Gemeenteblad van Rotterdam
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Rotterdam | Gemeenteblad 2023, 519319 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Rotterdam | Gemeenteblad 2023, 519319 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam,
gelezen het voorstel van de concerndirecteur Stadsontwikkeling d.d. 21 november 2023, kenmerk M2311-2273
gelet op artikel 5:12a van de Algemene plaatselijke verordening Rotterdam 2012;
overwegende, dat op grond van artikel 5:12a van de Algemene plaatselijke verordening Rotterdam 2012 vergunning kan worden verleend voor het bedrijfsmatig aanbieden van voertuigen voor gebruik door derden op openbare plaatsen en het wenselijk is hiervoor nadere regels vast te stellen;
e-bike: fiets met trapondersteuning voorzien van een elektrische hulpmotor met een nominaal continu vermogen van maximaal 0,25 kW en waarvan de aandrijfkracht geleidelijk vermindert en tenslotte wordt onderbroken wanneer het voertuig een snelheid van 25 kilometer per uur bereikt, of eerder, indien de bestuurder ophoudt met trappen, met uitzondering van een bakfiets en e-step;
e-scooter: elektrische brom- of snorfiets, niet zijnde een gehandicaptenvoertuig, met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid van niet meer dan 45 kilometer per uur voor een elektrische bromfiets respectievelijk 25 kilometer per uur voor een elektrische snorfiets, uitgerust met een elektromotor;
In onderstaande tabel wordt aangegeven welke deelvoertuigcategorieën in aanmerking komen voor een vergunning en wordt per deelvoertuigcategorie het voertuigenplafond vastgesteld:
Artikel 5 Verdelingsprocedure vergunningen
Indien het maximaal aantal te vergunnen deelvoertuigen niet wordt bereikt, wordt de daaropvolgende partij volgens de rangschikking van de vergelijkende toets in de gelegenheid gesteld om een vergunning te krijgen voor het overgebleven aantal deelvoertuigen. Als deze partij daarvan afziet, wordt deze werkwijze herhaald. Indien geen opvolgende partij accepteert, wordt de overgebleven ruimte niet toegekend. Het college kan voor het overgebleven aantal deelvoertuigen een nieuw tijdvak openstellen.
Indien aan aanvragers een gelijk aantal punten is toegekend en gelet op het maximaal aantal te vergunnen deelvoertuigen niet aan elk van die aanvragers het volledige aantal aangevraagde deelvoertuigen kan worden verleend, wordt met een loting door een notaris bepaald aan welke aanvrager de vergunning wordt verleend. De andere partij wordt in de gelegenheid gesteld om het aangevraagde aantal deelvoertuigen aan te passen aan het resterend beschikbare aantal deelvoertuigen.
Artikel 6 Tijdelijke ophoging vergunning
Het college kan in gebieden waar een vermindering van vervoersmogelijkheden optreedt tijdelijk afwijken van het voertuigenplafond en aan aanbieders die beschikken over een vergunning toestaan dat er tijdelijk meer deelvoertuigen worden geëxploiteerd voor een periode van ten hoogste twaalf maanden en per aanbieder voor ten hoogste twintig procent van het totaal aantal aan hen vergunde deelvoertuigen binnen de voertuigcategorie.
Voeg hieronder de volgende bijlagen toe:
Uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel dat niet ouder is dan drie maanden;
Indien van toepassing een machtiging waaruit de vertegenwoordigingsbevoegdheid van de aanvrager blijkt;
De statuten van de onderneming;
Privacyverklaring in de Nederlandse taal;
Een uittreksel van voorgenomen verwerkingen in het register van de Algemene verordening Gegevensverwerking;
Indien van toepassing: een kopie van de verwerkersovereenkomst;
Indien van toepassing het polisblad van uw aansprakelijkheidsverzekering;
Bijlage 2: Toetsingscriteria vergunningsaanvragen 5:12a APV
Toetsingscriteria en wegingsfactor per toetsingscriterium
Interoperabiliteit, samenwerking met andere mobiliteitsaanbieders en MaaS
Aansluiting op ambities van Rotterdam
In deze Nadere regels deelmobiliteit wordt vastgelegd hoe de vergunningprocedure voor (deel)voertuigen op grond van artikel 5:12a van de Algemene plaatselijke verordening Rotterdam 2012 verloopt. Opgenomen is voor welke categorieën deelvoertuigen vergunningen kunnen worden verleend en voor hoeveel deelvoertuigen. Daarnaast zijn in het kader van de vergelijkende toets toetsingscriteria opgesteld waarin specifieke kwaliteitseisen worden gesteld op grond waarvan een verdeelprocedure wordt gevolgd. Hiermee wordt sturing gegeven aan een zo goed mogelijke inpassing van deelmobiliteit in de openbare ruimte en het terugdringen van overlast. Op deze manier kan worden voorkomen dat er negatieve gevolgen ontstaan voor de kwaliteit, leefbaarheid, of veiligheid in de openbare ruimte.
Deelmobiliteit heeft invloed op de (schaarse) openbare ruimte. Met het voertuigenplafond wordt ervoor gezorgd dat er geen onevenredig beslag wordt gelegd op de openbare ruimte.
In de tabel wordt aangegeven welke deelvoertuigcategorieën in aanmerking komen voor een vergunning en wat per deelvoertuigcategorie het voertuigenplafond is.
Er is voor gekozen om vergunningen te verlenen voor deelvoertuigen in de aangegeven categorieën omdat deze bijdragen aan de opgaven: 1) verdichting van de bestaande stad (slim omgaan met schaarse ruimte), 2) een veilige en aantrekkelijke buitenruimte, 3) bereikbaarheid voor iedereen, en 4) schoon en slim vervoer. Daarnaast is er ook met betrekking tot deze categorie voldoende kennis en ervaring hoe om te gaan met negatieve effecten zoals overlast en verrommeling.
Een deelvoertuigcategorie die niet wordt genoemd in de tabel, zoals bijvoorbeeld de e-step, komt dus niet in aanmerking voor een vergunning.
De fiets en e-bike vallen onder één deelvoertuigcategorie. Het genoemde maximum voor deze categorie is het totaal aan fietsen en e-bikes dat in de openbare ruimte kan worden geplaatst. Ditzelfde geldt voor de voertuigcategorie e-scooters, waaronder snorfietsen en bromfietsen vallen. Het is aan de aanvrager zelf om te bepalen in welke verhouding hij de voertuigen (fiets/e-bike of elektrische snor-/bromfiets) wil aanvragen en aanbieden binnen de deelvoertuigcategorie.
Artikel 3 Bekendmaking openstellen tijdvak
De openstelling van een tijdvak voor een deelvoertuigcategorie wordt in het gemeenteblad gepubliceerd en op de website van de gemeente Rotterdam geplaatst.
Bij het openstellen van een tijdvak geeft het college aan voor welke deelvoertuigcategorie een vergunning kan worden aangevraagd en voor welk maximum aantal voertuigen.
Artikel 4 Indieningsvereisten vergunningaanvraag
Aanvragen voor vergunningen op grond van artikel 5:12a van de Algemene plaatselijke verordening Rotterdam 2012 kunnen schriftelijk en langs elektronische weg worden ingediend. Aanvragers die hun aanvraag langs elektronische weg willen indienen, kunnen dit doen via de website van de gemeente Rotterdam.
In artikel 4:4 van de Algemene wet bestuursrecht is bepaald dat voor het indienen van een aanvraag gebruik wordt gemaakt van een door het bevoegde bestuursorgaan vastgesteld aanvraagformulier. Het aanvraagformulier voor een vergunning deelmobiliteit is vastgesteld door het college en opgenomen in bijlage 1 van de nadere regels deelmobiliteit.
Als een aanvraag niet compleet is of onvoldoende is voor de beoordeling van de aanvraag of voor de voorbereiding van de beschikking, kan het college op grond van artikel 4:5, eerste lid, onderdeel c, van de Awb aanvrager een termijn geven om de aanvraag hierop aan te vullen. De termijn voor het aanvullen van een aanvraag voor deze vergunning bedraagt in Rotterdam 10 werkdagen. Het college kan besluiten de aanvraag niet te behandelen, indien de aanvrager niet heeft voldaan aan de indieningsvereisten.
Bij de aanvraag van een vergunning worden op grond van de Algemene legesverordening Rotterdam leges in rekening gebracht voor de kosten die gemoeid zijn met de behandeling van de vergunning.
Artikel 5 Verdelingsprocedure vergunningen
De verdelingsprocedure van vergunningen deelmobiliteit vindt plaats op basis van een vergelijkende toets aan de hand van de in bijlage 2 vastgestelde toetsingscriteria. Het college besluit op grond van de aanvraag, de daarbij behorende gegevens en bescheiden en de vergelijkende toets aan welke aanvrager(s) een vergunning wordt toegekend of afgewezen. Alleen aanvragen die volledig zijn ingevuld en zijn voorzien van alle relevante bijlagen komen in aanmerking voor de vergelijkende toets. Bovendien mag geen van de weigeringsgronden (op voorhand) aan de orde zijn. Aanvrager(s) worden geïnformeerd over de uitkomst van de vergelijkende toets.
Indien een loting aan de orde is, geschiedt deze door een notaris. De betrokken aanvragers worden in de gelegenheid gesteld om bij de loting aanwezig te zijn.
Artikel 6 Tijdelijke ophoging vergunning
Het college kan van deze bevoegdheid gebruik maken in gebieden waar tijdelijk als gevolg van bijvoorbeeld grote projecten een vermindering van vervoersmogelijkheden optreedt. Dit kan maximaal voor een periode van 12 maanden en per aanbieder voor ten hoogste 20 procent van het totaal aantal aan hen vergunde deelvoertuigen binnen de voertuigcategorie.
Dit gemeenteblad ligt ook ter inzage bij het Concern Informatiecentrum Rotterdam (CIC): 010-267 2514 of bir@rotterdam.nl
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2023-519319.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.