 1 van de verordening genoemde begripsomschrijvingen wordt voor de toepassing van deze tarieventabel verstaan onder:
Tariefzone binnenstad: de gebieden die op de - bij de verordening behorende - kaart (bijlage 2) als zodanig zijn aangegeven.
Tariefzone wijken: de gebieden die op de - bij de verordening behorende - kaart (bijlage 2) zijn aangegeven.
Parkeergarage Px: de gemeentelijke parkeergarages: P1 – Marktplein, P2 – Haven Centrum, P3 – Brinklaan, P4 – Orpheus, P5 – Anklaar.
Het te betalen bedrag wordt afgerond op eenheden van € 0,10
basistarief van 07.00 - 21.00 uur per minuut of gedeelte daarvan (afrekenbasis) |
||
Voor tarieven waarvoor hierboven de afrekenbasis per minuut is vermeld, geldt dat het te betalen bedrag bij contante betaling wordt afgerond op € 0,50
Bij PIN betaling wordt het te betalen bedrag afgerond op € 0,01
Bij betaling van producten voor zover beschikbaar bij de kassa’s van de publieksbalie van het stadhuis en de bezoekersloge van garage Marktplein wordt het totale aankoopbedrag per betaling afgerond op het meest naastliggende veelvoud van € 0,05.
Voor alle tarieven in parkeergarages geldt dat deze inclusief 21% btw zijn.
Behorende bij het raadsbesluit van 9 november 2023.
Aldus besloten in de openbare vergadering van 9 november 2023.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2023-542635.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.