Beleidsregel eenmalige energietoeslag gemeente IJsselstein (WIL) 2023

Het college van de gemeente IJsselstein;

 

gelet op:

  • -

    4:81 lid 1 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • -

    artikel 13 Participatiewet;

  • -

    artikel 35 Participatiewet;

  • -

    artikel 54, 58 tot en met 60 Participatiewet;

  • -

    de Beleidsregels terugvordering en invordering Werk en Inkomen Lekstroom 2018;

overwegende dat:

  • -

    het college het wenselijk vindt om aan te geven in welke situaties en onder welke voorwaarden zelfstandige huishoudens in aanmerking kunnen komen voor de eenmalige energietoeslag 2023;

  • -

    het daarom wenselijk is voor dit doel een aparte, tijdelijke, beleidsregel vast te stellen;

  • -

    de Participatiewet als uitgangspunt geldt in combinatie met deze aanvullende regels;

besluit vast te stellen de volgende

 

Beleidsregel eenmalige energietoeslag gemeente IJsselstein (WIL) 2023

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • 1.

    In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

    • a.

      wet: Participatiewet;

    • b.

      college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente IJsselstein;

    • c.

      zelfstandig huishouden: alleenstaande, alleenstaande ouder, samenwonenden dan wel gehuwden die financieel verantwoordelijk is/zijn voor de energiekosten;

    • d.

      partner: degene met wie de aanvrager een gezamenlijke huishouding voert in de zin van de wet;

    • e.

      inkomen: totaal van het netto maandinkomen exclusief vakantiegeld van de aanvrager en de eventuele partner;

    • f.

      peilperiode: de periode waarop de ambtshalve toekenning wordt gebaseerd, zijnde 1 januari 2023 tot en met 30 september;

    • g.

      Referteperiode: 1 januari 2023 tot en met 31 december 2023

  • 2.

    De begripsbepalingen van de wet zijn op deze beleidsregel van overeenkomstige toepassing.

Artikel 2 Doelgroep eenmalige energietoeslag 2023

  • 1.

    De eenmalige energietoeslag 2023 is bedoeld voor zelfstandige huishoudens met een laag inkomen.

  • 2.

    Een zelfstandig huishouden heeft een laag inkomen als op enig moment in de peilperiode dan wel de referteperiode het in aanmerking te nemen inkomen niet hoger is dan 120% van de toepasselijke bijstandsnorm.

  • 3.

    Voor de toepassing van deze regeling wordt het vermogen niet in aanmerking genomen.

  • 4.

    Slecht 1 persoon per zelfstandig huishouden kan de eenmalige energietoeslag 2023 ontvangen.

  • 5.

    Tot een zelfstandig huishouden wordt niet gerekend, de aanvrager die op enig moment in de peilperiode:

    • a.

      in een inrichting verblijft als bedoeld in artikel 1, aanhef en onderdeel f, van de wet, tenzij de inrichting voorziet in de energiekosten en deze energiekosten niet in rekening brengt bij de bewoners; of

    • b.

      jonger is dan 21 jaar, tenzij de aanvrager met de leeftijd van 18, 19 of 20 jaar oud aantoonbaar zelfstandig kosten heeft en er geen onderhoud van ouders mogelijk is; of

    • c.

      studerend is en jonger dan 27 jaar en daarmee aanspraak maakt op studiefinanciering op grond van de Wet studiefinanciering 2000; of

    • d.

      is ingeschreven in de basisregistratie personen als ingezetene met enkel een briefadres.

  • 6.

    In afwijking van artikel 13 sub a van de wet, kan een gedetineerde naar rato aanspraak maken op de energietoeslag 2023, voor de maanden waarin de gedetineerde een zelfstandig huishouden heeft gevoerd.

  • 7.

    In afwijking van artikel 13 sub e van de wet, kan naar rato aanspraak worden gemaakt op de energietoeslag 2023 indien aanvrager langer dan 4 weken in het buitenland verbleef vanwege aantoonbare omstandigheden.

  • 8.

    Er kan geen aanspraak op de eenmalige energietoeslag 2023 worden gemaakt als in 2023 door het college of door het college van een andere gemeente op grond van artikel 35 van de wet reeds een eenmalige energietoeslag 2023 is verleend.

Artikel 3 Wijze van toekenning

De energietoeslag 2023 wordt eenmalig per huishouden ambtshalve of op aanvraag als bijzondere bijstand verleend.

Artikel 4 Ambtshalve toekenning

  • 1.

    Huishoudens die voldoen aan de doelgroepomschrijving van artikel 2 lid 1 tot en met 5 en:

    • a.

      algemene bijstand ontvangen in de peilperiode; of

    • b.

      een uitkering ontvangen op grond van de IOAW in de peilperiode; of

    • c.

      een individuele inkomenstoeslag (IIT) in 2022 of in de peilperiode van 2023 hebben ontvangen;

  • ontvangen de eenmalige energietoeslag 2023 ambtshalve uiterlijk op 1 januari 2024.

  • 2.

    De ambtshalve toekenning heeft geen betrekking op een huishouden als genoemd in lid 1 die:

    • a.

      in een inrichting verblijft; of

    • b.

      jonger is dan 21 jaar; of

    • c.

      kostendelende medebewoners heeft als bedoeld in artikel 19a van de wet; of

    • d.

      algemene bijstand ontvangt van de Sociale Verzekeringsbank op grond van artikel 47a van de wet.

Artikel 5 Op aanvraag

  • 1.

    Huishoudens die niet in aanmerking komen voor een ambtshalve toekenning van de eenmalige energietoeslag 2023 kunnen uiterlijk per 1 februari 2024 een aanvraag indienen met gebruikmaking van het aanvraagformulier.

  • 2.

    De aanvraag voor de eenmalige energietoeslag 2023 wordt bij voorkeur digitaal ingediend via www.wil-lekstroom.nl. Indien dit voor aanvrager niet of niet goed mogelijk is, kan de aanvraag op papier worden ingediend.

  • 3.

    Een aanvraag voor de eenmalige energietoeslag 2023 kan worden ingediend tot en met 30 april 2024.

Artikel 6 Inkomen

Voor het vaststellen van het inkomen wordt aangesloten bij de artikelen 31, 32 en 33 van de wet en de Beleidsregels giften en schadevergoedingen WIL 2022. De kostendelersnorm is niet van toepassing.

Artikel 7 Toekenning en hoogte

  • 1.

    De hoogte van de eenmalige energietoeslag 2023 bedraagt € 800,- per zelfstandig huishouden.

  • 2.

    Het uitbetaalde bedrag is een betaling om niet.

  • 3.

    Indien het bedrag van de eenmalige energietoeslag na toekenning door het college, door het Rijk wordt verhoogd, wordt het verschil automatisch aan de aanvrager nabetaald.

Artikel 8 Terugvorderingen

  • 1.

    In afwijking van artikel 58, lid 1 van de wet kan het college het recht op een tegemoetkoming herzien, intrekken en/of terugvorderen als blijkt dat de aanvrager redelijkerwijs had kunnen weten dat hij niet tot de doelgroep behoort en hem dit te verwijten valt. Voor het overige blijft artikel 58 van de wet onverkort van toepassing.

  • 2.

    Het college gaat niet over tot het opleggen van een boete bij een terugvordering als bedoeld in de eerste volzin van lid 1.

  • 3.

    Bij terugvordering als bedoeld in lid 1 zijn de Beleidsregels terugvordering en invordering Werk en Inkomen Lekstroom van overeenkomstige toepassing.

Artikel 9 Inwerkingtreding en duur beleidsregel

  • 1.

    Deze beleidsregel treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking en werkt terug tot 1 januari 2023.

  • 2.

    Deze beleidsregel vervalt op 1 september 2024.

Artikel 10 Citeertitel

Deze beleidsregel wordt aangehaald als: Beleidsregel eenmalige energietoeslag gemeente IJsselstein (WIL) 2023.

Vastgesteld in de vergadering van het college van 7 november 2023,

drs. W.M. van de Werken

secretaris

mr. P.J.M. van Domburg

burgemeester

Naar boven