Verordening op de heffing en invordering van havengeld Teylingen 2024

De raad der gemeente Teylingen;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 7 november 2023;

 

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel a en b, van de Gemeentewet;

 

B E S L U I T

 

vast te stellen de volgende verordening:

 

VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN HAVENGELD TEYLINGEN 2024

Artikel 1 Definities

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    vaartuig: een vaartuig dat is bestemd of wordt gebezigd voor vakantie- of andere recreatieve doeleinden;

  • b.

    lengte: de lengte over alles, in meters, waarbij naar boven wordt afgerond op hele meters;

  • c.

    dag: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een gehele dag wordt aangemerkt.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘havengeld’ wordt een recht geheven voor het op een dag vanaf 17.00 uur innemen van een ligplaats voor een vaartuig:

  • -

    in de haventjes van het recreatie-eiland Koudenhoorn;

  • -

    aan de openbare steigers in de Zwanburgerpolder;

  • -

    aan een openbare steiger op Tengnagel;

  • -

    aan de openbare steigers aan de Zijldijk;

daaronder begrepen de diensten die met de aanlegplaats verband houden.

Artikel 3 Belastingplicht

  • 1.

    Het recht als bedoeld in artikel 2 wordt geheven van degene die de ligplaats heeft. Als degene die de ligplaats heeft wordt aangemerkt de schipper, gezagvoerder of eigenaar van het vaartuig.

  • 2.

    Bij dubbel gebruik worden beide vaartuigen in de heffing betrokken.

Artikel 4 Maatstaf van heffing

Het recht als bedoeld in artikel 2 wordt geheven naar de lengte van het vaartuig.

Artikel 5 Vrijstellingen

Het recht als bedoeld in artikel 2 wordt niet geheven:

  • 1.

    voor het innemen van een ligplaats met een vaartuig dat zich op last of bevel van de overheid in het gemeentelijke watergebied bevindt;

  • 2.

    voor het innemen van een ligplaats met een vaartuig waarvoor op basis van privaatrechtelijke overeenkomst een vergoeding wordt betaald.

Artikel 6 Belastingtarief

Het tarief bedraagt € 1,00 per strekkende meter, per dag.

Artikel 7 Wijze van heffing

Het recht wordt geheven bij wege van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur.

Artikel 8 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990, moet het havengeld worden betaald ingeval de kennisgeving bedoeld in artikel 7:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van het uitreiken van de kennisgeving dan wel ingeval van toezending ervan, binnen 10 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het voorgaande lid gestelde termijnen.

Artikel 9 Kwijtschelding

Bij de invordering van havengeld wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 10 Overgangsrecht

  • 1.

    De ‘Verordening havengeld Teylingen 2023’ van 15 december 2022 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 11, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 11, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de havengelden hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 11 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van bekendmaking.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024.

Artikel 12 citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als ‘Verordening havengeld Teylingen 2024’.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 14 december 2023.

De raad voornoemd,

de griffier (plv),

A.M. de Groot

de voorzitter,

C.G.J. Breuer

Naar boven