Gemeenteblad van Utrecht
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Utrecht | Gemeenteblad 2023, 535165 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Utrecht | Gemeenteblad 2023, 535165 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Nadere regel subsidie Amateurkunsteducatie 2025-2028 Gemeente Utrecht
Burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht;
gelet op artikel 156 lid 3 Gemeentewet;
gelet op artikel 3 lid 2 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Utrecht;
gezien de door de gemeenteraad vastgestelde en bekendgemaakte Cultuurnota 2025-2028
gezien de gemeenteraad vastgestelde en bekendgemaakt Kadernota Cultuurparticipatie 2022-2030 ‘De Kracht van Cultuur”.
Gezien het door het college vastgestelde en bekendgemaakte Uitvoeringsprogramma Cultuurparticipatie 2025-2028
Besluiten vast te stellen de volgende Nadere regel subsidie Amateurkunsteducatie 2025-2028 gemeente Utrecht.
In overeenstemming met het Uitvoeringsprogramma cultuurparticipatie wil de gemeente met deze nadere regel een pluriform lesaanbod op het gebied van amateurkunsteducatie stimuleren, afgestemd op verschillende doelgroepen en verspreid over de hele stad.
Artikel 3: Eisen aan de aanvrager van subsidie
Voor de subsidieaanvraag geldt de eis dat subsidie kan worden aangevraagd door een stichting of vereniging met volledige rechtsbevoegdheid, die actief lessen aanbiedt op locaties, die openbaar toegankelijk zijn in de gemeente Utrecht.
Artikel 4 Vaststelling subsidieplafond
Burgemeester en wethouders stellen jaarlijks het subsidieplafond vast door middel van de subsidiestaat.
Artikel 5 Subsidiabele activiteiten
In overeenstemming met het Uitvoeringsprogramma cultuurparticipatie 2024-2028 komen de volgende activiteiten, gericht op de uitvoeringsperiode van 1 januari 2025 tot en met 31 december 2028, voor subsidie in aanmerking:
Het ontwikkelen, realiseren en uitvoeren van aanbod op het gebied van amateurkunsteducatie, verzorgd door professionele docenten in één van de kunstdisciplines in de stad Utrecht. De activiteiten beogen creativiteitsontwikkeling van amateurkunstbeoefenaars en stimulering van talent. Er wordt met de activiteiten bijgedragen aan een doorlopende leerlijn binnen het aanbod.
Artikel 6: Eisen aan de subsidieaanvraag
De aanvraag van de subsidie wordt ingediend:
Met e-herkenning via www.utrecht.nl/subsidie .
Een meerjarig beleidsplan, inclusief een inhoudelijk plan met meerjarige visie en doelstellingen met aandacht voor de in het Uitvoeringsprogramma cultuurparticipatie genoemde uitgangspunten. Een sluitende begroting en dekkingsplan, inclusief bijbehorende toelichting op de begroting voor de periode 2025-2028.
In aanvulling op de verplichtingen uit hoofdstuk 4 van de ASV kunnen burgemeester en wethouders als verplichting in de verleningsbeschikking opnemen dat:
De aanvraag moet voldoen aan de basiseisen van de drie culturele codes, te weten:
Artikel 9 Beoordeling subsidieaanvraag
In de beoordeling wordt gekeken naar de ambitie, uitgewerkte visie en uitvoering van diversiteit en inclusie in samenhang met Amateurkunsteducatie. Bij het aanbod wordt gekeken naar discipline(s), professionaliteit, vakmanschap, type en vorm van activiteiten en structuur en opbouw van aanbod, zoals een doorlopende leerlijn met aandacht voor receptieve, actieve en reflectieve aspecten. Ook wordt gekeken naar de toegepaste leer strategieën, aantal contacturen tussen docent(en) en cursist (en) en de wijze waarop aan hen feedback wordt gegeven.
In de beoordeling wordt gekeken naar de verbinding van amateurkunsteducatie met het (binnenschools) cultuuronderwijs en samenwerking met partners (type, mate, gebied). Er is aandacht voor wijken, waarin de op basis van de in Utrecht Monitor gegeven sociaal- economische scores en andere factoren bepalend zijn voor de ontwikkelkansen van inwoners op cultureel gebied. Hierbij wordt ook gekeken hoe onderscheidend het aanbod is en hoe de betaalbaarheid van het aanbod wordt gewaarborgd.
In de beoordeling wordt gekeken naar de visie op cultureel ondernemerschap en de uitvoering ervan. Ingrediënten zijn de opbouw van de organisatie, governance structuur en bedrijfsvoering. De beschrijving van de doelgroep, het gewenste aantal deelnemers, prijs van het aanbod, een realistische en sluitende begroting, een goed onderbouwde toelichting op de subsidiebehoefte en er naast het gevraagde subsidie voldoende middelen zijn om de activiteiten uit te voeren. Gekeken wordt ook hoe de organisatie zich informeert of er voldoende vraag is naar activiteiten, bij een bepaalde doelgroep en hoe (potentiële) cursisten/ deelnemers worden geworven.
Alle aanvragen die voldoende punten scoren, worden in samenhang met elkaar beoordeeld. Na de individuele beoordeling van de aanvragen op bovenstaande criteria, zal de adviescommissie alle aanvragen die voldoende punten scoren, integraal beoordelen op basis van de bijdrage die de aanvrager levert aan de hieronder genoemde criteria.
Het totaal van de op grond van artikel 9. lid 4 en artikel 9. lid 6 toegekende punten geeft de eindscore per aanvraag. Op basis van de eindscores wordt door de adviescommissie een rangschikking opgesteld. Uit deze rangschikking blijkt welke aanvragen er binnen het budgettaire kader gesubsidieerd kunnen worden.
Het beleid waarvoor de subsidie wordt ingezet, wordt periodiek geëvalueerd. Een tussentijdse verkenning is onderdeel van de uitvoering van het Uitvoeringsprogramma cultuurparticipatie en deze nadere regel. Over de precieze procedure vindt in de loop van 2025 besluitvorming.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2023-535165.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.