Hoofdstuk 2
|
Dienstverlening en besluiten in het kader van de Omgevingswet
|
|
Paragraaf 2.1
|
Algemene bepalingen
|
|
Artikel 2.1
|
Definities
|
|
1.
|
Begripsbepalingen die zijn opgenomen in de bijlage bij de Omgevingswet, in bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving, bijlage I bij het Besluit bouwwerken leefomgeving, bijlage I bij het Besluit kwaliteit leefomgeving, bijlage I bij het Omgevingsbesluit en bijlage I bij de Omgevingsregeling en in de bijlagen bij het gemeentelijke omgevingsplan, zijn van toepassing op dit hoofdstuk, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald.
|
|
2.
|
In dit hoofdstuk voorkomende begrippen die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander dan een in het eerste lid bedoeld wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald.
|
|
3.
|
In afwijking van bijlage I bij de Omgevingsregeling worden de bouwkosten berekend aan de hand van de ‘ROEB-lijst’ (Regionaal Overleg Eindhoven Bouwtoezicht), zoals opgenomen in de bijlage A bij deze tarieventabel.
Voor zover deze ‘ROEB-lijst’ niet voorziet in een passende hoofcategorie (vetgedrukt in de lijst) wordt onder bouwkosten verstaan: de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012;Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk. In dit laatste geval zullen de overgelegde gegevens getoetst worden aan hun wettelijke kaders.
Wanneer deze raming ontbreekt gaat het om de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschied wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economische verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, exclusief de omzetbelasting.
|
|
Artikel 2.2
|
Dienstverlening en besluiten waarvoor leges worden geheven
|
|
|
Leges worden geheven voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:
|
|
a.
|
omgevingsoverleg;
|
|
b.
|
een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1 of artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit;
|
|
c.
|
een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in artikel 4.5 van de Omgevingswet;
|
|
d.
|
toestemming voor het treffen van een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet;
|
|
e.
|
een wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning;
|
|
f.
|
intrekking van een omgevingsvergunning;
|
|
g.
|
wijziging van een besluit als bedoeld in de onderdelen b, c en d;
|
|
h.
|
een besluit in het kader van de Omgevingswet, anders dan bedoeld in de onderdelen b tot en met g.
|
|
Artikel 2.3
|
Bepalen tarief
|
|
1.
|
De in artikel 2.2 bedoelde leges worden geheven naar de tarieven zoals opgenomen in de volgende paragrafen van dit hoofdstuk.
|
|
2.
|
Als een aanvraag betrekking heeft op meerdere activiteiten, is het tarief opgebouwd uit de som van de verschuldigde leges behorend bij die activiteiten.
|
|
3.
|
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verhoogd met het tarief voor een of meer modaliteiten bedoeld in paragraaf 2.12.
|
|
4.
|
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verminderd overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 2.13.
|
|
5.
|
Het tarief behorend bij een aanvraag om een maatwerkvoorschrift of bij een aanvraag om toestemming om een gelijkwaardige maatregel te treffen is niet van toepassing als het onderwerp waarop het maatwerkvoorschrift betrekking heeft of de gelijkwaardige maatregel onderdeel is van een aanvraag om een omgevingsvergunning.
|
|
6.
|
In afwijking van het tweede en derde lid kan ook per activiteit of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.
|
|
Paragraaf 2.2
|
Voorfase
|
|
Artikel 2.4
|
Omgevingsoverleg
|
|
1.
|
Als de aanvraag betrekking heeft op het houden van omgevingsoverleg over een of meer activiteiten die gevolgen kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving, bedraagt het tarief:
|
|
a.
|
voor een eerste overleg zijnde de intaketafel (toets wenselijkheid)
|
€ 250,00
|
b.
|
voor elk volgend overleg zijnde de omgevingstafel (toets haalbaarheid): het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
|
c.
|
Voor het in behandeling nemen van een conceptaanvraag is een tarief verschuldigd van:
|
€ 350,00
|
2.
|
Als een begroting als bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
3.
|
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk, als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten, wordt, indien in het kader van een omgevingsoverleg een andere in dit hoofdstuk opgenomen dienst dient te worden uitgevoerd, het tarief voor het omgevingsoverleg vermeerderd met de leges zoals vermeld in deze tarieventabel voor die betreffende dienst of diensten.
|
|
Paragraaf 2.3
|
Activiteiten met betrekking tot bouwwerken
|
|
Artikel 2.5
|
Bouwactiviteit (bouwtechnische deel)
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in paragraaf 2.3.2 van het Besluit bouwwerken leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten, als de bouwkosten
|
|
a.
|
minder dan € 50.000 bedragen,
|
0,95%
|
|
van die bouwkosten, met een minimum van:
|
€ 220,00
|
b.
|
€ 50.000 bedragen of meer, doch minder dan € 100.000
|
€ 475,00
|
|
vermeerderd met
|
0,78%
|
|
van het bedrag waarmee die bouwkosten € 50.000 te boven gaan
|
|
c.
|
€ 100.000 bedragen of meer, doch minder dan € 250.000
|
€ 865,00
|
|
vermeerderd met
|
0,64%
|
|
van het bedrag waarmee die bouwkosten € 100.000 te boven gaan
|
|
d.
|
€ 250.000 bedragen of meer, doch minder dan € 500.000
|
€ 1.821,25
|
|
vermeerderd met
|
0,51%
|
|
van het bedrag waarmee die bouwkosten € 250.000 te boven gaan
|
|
e.
|
€ 500.000 of meer bedragen
|
€ 3.102,50
|
|
vermeerderd met
|
0,49%
|
|
van het bedrag waarmee die bouwkosten € 500.000 te boven gaan
|
|
Artikel 2.6
|
Omgevingsplanactiviteit: bouwactiviteit, in stand houden of gebruiken bouwwerk (ruimtelijke deel)
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een bouwactiviteit, het in stand houden of gebruiken van het bouwwerk, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
|
1.
|
voor een omgevingsplanactiviteit waarbij sprake is van een bouwactiviteit, als de bouwkosten
|
|
a.
|
minder dan € 50.000 bedragen,
|
2,85%
|
|
van die bouwkosten, met een minimum van:
|
€ 220,00
|
b.
|
€ 50.000 bedragen of meer, doch minder dan € 100.000
|
€ 1.425,00
|
|
vermeerderd met
|
2,34%
|
|
van het bedrag waarmee die bouwkosten € 50.000 te boven gaan
|
|
c.
|
€ 100.000 bedragen of meer, doch minder dan € 250.000
|
€ 2.595,00
|
|
vermeerderd met
|
1,91%
|
|
van het bedrag waarmee die bouwkosten € 100.000 te boven gaan
|
|
d.
|
€ 250.000 bedragen of meer, doch minder dan € 500.000
|
€ 5.463,75
|
|
vermeerderd met
|
1,54%
|
|
van het bedrag waarmee die bouwkosten € 250.000 te boven gaan
|
|
e.
|
€ 500.000 of meer bedragen
|
€ 9.307,50
|
|
vermeerderd met
|
1,46%
|
|
van het bedrag waarmee die bouwkosten € 500.000 te boven gaan
|
|
2.
|
voor een omgevingsplanactiviteit die uitsluitend bestaat uit het in stand houden of gebruiken van een bouwwerk en waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit:
|
€ 649,75
|
3.
|
Onverminderd de voorgaande onderdelen van dit artikel wordt indien sprake is van een buitenplanse omgevingsplanactiviteit het tarief verhoogd met:
|
|
a.
|
indien de aanvraag is voorafgegaan door een omgevingsoverleg zoals bedoeld in artikel 2.4:
|
|
1.
|
voor activiteiten die overeenkomen met de gevallen zoals deze zijn opgenomen en opgesomd in bijlage B 'Besluit bindend adviesrecht omgevingsvergunningen Boxtel'
|
€ 649,75
|
2.
|
voor overige activiteiten die niet overeenkomen met de gevallen zoals genoemd onder 1: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. De aanvraag wordt in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
b.
|
Indien de aanvraag niet is voorafgegaan door een omgevingsoverleg zoals bedoeld in artikel 2.4 worden de tarieven genoemd in het voorgaande lid vermeerderd met:
|
€ 350,00
|
Artikel 2.7
|
Omgevingsplanactiviteit: slopen van een bouwwerk
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit, niet zijnde een sloopactiviteit met betrekking tot een monument of beschermd stads- en dorpsgezicht, als bedoeld in paragraaf 2.4, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
|
a.
|
voor een omgevingsplanactiviteit, danwel een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:
|
€ 200,00
|
Paragraaf 2.4
|
Activiteiten met betrekking tot cultureel erfgoed en werelderfgoed
|
|
Artikel 2.8
|
Gereserveerd: Omgevingsplanactiviteit: monumenten
|
|
Artikel 2.9
|
Gereserveerd: Rijksmonumentenactiviteit
|
|
Artikel 2.10
|
Gereserveerd: Omgevingsplanactiviteit: sloopactiviteit in beschermd stads- of dorpsgezicht
|
|
Artikel 2.11
|
Gereserveerd: Omgevingsplanactiviteit: overig cultureel erfgoed en werelderfgoed
|
|
Paragraaf 2.5
|
Gereserveerd: Milieubelastende activiteiten
|
|
Artikel 2.12
|
Gereserveerd: Omgevingsplanactiviteit: milieubelastende activiteit
|
|
Artikel 2.13
|
Gereserveerd: Overige milieubelastende activiteiten (afdeling 3.2 tot en met 3.9 Besluit activiteiten leefomgeving)
|
|
Artikel 2.14 tot en met 2.20
|
Gereserveerd
|
|
Paragraaf 2.6
|
Gereserveerd: Lozingsactiviteiten
|
|
Artikel 2.21
|
Gereserveerd: Lozingsactiviteit niet afkomstig van milieubelastende activiteit
|
|
Artikel 2.22
|
Gereserveerd: Lozingsactiviteit afkomstig van milieubelastende activiteit
|
|
Paragraaf 2.7
|
Aanlegactiviteiten
|
|
Artikel 2.23
|
Gereserveerd: Omgevingsplanactiviteit: opbreken en graven
|
|
Artikel 2.24
|
Gereserveerd: Omgevingsplanactiviteit: overige activiteiten beperkingengebied leidingen, landschapselement en aardkundige waarde
|
|
Artikel 2.25
|
Gereserveerd: Omgevingsplanactiviteit: geluid weg
|
|
Artikel 2.26
|
Gereserveerd: Omgevingsplanactiviteit: aanleggen of veranderen weg
|
|
Artikel 2.27
|
Omgevingsplanactiviteit: uitweg/uitrit
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld in artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
€ 60,90
|
Artikel 2.28
|
Omgevingsplanactiviteit: overige aanlegactiviteiten
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of een werkzaamheid (aanlegactiviteit), niet zijnde een activiteit die in de voorgaande artikelen van deze paragraaf is benoemd, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
|
|
voor een omgevingsplanactiviteit, dan wel buitenplanse omgevingsplanactiviteit:
|
|
1.
|
voor het eerste werk
|
€ 122,90
|
2.
|
voor elk volgend werk
|
€ 267,50
|
3.
|
met een maximum van
|
€ 1.737,50
|
|
Met onderscheiden werken of werkzaamheden worden bedoeld de in het omgevingsplan apart benoemde uit te voeren werken en/of werkzaamheden die tezamen moeten worden uitgevoerd om het doel van de gevraagde vergunning te bereiken.
|
|
Paragraaf 2.8
|
Overige activiteiten
|
|
Artikel 2.29
|
Gereserveerd: Omgevingsplanactiviteit: alarminstallatie
|
|
Artikel 2.30
|
Omgevingsplanactiviteit: kappen van bomen of vellen van houtopstanden
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het vellen van een houtopstand, bedoeld in de Algemene plaatselijke verordening of in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
€ 36,15
|
Artikel 2.31
|
Gereserveerd: Omgevingsplanactiviteit: reclame
|
|
Artikel 2.32
|
Gereserveerd: Omgevingsplanactiviteit: [opslag van roerende zaken/ objecten plaatsen op de weg]
|
|
Artikel 2.33
|
Gereserveerd: Omgevingsplanactiviteit: standplaatsen
|
|
Artikel 2.34
|
Andere activiteiten
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit dan in deze paragraaf en voorgaande paragrafen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit:
|
|
a.
|
betreft een bij of krachtens artikel 5.1 van de Omgevingswet aangewezen vergunningsplichtige activiteit, uitgezonderd de activiteit bedoeld in onderdeel b, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
€ 416,90
|
b.
|
betreft een omgevingsplanactiviteit als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:
|
|
1.
|
voor een omgevingsplanactiviteit, danwel een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:
|
€ 416,90
|
2.
|
voor een in een gemeentelijke verordening als bedoeld in artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit aangewezen vergunningsplichtige activiteit:
|
€ 416,90
|
Artikel 2.34a
|
Omgevingsplanactiviteit: Geluidwaarde
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit betreffende het vaststellen van een hogere geluidwaarde als bedoeld in het Besluit kwaliteit leefomgeving
|
€ 1.047,45
|
Paragraaf 2.9
|
Maatwerkvoorschriften
|
|
Artikel 2.35
|
Maatwerkvoorschriften bij bouwactiviteiten
|
|
|
Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een bouw- of sloopactiviteit, bedraagt het tarief:
|
|
a.
|
voor een maatwerkvoorschrift dat betrekking heeft op:
|
|
1.
|
het in stand houden van een bestaand bouwwerk, bedoeld in artikel 3.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving;
|
|
2.
|
bouwactiviteiten die het bouwen van nieuwe bouwwerken betreffen als bedoeld in artikel 4.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving;
|
|
3.
|
het gebruik van een bouwwerk, bedoeld in artikel 6.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving; of
|
|
4.
|
het verrichten van bouw- of sloopwerkzaamheden als bedoeld in artikel 7.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving;
|
|
|
per maatwerkvoorschrift:
|
€ 600,00
|
b.
|
in andere gevallen dan bedoeld in onderdeel a, per maatwerkvoorschrift:
|
€ 600,00
|
Artikel 2.36
|
Gereserveerd: Maatwerkvoorschriften bij milieubelastende activiteiten
|
|
Artikel 2.37
|
Maatwerkvoorschriften bij overige activiteiten
|
|
|
Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een andere activiteit dan genoemd in de artikelen 2.35 en 2.36, bedraagt het tarief per maatwerkvoorschrift:
|
€ 600,00
|
Paragraaf 2.10
|
Gelijkwaardigheid
|
|
Artikel 2.38
|
Gelijkwaardige maatregel
|
|
1.
|
Als de aanvraag om toestemming voor een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet betrekking heeft op:
|
|
a.
|
een bouwactiviteit, bedraagt het tarief:
|
€ 600,00
|
b.
|
een activiteit met betrekking tot cultureel erfgoed, bedraagt het tarief:
|
€ 600,00
|
c.
|
een andere activiteit dan bedoeld in de onderdelen a of b, bedraagt het tarief:
|
€ 600,00
|
Paragraaf 2.11
|
Overige tarieven
|
|
Artikel 2.39
|
Gereserveerd: Verlengen tijdelijke omgevingsvergunning bouwactiviteit
|
|
Artikel 2.40
|
Wijzigen omgevingsvergunning
|
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:
|
€ 124,95
|
Artikel 2.41
|
Wijzigen voorschriften omgevingsvergunning
|
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, met uitzondering van wijzigen van voorschriften voor een milieubelastende activiteit:
|
€ 416,90
|
Artikel 2.42
|
Gereserveerd: Intrekken omgevingsvergunning
|
|
Artikel 2.43
|
Gereserveerd: Beoordeling aanvullende gegevens
|
|
Artikel 2.44
|
Beoordeling onderzoeksrapporten
|
|
|
De in artikel 2.49 opgenomen tarieven zijn van overeenkomstige toepassing op het in behandeling nemen van een aanvraag tot het beoordelen van een onderzoeksrapport, zonder dat sprake is van een aanvraag om een omgevingsvergunning of van het nemen van een ander besluit.
|
|
Artikel 2.45
|
Wijzigen van het omgevingsplan
|
|
1.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van het omgevingsplan, tenzij kostenverhaal op andere wijze is overeengekomen: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
|
2.
|
Als een begroting als bedoeld in het eerste lid, is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
Artikel 2.46
|
Niet genoemd besluit op aanvraag
|
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een ander, in dit hoofdstuk niet benoemd besluit op grond van de Omgevingswet, de op die wet gebaseerde algemene maatregelen van bestuur of het omgevingsplan:
|
€ 124,95
|
Paragraaf 2.12
|
Modaliteiten
|
|
Artikel 2.47
|
Achteraf ingediende aanvraag
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning voor een activiteit wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de activiteit, worden de op grond van de paragrafen 2.3 tot en met 2.8 verschuldigde leges verhoogd met:
|
10%
|
|
met een minimum van € 250,00 en een maximum van € 1.000,00
|
|
Artikel 2.48
|
Uitgebreide voorbereidingsprocedure
|
|
|
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is op de voorbereiding van het besluit:
|
|
a.
|
als sprake is van een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:
|
€ 800,00
|
b.
|
als sprake is van andere activiteiten dan bedoeld in de onderdeel a:
|
€ 100,00
|
Artikel 2.49
|
Beoordeling onderzoeksrapporten
|
|
|
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als krachtens wettelijk voorschrift voor de betreffende aanvraag een rapport moet worden beoordeeld:
|
|
a.
|
voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport:
|
€ 88,80
|
b.
|
voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport:
|
€ 483,40
|
c.
|
voor de beoordeling van een geluid- of luchtrapport betreffende de geluid- of luchtbelasting:
|
€ 800,00
|
d.
|
voor de beoordeling van een akoestisch rapport betreffende de interne en externe geluidwering of nagalm van een bouwwerk:
|
€ 800,00
|
e.
|
voor de beoordeling van een ecologisch onderzoeksrapport:
|
€ 483,40
|
f.
|
voor de beoordeling van een milieueffectrapportage (MER):
|
€ 2.605,63
|
g.
|
voor de beoordeling en daarmee de toetsing aan de Brabantse Zorgvuldigheidsscore Veehouderij (BZV)
|
€ 1.870,75
|
h.
|
voor de beoordeling van een niet in de voorgaande onderdelen genoemd rapport:
|
€ 200,00
|
Artikel 2.50
|
Advies
|
|
1.
|
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een daartoe aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet:
|
|
a.
|
voor een advies van de gemeenteraad:
|
€ 250,00
|
b.
|
voor het uitgebrachte advies van de agrarische adviescommissie met inbegrip van de beoordeling
|
€ 860,00
|
|
het tarief onder b wordt per bedrijfsbezoek verhoogd met
|
€ 95,00
|
c.
|
voor een advies van de gemeentelijke adviescommissie als bedoeld in de Verordening Commissie ruimtelijke kwaliteit Boxtel dat uitsluitend betrekking heeft op redelijke eisen van welstand, als bedoeld in de gemeentelijke beleidsregels bedoeld in artikel 4.19 van de Omgevingswet, per behandeling:
|
€ 200,00
|
d.
|
voor een advies in andere gevallen dan bedoeld in de onderdelen a tot en met c: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
|
2.
|
Als een begroting als bedoeld in het eerste lid, onderdeel d, is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
Artikel 2.51
|
Instemming
|
|
1.
|
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet betrekking heeft op een activiteit waarvoor de beslissing op de aanvraag op grond van artikel 16.16 van de Omgevingswet instemming behoeft van een bestuursorgaan:
|
|
|
het bedrag dat dit bestuursorgaan aan rechten zou heffen als het voor de activiteit waarvoor instemming wordt verzocht zelf bevoegd gezag zou zijn.
|
|
2.
|
Het bedrag bedoeld in het eerste lid wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
Paragraaf 2.13
|
Vermindering
|
|
Artikel 2.52
|
Vermindering na omgevingsoverleg
|
|
1.
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel b, en zoals nader omschreven in de paragrafen 2.3 tot en met 2.8, is voorafgegaan door een aanvraag om omgevingsoverleg als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel a, en zoals nader omschreven in paragraaf 2.2, waarop de aanvraag om de omgevingsvergunning betrekking heeft, bestaat onder de in het tweede lid genoemde voorwaarden aanspraak op vermindering van de voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning verschuldigde leges. De vermindering bedraagt:
|
50%
|
|
van de voor het omgevingsoverleg geheven leges.
|
|
2.
|
Voor de toepassing van het eerste lid wordt de aanvraag om een omgevingsvergunning gedaan:
|
|
|
a. voor dezelfde activiteit of activiteiten als waarop het omgevingsoverleg betrekking had;
|
|
|
b. in overeenstemming met de uitkomsten van het omgevingsoverleg; en
|
|
|
c. binnen 6 maanden na het laatste omgevingsoverleg of, als het omgevingsoverleg volgens afspraak leidt tot een kennisgeving aan de aanvrager, na de dagtekening van de kennisgeving.
|
|
Artikel 2.53
|
Gereserveerd: Vermindering bij meervoudige aanvraag
|
|
Paragraaf 2.14
|
Teruggaaf
|
|
Artikel 2.54
|
Gereserveerd: Aanvraag en oordeel geen omgevingsvergunning nodig
|
|
Artikel 2.55
|
Gereserveerd: Teruggaaf als aanvraag verder buiten behandeling wordt gelaten
|
|
Artikel 2.56
|
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij reguliere procedure
|
|
|
Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:
|
|
a.
|
bij gehele of gedeeltelijke intrekking binnen vier weken na de indiening van de aanvraag:
|
50%
|
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;
|
|
b.
|
bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf vier weken na de indiening van de aanvraag:
|
25%
|
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges.
|
|
Artikel 2.57
|
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij uitgebreide voorbereidingsprocedure
|
|
|
Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:
|
|
a.
|
bij gehele of gedeeltelijke intrekking binnen vier weken na de indiening van de aanvraag:
|
50%
|
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;
|
|
b.
|
bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf vier weken na de indiening van de aanvraag:
|
25%
|
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges.
|
|
Artikel 2.58
|
Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten
|
|
|
Als het college van burgemeester en wethouders een verleende omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 26 weken na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:
|
25%
|
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges.
|
|
Artikel 2.59
|
Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten
|
|
a.
|
Als het college van burgemeester en wethouders een omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:
|
25%
|
|
van de voor de activiteit waarvoor de omgevingsvergunning is geweigerd verschuldigde leges.
|
|
b.
|
Onder een weigering bedoeld in onderdeel a wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.
|
|
Artikel 2.60
|
Geen teruggaaf legesdeel modaliteiten
|
|
|
In afwijking van de voorgaande artikelen van deze paragraaf wordt geen teruggaaf verleend van het legesdeel dat betrekking heeft op de modaliteiten genoemd in paragraaf 2.12.
|
|
Artikel 2.61
|
Gereserveerd: Minimumbedrag voor teruggaaf
|
|