Gemeenteblad van Laren
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Laren | Gemeenteblad 2023, 537434 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Laren | Gemeenteblad 2023, 537434 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Huisvestingsverordening Gooi en Vechtstreek 2024- Laren
De raad van de gemeente Laren;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 12 september 2023;
gelet op -artikel 4 van- de Huisvestingswet 2014;
gezien het advies van 6 juli 2023 van het portefeuillehoudersoverleg Fysiek Domein, Bouwen en Wonen van de Regio Gooi en Vechtstreek;
overwegende dat in de regio Gooi en Vechtstreek al sinds een groot aantal jaren sprake is van schaarste zoals onderbouwd in toelichting op deze verordening;
na overleg met woningcorporaties en de huurdersorganisaties in de regio Gooi en Vechtstreek;
besluit vast te stellen de Huisvestingsverordening Gooi en Vechtstreek 2024:
In deze verordening wordt verstaan onder:
de woningzoekende, die ingezetene van een gemeente in de regio Gooi en Vechtstreek is en die vanwege huurschuld en/of ernstige overlast en/of vervuiling ontruimd is of dreigt te worden uit een sociale huurwoning van een in de regio Gooi en Vechtstreek toegelaten instelling en waarbij zelfstandig huurderschap vanwege de overlast en of financiële en/of de vervuilingsproblematiek (nog) niet mogelijk is;
de situatie dat de woningzoekende met het oog op de voorziening in het bestaan een redelijk belang heeft zich in de regio Gooi en Vechtstreek te vestigen. Hieronder wordt verstaan het duurzaam (vast contract voor ten minste 19 uur per week) verrichten van arbeid binnen of vanuit een gemeente in de regio Gooi en Vechtstreek. Er moet eveneens sprake zijn van een duurzame relatie tussen de arbeid en het betrokken gebied. Uitzendkrachten zijn economisch gebonden aan de gemeente of regio waar de uitzendorganisatie is gevestigd;
huishoudinkomen: gezamenlijke verzamelinkomens als bedoeld in artikel 2.3 van de Wet op de inkomstenbelasting 2001 van de aanvragers van een huisvestingsvergunning voor een bij huisvestingsverordening aangewezen woonruimte, met uitzondering van kinderen in de zin van artikel 4 van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen, met dien verstande dat in het eerste lid van dat artikel voor ‘belanghebbende’ telkens wordt gelezen ‘aanvrager’;
huisvestingsvergunning: de vergunning als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de wet:
Het is verboden om woonruimte die is aangewezen op grond van artikel 7 (van de Wet, de in de huisvestingsverordening aangewezen categorieën woonruimte) voor bewoning in gebruik te nemen zonder vergunning van burgemeester en wethouders;
huren onder voorwaarden (HOV): een (te sluiten) huurcontract met bijzondere voorwaarden over gedrag, goed huurderschap en/of een zorgcontract ten behoeve van een woningzoekende uit de bijzondere maatschappelijke doelgroep waarbij het huurcontract in eerste instantie op naam van een zorgaanbieder gesloten kan worden omdat de woningzoekende nog niet in staat is tot zelfstandig goed huurderschap;
degene die, direct voorafgaand aan de urgentieaanvraag en/of woningtoewijzing, gedurende ten minste één jaar onafgebroken is opgenomen in de BRP van één van de gemeenten in de regio Gooi en Vechtstreek (of van meerdere gemeenten bij elkaar opgeteld) en in die gemeente rechtmatig en feitelijk het hoofdverblijf heeft. Het hebben van een brief- of postadres telt hier niet mee.
maatschappelijke binding: de situatie dat de woningzoekende een redelijk, met de plaatselijke samenleving verband houdend belang heeft zich in de regio Gooi en Vechtstreek te vestigen. Hieronder wordt in deze verordening verstaan: de woningzoekende die gedurende de voorafgaande tien jaar ten minste zes jaar onafgebroken ingezetene is geweest van een gemeente in de regio Gooi en Vechtstreek;
maatschappelijke instelling: een instantie of (zorg)instelling die een verblijfsvoorziening biedt in een gemeente in de regio Gooi en Vechtstreek voor beschermd wonen, opvang, intramurale begeleiding of ondersteuning voor specifieke doelgroepen, op basis van door een gemeente in de regio geïndiceerde en gefinancierde Wmo zorg;
mantelzorg: hulp die niet in het kader van een hulpverlenend beroep verleend wordt aan iemand met wie een sociale relatie bestaat. Zoals met een familielid, vriend of buren. Mantelzorg is meestal langdurig en/of intensief. De hulp bestaat uit verzorging maar kan ook hulp bij noodzakelijke dagelijkse activiteiten zijn. Zoals een huishouden voeren. Door deze hulp kan de ander zich redden, thuis (lees zelfstandig) blijven wonen en meedoen aan de samenleving. De hulp die een mantelzorger geeft gaat verder dan de gebruikelijke hulp die huisgenoten aan elkaar geven. De normale en gebruikelijke zorg wordt in het geval van mantelzorg in zwaarte, duur en intensiteit aanmerkelijk overschreden.
vanaf 1 januari 2024: bij nieuwe inschrijvingen als woningzoekende wordt de oude waarde uitsluitend voor huurders van een volgens de definitie van het ministerie van BZK betaalbare huurwoning van corporaties en particuliere verhuurders in de regio Gooi en Vechtstreek ingezet als doorstroommaatregel;
woningzoekende starters met een actuele inschrijving die dateert van voor 1 januari 2024 en die van voor 29 september 2011 als starter ingeschreven stonden als woningzoekende behouden de toegekende rechten met betrekking tot de oude waarde mits zij na 29 september 2011 niet huurder zijn geweest van een sociale huurwoning van de woningcorporaties in de regio Gooi en Vechtstreek;
passend toewijzen: wettelijke verplichting aan toegelaten instellingen om huishoudens met een inkomen onder de huurtoeslaggrens een woning toe te wijzen met een huur onder de zogenaamde aftoppingsgrenzen (€ 647,19, - voor één en twee persoonshuishoudens en € 693,60 voor drie en meer persoonshuishoudens, prijspeil 2023). Deze verplichting geldt in 95% van de gevallen;
de woningzoekende die direct voorafgaand aan de urgentieaanvraag of woningtoewijzing in een gemeente in de regio Gooi en Vechtstreek woont, maar korter dan één jaar staat ingeschreven in de BRP van een gemeente in de regio Gooi en Vechtstreek en daarom geen ingezetene van de gemeente (of regio Gooi en Vechtstreek) is in de zin van deze verordening;
zorgcontract: een door de gemeente of door de gemeente gecontracteerde zorginstantie opgesteld zorgplan dat onderdeel uitmaakt van of hoort bij de (te sluiten) huurovereenkomst voor een sociale huurwoning. In het zorgplan wordt de woongerelateerde problematiek van een huurder of woningzoekende uit de maatschappelijke doelgroep benoemd en geadresseerd. Aangegeven wordt welke zorg of behandeling nodig is om de woonproblematiek op te lossen en herhaling daarvan te voorkomen en wat consequenties zijn als de huurder of woningzoekende niet meewerkt of zich niet aan de afspraken houdt. Het zorgplan bevat ook evaluatiemomenten en is maximaal 2 jaar geldig. Het zorgplan moet geaccordeerd zijn door zowel de gecontacteerde zorginstantie als de gemeente en de persoon uit de bijzondere maatschappelijke doelstelling. Met de ondertekening is het zorgplan een zorgcontract geworden.
Voor (kandidaat) huurders met een Wlz indicatie uit de maatschappelijke doelgroep geldt dat gemeenten meer op afstand staan. Als voor deze woningzoekenden een zorgplan/zorgcontract aan de orde is maken de woningcorporaties afspraken met de zorginstantie en het zorgkantoor financiert de zorg.
HOOFDSTUK 2 De huisvestingsvergunning
Artikel 2.1 Aanwijzing vergunningplichtige woningen
Het is verboden om zelfstandige woningen van een woningcorporatie met een huurprijs beneden de huurtoeslaggrens als bedoeld in artikel 13 lid 1. onder a. van de Wet op de huurtoeslag (€ 808,06 prijspeil 2023) voor bewoning in gebruik te nemen of te geven zonder dat daarvoor een huisvestingsvergunning is verleend.
Artikel 2.3 Inhoud huisvestingsvergunning
De huisvestingsvergunning vermeldt in ieder geval:
Artikel 2.5 Voorwaarden en voorschriften
Burgemeester en wethouders kunnen aan het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 2.1 –mede op advies van betrokken zorgpartijen- bijzondere voorwaarden en voorschriften verbinden over onder andere:
Artikel 2.6 Uitsluiting van een huisvestingsvergunning
Burgemeester en wethouders kunnen besluiten dat woningzoekenden tot 23 jaar die vanwege hun leeftijd niet in aanmerking komen voor huurtoeslag voor een woning met een huurprijs hoger dan € 452,20 per maand (prijspeil 2023) worden uitgesloten van een huisvestingvergunning als blijkt dat zij redelijkerwijs over onvoldoende inkomen beschikken voor het voldoen van een maandelijkse huur die hoger is dan de huurtoeslaggrens voor 23 jarigen.
Hoofdstuk 3 Algemene bepalingen
Artikel 3.2 Vrije beleidsruimte woningcorporaties
In afwijking van Hoofdstuk 4 en Hoofdstuk 5 kunnen de woningcorporaties jaarlijks maximaal 2% van de in artikel 2.1 lid 1. aangewezen woningen die vrij gemeld worden, inzetten om woonproblematiek van/tussen huurders op te lossen. Het gaat daarbij om huurders van sociale huurwoningen van de woningcorporaties in de gemeenten in de regio Gooi en Vechtstreek.
Artikel 3.3 Woningen van een bepaalde aard of grootte
Woningen kunnen door burgemeester en wethouders worden aangemerkt als:
Vanaf 1 januari 2024 komen bij nieuwe inschrijvingen als woningzoekende uitsluitend woningzoekenden die de huurder zijn van een volgens de definitie van het ministerie van BZK betaalbare huurwoning (per 1-1-2024 tot €1100,- per maand) van woningcorporaties of particuliere verhuurders in de regio Gooi en Vechtstreek en al van voor 29 september 2011 in de huidige woning wonen, in aanmerking voor de oude waarde, te weten de woonduur in de huidige woning tot 29 september 2011.
Woningzoekenden met een actuele inschrijving in WoningNet Gooi en Vechtstreek die dateert van vóór 1 januari 2024 en die ook van vóór 29 september 2011 in de huidige huurwoning of koopwoning in de regio Gooi en Vechtstreek wonen, behouden de opgebouwde rechten, te weten: de woonduur in de huidige woning tot 29 september 2011. Deze woningzoekenden zijn huurder of eigenaar van de woning.
Voor woningzoekende starters die na 29 september 2011 nog geen huurder zijn geweest van een zelfstandige sociale huurwoning in de regio en die met een actuele inschrijving al van voor 29 september 2011 als starter staan ingeschreven in WoningNet Gooi en Vechtstreek behouden de opgebouwde rechten, te weten: de inschrijfduur als woningzoekende in WoningNet Gooi en Vechtstreek tot 29 september 2011.
Woningzoekenden die al van voor 29 september 2011 in de huidige woning wonen, maar geen huurder zijn van een volgens de definitie van het ministerie van BZK betaalbare huurwoning in de regio Gooi en Vechtstreek zijn per 1 januari 2024 uitgesloten van de oude waarde bij het -opnieuw- inschrijven als woningzoekende.
Voor woningzoekenden in de regio die al van vóór 29 september 2011 als huurder of eigenaar in de huidige zelfstandige huur- of koopwoning in de regio wonen: bij een actuele inschrijving als woningzoekende van voor1 januari 2024: 100% van de oude waarde (zie artikel 1.1 sub 27 en artikel 3.6) vermeerderd met de inschrijfduur vanaf 29 september 2011.
Voor starters, die na september 2011 geen zelfstandige sociale huurwoning in de regio Gooi en Vechtstreek hebben achtergelaten en van vóór 29 september 2011 als starter zijn ingeschreven als woningzoekende: de oude waarde tot 29 september 2011 vermeerderd met de inschrijfduur vanaf 29 september 2011.
Voor woningzoekenden die al van vóór 29 september 2011 in de huidige, volgens de definitie van het Ministerie van BZK betaalbare huurwoning van de woningcorporaties en particuliere verhuurders in de regio Gooi en Vechtstreek wonen en vanaf 1 januari 2024 inschrijven als woningzoekende: 100% van de oude waarde vermeerderd met de inschrijfduur.
Artikel 3.8 Behoud 75% van de wachttijd voor de huidige sociale huurwoning
Voor woningzoekenden die na 1 januari 2011 zijn uitgeschreven als woningzoekende vanwege de acceptatie van een sociale huurwoning van de woningcorporaties in de regio Gooi en Vechtstreek geldt bij nieuwe inschrijving als woningzoekende: behoud van 75% van de zoekwaarde die nodig was om de laatste sociale huurwoning van een woningcorporatie te verkrijgen, vermeerderd met de duur van die nieuwe inschrijving.
Burgemeester en wethouders kunnen voor de in artikel 2.1 lid 1. aangewezen woningen urgentie toekennen aan woningzoekenden die voldoen aan:
4.1.1 Artikel 12 lid 3. van de Wet
4.1.2 Eén of meer van de navolgende regionale urgentiecriteria en bijbehorende (rand)voorwaarden
er moet sprake zijn van een noodsituatie die vergt dat direct of uiterlijk binnen drie maanden een woning beschikbaar komt ter voorkoming van ernstige schade aan het fysieke of psychische welzijn van de aanvrager en/of lid van het huishouden dat mee verhuist, waarbij die schade het rechtstreekse gevolg is van de huidige woonsituatie;
ongeacht de keuze van de ouders over het hoofdverblijf van de minderjarige kinderen of in geval van co-ouderschap: als één van de ouders achterblijft in de voormalige gezamenlijke woning, of beschikt over zelfstandige woonruimte, is er geen sprake van een noodsituatie als bedoeld in deze verordening en is er geen sprake van feitelijke dakloosheid van kinderen.
Woningzoekenden die uitstromen uit maatschappelijke instellingen als gedefinieerd onder artikel 1.1 sub 23. onder de volgende voorwaarden:
de aanvrager heeft tijdens het verblijf in een maatschappelijke instelling voor Beschermd Wonen ten minste één jaar direct voorafgaand aan de aanvraag in voldoende mate ingeschreven op passende woningaanbiedingen in alle gemeenten in de regio Gooi en Vechtstreek en is niet in aanmerking gekomen voor woningtoewijzing. De eventuele inschrijfduur van voor de opname in de maatschappelijke instelling telt hierin niet mee en;
de aanvrager heeft tijdens het verblijf in de maatschappelijke instelling voor opvang -de vluchtheuvel of de cocon- tenminste één jaar voorafgaand aan de aanvraag in voldoende mate ingeschreven op passende woningaanbiedingen in alle gemeenten in de regio Gooi en Vechtstreek en is niet in aanmerking gekomen voor woningtoewijzing. De eventuele inschrijfduur van voor de opname in de maatschappelijke instelling telt hierin niet mee en;
de aanvrager voor wie langer verblijf in de maatschappelijke opvang niet helpend is voor herstel en voor wie een andere dan sociale huurwoning geen oplossing van het woonprobleem is, kan met een positief advies van zorgpartij en gemeente, ook na negen maanden (i.p.v. één jaar) voor een urgentie in aanmerking komen;
dit artikel geldt ook voor terugkeer in de maatschappij van een langdurig, tenminste één jaar, gedetineerde die voorafgaand aan de detentie ingezetene was van een gemeente in de regio, die na afloop van detentie niet kan beschikken over (on) zelfstandige woonruimte en die gedurende één jaar in voldoende mate heeft gereageerd op woningaanbiedingen of voor wie in voldoende mate is gereageerd op woningaanbiedingen.
burgemeester en wethouders kunnen in afwijking van de artikelen 4.2 en 4.1.1 en met inachtneming van artikel 2.6 een urgentie toekennen aan de woningzoekende uit de bijzondere maatschappelijke doelgroep die ontruimd is of dreigt te worden onder de voorwaarde van een zorgcontract als vaststaat dat een woning noodzakelijk is voor de benodigde zorg en de woningzoekende uit de maatschappelijke doelgroep –nog- niet zelf in staat is een goed huurder te zijn;
De huurder van een huurwoning van een woningcorporatie in de regio die 65 jaar of ouder is en met wie een wooncoachgesprek is gevoerd en voor wie een meer passende (toegankelijke) woning nodig is en die wil doorstromen maar onvoldoende zoekwaarde heeft, kan met advies van de wooncoach een urgentie aanvragen.
uitsluitend voor huurders van een sociale huurwoning van een woningcorporatie in een gemeente in de regio Gooi en Vechtstreek als er een concreet plan voor sloop of renovatie van de bestaande woning voorligt dat noopt tot vertrek uit die woning.
vergunninghouders (statushouders) als bedoeld in artikel 28 van de wet, die onder de taakstelling van de gemeente in de regio Gooi en Vechtstreek vallen.
Artikel 4.2 Randvoorwaarden voor urgentie
Voor de toekenning van urgentie op basis van de criteria uit artikel 4.1.2 gelden vooraf de navolgende randvoorwaarden:
voor de toekenning van urgentie moet er sprake zijn van een zeer ernstige noodsituatie van aanvrager zelf of een lid van zijn/haar huishouden dat meeverhuist, die rechtstreeks het gevolg is van de woonsituatie en maakt dat er snel, binnen drie maanden, een oplossing moet komen ter voorkoming van ernstige schade aan het welzijn van aanvrager of het lid van zijn/haar huishouden dat meeverhuist en;
de aanvrager die in verband met echtscheiding/verbreken van een aan een huwelijk gelijkwaardige relatie de gezamenlijke woning korter dan een jaar geleden moest verlaten en noodgedwongen een tijdelijke oplossing voor het woonprobleem buiten de regio heeft gevonden kan, uitsluitend voor de behandeling van een urgentieaanvraag, voor een periode van maximaal één jaar na ontstaan van het woonprobleem en vertrek uit de regio aangemerkt worden als ware aanvrager een ingezetene van de regio.
Het gestelde in dit lid vervalt automatisch na de bedoelde periode van maximaal één jaar en;
Artikel 4.3 Aanvraag, behandeling, verlening en afwijzing van urgentie
4.1.1 artikel 12 lid 3. van de wet:
4.1.2. de regionale urgentiecriteria:
burgemeester en wethouders wijzen de aanvraag af of stellen deze buiten behandeling als:
Artikel 4.5 Inhoud urgentiebeschikking
Het besluit tot toekenning van de urgentie vermeldt in ieder geval:
Hoofdstuk 5 Rangorde en loting
Artikel 5.1 Rangorde woningzoekenden
De rangorde van woningzoekenden om in aanmerking te komen voor de huisvestingsvergunning wordt als volgt bepaald:
Voorwaarde is dat de woning wordt aangeboden met de specificatie “gemeentebinding”.
Urgenten met bij de aangeboden woning een passend urgentiebewijs gaan voor, ook als zij geen gemeentebinding hebben;
als vierde de woningzoekende die ingezetene van een gemeente in de regio Gooi en Vechtstreek is, of een maatschappelijke of economische binding heeft met de regio Gooi en Vechtstreek. De woningzoekende binnen deze groep die de hoogste zoekwaarde zoals is bepaald in artikel 3.7 heeft komt als eerste in aanmerking;
In afwijking van lid 1. komen woningzoekenden met een herhuisvestingsurgentie als eerste in aanmerking als sprake is van terugkeer naar de buurt waar de sloop of renovatie heeft plaatsgevonden.
Voor op grond van artikel 2.1 aangewezen woonruimte, die ook worden aangeduid als woonruimte van een bepaalde aard of, grootte als bedoeld in artikel 3.3 geldt in aanvulling op de leden 1. tot en met 3. van artikel 5.1:
Artikel 5.3 Vruchteloos aanbieden
In afwijking van artikel 2.4 lid 1 kunnen burgemeester en wethouders de huisvestingsvergunning verlenen aan een woningzoekende die niet de hoogste rangorde heeft als de woning twee keer vruchteloos via de reguliere weg op WoningNet is geadverteerd en dit niet heeft geleid tot acceptatie van de woning door een kandidaat-huurder.
HOOFDSTUK 6 Wijziging samenstelling van de woonruimteverdeling
Artikel 6.1 Reikwijdte vergunningplicht
Het bepaalde in dit hoofdstuk is van toepassing op alle woningen, zoals genoemd in artikel 1.1, lid 47 van deze verordening.
Onverminderd het bepaalde in artikel 25, eerste lid, van de wet, wordt een vergunning als bedoeld in artikel 6.2 geweigerd indien:
naar het oordeel van burgemeester en wethouders het belang van het behoud of de samenstelling van de woonruimtevoorraad groter is dan het met het onttrekken aan de bestemming tot bewoning gediende belang en het belang van het behoud of de samenstelling van de woonruimtevoorraad niet voldoende kan worden gediend door het stellen van voorwaarde of voorschriften, of
Burgemeester en wethouders kunnen aan het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 6.2 de voorwaarde verbinden van het, naar keuze van vergunninghouder, hetzij het bieden van compensatie door het toevoegen aan de woningvoorraad van andere, naar hun oordeel gelijkwaardige woning(en), hetzij het bieden van een financiële compensatie, overeenkomstig de richtlijnen zoals bedoeld in lid 2.
Artikel 7.1 Nadere bepalingen op grond van evaluatie
Burgemeester en wethouders kunnen als het aanbod op de sociale huurwoningenmarkt dreigt vast te lopen als gevolg van de toewijzing aan starters, na evaluatie door gemeenten, corporaties en huurdersorganisaties, op advies van het regionale pfho Fysiek Domein, Bouwen en Wonen, nadere (tijdelijke) maatregelen nemen (quota) ten aanzien van:
Bij wijze van experiment kunnen burgemeester en wethouders besluiten om maximaal 10% van de per kalenderjaar toe te wijzen woningen te verdelen op grond van regels die afwijken van deze verordening. Burgemeester en wethouders besluiten na consultatie van het portefeuillehoudersoverleg Fysiek Domein, Bouwen en Wonen.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2023-537434.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.