Verordening Kwijtschelding gemeentelijke belastingen 2024

Nr. 1337

 

De raad van de gemeente Oldenzaal;

 

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 17 oktober 2023, nr. 37/8, INTB-23-05957;

 

gelet op artikel 255 van de Gemeentewet, artikel 26 van de Invorderingswet 1990, de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 en de Regeling kwijtschelding belastingen medeoverheden;

 

overwegende dat het gewenst is om nadere regels te stellen voor het verlenen van kwijtschelding van gemeentelijke belastingen;

 

b e s l u i t :

 

vast te stellen: de Verordening Kwijtschelding gemeentelijke belastingen 2024

__________________________________________________________________________

Artikel 1 Uitgesloten van kwijtschelding

Voor belastingaanslagen van de volgende belastingen en rechten wordt geen kwijtschelding verleend:

  • a.

    begraafplaatsrechten;

  • b.

    marktgelden;

  • c.

    leges;

  • d.

    parkeerbelastingen;

  • e.

    onroerendezaakbelastingen;

  • f.

    reclamebelasting;

  • g.

    rioolheffing, genoemd in artikel 3, lid 1, sub a in combinatie met artikel 7, lid 1, van de verordening;

  • h.

    afvalstoffenheffing, genoemd in Hoofdstuk 1, onder 1.3 en Hoofdstuk 2 van de Tarieventabel behorende bij de Verordening Afvalstoffenheffing;

  • i.

    toeristenbelasting.

Artikel 2 Beperkte kwijtschelding

  • 1.

    Voor belastingaanslagen afvalstoffenheffing genoemd in Hoofdstuk 1, onder 1.1 en 1.2 van de Tarieventabel behorende bij de Verordening Afvalstoffenheffing wordt kwijtschelding verleend voor:

    • a.

      het vaste bedrag; en

    • b.

      het variabele deel voor maximaal tot het bedrag van € 60,48.

  • 2.

    Voor belastingaanslagen rioolheffing wordt alleen kwijtschelding verleend van het bepaalde in artikel 3, lid 1, sub b in combinatie met artikel 7, lid 2, van die verordening.

Artikel 3 Berekeningswijze kosten van bestaan

  • 1.

    Bij de kwijtschelding van afvalstoffenheffing, genoemd in Hoofdstuk 1 van de tarieventabel behorende bij de verordening Afvalstoffenheffing, en de rioolheffing voor het bepaalde in artikel 3, lid 1, sub b, in combinatie met artikel 7, lid 2, van die verordening, wordt in afwijking van artikel 16, eerste en tweede lid, van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 het percentage voor de berekening van de kosten van bestaan gesteld op 100 procent.

  • 2.

    Onverminderd het bepaalde in het eerste lid wordt overeenkomstig artikel 3 van de Regeling kwijtschelding belastingen medeoverheden voor de vaststelling van de kosten van bestaan van pensioengerechtigden in plaats van de bijstandsnorm het netto-ouderdomspensioen gehanteerd.

Artikel 4 Netto kosten kinderopvang

Als uitgaven als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 worden mede in aanmerking genomen de in artikel 28, derde lid, van genoemde regeling bedoelde netto inkomsten van kinderopvang.

Artikel 5 Extra toegestane financiële middelen

In afwijking van artikel 12, tweede lid, onderdeel d, van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 wordt het totale bedrag aan financiële middelen, bedoeld in dat onderdeel, verhoogd met:

  • 1.

    het maximumbedrag van €2.000,- genoemd in artikel 4, onder a, van de Regeling kwijtschelding belastingen medeoverheden voor de belastingschuldige en zijn echtgenoot;

  • 2.

    75% van het bedrag genoemd onder a voor een alleenstaand;, en

  • 3.

    90% van het bedrag genoemd onder a voor een alleenstaande ouder.

Artikel 6 Kwijtschelding aan ondernemers

Met inachtneming van het overigens in dit besluit bepaalde, wordt een verzoek om kwijtschelding van gemeentelijke belastingen en heffingen die geen verband houden met de uitoefening van het bedrijf of beroep, van een natuurlijk persoon die een bedrijf of zelfstandig beroep uitoefent, behandeld volgens de bepalingen van hoofdstuk II, afdelingen 1, 2 en 5 van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990.

Artikel 7 Wijze van aanvraag kwijtschelding

Voor de aan vraag om kwijtschelding dient gebruik te worden gemaakt van het door de gemeenteambtenaar belast met invordering van gemeentelijke belasting, als bedoeld in artikel 231, lid 2 onder c van de Gemeentewet (invorderingsambtenaar), vastgestelde aanvraagformulier met de daarbij behorende toelichting.

Artikel 8 Overgangsrecht

  • 1.

    De “Verordening kwijtschelding gemeentelijke belastingen 2023” van 6 maart 2023 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 9 genoemde datum van ingang van de verordening, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op ingediende verzoeken die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 9 genoemde datum van ingang van de verordening, blijft de in het eerste lid genoemde regeling gelden voor de in de tussenliggende periode ingediende verzoeken.

Artikel 9 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2024.

Artikel 10 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening kwijtschelding gemeentelijke belastingen 2024”.

Vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 13 november 2023

de griffier,

J.H. Brokers

de voorzitter,

P.G. Welman

Naar boven