Gemeenteblad van Ooststellingwerf
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ooststellingwerf | Gemeenteblad 2023, 518395 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ooststellingwerf | Gemeenteblad 2023, 518395 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Re-integratieverordening Participatiewet Ooststellingwerf 2023
De raad van de gemeente Ooststellingwerf;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 3 oktober 2023;
gelet op de artikelen 8a, eerste lid, aanhef en onder a, c, d en e, en tweede lid, en 10b, vijfde en zevende lid, van de Participatiewet;
overwegende dat, het noodzakelijk is bij verordening regels te stellen voor de ondersteuning bij de arbeidsinschakeling en maatschappelijke participatie,
RE-INTEGRATIEVERORDENING PARTICIPATIEWET OOSTSTELLINGWERF 2023
Hoofdstuk 2. Beleid en evaluatie
Artikel 2. Evenwichtige verdeling en evaluatie
Het college houdt bij het aanbieden van de in deze verordening opgenomen voorzieningen rekening met de omstandigheden en functionele beperkingen (belemmeringen bij het uitvoeren of vinden van werk) van een persoon. De omstandigheden hebben in ieder geval betrekking op zorgtaken van die persoon en de mogelijkheid dat hij behoort tot de doelgroep loonkostensubsidie of gebruik maakt van de voorziening beschut werk (nieuw), als bedoeld in de Participatiewet. Onder zorgtaken wordt in ieder geval verstaan:
Artikel 3. Algemene bepalingen over voorzieningen
Het college kan een voorziening beëindigen als:
de persoon die aan de voorziening deelneemt zijn verplichtingen als bedoeld in de artikelen 9 en 17 van de wet, de artikelen 13 en 37 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers of de artikelen 13 en 37 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen niet nakomt;
Artikel 5. Ondersteuning bij leer-werktraject
Artikel 7. Vaststelling loonwaarde doelgroep loonkostensubsidie
Bij de vaststelling van de loonwaarde is er sprake van een werkplek, waarop het werktempo, kwaliteit en inzetbaarheid van de persoon wordt vergeleken met een werknemer met volledige loonwaarde die de functie uitvoert. Op basis van de uitkomst van de loonwaardemeting wordt de loonkostensubsidie vastgesteld.
Artikel 12. Participatievoorziening Beschut werk
Het college kan aan personen van wie is vastgesteld dat zij uitsluitend in een beschutte omgeving onder aangepaste omstandigheden mogelijkheden tot arbeidsparticipatie hebben tot het moment van aanvang van de dienstbetrekking, bedoeld in artikel 10b, eerste lid, van de wet, daarnaast de volgende voorzieningen aanbieden:
Het college weigert de toestemming, bedoeld in het eerste lid, als de verwachting is dat de persoon ook zonder proefplaatsing kan worden aangenomen voor dat werk. Dit geldt ook als er direct na de proefplaatsing sprake is van een dienstverband met forfaitaire loonkostensubsidie als bedoeld in artikel 10d, vijfde lid, van de wet.
Artikel 18. Loonkostensubsidie kwetsbare werknemers
De loonkostensubsidie wordt niet verstrekt als de werkgever op grond van een andere regeling aanspraak maakt op financiële tegemoetkomingen in verband met de indiensttreding van de werknemer of als redelijkerwijs kan worden aangenomen dat de persoon ook zonder loonkostensubsidie kan worden aangenomen voor dat werk.
Hoofdstuk 3B. Specifieke bepalingen doelgroep Breed offensief
Paragraaf 3B.1 Administratief proces loonkostensubsidie
Artikel 20. Specifiek aanvraagproces loonkostensubsidie
Het college verstrekt overeenkomstig artikel 10d van de wet, zowel zonder dat er een aanvraag is gedaan als op aanvraag, loonkostensubsidie aan de werkgever die voornemens is een dienstbetrekking aan te gaan met een persoon die behoort tot de doelgroep loonkostensubsidie. In geval van een aanvraag zijn het tweede tot en met het vijfde lid van dit artikel van toepassing.
Een aanvraag voor loonkostensubsidie wordt als het een persoon betreft die nog niet behoort tot de doelgroep loonkostensubsidie ook beschouwd als een aanvraag. Dit met als doel om vast te stellen of de persoon behoort tot de doelgroep loonkostensubsidie, bedoeld in artikel 10c, eerste lid, onder a, van de wet.
Het college volgt bij het verstrekken van de loonkostensubsidie het preferente proces loonkostensubsidie (Externe link: Preferent proces LKS).
Paragraaf 3B.2 Procedure persoonlijke ondersteuning bij werk en overige voorzieningen
Artikel 22. Aanvraagprocedure persoonlijke ondersteuning bij werk en overige voorzieningen
Het college bepaalt na overleg met de persoon en indien van toepassing met de werkgever welke ondersteuning of voorziening(en) het beste bijdragen aan arbeidsinschakeling. Onder arbeidsinschakeling wordt de plicht verstaan van de persoon die een beroep doet op een uitkering om algemeen geaccepteerde arbeid te vinden.
Als het nodig is en rekening houdend met de persoonlijke omstandigheden onderzoekt het college de mogelijkheden om door samenwerking met andere partijen te komen tot zo goed mogelijke afgestemde integrale dienstverlening met als doel arbeidsinschakeling. Dit zoals bedoeld in artikel 8a, tweede lid, onder g, onderdeel 1, of de wijze van voortgezette persoonlijke ondersteuning, bedoeld in artikel 8a, tweede lid, onder g, onderdeel 2, van de wet. Bij andere partijen kan gedacht worden aan (publieke) gezondheid, jeugdhulp, maatschappelijke ondersteuning, onderwijs, schuldhulpverlening, welzijn en wonen.
Paragraaf 3B.3 Specifieke bepalingen persoonlijke ondersteuning bij werk
Artikel 25. Specifieke voorwaarden toekenning persoonlijke ondersteuning bij werk
De aanvraag voor persoonlijke ondersteuning bij werk moet binnen 8 weken na de ingangsdatum van de dienstbetrekking zijn ontvangen. Hierop kan worden afgeweken als voorafgaand aan of op het moment van aanvang van het dienstverband de noodzaak voor die ondersteuning redelijkerwijs nog niet bekend kon zijn.
Een jobcoach die de persoonlijke ondersteuning bij werk verzorgt moet voldoen aan de in het vakgebied gebruikelijk geachte kwaliteitseisen zoals minimale vakbekwaamheid, werkervaring, competenties, opleidings- en bijscholingsvereisten. Dit inclusief certificaat waaruit blijkt dat de opleiding tot jobcoach met goed gevolg is afgerond.
Artikel 29. Interne werkbegeleiding
Als een persoon uit de doelgroep voor het kunnen verrichten van werk is aangewezen op begeleiding die de gebruikelijke begeleiding door de werkgever en andere werknemers aanzienlijk te boven gaat kan het college een subsidie verlenen aan de werkgever voor de aangetoonde meerkosten die verbonden zijn aan het organiseren van de interne werkbegeleiding.
Paragraaf 3B.4. Specifieke bepalingen overige voorzieningen
Artikel 31. Specifieke voorwaarden noodzakelijke intermediaire activiteit bij visuele of motorische handicap
Artikel 33. Specifieke voorwaarden werkplekaanpassingen
Het college kan een aanpassing van de werkplek toekennen aan een persoon als dit noodzakelijk is om zijn werk uit te voeren. In principe kan daarbij elk product als een werkplekaanpassing worden beschouwd als de noodzaak en meerwaarde in de werksfeer aantoonbaar zijn.
Het college kan afwijken van deze verordening als de toepassing van bepalingen in deze verordening in de individuele situatie leidt tot een onredelijk gevolg (een gevolg dat niet de bedoeling van de wet kan zijn geweest). Dit voor zover het de bevoegdheid betreft die voortvloeit uit deze verordening.
Artikel 36. Intrekken oude verordeningen en overgangsrecht
Een persoon die gebruik maakt van een toegekende voorziening op grond van de re-integratieverordening Participatiewet 2017, die op grond van deze verordening moet worden beëindigd, behoudt deze voorziening voor zover wordt voldaan aan de voorwaarden uit de re-integratieverordening Participatiewet 2017.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2023-518395.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.