Hoofdstuk 2
|
Dienstverlening en besluiten in het kader van de Omgevingswet
|
|
Paragraaf 2.1
|
Algemene bepalingen
|
|
Artikel 2.1
|
Definities
|
|
1.
|
Begripsbepalingen die zijn opgenomen in de bijlage bij de Omgevingswet, in bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving, bijlage I bij het Besluit bouwwerken leefomgeving, bijlage I bij het Besluit kwaliteit leefomgeving, bijlage I bij het Omgevingsbesluit en bijlage I bij de Omgevingsregeling en in de bijlagen bij het gemeentelijke omgevingsplan, zijn van toepassing op dit hoofdstuk, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald.
|
|
2.
|
In dit hoofdstuk voorkomende begrippen die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander dan een in het eerste lid bedoeld wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald.
|
|
3.
|
In dit hoofdstuk wordt verstaan onder:
|
|
|
Kleine buitenplanse omgevingsplanactiviteit: omgevingsplanactiviteit waarvoor het omgevingsplan een vergunningsplicht bevat en de vergunning in strijd is met het tijdelijk deel van het omgevingsplan en/of in strijd is met de regels van het omgevingsplan. Conform bijlage B behorende bij de tarieventabel.
|
|
|
Buitenplanse omgevingsplanactiviteit: omgevingsplanactiviteit waarvoor het omgevingsplan een vergunningsplicht bevat en de vergunning in strijd is het tijdelijk deel van het omgevingsplan en/of in strijd is met de regels van het omgevingsplan.
|
|
|
Wijziging omgevingsplan: aanvraag tot het wijzigen van een omgevingsplan waarbij de gevraagde wijziging rechtstreeks en in overheersende mate het belang van de aanvrager dient (artikel 22.1 en 22.2 Omgevingswet). Deze aanvraag valt onder de werking van artikel 16.30, lid 1, van de Omgevingswet.
|
|
|
Bouwkosten: Onder bouwkosten/aanlegkosten wordt verstaan de kosten die ontstaan door en worden gemaakt voor de realisering van een bouwwerk waarvoor een omgevingsvergunning of conceptaanvraag/principeaanvraag is aangevraagd dan wel verleend tot en met de oplevering van dat (bouw)werk, exclusief BTW, en worden berekend aan de hand van de door de raad vastgestelde bouwkostenindicator. Deze bouwkostenindicator is onderdeel van deze verordening en als bijlage A toegevoegd.
|
|
|
Omgevingsoverleg in de vorm van een intaketafel: complexe ruimtelijke en maatschappelijke initiatieven (gericht op de fysieke leefomgeving) worden aan de gemeentelijke intaketafel besproken en beoordeeld. Het hoofddoel is te bepalen of het initiatief wenselijk is. Dat wil zeggen: past het initiatief bij de omgevingsvisie, het raadsprogramma, de ambities en opgaven van de gemeente en bij het beleid en de regelgeving van de ketenpartners en is het kansrijk om verder te ontwikkelen. Zo weet de initiatiefnemer vroeg of zijn plan wenselijk is.
|
|
|
Omgevingsoverleg in de vorm van een conceptverzoek, al dan niet via toepassing van een omgevingstafel: een verzoek om een toetsing op hoofdlijnen - voorafgaande aan de aanvraag van een omgevingsvergunning of voorafgaande aan een aanvraag om een deel van het omgevingsplan te wijzigen – van de haalbaarheid van een initiatief met daarbij in elk geval een toets aan de regels van het omgevingsplan en een beoordeling op ruimtelijke kwaliteit van de fysieke leefomgeving. Zo weet een initiatiefnemer of zijn plan haalbaar is op deze onderdelen.
|
|
4.
|
In aanvulling op de in bijlage I bij de Omgevingsregeling opgenomen omschrijving van het begrip ‘bouwkosten’ betreffen de in die omschrijving: - onder a genoemde Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 de voorwaarden die bekendgemaakt zijn in Staatscourant 2012, 1567; - onder b bedoelde bouwkosten de kosten voor de fysieke realisatie (het bouwen) van het bouwwerk; - onder c bedoelde prijs de prijs exclusief omzetbelasting.
|
|
5.
|
In afwijking van bijlage I bij de Omgevingsregeling worden de bouwkosten berekend berekend aan de hand van de bedragen (exclusief BTW) in de door de raad vastgestelde bouwkostenindicator, zoals opgenomen in de bijlage A bij deze tarieventabel. Voor zover deze bouwkostenindicator niet voorziet in een passende hoofcategorie (vetgedrukt in de lijst) wordt onder bouwkosten verstaan: de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012;Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk. In dit laatste geval zullen de overgelegde gegevens getoetst worden aan hun wettelijke kaders. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economische verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, exclusief de omzetbelasting.
|
|
Artikel 2.2
|
Dienstverlening en besluiten waarvoor leges worden geheven
|
|
1.
|
Leges worden geheven voor een omgevingsoverleg in de vorm van:
|
|
a.
|
een intaketafel, waarbij de wenselijkheid van het initiatief centraal staat
|
|
b.
|
voor een eenvoudig conceptverzoek zonder omgevingstafel, waarbij de haalbaarheid van het initiatief centraal staat:
|
|
2.
|
Leges worden geheven voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:
|
|
a.
|
een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1 of artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit;
|
|
b.
|
een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in artikel 4.5 van de Omgevingswet;
|
|
c.
|
toestemming voor het treffen van een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet;
|
|
d.
|
een wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning;
|
|
e.
|
intrekking van een omgevingsvergunning;
|
|
f.
|
wijziging van een besluit als bedoeld in de onderdelen b, c en d;
|
|
g.
|
een besluit in het kader van de Omgevingswet, anders dan bedoeld in de onderdelen b tot en met g.
|
|
Artikel 2.3
|
Bepalen tarief
|
|
1.
|
De in artikel 2.2 bedoelde leges worden geheven naar de tarieven zoals opgenomen in de volgende paragrafen van dit hoofdstuk.
|
|
2.
|
Als een aanvraag betrekking heeft op meerdere activiteiten, is het tarief opgebouwd uit de som van de verschuldigde leges behorend bij die activiteiten.
|
|
3.
|
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verhoogd met het tarief voor een of meer modaliteiten bedoeld in paragraaf 2.12.
|
|
4.
|
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verminderd overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 2.13.
|
|
5.
|
Het tarief behorend bij een aanvraag om een maatwerkvoorschrift of bij een aanvraag om toestemming om een gelijkwaardige maatregel te treffen is niet van toepassing als het onderwerp waarop het maatwerkvoorschrift betrekking heeft of de gelijkwaardige maatregel onderdeel is van een aanvraag om een omgevingsvergunning.
|
|
6.
|
In afwijking van het tweede en derde lid kan ook per activiteit of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.
|
|
Paragraaf 2.2
|
Voorfase
|
|
Artikel 2.4
|
Omgevingsoverleg
|
|
1.
|
Voordat een formele aanvraag om een besluit als bedoeld in de overige paragrafen van dit hoofdstuk wordt ingediend en betrekking heeft op het houden van omgevingsoverleg over een of meer activiteiten die gevolgen kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving, bedraagt het tarief:
|
|
a.
|
voor een intaketafel waar de wenselijkheid van het initiatief centraal staat:
|
€ 0,00
|
b.
|
voor een eenvoudig conceptverzoek zonder omgevingstafel, waarbij de haalbaarheid van het initiatief centraal staat:
|
€ 400,00
|
c.
|
voor een conceptverzoek met inbegrip van een omgevingstafel, waarbij de haalbaarheid van het initiatief centraal staat:
|
€ 750,00
|
d.
|
voor een opvolgende / extra behandeling aan de omgevingstafel:
|
€ 250,00
|
2.
|
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk, als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten, wordt, indien in het kader van een omgevingsoverleg een andere in dit hoofdstuk opgenomen dienst dient te worden uitgevoerd, het tarief voor het omgevingsoverleg vermeerderd met de leges zoals vermeld in deze tarieventabel voor die betreffende dienst of diensten.
|
|
Paragraaf 2.3
|
Activiteiten met betrekking tot bouwwerken
|
|
Artikel 2.5
|
Bouwactiviteit (bouwtechnische deel)
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in paragraaf 2.3.2 van het Besluit bouwwerken leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
|
a.
|
bouwkosten minder dan of gelijk aan € 2.500,-
|
€ 70,30
|
b.
|
bouwkosten vanaf € 2.500,- tot en met € 10.000,-
|
€ 136,20
|
c.
|
bouwkosten vanaf € 10.000,- tot € 50.000,- bedragen € 206,50 vermeerderd met 0,63% van het bedrag waarmee die bouwkosten de € 10.000,- te boven gaat
|
|
d.
|
bouwkosten € 50.000,- tot 150.000,- bedragen € 458,50 vermeerderd met 0,69% van het bedrag waarmee die bouwkosten de € 50.000,- te boven gaat
|
|
e.
|
bouwkosten € 150.000,- tot € 500.000,- bedragen € 1.148,50 vermeerderd met 0,60% van het bedrag waarmee die bouwkosten de € 150.000,- te boven gaat
|
|
f.
|
bouwkosten € 500.000 tot € 2.250.000,- bedragen € 3.248,50 vermeerderd met 0,47% van het bedrag waarmee die bouwkosten de € 500.000,- te boven gaat
|
|
g.
|
bouwkosten € 2.250.000,- en hoger bedragen € 11.473,50 vermeerderd met 0,39% van het bedrag waarmee die bouwkosten de € 2.250.000,- te boven gaat
|
|
|
met een maximum van:
|
€ 22.198,00
|
Artikel 2.6
|
Omgevingsplanactiviteit (ruimtelijke deel): bouwactiviteit, in stand houden of gebruiken bouwwerk
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een bouwactiviteit, het in stand houden of gebruiken van het bouwwerk, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
|
a.
|
bouwkosten minder dan of gelijk aan € 2.500,-
|
€ 164,05
|
b.
|
bouwkosten vanaf € 2.500,- tot en met € 10.000,-
|
€ 317,80
|
c.
|
bouwkosten vanaf € 10.000,- tot € 50.000,- bedragen € 481,85 vermeerderd met 1,47% van het bedrag waarmee die bouwkosten de € 10.000,- te boven gaat
|
|
d.
|
bouwkosten € 50.000,- tot 150.000,- bedragen € 1.069,85 vermeerderd met 1,61% van het bedrag waarmee die bouwkosten de € 50.000,- te boven gaat
|
|
e.
|
bouwkosten € 150.000,- tot € 500.000,- bedragen € 2.679,85 vermeerderd met 1,41% van het bedrag waarmee die bouwkosten de € 150.000,- te boven gaat
|
|
f.
|
bouwkosten € 500.000 tot € 2.250.000,- bedragen € 7.614,85 vermeerderd met 1,08% van het bedrag waarmee die bouwkosten de € 500.000,- te boven gaat
|
|
g.
|
bouwkosten € 2.250.000,- en hoger bedragen € 26.514,85 vermeerderd met 0,91% van het bedrag waarmee die bouwkosten de € 2.250.000,- te boven gaat
|
|
|
met een maximum van:
|
€ 51.539,00
|
2.
|
voor een omgevingsplanactiviteit die uitsluitend bestaat uit het in stand houden of gebruiken van een bouwwerk en waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit:
|
€ 481,85
|
3.
|
Onverminderd de voorgaande onderdelen van dit artikel wordt indien sprake is van een buitenplanse omgevingsplanactiviteit het tarief verhoogd met:
|
|
a.
|
indien de aanvraag is voorafgegaan door een omgevingsoverleg zoals bedoeld in artikel 2.4:
|
|
1.
|
voor activiteiten die overeenkomen met de gevallen zoals deze zijn opgenomen en opgesomd in bijlage B (kleine buitenplanse omgevingsplanactiviteit):
|
€ 818,35
|
2.
|
voor overige activiteiten die niet overeenkomen met de gevallen zoals genoemd onder 1:
|
€ 5.398,85
|
b.
|
Indien de aanvraag niet is voorafgegaan door een omgevingsoverleg zoals bedoeld in artikel 2.4 worden de tarieven genoemd in het voorgaande lid vermeerderd met:
|
€ 750,00
|
Artikel 2.7
|
Omgevingsplanactiviteit: slopen van een bouwwerk
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit, niet zijnde een sloopactiviteit met betrekking tot een monument of beschermd stads- en dorpsgezicht, als bedoeld in paragraaf 2.4, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
€ 300,25
|
Paragraaf 2.4
|
Activiteiten met betrekking tot cultureel erfgoed en werelderfgoed
|
|
Artikel 2.8
|
Omgevingsplanactiviteit: monumenten
|
|
1.
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, met betrekking tot een gemeentelijk monument, provinciaal monument, rijksmonument, voorbeschermd gemeentelijk monument, voorbeschermd provinciaal monument of voorbeschermd rijksmonument, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
|
a.
|
voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument:
|
€ 540,55
|
b.
|
voor het herstellen of gebruiken van een monument of voorbeschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:
|
€ 540,55
|
2.
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op de activiteit voor het wijzigen van een gemeentelijk monument, provinciaal monument, voorbeschermd gemeentelijk monument of voorbeschermd provinciaal monument waarbij sprake is van werkzaamheden in het kader van de instandhouding van het monument op basis van een meerjarenonderhoudsrapport, ten behoeve van een rijks-, provinciale of gemeentelijke instandhoudingssubsidie, bedraagt het tarief, in tegenstelling tot hetgeen gesteld onder lid 1 a en b.
|
€ 112,40
|
3.
|
Het eerste lid, aanhef en onder a, en tweede lid, is van overeenkomstige toepassing op een aanvraag om een omgevingsvergunning met betrekking tot een monument dat op grond van de Algemene Verordening gemeente Leudal is aangewezen respectievelijk waarop, voordat het is aangewezen, die verordening van overeenkomstige toepassing is. De vorige volzin is van toepassing:
|
|
a.
|
als het gaat om een aangewezen monument: zolang in het omgevingsplan daaraan nog niet de functie-aanduiding gemeentelijk monument is gegeven; en
|
|
b.
|
als het gaat om een monument waarop voordat het is aangewezen de verordening van overeenkomstige toepassing is: zolang in het omgevingsplan daaraan nog niet de functie-aanduiding gemeentelijk monument is gegeven of het omgevingsplan nog geen voorbeschermingsregel bevat vanwege het voornemen om die functie-aanduiding te geven.
|
|
Artikel 2.9
|
Rijksmonumentenactiviteit
|
|
1.
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een rijksmonumentenactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, met uitzondering van een rijksmonumentenactiviteit met betrekking tot een archeologisch monument, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
|
a.
|
voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument:
|
€ 750,75
|
b.
|
voor het herstellen of gebruiken van een monument of voorbeschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:
|
€ 750,75
|
2.
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op de activiteit voor het wijzigen van een rijksmonument waarbij sprake is van werkzaamheden in het kader van de instandhouding van het monument op basis van een meerjarenonderhoudsrapport, ten behoeve van een rijks-, provinciale of gemeentelijke instandhoudingssubsidie, bedraagt het tarief, in tegenstelling tot hetgeen gesteld onder lid 1 a en b.
|
€ 112,40
|
Artikel 2.10
|
Omgevingsplanactiviteit: sloopactiviteit in beschermd stads- of dorpsgezicht
|
|
1.
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit in een rijksbeschermd, provinciaal beschermd of gemeentelijk beschermd stads- of dorpsgezicht, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
€ 300,25
|
2.
|
Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing op een sloopactiviteit die wordt verricht op een locatie waarvoor een op grond van artikel 4.35, eerste lid, van de Invoeringswet Omgevingswet als instructie geldende aanwijzing als beschermd stads- of dorpsgezicht als bedoeld in artikel 35, eerste lid, van de Monumentenwet 1988 zoals die wet luidde voor de inwerkingtreding van de Erfgoedwet van kracht is, zolang in het omgevingsplan aan die locatie nog niet de functie-aanduiding rijksbeschermd stads- of dorpsgezicht is gegeven.
|
|
Artikel 2.11
|
Omgevingsplanactiviteit: overig cultureel erfgoed en werelderfgoed
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een andere activiteit dan die genoemd in de artikelen 2.8, 2.9 en 2.10 en cultureel erfgoed of werelderfgoed betreft, waarvoor in het omgevingsplan met het oog op het behoud van cultureel erfgoed of van de uitzonderlijke universele waarde van werelderfgoed een verbod is opgenomen om zonder omgevingsvergunning deze activiteit te verrichten, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
€ 300,25
|
Paragraaf 2.5
|
Milieubelastende activiteiten
|
|
Artikel 2.12
|
Omgevingsplanactiviteit: milieubelastende activiteit
|
|
1.
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een milieubelastende activiteit als bedoeld in paragraaf 22.3.26 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
€ 1.805,95
|
2.
|
Het tarief geldt niet voor in de open lucht afvalstoffen verbranden buiten inrichtingen in de zin van de Wet milieubeheer zoals deze luidde voor inwerkingtreding van de omgevingswet of op een andere wijze vuur aan te leggen, stoken of hebben bedoeld in de Algemene verordening gemeente Leudal in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit voor een maatschappelijk evenement zoals een Sint Maartensvuur
|
|
Artikel 2.13
|
Overige milieubelastende activiteiten (afdeling 3.2 tot en met 3.9 Besluit activiteiten leefomgeving)
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
|
a.
|
voor één milieubelastende activiteit:
|
€ 3.095,85
|
b.
|
voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, in afwijking van artikel 2.3, tweede lid:
|
€ 4.127,80
|
c.
|
voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, in afwijking van artikel 2.3, tweede lid:
|
€ 4.643,80
|
Artikel 2.14 tot en met 2.20
|
Gereserveerd
|
|
Paragraaf 2.6
|
Lozingsactiviteiten
|
|
Artikel 2.21
|
Lozingsactiviteit niet afkomstig van milieubelastende activiteit
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktewaterlichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, en het gaat niet om het lozen van water of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
€ 206,40
|
Artikel 2.22
|
Lozingsactiviteit afkomstig van milieubelastende activiteit
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktelichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, bestaande uit het lozen van afvalwater, koelwater of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
€ 206,40
|
Paragraaf 2.7
|
Aanlegactiviteiten
|
|
Artikel 2.23
|
Gereserveerd: Omgevingsplanactiviteit: opbreken en graven
|
|
Artikel 2.24
|
Gereserveerd: Omgevingsplanactiviteit: overige activiteiten beperkingengebied leidingen, landschapselement en aardkundige waarde
|
|
Artikel 2.25
|
Gereserveerd: Omgevingsplanactiviteit: geluid weg
|
|
Artikel 2.26
|
Omgevingsplanactiviteit: aanleggen of veranderen weg
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in de Algemene verordening gemeente Leudal in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
€ 645,60
|
Artikel 2.27
|
Gereserveerd: Omgevingsplanactiviteit: uitweg/uitrit
|
|
Artikel 2.28
|
Omgevingsplanactiviteit: overige aanlegactiviteiten
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of een werkzaamheid (aanlegactiviteit), niet zijnde een activiteit die in de voorgaande artikelen van deze paragraaf is benoemd, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
€ 645,60
|
Paragraaf 2.8
|
Overige activiteiten
|
|
Artikel 2.29
|
Gereserveerd: Omgevingsplanactiviteit: alarminstallatie
|
|
Artikel 2.30
|
Omgevingsplanactiviteit: kappen van bomen of vellen van houtopstanden
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het vellen van een houtopstand, bedoeld in de Algemene verordening gemeente Leudal in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
|
a.
|
indien het een boom of bomen betreft welke is of zijn vermeld op een lijst van aangewezen beschermenswaardige bomen, of waar het voornemen bestaat om deze op deze lijst te plaatsen:
|
€ 105,20
|
b.
|
als gevolg van legalisatie na illegale kap: indien het een boom of bomen betreft welke is of zijn vermeld op een lijst van aangewezen beschermenswaardige bomen, of waar het voornemen bestaat om deze op deze lijst te plaatsen:
|
€ 332,40
|
Artikel 2.31
|
Gereserveerd: Omgevingsplanactiviteit: reclame
|
|
Artikel 2.32
|
Gereserveerd: Omgevingsplanactiviteit: opslag van roerende zaken / objecten plaatsen op de weg
|
|
Artikel 2.33
|
Gereserveerd: Omgevingsplanactiviteit: standplaatsen
|
|
Artikel 2.34
|
Andere activiteiten
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit dan in deze paragraaf en voorgaande paragrafen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit:
|
|
a.
|
betreft een bij of krachtens artikel 5.1 van de Omgevingswet aangewezen vergunningsplichtige activiteit, uitgezonderd de activiteit bedoeld in onderdeel b, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
€ 270,25
|
b.
|
betreft een omgevingsplanactiviteit als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
€ 270,25
|
Artikel 2.34a
|
Omgevingsplanactiviteit: Geluidwaarde
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit betreffende het vaststellen van een hogere geluidwaarde als bedoeld in het Besluit kwaliteit leefomgeving bedraagt het tarief:
|
€ 1.088,65
|
Paragraaf 2.9
|
Maatwerkvoorschriften
|
|
Artikel 2.35
|
Maatwerkvoorschriften bij bouwactiviteiten
|
|
|
Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een bouw- of sloopactiviteit, bedraagt het tarief:
|
|
a.
|
voor een maatwerkvoorschrift dat betrekking heeft op:
|
|
1.
|
het in stand houden van een bestaand bouwwerk, bedoeld in artikel 3.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving;
|
|
2.
|
bouwactiviteiten die het bouwen van nieuwe bouwwerken betreffen als bedoeld in artikel 4.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving;
|
|
3.
|
het gebruik van een bouwwerk, bedoeld in artikel 6.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving; of
|
|
4.
|
het verrichten van bouw- of sloopwerkzaamheden als bedoeld in artikel 7.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving;
|
|
|
per maatwerkvoorschrift:
|
€ 750,00
|
b.
|
in andere gevallen dan bedoeld in onderdeel a, per maatwerkvoorschrift:
|
€ 750,00
|
Artikel 2.36
|
Maatwerkvoorschriften bij milieubelastende activiteiten
|
|
1.
|
Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving betrekking heeft op:
|
|
a.
|
één milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief:
|
€ 412,80
|
b.
|
twee tot vijf milieubelastende activiteiten als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, per milieubelastende activiteit:
|
€ 412,80
|
c.
|
vijf of meer milieubelastende activiteiten als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, per milieubelastende activiteit:
|
€ 412,80
|
2.
|
Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een andere milieubelastende activiteit dan bedoeld in het eerste lid, bedraagt het tarief per milieubelastende activiteit
|
€ 412,80
|
3.
|
Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften wordt gedaan door een derde belanghebbende ten behoeve van het verminderen van overlast, worden geen leges in rekening gebracht.
|
|
Artikel 2.37
|
Maatwerkvoorschriften bij overige activiteiten
|
|
|
Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een andere activiteit dan genoemd in de artikelen 2.35 en 2.36, bedraagt het tarief per maatwerkvoorschrift:
|
€ 500,00
|
Paragraaf 2.10
|
Gelijkwaardigheid
|
|
Artikel 2.38
|
Gelijkwaardige maatregel
|
|
1.
|
Als de aanvraag om toestemming voor een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet betrekking heeft op:
|
|
a.
|
een bouwactiviteit, bedraagt het tarief:
|
€ 750,00
|
b.
|
een activiteit met betrekking tot cultureel erfgoed, bedraagt het tarief:
|
€ 750,00
|
c.
|
een milieubelastende activiteit, bedraagt het tarief:
|
€ 515,95
|
d.
|
een andere activiteit dan bedoeld in de onderdelen a, b of c, bedraagt het tarief:
|
€ 750,00
|
Paragraaf 2.11
|
Overige tarieven
|
|
Artikel 2.39
|
Verlengen tijdelijke omgevingsvergunning bouwactiviteit
|
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om verlenging van de in een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit gestelde termijn, bedoeld in artikel 10.23, tweede lid, van het Omgevingsbesluit:
|
€ 250,00
|
Artikel 2.40
|
Wijzigen omgevingsvergunning
|
|
|
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van een omgevingsvergunning is hetzelfde tarief verschuldigd als op grond van dit hoofdstuk verschuldigd is voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor de activiteit of activiteiten waarop de aanvraag tot wijziging betrekking heeft.
|
|
Artikel 2.41
|
Wijzigen voorschriften omgevingsvergunning
|
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning:
|
€ 250,00
|
Artikel 2.42
|
Gereserveerd: Intrekken omgevingsvergunning
|
|
Artikel 2.43
|
Gereserveerd: Beoordeling aanvullende gegevens
|
|
Artikel 2.44
|
Beoordeling onderzoeksrapporten
|
|
|
De in artikel 2.49 opgenomen tarieven zijn van overeenkomstige toepassing op het in behandeling nemen van een aanvraag tot het beoordelen van een onderzoeksrapport, zonder dat sprake is van een aanvraag om een omgevingsvergunning of van het nemen van een ander besluit.
|
|
Artikel 2.45
|
Wijzigen van het omgevingsplan
|
|
a.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van het omgevingsplan waarbij de bevoegdheid ligt bij de gemeenteraad, tenzij kostenverhaal op een andere wijze is overeengekomen:
|
€ 10.319,50
|
b.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van het omgevingsplan waarbij de bevoegdheid is gedelegeerd aan het College, tenzij kostenverhaal op een andere wijze is overeengekomen:
|
€ 5.398,85
|
Artikel 2.46
|
Niet genoemd besluit op aanvraag
|
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een ander, in dit hoofdstuk niet benoemd besluit op grond van de Omgevingswet, de op die wet gebaseerde algemene maatregelen van bestuur of het omgevingsplan:
|
€ 326,55
|
Paragraaf 2.12
|
Modaliteiten
|
|
Artikel 2.47
|
Achteraf ingediende aanvraag
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning voor een activiteit wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de activiteit, worden de op grond van de paragrafen 2.3 tot en met 2.8 verschuldigde leges verhoogd met 50%:
|
|
|
met een maximum van:
|
€ 1.000,00
|
Artikel 2.48
|
Uitgebreide voorbereidingsprocedure
|
|
|
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is op de voorbereiding van het besluit:
|
|
a.
|
als sprake is van een milieubelastende activiteit:
|
€ 825,55
|
Artikel 2.49
|
Beoordeling onderzoeksrapporten
|
|
|
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als krachtens wettelijk voorschrift voor de betreffende aanvraag een rapport moet worden beoordeeld:
|
|
a.
|
voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport:
|
€ 300,00
|
b.
|
voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport:
|
€ 300,00
|
c.
|
voor de beoordeling van een geluid- of luchtrapport betreffende de geluid- of luchtbelasting:
|
€ 300,00
|
d.
|
voor de beoordeling van een akoestisch rapport betreffende de interne en externe geluidwering of nagalm van een bouwwerk:
|
€ 300,00
|
e.
|
voor de beoordeling van een milieueffectrapportage (MER):
|
€ 2.500,00
|
f.
|
voor de beoordeling van een niet in de voorgaande onderdelen genoemd rapport:
|
€ 300,00
|
Artikel 2.50
|
Advies
|
|
1.
|
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een daartoe aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet:
|
|
a.
|
voor een advies van de gemeenteraad:
|
€ 450,00
|
b.
|
voor een advies van de Commissie Fysieke Leefomgeving Leudal, betrekking hebbend op onder andere monumenten, stedenbouw, welstand, ruimtelijke kwaliteit, kwaliteitsverbetering
|
€ 85,00
|
c.
|
voor een advies van de Commissie Fysieke Leefomgeving Leudal, betrekking hebbend op onder andere monumenten, stedenbouw, welstand, ruimtelijke kwaliteit, kwaliteitsverbetering, indien het een plan betreft op grond van de Nota Kwaliteit
|
€ 1.098,80
|
d.
|
indien een aanvraag meer dan twee keer moet worden voorgelegd aan de commissie Fysieke Leefomgeving ten behoeve van de Nota Kwaliteit, per extra behandeling
|
€ 549,30
|
e.
|
voor een advies in andere gevallen dan bedoeld in de onderdelen a tot en met d, onder andere voor een advies van de Commissie voor de milieueffectrapportage : het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
|
2.
|
Als een begroting als bedoeld in het eerste lid, onderdeel e, is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
Artikel 2.51
|
Instemming
|
|
1.
|
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet betrekking heeft op een activiteit waarvoor de beslissing op de aanvraag op grond van artikel 16.16 van de Omgevingswet instemming behoeft van een bestuursorgaan:
|
|
|
het bedrag dat dit bestuursorgaan aan rechten zou heffen als het voor de activiteit waarvoor instemming wordt verzocht zelf bevoegd gezag zou zijn.
|
|
2.
|
Het bedrag bedoeld in het eerste lid wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
Paragraaf 2.13
|
Vermindering
|
|
Artikel 2.52
|
Vermindering na omgevingsoverleg
|
|
1.
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel b, en zoals nader omschreven in de paragrafen 2.3 tot en met 2.8, is voorafgegaan door een aanvraag om omgevingsoverleg als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel a, en zoals nader omschreven in paragraaf 2.2, waarop de aanvraag om de omgevingsvergunning betrekking heeft, bestaat onder de in het tweede lid genoemde voorwaarden aanspraak op vermindering van de voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning verschuldigde leges. De vermindering bedraagt 100% van de voor het omgevingsoverleg geheven leges, uitsluitend die leges zoals opgenomen in artikel 2.4 lid 1 onderdeel b en c.
|
|
2.
|
Voor de toepassing van het eerste lid wordt de aanvraag om een omgevingsvergunning gedaan:
|
|
|
a. voor dezelfde activiteit of activiteiten als waarop het omgevingsoverleg betrekking had;
|
|
|
b. in overeenstemming met de uitkomsten van het omgevingsoverleg; en
|
|
|
c. binnen zes maanden na het laatste omgevingsoverleg of conceptaanvraag als bedoeld in de tarieventabel van de legesverordening Leudal 2023 of, als het omgevingsoverleg volgens afspraak leidt tot een kennisgeving aan de aanvrager, na de dagtekening van de kennisgeving.
|
|
3.
|
In afwijking van hetgeen in lid 1 is opgenomen is wanneer een aanvraag omgevingsvergunning voorafgegaan door een beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2 als bedoeld in de tarieventabel van de legesverordening Leudal 2023 en wordt voldaan aan de voorwaarden van lid 2 een vermindering van toepassing van 50%
|
|
Artikel 2.53
|
Gereserveerd: Vermindering bij meervoudige aanvraag
|
|
Paragraaf 2.14
|
Teruggaaf
|
|
Artikel 2.54
|
Aanvraag en oordeel geen omgevingsvergunning nodig
|
|
a.
|
Het tarief bedraagt indien het college van burgemeester en wethouders op grond van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning (of een aanvraag van een conceptverzoek) oordeelt dat voor de voorgenomen activiteit - zowel voor de technische als de ruimtelijke activiteit - geen omgevingsvergunning is vereist:
|
€ 108,00
|
b.
|
Indien uit de toetsing van een aanvraag om beoordeling van een eenvoudig conceptverzoek zonder omgevingstafel blijkt dat de aanvraag vergunningsvrij is, bedraagt het tarief in plaats van het bedrag genoemd in artikel 2.4 lid 1 sub b:
|
€ 108,00
|
Artikel 2.55
|
Teruggaaf als aanvraag verder buiten behandeling wordt gelaten
|
|
|
Als na toepassing van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht een aanvraag buiten behandeling wordt gelaten, bestaat aanspraak op teruggaaf. De teruggaaf bedraagt 75% van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges.
|
|
Artikel 2.56
|
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij reguliere procedure
|
|
|
Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:
|
|
|
bij gehele of gedeeltelijke intrekking binnen vier weken na de indiening van de aanvraag 75% van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;
|
|
Artikel 2.57
|
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij uitgebreide voorbereidingsprocedure
|
|
|
Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:
|
|
a.
|
bij gehele of gedeeltelijke intrekking binnen vier weken na de indiening van de aanvraag 75%: van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;
|
|
Artikel 2.58
|
Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten
|
|
|
Als het college van burgemeester en wethouders een verleende omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 6 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt 15% van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges met een maximum per verleende vergunning van:
|
€ 1.000,00
|
Artikel 2.59
|
Gereserveerd: Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten
|
|
Artikel 2.60
|
Geen teruggaaf legesdeel modaliteiten
|
|
|
In afwijking van de voorgaande artikelen van deze paragraaf wordt geen teruggaaf verleend van het legesdeel dat betrekking heeft op de modaliteiten genoemd in paragraaf 2.12.
|
|
Artikel 2.61
|
Minimumbedrag voor teruggaaf
|
|
|
Een bedrag minder dan € 150,00 wordt niet teruggegeven.
|
|