Wijziging Uitvoeringsregels Algemene verordening gemeente Leudal

 

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leudal

Overwegende dat

- vanuit de praktijk de wens bestaat enige bepalingen aan te passen of toe te voegen:

- de voorzienen inwerkingtreding van de Omgevingswet aanpassingen vraagt in het kader van de verwijzingen in de uitvoeringsregels;

Gelet op:

- artikel 1.1.11 Algemene verordening gemeente Leudal (AV);

- artikel 1.1.12 Algemene verordening gemeente Leudal

Besluit:

De Uitvoeringseregels Algemene verordening gemeente Leudal als volgt te wijzigen:

 

Artikel I  

In artikel 1.3.1.1 wordt in titel en de tekst “horeca-inrichting” vervangen door “horecabedrijf”

 

Artikel II  

vervallen

 

Artikel III  

  • 1.

    Het opschrift van artikel 1.3.3.2 (Aantal geluidsdagen) wordt gewijzigd in

    “Artikel 1.3.3.2Aantal geluidsdagen en communicatie omgeving”

  • 2.

    Aan artikel 1.3.3.2 worden drie leden toegevoegd, luidende:

    • "3.

      Er mag maximaal twee weekenden achter elkaar een evenement met geluid in een feesttent of in de openlucht op een zelfde (evenementen) locatie plaatsvinden.

    • 4

      De organisator van een evenement waarbij (bas)geluiden in een feesttent of in de openlucht ten gehore worden gebracht is verplicht binnen vijf werkdagen voorafgaand aan het evenement schriftelijk informatie te verstrekken aan de omwonenden binnen een straal van 100 meter én aan de gemeente.

    • 5

      Onder de verplichte verstrekking van schriftelijke informatie, zoals vermeld in lid 4, wordt verstaan het verstrekken van: - mobiele telefoonnummer organisator die bereikbaar is tijdens het evenement; - soort muziek die ten gehore wordt gebracht; - maximale geluidsniveau;- begin- en eindtijden van het evenement; -telefoonnummer van de Regionale Uitvoeringsdienst Limburg Noord."

     

Artikel IV  

Artikel 1.4.2.2 komt te luiden als volgt:

“De volgende voorschriften gelden naast de voorschriften verbonden aan de vergunning als bedoeld in artikel 3.9.1, eerste lid Av:

  • 1.

    Het stoken moet minstens één week van te voren schriftelijk aan het team Vergunningverlening, toezicht en handhaving van de gemeente worden gemeld;

  • 2.

    Vanaf ontbranding moet constant toezicht gehouden worden door minimaal twee personen van de organisatie tot het vuur is gedoofd. Zij zijn belast met de algemene veiligheid gedurende het stoken. De personen moeten volwassen (18 jaar of ouder) en nuchter zijn en op de hoogte te zijn van de geldende brandveiligheidsvoorschriften. Deze toezichthoudende personen moeten telefonisch bereikbaar zijn voor de gemeente;

  • 3.

    Het stookterrein moet goed bereikbaar zijn voor brandweer, politie en ambulance;

  • 4.
    • *

      25 meter van het publiek;

    • *

      30 meter van een gebouw, een opstapeling van oogstproducten, erfbeplanting en hoogspanningsleidingen;

    • *

      100 meter van een bos-, heide- of duinterrein en veengrond;

    • *

      25 meter van een openbare weg;

    • *

      100 meter van brandgevoelige objecten.

    Het stoken moet plaatsvinden op een afstand van minimaal:

  • 5.

    In de directe nabijheid van de stookplaats moeten tenminste twee draagbare blustoestellen aanwezig zijn met een minimale inhoud van elk tenminste 6 kg of liter blusstof. De draagbare blustoestellen moeten permanent bereikbaar en voor onmiddellijk gebruik gereed zijn. Elk draagbaar blustoestel dient conform de NEN 2559 te zijn onderhouden. Houd rekening met het juiste blusmiddel. Daarnaast dienen in de directe nabijheid van de stookplaatséén blusdeken, twee schoppen en twee met water gevulde emmers van minimaal 10 liter aanwezig te zijn;

  • 6.

    Er moet zodanig worden gestookt, dat geen vliegvuur ontstaat. Het vuur dient van boven aangestoken te worden, om zo de hoeveelheid vliegvuur te verkleinen. Bij windkracht 4 op de schaal van Beaufort of meer mag het stoken geen doorgang vinden en bij laaghangende mist mag niet worden gestookt. Indien vliegvuur ontstaat, dient er direct te worden gestopt met stoken.

  • 7.

    Tijdens het stoken dient tenminste een Basis Verbanddoos aanwezig te zijn die voldoet aan de inhoudseisen van het Oranje Kruis.

  • 8.

    De brandstapel moet stabiel en aaneengesloten zijn opgebouwd;

  • 9.

    De brandstapel voor kampvuren mag een maximale omvang hebben van 1 m³;

  • 10.

    De stookplaats voor culturele festiviteiten mag maximaal 4 bij 5 meter zijn;

  • 11

    De stookplaats voor culturele festiviteiten mag maximaal 100 m³;

  • 12

    Het aanvoeren van snoeiafval en/of pallets door buurtverenigingen of dorpsraden voor de brandstapel van een vuur bij culturele festiviteiten, mag niet eerder plaatsvinden dan één week voor de dag dat ’s avonds wordt gestookt. Dit moet gebeuren onder toezicht van leden van de buurtvereniging, dorpsraad of van de eigenaar van de grond waarop de brandstapel wordt aangelegd;

  • 13

    Voor het aanmaken van de brandstapel moet gebruik worden gemaakt van pallets en pakken stro. Aardolieproducten en/of licht ontvlambare vloeistoffen (zoals benzine) zijn niet toegestaan.

  • 14

    Het stoken moet plaatsvinden op het aangevraagde tijdstip;

  • 15

    Uiterlijk om 24:00 uur moet het vuur gedoofd te zijn.

  • 16

    Indien men in een droge periode open vuur wil aan gaan leggen, dient eerst de site http://www.natuurbrandrisico.nl geraadpleegd te worden, zodat men op de hoogte is van de op dat moment geldende fase en wat de consequenties zijn voor het aanleggen van het open vuur. Bij natuurbrandrisico fase 2 is open vuur in elk geval niet toegestaan.

  • 17

    Indien tijdens de verbranding ernstig gevaar of hinder ontstaat, kan door of namens burgemeester en wethouders besloten worden het vuur voortijdig te beëindigen.

 

Artikel V  

Artikel 1.4.2.3 komt te vervallen.

 

Artikel VI  

In artikel 2.2.1 wordt “horeca-inrichtingen” vervangen door “horecabedrijven”

 

Artikel VII  

In artikel 2.2.2 zevende lid wordt “inrichting” vervangen door “horecabedrijf”

 

Artikel VIII  

In artikel 2.2.4 vierde lid wordt “inrichting” vervangen door “horecabedrijf”

 

Artikel IX  

In artikel 2.3.1 onder vaste standplaats komt de tekst “, wekelijks of maandelijks” te vervallen

 

Artikel X  

Artikel 2.3.5 vierde lid komt te vervallen.

 

Artikel XI  

Aan artikel 2.3.8 (Vergunning voor beperkte duur) wordt onder toevoeging van de aanduiding 1 voor de bestaande tekst, een lid 2 toegevoegd luidende:

“2. Een vergunning voor een incidentele standplaats kan worden verleend voor een periode van maximaal drie jaar”.

 

Artikel XII  

  • 1.

    In artikel 3.1.3 komt onderdeel h te vervallen onder verlettering van de onderdelen i tot en met v tot h tot ne met u.

  • 2.

    Artikel 3.1.3 onderdeel m (nieuw) komt te luiden: m. klein chemisch/gevaarlijk afval: huishoudelijke afvalstoffen zoals vermeld op de KCA-lijst bij het Landelijk Afvalbeheer Plan (LAP3, bijlage F12.1) en klein gevaarlijk afval zoals gasflessen;

  • 3.

    Artikel 3.1.3 onderdeel o (nieuw) komt te luiden: o. kunststof verpakkingsmateriaal (onderdeel PMD): verpakkingen van kunststof zoals bedoeld in de Ketenovereenkomst Verpakkingen 2020-2029;

 

Artikel XIII  

Aan artikel 3.1.4 wordt een derde lid toegevoegd, luidende:

“3 PMD dat in de hiervoor verstrekte PMD zakken wordt aangeboden door huishoudens, zamelt de inzameldienst ten minste één maal per twee weken afzonderlijk bij of nabij elk perceel in.”

 

Artikel XIV  

  • 1.

    Artikel 3.1.5 aanhef komt te luiden: “Op grond van artikel 3.10.2.8, eerste lid Av worden de volgende inzamelmiddelen, -voorzieningen en milieupassen aangewezen:”

  • 2.

    Aan artikel 3.1.5 onder A wordt, onder vervanging van “.” in “; “ een onderdeel d toegevoegd, luidende: “plastic verpakkingen, metalen verpakkingen en drankkartons: de door of namens de gemeente verstrekte PMD zakken.”

  • 3.

    In artikel 3.1.5 onder B komt onderdeel c te vervallen en worden onderdelen d en e hernoemd tot onderdelen c en d.

  • 4.

    Artikel 3.1.5 onder B onderdeel d (nieuw) komt te ludien: “d. de in artikel 4.1.3 Uitvoeringsregeling genoemde categorieën van huishoudelijke afvalstoffen, met uitzondering van groente- en fruitafval van de GFT fractie en huishoudelijk restafval, de milieuparken van de Reinigingsdienst Maasland, in Maasbracht (Lijnpad 9), Roggel (Bevelantstraat 1) en Montfort (Maasbrachterweg 3)”.

  • 5.

    Aan artikel 3.1.5 wordt toegevoegd: “C. Milieupas voor: toegang tot de milieuparken van Reinigingsdienst Maasland en toegang tot de verzamelvoorzieningen voor rest- en GFT-afval. Per huishouden verstrekt Reinigingsdienst Maasland één milieupas.”

 

Artikel XV  

Artikel 3.1.6 komt te luiden:

  • 1.

    Op grond van artikel 3.10.2.8, eerste lid Av worden de volgende regels voor het gebruik van de door of namens de gemeente verstrekte inzamelmiddelen voor groente-, fruit- en tuinafval, alsmede restafval gesteld:

    • a.

      het beheer van de inzamelmiddelen die in bruikleen zijn verstrekt door of namens de gemeente, berust bij de Reinigingsdienst Maasland in Haelen;

    • b.

      de inzameldienst is bevoegd om de container te voorzien van een chip waarop staat vermeld: de afvalstroom waarvoor de container is bestemd, het volume van de container, de postcode, plaatsnaam, straatnaam en huisnummer;

    • c.

      als in het inzamelmiddel een binnenbak is geplaatst, is het verboden de binnenbak te verwijderen;

    • d.

      voor het beschadigen of verdwijnen van een door of namens de gemeente verstrekt inzamelmiddel is de gebruiker aansprakelijk, tenzij de gebruiker geen schuld daaraan heeft en dit aantoont via aangifte bij de politie;

    • e.

      de door of namens de gemeente verstrekte inzamelmiddelen behoren bij de woning;

    • f.

      de gebruiker van een perceel moet zich tot de Reinigingsdienst Maasland wenden:

      • a.

        als bij een verhuizing naar een perceel geen of een kapot door of namens de gemeente verstrekt inzamelmiddel wordt aangetroffen;

      • b.

        bij verdwijning, vermissing of beschadiging van een door of namens de gemeente verstrekt inzamelmiddel;

    • g.

      de inzamelmiddelen blijven eigendom van de verstrekker en worden bij normale slijtage voor haar rekening technisch onderhouden;

    • h.

      de gebruiker is verantwoordelijk voor het gebruik en het onderhoud van de in bruikleen ontvangen inzamelmiddelen alsof deze diens eigendom zijn;

    • i.

      de gebruiker is verplicht de inzamelmiddelen en inzamelvoorzieningen zodanig te gebruiken dat deze geen overlast voor derden veroorzaken;

    • j.

      de inzamelmiddelen mogen niet voor een ander doel worden gebruikt dan waarvoor deze zijn verstrekt;

    • k.

      de gebruiker moet bij verhuizing, de inzamelmiddelen compleet, onbeschadigd, schoon en leeg bij het desbetreffende perceel achter laten;

    • l.

      de verstrekte inzamelmiddelen voor rest- en gft-afval mogen alleen worden gereinigd met toegelaten reinigingsmiddelen, bijvoorbeeld groene zeep, soda en water;

    • m.

      het GFT-afval en het restafval in de container mag niet zodanig worden verdicht of in de container zijn geplaatst, dat het leeg maken volgens de gebruikelijke werkwijze van de inzameldienst bij leeg maken, niet mogelijk is;

    • n.

      het GFT-afval en het restafval in een door of namens de gemeente op of nabij geplaatste container, moet worden overgedragen of voor inzameling aangeboden als het bestuursorgaan daartoe aanleiding ziet op grond van onredelijke stankhinder bij omwonenden of om andere milieu hygiënische redenen.

  • 2.

    Op grond van artikel 3.10.2.8, eerste lid Av stelt het college de volgende regels omtrent de plaats en wijze waarop huishoudelijke afvalstoffen, met uitzondering van klein chemisch afval, moeten worden aangeboden:

A Minicontainer en PMD zak

  • a.

    het voor inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen in de verstrekte minicontainer/PMD zak moet ordelijk gebeuren door het plaatsen van de minicontainer/PMD zak op het voetpad, kortbij de in de gemeente geregistreerde huisaansluitingen zo dicht mogelijk bij de rijweg. Als een voetpad ontbreekt, dan moet de minicontainer/PMD zak aan de kant van de openbare weg, dan wel op een inzamel- of clusterplaats worden gezet. Het plaatsen van de minicontainer/PMD zak mag voetgangers- en overig verkeer niet hinderen, of gevaar dan wel schade veroorzaken. Daarbij moeten de aanwijzingen van de inzameldienst medewerkers worden opgevolgd;

  • b.

    de minicontainer moet met de achterzijde naar de openbare weg geplaatst worden;

  • c.

    het inzamelmiddel wordt op de openbare weg aangeboden, tenzij voor een andere plaats vergunning door het college is verleend;

  • d.

    bij gebruik van het inzamelmiddel moet dit zijn geplaatst zoals de Reinigingsdienst Maasland heeft aangegeven;

  • e.

    inzamelmiddelen moeten goed gesloten zijn en inzamelingvoorzieningen moeten na gebruik goed worden gesloten;

  • f.

    uit de inzamelmiddelen en de inzamelvoorzieningen mag geen huishoudelijk afval steken;

  • g.

    PMD moet leeg in een goed gesloten PMD zak worden aangeboden;

  • h.

    afvalstoffen die ten onrechte of op een onjuiste wijze zijn aangeboden en na inzameling daardoor in de container zijn achtergebleven, moeten onmiddellijk door de aanbieder uit de container worden verwijderd;

  • i.

    afvalstoffen die ten onrechte of op een onjuiste wijze zijn aangeboden en na inzameling daardoor in de PMD zak zijn achtergebleven, moeten onmiddellijk door de aanbieder worden verwijderd;

  • j

    het gewicht van de hoeveelheid afvalstoffen en het eigen gewicht van de leeg te maken container tezamen, mag in zijn totaliteit niet meer zijn dan 75 kilogram;

B Milieupark

  • a

    de milieuparken van de Reinigingsdienst Maasland worden aangewezen als brengdepot waar de afvalstoffen als vermeld in artikel 3.10.2.5, tweede lid Av kunnen worden achter gelaten;

  • b

    bij de afgifte van afvalstoffen bij de milieuparken van de Reinigingsdienst Maasland zijn de acceptatievoorwaarden van Reinigingsdienst Maasland van toepassing;

  • c

    de ontdoener van afvalstoffen moet zich bij de milieuparken van de Reinigingsdienst Maasland kunnen legitimeren;

C Op afroep

  • a.

    de inzameling van grof huishoudelijk afval en elektrische en elektronisch apparatuur vindt op afroep en tegen betaling plaats. De aanbieder moet voor deze inzameling op afroep, een afspraak maken met de inzameldienst/inzamelaar;

  • b.

    het grof huishoudelijk afval en elektrische en elektronisch apparatuur moet op de afgesproken dag en tijd op een voor het inzamelmaterieel goed bereikbare plaats bij de woning klaar staan;

  • c.

    het grof huishoudelijk afval en elektrische en elektronisch apparatuur mag niet langer zijn dan 2 meter, geen grotere inhoud hebben dan 1 m3 en geen hoger gewicht dan 35 kilogram per stuk. Meubilair en ander huisraad is uitgezonderd van deze maximale afmetingen, volume en gewicht.

  • 3.

    Op grond van artikel 3.10.2.8, eerste lid Av stelt het college de volgende regels omtrent het gebruik van de door of namens de gemeente verstrekte verzamelvoorziening voor GFT- en restafval en de wijze waarop huishoudelijke afvalstoffen moeten worden aangeboden bij een verzamelvoorziening:

    • a

      een inzamelvoorziening voor GFT-afval voor een groep percelen mag alleen worden gebruikt door personen die een aanslag voor betaling van afvalstoffenheffing ontvangen als bedoeld in de “Verordening afvalstoffenheffing Leudal 20xx” en aan wie geen individueel inzamelmiddel voor het gescheiden aanbieden van groente-, fruit- en tuinafval is verstrekt;

    • b

      alleen groente-, fruit- en tuinafval alsmede restafval mogen worden aangeboden. GFT-afval mag alleen in een hiervoor bestemde bovengrondse inzamelvoorziening worden aangeboden en restafval alleen in een hiervoor bestemde boven- of ondergrondse inzamelvoorziening;

    • c

      de afvalstoffen moeten in een goed gesloten zak, van maximaal 60 liter, in de inzamelvoorziening worden geplaatst;

    • d.

      de verzamelvoorziening is toegankelijk met de door Reinigingsdienst Maasland verstrekte milieupas;

    • e

      de inzamelvoorziening wordt na gebruik gesloten;

    • f

      afval mag niet op of naast de inzamelvoorziening worden geplaatst.

  • 4.

    Op grond van artikel 3.10.2.8, eerste lid Av gelden de volgende regels voor het gebruik van het door of namens de gemeente verstrekte inzamelmiddel voor klein chemisch afval (kca):

    • a

      kca mag uitsluitend in de door of namens de gemeente verstrekte milieubox worden aangeboden bij de kca inzamelwagen of bij de milieuparken van de Reinigingsdienst Maasland;

    • b

      kca moet zoveel mogelijk in de oorspronkelijke verpakking worden aangeboden;

    • c

      als het kca niet in de oorspronkelijke verpakking wordt aangeboden, geeft de aanbieder aan de inzamelaar aan wat voor afval het betreft of waarvan het afkomstig is;

    • d

      vloeibare kca-producten mogen niet met elkaar gemengd worden aangeboden;

    • e

      het gewicht van de aangeboden hoeveelheid huishoudelijk klein chemisch afval (kca) mag per inzameling en aanbieding niet meer zijn dan 50 kg;

    • f

      de milieubox mag niet onbeheerd op of aan de weg worden aangeboden maar uitsluitend persoonlijk worden overhandigd aan medewerkers van het milieupark of de kca inzamelwagen;

    • g

      de gebruiker of bewoner moet bij verhuizing de milieubox onbeschadigd, schoon en leeg bij het desbetreffende perceel achter laten.

  • 5

    Op grond van artikel 3.10.2.8, eerste lid Av bepaalt het college dat:

    • a

      textiel moet droog en schoon worden aangeboden in de daarvoor bestemde en door of namens de gemeente dan wel de Reinigingsdienst Maasland geplaatste textielcontainers, bij voorkeur in een afgesloten plastic zak en schoenen per paar aan elkaar gebonden;

    • b

      glas, leeg (wit en bont gescheiden) en vrij van vervuiling moet worden aangeboden in de daarvoor bestemde en door of namens de gemeente dan wel Reinigingsdienst Maasland geplaatste boven- of ondergrondse glascontainer;

    • c

      oud papier en karton, droog, schoon, scheurbaar en gebundeld met touw of in kartonnen dozen, moet in handzame hoeveelheden van maximaal 25 kg worden aangeboden.

  • 6.

    Op grond van artikel 3.10.2.8, eerste lid Av kunnen oud papier en karton, grof huishoudelijk afval, kringloopgoederen alsmede grote elektrische en elektronische apparaten zonder inzamelmiddel maar wel gescheiden voor inzameling worden aangeboden.

 

Artikel XVI  

  • 1.

    In artikel 3.1.7 onder a wordt “22.00 uur” gewijzigd in “20.00 uur”.

  • 2.

    Artikel 3.1.7 onder c komt te luiden:

    “c. van de milieuparken van Reinigingsdienst Maasland kan gebruik worden gemaakt binnen de door Reinigingsdienst Maasland vastgestelde dagen en tijdstippen;”

  • 3.

    In artikel 3.1.7 onder d komt “PMD,” te vervallen.

 

 

Artikel XVII  

Artikel 3.2.1 tweede lid onder a. kont te luiden:

“de bedrijfsterreinen

  • i

    Laak in Roggel;

  • ii

    Arenbos in Heythuysen;

  • iii.

    Heldenseweg in Neer;

 

Artikel XVIII  

Bijlage 6 komt te luiden :

Locaties en maximum aantal standplaatsen

 

Kern

Locatie

Maximaal aantal standplaatsen

Baexem

Mgr. Kriekelsplein

5

Baexem

In de nabijheid Asiel Zoekers Centrum (AZC)

3

Buggenum

Plein tegenover de kerk

4

Ell

Scheijmansplein

4

Grathem

Markt

2

Grathem

Nassauplein

1

Haelen

Raadhuisplein m.u.v. donderdag

2

Haelen

Raadhuisplein op donderdag

6

Haelen, tegenover de kerk, Kerkplein

Tegenover de kerk, Kerkplein

1

Haler

Plein nabij de kerk Isidoorstraat/Speltstraat

4

Heibloem

Isidoorstraat

2

Heythuysen

Julianaplein m.u.v. vrijdag

1

Heythuysen

Plein bij de kerk, m.u.v. vrijdag

2

Heythuysen

Raadhuisplein/Plein voor het (oude) gemeentehuis buiten parkeervakken m.u.v. vrijdag

2

Heythuysen

Raadhuisplein/Plein voor het (oude) gemeentehuis buiten parkeervakken op vrijdag

7

Horn

Van Horneplein

6

Horn

Raadhuisplein

1

Hunsel

Kerkplein

4

Ittervoort

Kermisplein/Dahliaplein

4

Kelpen-Oler

Kerkstraat

4

Neer

Kerkplein/Engelmanstraat

5

Neeritter

Krekelbergplein

4

Nunhem

Kermisplein

4

Roggel

Markt

4

 

Artikel XIX  

Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2024, met dien verstande dat bij inwerkingtreding van de Omgevingswet op 1 januari 2024, de artikel III in werking treedt direct voorafgaande aan de inwerkingtreding van de Omgevingswet.

 

Heythuysen, 12 december 2023

BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN LEUDAL,

De secretaris,De burgemeester,

mr. drs. J.J.Th.L. GeraedtsD.H. Schmalschläger

Naar boven