Bestaande tekst
|
Nieuwe tekst
|
Artikel 1:1 Definities
In deze verordening wordt verstaan onder:
- a.
bebouwde kom: de bebouwde kom van de gemeente zoals bedoeld in artikel 4.1 sub a Wet natuurbescherming;
- b.
beschermde houtopstand: een houtopstand die is vastgelegd op de Bomenstructuurkaart en voldoet aan de eisen zoals deze ten aanzien van de gemeentelijke houtopstanden zijn vastgelegd in de gemeentelijke Bomennota (13 oktober 2020);
- c.
boom: een houtig opgaand gewas met een omtrek van de stam van minimaal 35 centimeter op 1,3 meter hoogte boven het maaiveld. In geval van meerstammigheid geldt de omtrek van de dikste stam;
- d.
boomzone: begrensd gebied met houtopstanden die tezamen een functioneel geheel vormen;
- e.
boomstructuur: lijnvormige beplanting van houtopstanden dat een functioneel geheel vormt;
- f.
boomwaarde: de monetaire waarde van een boom zoals getaxeerd volgens de meest recente richtlijnen van Nederlandse Vereniging van Taxateurs van Bomen;
- g.
boomzone: begrensd gebied met houtopstanden die tezamen een functioneel geheel vormen;
- h.
bomenstructuurkaart: topografische kaart met daarop aangegeven beschermwaardige bomen en houtopstanden, voorkomende in boomzones (vlakken), boomstructuren (lijnen) en solitaire bomen of boomgroepen (punten);
- i.
Bomen Effect Analyse: een standaard beoordeling van de gevolgen van voorgenomen bouw of aanleg voor een boom, op basis van de landelijke richtlijn BEA van de Bomenstichting;
- j.
college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Maasgouw
- k.
dorpsrand: buitenste zone (laatste huizenblok) in de bebouwde kom. Hier is een duidelijke overgang en relatie met het buitengebied;
- l.
fruitboom: een boom die aantoonbaar op bedrijfseconomische wijze geëxploiteerd wordt;
- m.
houtopstand: een of meer bomen of boomvormers, of andere houtachtige gewassen, mogelijk onderdeel uitmakend van een boomzone of boomstructuur;
- n.
monumentale boom: houtopstand met een verhaal of geschiedenis, zoals bedoeld in de gemeentelijke bomennota.
- o.
vellen:
- 1.
rooien, kappen of verplanten;
- 2.
het snoeien van meer dan 20 procent van de kroon of het wortelgestel, met inbegrip van de eerste keer knotten of kandelaberen;
- 3.
het verrichten van handelingen, zowel boven- als ondergronds, die de dood of ernstige beschadiging of ernstige ontsiering van de boom ten gevolge kunnen hebben.
- p.
vergunning: omgevingsvergunning zoals bedoeld in artikel 2.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), onderdeel Kappen;
- q.
vervangingsplan: een door het college goedgekeurd plan voor het vervangen van boomstructuren ter bevordering van de ontwikkeling van een vitaal boombestand en het behoud van het groene karakter.
|
Artikel 1:1 Definities
In deze verordening wordt verstaan onder:
- a.
bebouwde kom: de bebouwde kom van de gemeente zoals bedoeld in artikel
artikel 4, lid 4 van het Aanvullingsbesluit natuur.
- b.
beschermde houtopstand: een houtopstand die is vastgelegd op de Bomenstructuurkaart en voldoet aan de eisen zoals deze ten aanzien van de gemeentelijke houtopstanden zijn vastgelegd in de gemeentelijke Bomennota (13 oktober 2020);
- c.
boom: een houtig opgaand gewas met een omtrek van de stam van minimaal 35 centimeter op 1,3 meter hoogte boven het maaiveld. In geval van meerstammigheid geldt de omtrek van de dikste stam;
- d.
boomzone: begrensd gebied met houtopstanden die tezamen een functioneel geheel vormen;
- e.
boomstructuur: lijnvormige beplanting van houtopstanden dat een functioneel geheel vormt;
- f.
boomwaarde: de monetaire waarde van een boom zoals getaxeerd volgens de meest recente richtlijnen van Nederlandse Vereniging van Taxateurs van Bomen;
- g.
boomzone: begrensd gebied met houtopstanden die tezamen een functioneel geheel vormen;
- h.
bomenstructuurkaart: topografische kaart met daarop aangegeven beschermwaardige bomen en houtopstanden, voorkomende in boomzones (vlakken), boomstructuren (lijnen) en solitaire bomen of boomgroepen (punten);
- i.
Bomen Effect Analyse: een standaard beoordeling van de gevolgen van voorgenomen bouw of aanleg voor een boom, op basis van de landelijke richtlijn BEA van de Bomenstichting;
- j.
college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Maasgouw
- k.
dorpsrand: buitenste zone (laatste huizenblok) in de bebouwde kom. Hier is een duidelijke overgang en relatie met het buitengebied;
- l.
fruitboom: een boom die aantoonbaar op bedrijfseconomische wijze geëxploiteerd wordt;
- m.
houtopstand: een of meer bomen of boomvormers, of andere houtachtige gewassen, mogelijk onderdeel uitmakend van een boomzone of boomstructuur;
- n.
monumentale boom: houtopstand met een verhaal of geschiedenis, zoals bedoeld in de gemeentelijke bomennota.
- o.
vellen:
- 1.
rooien, kappen of verplanten;
- 2.
het snoeien van meer dan 20 procent van de kroon of het wortelgestel, met inbegrip van de eerste keer knotten of kandelaberen;
- 3.
het verrichten van handelingen, zowel boven- als ondergronds, die de dood of ernstige beschadiging of ernstige ontsiering van de boom ten gevolge kunnen hebben.
- p.
vergunning: omgevingsvergunning zoals bedoeld in artikel 5.1 lid 2 sub a van de omgevingswet, onderdeel omgevingsplanactiviteit;
- q.
vervangingsplan: een door het college goedgekeurd plan voor het vervangen van boomstructuren ter bevordering van de ontwikkeling van een vitaal boombestand en het behoud van het groene karakter.
|