Gemeenteblad van Neder-Betuwe
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Neder-Betuwe | Gemeenteblad 2023, 510020 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Neder-Betuwe | Gemeenteblad 2023, 510020 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Verordening gemeentelijke rekenkamer Neder-Betuwe 2023
Artikel 3. Benoeming en herbenoeming
Als de voorzitter of een lid voor herbenoeming in aanmerking wenst te komen, meldt hij dit minimaal vier maanden voor het einde van diens termijn schriftelijk bij de griffier. De andere leden van de rekenkamer worden in de gelegenheid gesteld advies uit te brengen alvorens het presidium besluit om de raad (al dan niet) voor te stellen tot herbenoeming te besluiten.
Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 9 november 2023
de griffier,
E. van der Neut
de voorzitter,
A.J. Kottelenberg
Deze modelverordening is een aanvulling op hetgeen in de Gemeentewet is opgenomen over de gemeentelijke rekenkamer. De raad moet een onafhankelijke rekenkamer instellen. Zie artikel 81a van de Gemeentewet. Deze verplichting geldt vanaf 1 januari 2023, met een overgangstermijn van een jaar, dus uiterlijk 1 januari 2024 moet de raad een rekenkamer hebben ingesteld.
Daarnaast moet de raad op grond van artikel 81k van de Gemeentewet een verordening opstellen voor een vergoeding voor de werkzaamheden van de leden van de rekenkamer en een tegemoetkoming in hun kosten. Voorts mag de raad op grond van artikel 149 van de Gemeentewet aanvullende regels stellen in het belang van de gemeente en met inachtneming van de wet.
De rekenkamer moet een reglement van orde voor zijn werkzaamheden vaststellen (artikel 81i van de Gemeentewet).
Enkel die bepalingen die verdere toelichting behoeven, worden hieronder nader toegelicht.
In het eerste lid stelt de raad de rekenkamer in. Dit is een wettelijke verplichting (artikel 81a van de Gemeentewet).
Artikel 3. Benoeming en herbenoeming
De leden van de rekenkamer worden door de raad benoemd en kunnen door de raad ook worden herbenoemd (artikel 81c, eerste en vierde lid, van de Gemeentewet). De benoemingstermijn is wettelijk op zes jaar vastgesteld. Een te korte benoemingsperiode kan de onafhankelijkheid in gevaar brengen, omdat de vraag ‘word ik wel herbenoemd’ dan al te snel weer wordt gevoeld. Voordeel van deze termijn is ook dat over benoeming en herbenoeming in het gewone geval steeds door in twee verschillende bestuursperiodes wordt beslist. Voorts draagt het feit dat benoeming plaatsvindt na overleg met de rekenkamer ertoe bij dat de leden primair op grond van deskundigheid worden benoemd (artikel 81c, vijfde lid). In de praktijk zal na verloop van tijd door tussentijds aftreden vanzelf de situatie ontstaan dat niet steeds de gehele rekenkamer opnieuw moet worden benoemd. Dit komt de continuïteit en de onafhankelijkheid van de rekenkamer ten goede. Zie Kamerstukken 27 751, nr. 3, p. 68.
Artikel 4. Ambtelijke ondersteuning
De ambtenaren die werkzaamheden verrichten voor de rekenkamer, verrichten niet tevens werkzaamheden voor een ander orgaan van de gemeente, met uitzondering van de op de griffie werkzame ambtenaren (artikel 81j, derde lid). Dit betekent dat griffiemedewerkers deels voor de griffie en deels voor de rekenkamer kunnen werken. Vanwege de onafhankelijke positie van de rekenkamer zijn de ambtenaren, inclusief dus de griffiemedewerkers, voor werkzaamheden voor de rekenkamer uitsluitend verantwoording schuldig aan de rekenkamer (artikel 81j, vierde lid).
Op grond van artikel 107e Gemeentewet besluit de raad tot het aangaan, wijzigen en beëindigen van arbeidsovereenkomsten met de op de griffie werkzame ambtenaren. Deze bevoegdheid heeft de raad gemandateerd aan de werkgeverscommissie. Dit betekent dat het college niet bevoegd is tot het aangaan van arbeidsovereenkomsten (artikel 81j tweede lid Gemeentewet), als dit gaat om ambtenaren die werkzaam zijn op de griffie. Die bevoegdheid geldt slechts voor andere ambtenaren.
Het is dus aan de werkgeverscommissie, het college en de rekenkamer om nadere afspraken te maken over de ambtelijk secretaris. Blijft het bij de ondersteuning van een ambtenaar van de griffie, dan verandert er vrijwel niets ten opzichte van de situatie zoals die vóór vaststelling van deze verordening was. De werkgeverscommissie blijft immers die ambtenaar benoemen en kan ook aangeven dat deze werkzaamheden verricht voor de rekenkamer. Indien geen gebruik wordt gemaakt van medewerkers van de griffie kan de rekenkamer het college verzoeken een ambtenaar te benoemen. In beide gevallen moet de raad zorgen voor het budget van deze ambtenaren (artikel 81j eerste lid Gemeentewet).
De raad moet de rekenkamer de nodige middelen ter beschikking stellen voor een goede uitoefening van zijn werkzaamheden (artikel 81j van de Gemeentewet). Dit omvat de totale kosten van de rekenkamer en alle overige kosten voor de uitvoering van de taken, m.u.v. de salarislasten van de ambtelijk secretaris. Om praktische redenen wordt het budgetbeheer door de griffie verzorgd.
De leden van de rekenkamer ontvangen een bij verordening van de raad vastgestelde vergoeding voor hun werkzaamheden en een tegemoetkoming in de kosten (artikel 81k van de G
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2023-510020.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.